zaterdag 31 juli 2021

2331 Dictee dinsdag 03-08-2021 (1) dictee Dictee van de dag (289)

Dictee – dictees [2331]

Oefendictee 568 OUD, geheel herzien naar situatie 2021

Dictee van de dag (289)

1. Wist je dat met de Zijde de Hollandse Noordzeekust aangeduid wordt? Het zijdeaapje heet ook ouistiti of sagoïentje. Zijdecultuur en seri(ci)cultuur zijn synoniemen. Speelt de zijde-eik daarbij een rol? Akon is zijdekapok. Hij wreef het zijdenhemdje (appel, jeruzalemmer, pigeon, genoemd naar Sydenham, Devonshire) langs zijn zijden hemdje. De pestvogel behoort tot de zijdestaarten, een familie van zangvogels, in het hoge Noorden van Europa en Amerika. Behoren zijden producten tot het zijdewerk? Neervlijen is eleganter dan neerzijgen. Zijkolsem is het zijzaathout, toch [zware balk, scheepsbouw]? Door de zijingang kwam die zijige ouwe sok naar binnen. Daarmee zal hij goed af zijn. Onderwijs ontvangen is docents kennis tot de jouwe maken. De ratio essendi is de zijnsgrond. Zijpe wilgentenen zijn van vocht doortrokken. Die kleding is boho [in zigeunerstijl – Eng.: bohemian]: hoezo? Een zijspanrijder is een bakkenist. Een A4'tje heeft twee zijtjes [ook: zijden/s]. Het zijzwaard [van een schip: eivormig schild van zware planken] leek verdacht veel op een echt Z-ijzer.

2. Zilverazide is explosief. Een mico is een zilveraap, een mike [maaik] iets heel anders [microfoon]. Het lijfje [kledingstuk] was met zilverbrokaat belegd. Wie heeft dit jaar de Zilveren Camera gewonnen? Goud zal wel te duur zijn … Zilverhoudend is zilver bevattend. Dat is een zilverlakense krokus [bloem donkerpaars met wit: Crocus versicolor]. Staniol (= stanniool) is bladtin. Zilverschub is psoriasis [huidziekte]. Een zilverstad is o.a. Schoonhoven. Argyrie is zilververgiftiging. De Rio de la Plata wordt soms wel Zilvervloed genoemd [grens Argentinië en Uruguay]. De Zilvervloot werd veroverd door Piet Hein. Altijd is Kortjakje ziek … Ze drijft een goud- en zilverwinkel. Kende men in het Shona [Bantoetaal, Zimbabwe] en het Venda [Bantoetaal Zuid-Afrika en Zimbabwe] (die spreken de limbo's zeker niet in Limbabwe) de zimdollar al [Zimbabwaanse dollar, momenteel: ZWL]? Een voorbeeld van een zinnespel is Elckerlijc. Op hoeveel zines [ziens] (vgl. magazine) ben je geabonneerd? Deze zinfandel [wijnstok] brengt blauwe druiven voort. Ik heb zo-even opgezocht wat een zoïlus is: niks positiefs daarover [vitter]! Je zult maar op de zuloschool [zeer uitgebreid lager onderwijs] zitten [benaming Piet Vroon voor wo in NL].

3. Een zuwe [looppad] loopt door een moeras. Een pomodoro is een pruim- of romatomaat. De zondeval is wel mede maatstaf geweest voor het doodzondenbesef(!) in de rooms-katholieke kerk. Eindigen deze woorden op 'li' of 'lie': advocatus diaboli (advocaat van de duivel – naast advocatus Dei), aioli (koude knoflooksaus), achylie (geen maagsap), alibiali, amelie (missen van ledematen), asystolie (hartstilstand), alkali, belie (sukkelachtige vrouw), boilie (aasbolletje sportvissers), Checkpoint Charlie (vroegere grens Oost- en
West-Berlijn – ik was daar: been there, done that
), Bengali [taal, Bengalees], blusheli, cilie (trilhaar), bouilli (soepvlees), deltiofilie (prentbriefkaarten verzamelen), grand(!) en demi-plié, genuaolie, broccoli, dyscalculie, foelie [dun bladtin] en folie [voor verpakking], buis van Torricelli [eenvoudige barometer], isocefalie [bij afbeelding: hoofden op één horizontale lijn] en ithyfallie [lid omhoog, ook: vers met – – –: lang, kort, lang, kort, lang, lang] carnaroli (soort rijst), jansalie [slapjanus], kasterolie [van bevergeil, ook: castorolie], casus belli (onmiddellijke aanleiding tot oorlog), kopalolie [kopal = harssoort], kwalie (babbelaarster), cuivre poli (gepolijst geel koper), leliënolie, mielie (mais, BE: maïs) en nigerzaadolie [van gingellikruid, ook: negerzaad].

