Dictee – dictees [2226]
Oefendictee 644 OUD, geheel herzien naar situatie 2021
Dictee van de dag (213)
1.
Nudo [oe]
detrahere
[e e
ə] vestimenta: veren van een
kikker (willen)
plukken. Nugae [oe]
canorae zijn mooie woorden zonder inhoud. Zoek maar op: nuisancevalue
[iets
hinderlijks], nuit blanche
[slapeloze nacht],
nuka [nuchter
kalf],
nuke [kernwapen],
nuken [ook m.b.t.
pc's!].
Hij is nulli secundus: voor niemand onderdoende. Hij is een filius
nullius (nullius
filius): bastaard of selfmade
[bnw.]
man. Een nultolerantiebeleid kent zero tolerance (zerotolerancebeleid). Het was nu of
nooit: nunc aut nunquam, aut nunc, aut nunquam. Nunc est bibendum: nu
is het tijd om te drinken. Een nonmoeder
is een inhaalmoeder, een
nu-of-nooitmoeder.
Nunchaku's zijn oosterse slagwapens. Een nuraghe
[oe, aa, g
van goal,
ee of ə]
is een uit natuurstenen opgetrokken rond bouwsel op Sardinië. Nur
Mut: moed houden! Wat is een nuroman * [njoe-roo
– carrière + zorg voor thuis]?
Een nutraceutical (nutriceutical)
is een medicinaal voedingssupplement. Nutrimentum spiritus: voedsel
voor de geest. Dat is het in a/een
nutshell. Utile dulci [oe-tie-lee-doel-sie]:
het nuttige met het aangename verenigen. Een nyala
is een koedoe.
* nuro: van new urban romantic
2. De nWsw is in Nederland de Nieuwe Wet op de Sociale Werkvoorziening. Een nystagmus is een oogbeving. Lekkernijen: petitfours [fijn koekje], dragees [suikerboon, tablet], marsepein [amandelen, suiker en rozenwater], een leeg pralinemandje (mv. GB s, VD ook nog: n - pralientje, pralinetje), gekonfijt [in suiker ingelegd] fruit en een pièce montée [berg, piramide] van zoutjes. Zij doen omnia ad majorem Dei gloriam (O.A.M.D.G.) (alles ter meerdere ere Gods). Voor oarser moet je stevig gebouwd zijn [oarsen = boordroeien]. Is de bieb (bib) ook ob [omzetbelasting] verschuldigd? Wel btw [belasting op toegevoegde waarde], toch? Een obbligatopartij is een obligaatpartij [kan niet weggelaten worden]. Wat moet die obelix [dikkerd] daar nou bij die obelisk [gedenk-, pronknaald]? Welke obex, welk impediment, belemmert de doop [beletsel, r.-k.]? Obiit (decessit) sine prole [d.s.p.]: gestorven zonder kinderen. Hij zei het als obiter dictum [juridisch: iets wat terloops meegedeeld wordt, losse opmerking]. Een objet trouvé is duidelijk gepromoveerd (tot kunst). Chocolade: oublie en wafeltje: oblie, of net andersom [dat laatste!]? Heb jij euro-obligaties? Wat ben jij toch obligeant [verplichtend, dienstvaardig, beleefd]. In de muziek is obliquus [oo-blie-kwuhs] met traps- of sprongsgewijze voortschrijding. Een oblomov is een extreem lamlendig persoon.
3. Let bij 'oboe d'amore' op de uitspraak. Dat schiet niet op: obscuris vera involvens (de waarheid hullend in duistere woorden). Het Occidental was/is een kunstmatige wereldtaal. Deze dienst wordt onderhouden door een oceaanlijner. Een ocel is een puntoog bij insecten, ocelli zijn pauwenogen. Ochèmata [enk.: ochèma] zijn astraallichamen. Octaanzuur is caprylzuur. Hoe luidt artikel 5 octies [punt 8]? Hij zou zijn dochter liefhebben als zijn oogappel: oculitus amare. Meisje, wat ben jij odieus [onuitstaanbaar, ergerlijk]! Wat houdt de odestijl in [verheven stijl van oden/s]? Eindelijk uitte hij zijn langgekoesterde haat: odium in longum jacens. Een oebie is een yam. Een oed [oet] is een fretloze, elfsnarige Arabische luit. Een Oeigoer komt uit de Chinese regio Xinjiang. De oemma is de wereldwijde islamitische gemeenschap. Een oenochoë [mv. -ai] is een buikige wijnkan. Urdi [mv.] zijn zekere eetbare zaden. De oersted (symbool: Oe) is een minder bekende niet-SI-eenheid van magnetische veldsterkte.