4. Verder: culi (foodie), deli (tabak), nimfkruidfamilie, Divali (lichtjesfeest), oublie [chocola] en oblie [wafel], faex populi (het gepeupel), ollie (bij skateboarden – sprongetje in de lucht), palie (bolster, kaf), paralalie [onbedoelde klanken] en parallellie [overeenkomst], fait accompli [voldongen feit], frustra Herculi (vechten tegen de bierkaai), poelie (riemschijf, snaarschijf), fusilli (pasta), polypolie (markttype), pyrolyseolie (bio-olie), hallali (kreet van jagers), resedafamilie [plant], ricinusolie [wonderolie], rien appris ni rien oublié (niets geleerd en niets vergeten), ikan bali (Indonesisch visgerecht), de scheuchzeriafamilie [plant], in anima (corpore) vili (van proeven en experimenten: uitgevoerd op dieren, overledenen en eertijds ook wel op slaven, gevangenen etc.), schalie(gas) (term uit geologie), schoelie (schoelje - schoft), in omni scibili (van alle markten thuis), in originali (in handschrift, origineel), sint-jakobslelie [plant], Sint-Jansevangelie, in thesi generali (in het algemeen), jali (griot) en nog jus soli (territoriaal recht op burgerschap – tegenover jus sanguinus – i.v.m. de afstamming).

5. Ook nog: spermacetiolie [uit schedelholten van potvissen, ook: spermolie], krambamboeli [punch, jenever], lapis lazuli (lazuursteen), loco sigilli (formule op oude documenten – l.s. vervangt lak- of waszegel), lultali (veldtelefoon), mali (deficit, tekort, tgov.t.o. – boni), stagtalie [op schip], mali exempli (als een slecht voorbeeld dienend), marli (stijf gaasachtig weefsel), muesli [Zwitsers ontbijt], neroli (uit oranjebloesem gedistilleerde olie), ocelli (pauwenogen), oculi (vierde zondag voor Pasen), omnibus credere et nulli (allen en niemand geloven), pakoeli (geelhart), patchoeli (tot de lipbloemen behorend aromatisch kruid), superplie [koorhemd] en daarnaast syndactylie [vergroeiing vingers of tenen].

6. Ten slotte: vigilie [nachtwake], pessimi exempli (verderfelijk), pilipili (zekere exotische specerij), pulli (of pull), tsarenfamilie, ravioli (Italiaans gerecht), reli, thanatofilie [suïcidedwang], tijmolie, res mali exempli (iets dat tot een slecht voorbeeld strekt), wanttalie [op schip], zullie (taal van oud-corpsleden uit Leiden), salus populi (het welzijn van het volk), scala caeli (jakobsladder), vetiverolie [uit tropische grassoort], sedes belli (strijdtoneel), spirelli (pasta), zoöfilie [dierenliefde, bestialiteit], teakolie, sub tecto coeli (onder de blote hemel), wijolie, tali (koord, snoer), wheelie [motor, vgl. stoppy], tripoli (polijstaarde), ugli (citrusvrucht), welie (palingfuik), xenofilie [welgezindheid vreemdelingen], tachylalie [te snel en daardoor onduidelijk spreken], vali (of wali: gouverneur), victualie [proviand, victualiën] en vox populi (stem des volks). Citybag is een simili-Engels woord [imitatie, nagemaakt]. Met doussié wordt afzeliahout bedoeld. Neem drie dragees [versuikerde tablet] per dag. Een drôle de guerre is een schemeroorlog, een phoney war. Zelfs op Drievuldigheids(zon)dag zat de CEO [sie-ie-oo] nog pontificaal in de driver's seat [leidinggevende positie].

7. Een drôlerie is een bepaald komisch beeldje in middeleeuwse kerken. Droschken zijn vigilantes. Dr. Strangeloves [geschifte wetenschapper]: voor mij is een (één) er al meer dan genoeg. Het drugsbeleid moet op de schop. Het meisje met acne (acne's zijn vetpuistjes) at eendenpaté. Dat was in de tijd van de hagenpreken. Sla je in je cerebellum [de kleine hersenen] op, hoe je 'flabellum' [waaier in processies naast de paus] schrijft? In een interbellum [periode tussen oorlogen] worden meestal geen parabella [parabellum = lugerpistool] gebruikt. In statu quo ante bellum, zo is de politieke toestand van een staat vóór de oorlog. Hoe kom je aan een zwitserlevengevoel? Met een tekstverwerker met drag-and-dropfaciliteiten kun je gemakkelijk
knip-en-plakwerk verrichten. Het draculagebit [met grote hoektanden] was drabkleurig. Wat is een draai-ijzer [koevoet voor huiden]? Ook: een soort van snijijzer op de draaibank? In India heb je vijftigpersoonscellen. Die droge klaas kende niet eens het subtiele verschil tussen 'drooggelegd' en 'droog gelegen'. Het duifje zonder gal [onschuldig, naïef, lief meisje] zag nergens kwaad in. Dukaten: in het museum [oude gouden munt]!

8. Duh [nogal wiedes], zelfs die sjonnies en anita's [ordinaire types] snappen het. Houdt u zich erbuiten, ik herhaal: hou(d) u erbuiten. Drie kwart van de bevolking draagt een driekwartbroek en eet vaak
drie-in-de-pan. Hij dribbelt en tackelt dat het een lieve lust is: zijn dribbels en tackles zijn oogstrelend. Hij woont vierhoog-voor. Hij kocht drie vijftigsten van het lotenboekje met 50 lootjes. Voor de lotenverkoper wogen de laatste lootjes(!) die hij verkocht, het zwaarst. Met z'n beidjes waren ze blij met de gevangen bleitjes [vis]. De daarvoor nog blijde stad doorstond de blijdenaanval [werpgeschut met grote lepel]. Blindekoe [blindemannetje] kun je spelen. Ze liet het kind na de koude douche achteloos bloot staan. Instrumentvliegen is nu eenmaal geen blind vliegen. Ken je de Bloedprocessie van en in Brugge? Bloed zuigen, dat doet een bloedzuiger. Mij een bloody mary, graag. Wat was de BOB [bee-oo-bee] in België? Bewakings- en Opsporingsbrigade. Ik veroordeel de blokkadeactie. Een bobijn [spoel] zit in het garen, een bobine [spoel van een inductieklos] zit in de auto.

9. Mooie bloemkransen! Zou de Bodo (GB) een luchthaven in Noorwegen zijn? Of wellicht het bodofeest in Suriname? Ja, bij moslims: afsluiting ramadan. Waarom heet het ademhalingsorgaan bij spinnen en schorpioenen boeklong [met lamellen als de blaadjes van een boek]? Een boel [overspelige] kan natuurlijk wel boelen … [overspel bedrijven]. Zijn er nu nog erkende boerdenvertellers? In
Zuid-Nederland koop je bij de Boerenbond boerenbont. De boerenbuiten is in Vlaanderen het platteland. Bij de Boerenkrijg (Boerenoorlog – Zuid-Afrika) was er veelal sprake van een boerenopstand. Koeien staan met de achterpoten in de boezen [enk.: boes = deel koestal]. Van boezel [zekere stof] maak je boezels [boezelaar]. Alle bollandisten hangen een zekere Bolland aan. Een bonhomme vertoont bonhomie [vriendelijke wellevendheid]. Ik heb mezelf uitgelaten, ik ben nu erg uitgelaten. Deze paragraaf kun je beter eruit laten. Zo-even vroeg hij, of hij er zo even tussendoor mocht. In Suriname vond de Binnenlandse Oorlog plaats, een van vele binnenlandse oorlogen. Is de pd (plaats delict) binnens- of buitenshuis?