4.
Oesies begeleiden olifanten in Myanmar.
We genoten een creusemaaltijd van
Japanse oesters. Mijn oesophagus is mijn
slokdarm (ik pas op
voor esofagitis!).
Oesterwater is chablis. Hij woont aan de
IJ-oever. O festus dies: o
feestelijke dag! Dat is een onweerstaanbaar aanbod: een offer you
can't refuse. Een haruspex is een
offerziener-voorspeller. Deze
maritiem officier was officier-machinist en zou later nog officier in
de Orde van de Nederlandse Leeuw worden. Ofiet is serpentijn.
Stereometrie is ruimtemeetkunde. Cartesische of cartesiaanse
coördinaten zijn naar René Descartes (Cartesius)
genoemd. In zo'n assenstelsel is de abscis de afstand van een punt
tot de verticale as, meestal y-as geheten. Die tot de horizontale
x-as is de ordinaat. In de ruimte heb je ook nog een z-as. Er zijn
ook nog polaire coördinaten (poolcoördinaten
– hoek met X-as en straal),
bolcoördinaten (straal,
hoek met de positieve Z-as en hoek van projectie op XOY-vlak met de
positieve X-as) et cetera. De
plattevlakmeetkunde is de planimetrie. Normaal is de euclidische
meetkunde.
5. Daarnaast is er de niet-euclidische meetkunde in twee soorten: de hyperbolische en de elliptische meetkunde. In de stereometrie is een lichaam een begrensd deel van de ruimte. Zijn de grenzen platte vlakken, dan spreken we van een polyeder (veelvlak). Zijn alle zijvlakken ook nog congruente regelmatige veelhoeken met ook nog gelijke hoeken tussen elk tweetal aangrenzende zijvlakken, dan spreken we van een regelmatig veelvlak. Bij het lemma 'polyedrisch' leren we, dat er maar een beperkt aantal regelmatige veelvlakken mogelijk is (zijn). Namelijk met vier, zes, acht, twaalf of twintig congruente zijvlakken.
6.
Een tetraëder is een regelmatig viervlak (begrensd
door
4 gelijkzijdige driehoeken),
een hexaëder of kubus is een regelmatig zesvlak en wordt begrensd
door 6 vierkanten, een octaëder is een regelmatig achtvlak en wordt
begrensd door 8 gelijkzijdige driehoeken, een dodecaëder is een
regelmatig twaalfvlak en wordt begrensd door 12 (congruente,
even grote) regelmatige
vijfhoeken en een icosaëder of regelmatig twintigvlak wordt begrensd
door 20 gelijkzijdige driehoeken. Maar onthoud dus goed, wat Van Dale
ook beweert: een regelmatig zevenvlak of een regelmatig negenvlak
bestaat dus gewoon niet [2018:
rechtgezet – naar ‘gewoon’
zevenvlak of negenvlak]! Ook
Saint Kitts en Nevis heeft flink wat sporters naar de WK atletiek
gestuurd. Is Spanje of Italië nu de zieke man van Europa? Dat
leverde een WK-gekte, een WK-rage, op en het zal wel een bom
Caraïbische dollars (XCD)
gekost hebben. De Al Qaidaorganisatie heeft nogal wat aan kracht
ingeboet (in een
dictee kan alles).
7.
'Polypropyleen' en ook:
polypropeen schrijf je beide met een
of twee i-grecs. Een iconoclast is een vernieler van beelden, kunst
of heilige huisjes. Een ogenschaal is een kylix. Een ogonek [Pools:
˛]
kun je onder sommige letters plaatsen. Oh la la [pauzes],
olala, gaat dat zomaar? Hoe gaat het? Nou, lala, zozo. Hun oudeheren
(o.h.'s
- ouweheren(!) - overjarige student) wilden niet meewerken. Cimazen
[= sima's] zijn ojieven. Vroeger had je OK
en W, het Ministerie van Onderwijs,
Kunsten en
Wetenschappen. Ik begrijp niet waarom
kinderen 'Okkie Tuinboon' zouden roepen [zelf
nooit gedaan; kennelijk op de melodie van 'Oranje boven'].
Okketaaien [Bargoens:
door een trucje te weinig geld teruggeven bij het afrekenen]
kun je leren. Worden de oksel-armzwaai en de oksel-nekgreep nog
vaak toegepast [worstelen]?