10. Het binnenruimtegebruik was onvoldoende. Wat is een binnenvader [woonde zelf in het gesticht]? Met de afkorting bd wordt
biologisch-dynamisch bedoeld. Met een birambi wordt een blimbing [zure vrucht] bedoeld. Slangen kunnen bissen [ih] [blazen, sissen], studenten bissen [ie]. De bitawiristruik – deze geeft een enigszins bittere bladgroente – heb ik kunnen traceren, maar daarmee is het woord 'bitawiri' uit GB nog niet verklaard (gewoon die bladgroente dus). In bitter lemon proef je de limoenen. Wat stop je in een black box [diversen]? De Black Power heeft, althans volgens GB, de leus 'black power' (VD: beide met hoofdletters, dubieus). Een dicteetijger moet ook 'black metal' [muziek, zekere heavy metal], 'blackjack' [kaartspel, ook zekere koude drank] en 'black-out' [tijdelijk verlies van div.] goed kunnen schrijven. Daar is een bladgroentebuffettafel.

 


vrijdag 30 juli 2021

2330 Dictee maandag 02-08-2021 (1) dictee Dictee van de dag (288)

Dictee – dictees [2330]

Oefendictee 569 OUD, geheel herzien naar situatie 2021

Dictee van de dag (288)

1. Die planten zijn bladziektedragers. Een blaffetuur [BE, rolluik] gaat naar binnen open. Een blagueur [opschepper] blaakt van de blague [grootspraak, lef]. Een blanda is een witte man, een Hollander. Bima's ['podium': almemor, bema] vind je in de synagoge. De binnenhofse (binnenplaats – niet: Binnenhofse!) beraadslagingen zaten muurvast. Gebeurde het binnen- of buitengaats? Wat is het verschil tussen een billboard (groot reclamebord) en een bilbord (ankervoering)? Heb je die bildungsroman [ontwikkeling] al gelezen? Hij heeft bijholteontsteking. De bijzon [ij] was heel bijzonder [ie]. De bevoorrechte rechtte zijn rug. De bijdrageregeling is definitief vastgesteld. De weekendbijlageredacteur doet het tragischt over dat ongeluk. Die kerel is rechttoe rechtaan en heeft een de achtervolgingswaanzin nabijkomende bijgedachteafkeer. Bij figuurzagen zeiden ze dat deze imker een bijfiguur is. Hij dreef als zoutzak in de Zoutzee. Dat was dus niet in Tsjetsjenië.

2. Wanneer wordt de Blue Peter [signaal voor vertrek op schip] gehesen? Helmut Kohl beloofde in 1990 de inwoners van de voormalige DDR blühende Landschaften [bloeiende landschappen]. De bluesband overtrof de soulband in ruime mate. Is die variétéartiest zopas al opgetreden, of komt dat zostraks nog? Nee, ze zijn zo meteen aan de beurt! Elk en een iegelijk zondigt weleens [GB ook: wel eens]. Voor de ontkenners daarvan: elk en een iegelijk zondigt wel eens [contrastief]. Zijn uitspraak verbaast me eens te meer, temeer daar hij gisteren nog iets anders beweerde. Een egoutteur [wals in papiermachine]? Ik zet het nu wel op papier, maar nee, geen idee! Van Van Dale mag je iemand 'egregiously an ass' (bij uitstek een ezel) noemen. Een écusson is een heraldisch klein schildje in een wapen. Het eddyisme is gebedsgenezing volgens de christianscienceleer. Je vindt die vooral binnen de Christian Science [naam beweging]. Een dwergspioen is een pekinees. Dutchbat was het Dutch Battalion. Kom maar hier, dushi, kom maar hier, schatje [straattaal]. Het kan er vreemd en heet (aan) toegaan.

3. Dit is het plaatselijke gerecht du terroir [= regionaal]. Die benaderingswijze is momenteel du ton ['in']. De ecclesia triumphans is de zegevierende kerk. De ecgonine komt uit de bladeren van cocastruiken [een alkaloïde]. Met veel éclat [luister] behaalde hij een eclatante [schitterende] zege. Ze dansten de écossaise [Schotse drie – ook: schottisch = schots, een contradans] in de écoute [luistergalerij]. In het ecrue [touwkleurige] ecrin [juwelenkistje] bevond zich naast twee écu's [oude Franse daalder, kroon] een voorraad xtc-poeder (ecstasypoeder). Dat is de leus van Feyenoord: facta non verba (geen woorden, maar daden). Dat is me des Guten zuviel [te veel van het goede]. Deze gerechten 'en papillote' zijn bereid in bakpapier [of aluminiumfolie]. Dit kun je en pantoufles [in huiselijke omstandigheden, niet-officieel] en en petit comité [in besloten kring,  vertrouwelijk] wel afdoen. Dit enfant prodigue [mv. s s + – Bijbeltaal: verloren zoon] is een voorbeeld van een enfant perdu [mv. s s + – verloren kind – zoon]. Een enfant prodige [mv. s s + – is trouwens een wonderkind. Enfants chéris [+] [lievelingen] worden snel enfants gâtés [+] [verwend]. Clenbuterol [ook: antihoestmiddel] is een groeibevorderend verboden dopingmiddel. Na de eerste hulpverlening (levensreddend) startte de verdere.

4. Heeft de electric boogie [dansen met schokken] iets te maken met de elektropop [popmuziek] of de electroclash [stijl in housemuziek]? Gebruikt het bekende periodiek Elsevier(s Weekblad, EW) vaak het lettertype elzevier? Hij sprak emfatisch [met nadruk] en empathisch [invoelend, begrijpend]. Waarin verschillen een émissaire en een emisario [geheime bode]? Antwoord: in de taal! Bij embonpoint [beginnende corpulentie] hoort emaceratie [vermagering]. Het Elysée [ambtswoning president Franse Republiek] is niet het Elysium [paradijselijk oord]; op Tahiti, Hawaï en Jamaica kun je wel een elysium [verrukkelijk verblijf] beleven. De afkorting e.g. [ook: exempli gratia, bijvoorbeeld] staat voor eerstgenoemde [GB: eerdergenoemd(e) aaneen, VD: los – lemma ‘van’ 1 vz.]. Met een ellepijp [in benedenarm, zijde van de pink] kun je niet roken. Nee hoor, dat is al drie Elfstedentochten geleden! De empirestijl [ahm-pie-ruh] verwijst terug naar het Empire, het Franse keizerrijk van Napoleon I (1804-1815). Deze boodschap is helemaal en clair [niet in code] en dus niet geëncrypteerd [hij cryptte die dus niet], ge(ën)codeerd. Willempie likte van zijn ijsie. Met een 'cheeriootje' [prosit!] hapte het boaatje [boa constrictortje, koningsslang] zijn prooi weg. Het woord 'eitje' schrijf je met een ei'tje. Al onze erhu's [oe] zijn kapot, we werken met ersatzen [vervangingsmiddelen]. Hij is epris van [verzot op] Sting.

5. Het Erechtheum staat niet meer in VD, maar uiteraard nog wel op de Akropolis te Athene! Een trotse burchtrots wordt ook wel akropolis genoemd. Alle senatoren zijn bij voorbaat erentfest [zeer achtbaar]. Een scheveninger [bij spel weer verliezen] hoeft herhaalde rondjes niet meer te betalen: hij heeft 'er' [gevangenis!] immers al in gezeten. We eten oesters à la nage (in het kookvocht), au naturel (nauwelijks bereid). Hij is en nage [geheel bezweet]. De kinderen werden en foule (en masse = massaal, in groten getale) ingeënt. En garçon (als vrijgezel) kon hij dat wel doen. Zij is een (niet: het) enigst kind. Een oud-Hollands ons omvat twintig engels. Aversief is walging verwekkend (walgingwekkend). Dat is al zo van aver tot aver, van haver tot gort [van ouder op ouder, bnw.: haarfijn]. Bespreek de begrippen 'avers' [voorzijde muntstuk], 'revers' [keerzijde] en 'envers' [verkeerde zijde, keerzijde, linkerzijde]. Aju, paraplu [adieu], de en-tout-cas [paraplu] was aan flarden. En wij snel eropaf!

6. De komiek was geheel en train, zijn conference was dus geheel op dreef. In zijn entrain [voortvarendheid] vergat hij een hele entr'actepauze [tussenstukje]. Dat doen we liefst entre chien et loup, inter canem et lupum [in de avondschemering]. De entrecotejes lagen in het depotje. Daar zal het wel ruig aan toegaan. De koffie: jullie zullen wel eraan toe zijn. We moeten niet eraan onderdoor gaan. Hun teleurstelling kun je eraan afzien. Pas als Sint en Piet (VD) er aankomen, mag je eraan komen. Een eppo is een malle eppie. Het EQ is het emotionele-intelligentiequotiënt. De EPR is de elektroparamagnetische resonantie, de ESR de elektronenspinresonantie. De économie de bouts de chandelle is de zuinigheid die de wijsheid bedriegt. De epopeeëndichter [epos, heldendicht] had een grote productie. Een épreuve d'artiste (afkorting: e.a.) is een artist's print [eerste afdruk, kunstenaarsproef]. Caixa's
[
kaj-tsjaas] drink je niet, daar speel je op: het zijn snaredrums [snèhr] (snaardrums). De en-têtemaker [en-tête = koplijst] zat aan tafel en tête [aan het hoofd].

7. Enteritis regionalis (crohn – ook: ziekte van Crohn) zit in het
maag-darmkanaal. Het en-teken is de ampersand (&). Heb jij weleens een enkhuizer [herhaalde slag van een kabel om de beting] op het touw gelegd? Ik zal me hiervoor en quatre stellen [al het mogelijke doen]. Dat gaat niet eo ipso [vanzelf], maar het apparaat wordt eolisch [door de wind] aangedreven. [Biologie] In 'Quercus robur' [zomereik] is 'robur' het epitheton [de soort aanduidend]. In 'de rozenving'rige Eos' [roosvingerig, rozenvingerig] is het adjectief [bnw.] een epitheton ornans [bnw. dat in een vaste verbinding met een znw. gebruikt wordt]. Erethisch is prikkelbaar. Dan zal ze er wel weer slordig bij lopen. Ze zullen hem vast erbovenop krijgen. Ik blijf erbij dat hij mesjogge [gek, zot, dwaas] is. Ze zullen het plan doordrukken (het erdoor drukken). Ik heb die jaartallen er ingestampt, maar ik had toch moeite met dat proefwerk. Kun je ergens niet op komen? Dat ergocalciferol vitamine D2 is, zou nooit bij me opkomen. De (het) ergotalkaloïde is een antimigrainemiddel. Bij liefdestoenaderingen vertoont hij evasief [ontwijkend] gedrag. Wat is het verschil tussen exequiën [uitvaartplechtigheden] en exuviën [afgestroopte huid]? Een topwoord voor dictees: exsecratie (ontwijding). Mijn maat is extra extra large (XXL, 30 in Romeinse cijfers?).

8. Zit hier één extraneus [doet alleen tentamens en examens] tussen, of zijn er meer extranei? Van al zijn exsiccaten [gedroogde plant] weet hij de Latijnse naam. Face to face is vis-à-vis [in elkaars aanwezigheid]. Een façon-de-venisekaraf is van façon de Venise [nepkristalglas van buiten Venetië] gemaakt. Een fabliau (meervoud: x of s) is een boerde [mv. n] of sproke [idem] (Middelnederlands kluchtig verhaal). Het gepeupel is het volk, de vox populi de stem (wil) des volks en de faex populi is dat gepeupel, de heffe des volks, zelve. Een prokaryoot is een eencellig micro-organisme. Het euphuïsme is een gekunstelde literaire (GB ook: tt) barokstijl. Bacchanten jubelen vaak 'evoë' [als vreugderoep]. Hij viel voor het ewigweibliche in haar. Viva [leve] het Latijn, evviva [idem] het Italiaans. Een exploot betekenen [aanzegging deurwaarder], heeft dat met exploiteren [uitbaten] te maken? Nee. Is façonneren gewoon fatsoeneren? Ja. Ze hebben lelijk op hun facies [faa-sie] [gezicht, tronie] gekregen. Trouwens, faciës betreft de eigenschappen van een geologische afzetting. Hij is al jaren een succesrijk F-16-gevechtsvliegtuigbestuurder. Hebben we ooit met eurco's kunnen betalen? Nee, dat was een monetaire rekeneenheid (EU).

9. De état-majors zijn de staven van opperofficieren. Ethaan is C2H6, ethaandial is glyoxaal, ethanal is aceetaldehyde, etheenoxide is oxiraan en etherische [snel verdampend, dus sterkriekend] oliën hebben met het voorafgaande niets te maken. Hij wikkelde de spanjolet (espagnolet = draairoede) in het spagnolet [zeker flanel zoals voor reisdekens]. Het Euroland omvat alle eurolanden. De afkorting van 'alhier' (en ville) is E.V. Hij zat maar te staren, solo e pensoso [alleen en in gedachten verzonken]. Met Fijidollars kun je ook fettuccine (lintpasta) kopen. Ook deze fidus Achates [trouwe gezel] behoort tot de fine fleur [beste van het beste] van mijn bekendencoterie. In wie fideel [trouwhartig, opgeruimd] is, heb ik fiducie [vertrouwen]. Fidelisme [Fidel Castro, Cuba] is castroïsme. De uitdrukking 'sola fide' (door het geloof alleen) is tot een sjibbolet der lutheranen geworden. Je felicitaties zijn mij geworden. Handelde hij bonafide, te goeder trouw, of malafide, te kwader trouw? Ga je fiedelen [vioolspelen] vanmiddag? Hij was er fiebelefors (fiemelefors, in een oogwenk), onverwacht, snel. De Romeinse godin van de trouw is Fides.

10. Ik voel me een excuusguus [in mijn functie]. Bij tarot is een excuse een skus [uu]. Excusez-moi, bent u de partner van mijn ex-vriend? In het e-zine [ie] werd een handleiding ezeltje-prik aangeboden. Hij is
ex-New Yorker. Mijn ex-man schonk een ex voto aan de kerk. Heb je nog zo'n ex librisje? Het woord 'exhumatie' [opgraven lijk] richtte een slagveld – of liever gezegd: een waar slachtveld – aan bij het dictee. Ik herhaal het maar weer eens: wat de Bijbel is voor dominees, dat is de Grote Van Dale voor de overige zeurkousen (W.F. Hermans). Ex-locoburgemeester?

 


2329 Dictee zondag 01-08-2021 (3) dictee – Een cadavre exquis – Het kostelijke lijk

Dictee - dictees [2329]

Een cadavre exquis - Het kostelijke lijk

Dictee – Een cadavre exquis – Het kostelijke lijk

Elk van de 18 auteurs (naam tussen haakjes) kreeg de laatste (groene) zin van de vorige alinea (zonder invulwoorden) aangeboden en maakte met die zin als begin vervolgens een nieuwe alinea met steeds 4 invulwoorden. De herhaling van de zin in de nieuwe alinea heb ik steeds weggelaten!

De 18 x 4 = 72 vetgedrukte woorden moesten uiteindelijk bij het als invuldictee gepresenteerde verhaal worden ingevuld. (Commentaar tussen haakjes in blauw.)

Het kostelijke lijk (een chaotisch veranderend verhaal) 

1. Daar ligt hij dan, op chic tafeldamast: het everzwijn, de hoofdmoot van het 8 gangendiner [ook: achtgangendiner] in jachtslot Sint-Hubertus. Gisteren rementte [tekeergaan, ravotten] hij nog met alle roedelmatties in de kroondomeinen, en nu ligt ie als zwartewoudham op een ringgitzilveren kabaret [dienblad]. Een delicatesse weliswaar, dit verrukkelijke lijk: een cadavre exquis. Maar voor de krulstaart zelf vette pech. Tja, hij heeft niet gezwijnd ditmaal ... (Bob)

2. Vanwaar dan toch dat vreselijk brakke gevoel? Alsof er een kudde heckrunderen een half uur op hem heeft staan dansen. En wat doet dat amperbroekie [g-string] daar? En dat onbekende roze sjekje [sjek = loshangend vrouwenjasje] aan de kapstok? Dat halflege pakje shag op tafel? En wat een blikskaters vieze geur hier in huis … Wat is er gebeurd? Een wandelingetje door de stad moet de nevel in zijn hoofd helpen optrekken. (Trui)

3. Maar dan staat opeens een sikahert voor zijn neus. Hij voelt zich als de hoofdpersoon in de roleplayinggame die hij laatst speelde en wil deze keer zijn tegenstander ontlopen. Nog murw van de wiiitis [t.g.v. Wii spelen] die hij hieraan heeft overgehouden probeert hij weg te lopen. Maar het beest sprint achter hem aan, als Usain Bolt die zijn zoveelste olympische medaille probeert te winnen. (Randy)

4. Hij rent door en ontwijkt een valkuil die als een boobytrap onder dorre bladeren verborgen ligt, daarmee een pijnlijke myorrhexis voorkomend. Bij de schuilhut aangekomen kruipt hij ver onder het bed. Beter blo Jan dan dô Jan” [d van dakje], denkt hij. Hij valt in slaap en droomt van sirenenzang. Als hij wakker wordt is het beest in geen velden of wegen meer te bekennen. (Lizi)

5. Maar du moment [correct: du moment dat] bevroedt hij dat hij er stante pede achteraan moet gaan. Goed geëquipeerd, want voorzien van een hypermodern binoculair struint hij door de bosschages. Plotsklaps echter stuit hij op een barrière waarachtervandaan [VD alleen daarachtervandaan] een kakofonie van geluiden waarin vuvuzela’s de boventoon vormen, langzaam opzwelt. Hij laat het beest voor even het beest en wil eerst de bron van deze herrie achterhalen. (Aad)

6. Alea jacta estroept hij uit en als een contemporaine caesar steekt hij onvervaard de Bellebeek over. Rrrt! In een ooghoek ziet hij nog net hoe een langgerekte schaduw met hoge snelheid in het struikgewas verdwijnt. (Herman)

7. Als getrainde Finsepisteloper sprint hij erachteraan, maar het mag niet baten. Met een gefrustreerde yell laat hij enkele loshangende takken kennismaken met zijn betere smijt-en-gooiwerk [wdb. alleen gooi-en-smijtwerk]. "Je hebt de snelheid van een baardagame'' [Australische hagedis], foetert hij zichzelf uit en wil zich omkeren, maar dan valt zijn oog op enkele verse sporen. Er zit maar één ding voor hem op: die pootafdrukken volgen! (Marre)

8. Dus op weg, door het welhaast ondoordringbare alangalang [tropische grassoort], de blik gericht op het spoor. Plots doemen de contouren op van een mottekasteel [mv. + s]. Tot zijn verbazing is de hamei [valhek] opgelaten en hij haast zich naar binnen. Uit een van de vertrekken klinken opgewonden stemmen. Door de half open [halfopen alleen bnw.] staande [mogelijk: half openstaande] deur gluurt hij naar binnen: een man in zijn senium [medisch: ouderdom] oreert met een onmiskenbaar Breskens accent. Op de tafel ligt de Dikke Van Dale met daarnaast een ouijabord. Hoe dit surrealistische tafereel te interpreteren? (Bert)

9. Het sepiolieten [meerschuim, serpentijn] voorwerp in het midden was niet moeilijk te verklaren; op het tweede zicht bleek immers dat het tóch geen pijp was. De drakenfiguur die eromheen kronkelde was al wat lastiger: dit was geen leviathan [monsterachtig dier], maar wel Druk, de donderdraak. Was er dan misschien een Bhutaanse link? Als ze het zo ver moesten zoeken, zou het maanden duren om antwoorden te vinden, dus het was tijd om grovere middelen in te zetten. (Minerva)

10. Daar zaten ze dan, mijmerend in dat bedrijfsrestaurantje. Slaapverwekkend vertoon. Gapen en scheiten [m. schaap x v. geit gaap = m. geit x v. schaap], daar zaten ze nu aan te denken, maar van die gekruiste dierenliefde ging het ook niet komen. Limburgse koffiedrinkende t-dieven [eind-t niet uitspreken] brachten ook geen heil, dat hoorde je onmiddellijk. Van messsoep [messroom, eetzaal] lepelende schoonheden was de intelligente raad nergens te bespeuren. En die snoodaard met zijn atonale bagatelle [