De oorspronkelijke Russische Revolutie, de Oktoberrevolutie, blijkt
nu een Novemberrevolutie te zijn geworden [paus
Gregorius: op donderdag 4 oktober 1582 volgde vrijdag
15 oktober
1582]. Een OKT
is een olympisch kwalificatietoernooi,
er zijn zelfs dito preolympische. Dat is een old finish [bnw.]
oud-Hollands kabinet. De altijdgroene oleander komt uit de
maagdenpalmfamilie.
8.
Aanvulling: de Oktoberrevolutie wordt in november herdacht
[25
oktober 1917 = volgens de huidige kalender: 7 november – dus Novemberrevolutie].
Ik moet nog vaak aan, olewesjolem [wijlen],
prins Claus denken. Pas op voor een olibrius, een pochhans, met zijn
pochhanzerij. De heilige oliën zijn de drie soorten olie, door de
bisschop op de vooravond van Witte Donderdag gewijd, te weten de
catechumenenolie [voor
zalving doopleerlingen], het
chrisma [k/ch]
[wijolie]
en de ziekenolie [voor
ziekenzalving]. De tenondergang
is het ten onder gaan. Een oliepiek is een peak oil [piek
in de wereldwijde olieproductie].
Haar werd het heilig oliesel toegediend. De Hof van Olijven,
Gethsemane (op de
Olijfberg), is een olijvenhof.
Een olipodigra, olipodigro, olla podrida is een mengelmoes, poespas,
allegaartje. Goethe was de olympiër van Weimar. De afkorting d.n.f.
(VD)
staat voor 'did not
finish' (d.n.s.:
did not
start).
Zijn
omega 3-vetzuren nu wel of juist niet goed? Bij het omberspel is
er een fichedoos [mv
s].
Een otoliet is een evenwichtssteentje, een ombrelle een parasol. De
joden hebben als tussenwerpsel 'omein' (amen).
9.
De 49 dagen tussen Pesach en Sjavoeot vormen de omertijd [omer
= offer van meel]. Men bespeurde
een Engelse brik, die op de Banjert (VD,
waar ligt die? Zelfs Wikipedia weet dat niet … *)
omhoogzat
[=
vastzitten op een ondiepte, zandbank of het strand].
De vijftiende letter van het Griekse alfabet is de omikron
[onze o].
Omissis jocis, alle gekheid op een stokje, dit was beslist geen grap.
In de scheepsbouw gebruiken ze senten
[lijst, gording].
Een bypass is een omleiding. Is dit een korteomloopbos? De afkorting
z.o.z. staat voor 'zie
ommezijde'.
Rond Kaap de Goede Hoop maak je een ommelandsvaart [algemeen
bij 'kaap']. Dat betreft omne
scibile, al het kenbare. Hij doet omnia cum Deo: alles met God, bij
alles God voor ogen houdend. Ik wens je omnia fausta: alle goeds,
alles wat wenselijk is! Hoe doe je dat: omnibus credere et nulli,
allen en niemand geloven? De regels zijn omnibus idem: voor allen
dezelfde. De conciërge was omni exceptione major: boven alle
verdenking verheven. Een omnis homo is een factotum
[manusje-van-alles].
Ik deed dat omni jure: met alle recht.
* 2025: Het toponiem De Banjert (Banjaard, Banjaart) werd gebruikt voor een aantal percelen bouwland ter hoogte van de huidige Swalm = zijivier van de Maas.
10. Omni modo is op elke manier. Wat hebben omphalos [navelsteen] en omfalitis [navelontsteking] met elkaar te maken? Alleen de naam! Een picot [pie-koo] is een omoog [oogje aan de buitenzijde van kantwerk]. Gebeurt dit omnium consensu, met aller instemming? Zo'n omnium horarum homo (homo omnium horarum) is heel aangenaam gezelschap [aangenaam in de omgang]. Met OMR wordt de Omanitische rial [munt] aangeduid. Wanneer was de berenning [berennen = een vesting onverwacht en snel omsingelen, insluiten] van Aardenburg? Waarvoor dient een omrijspoor (daarover kan de locomotief 'omrijden')? Het kijk- en luistergeld is gefiscaliseerd [collectieve voorzieningen uit belastingen bekostigen, niet uit premies]. Hij was het omslachtigst in de prolixe [breedsprakige] uiteenzettingen. Hoezo: de slangen, die Laocoön en zijn zonen omslingeren? Marmeren beeldengroep in de Vaticaanse Musea!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten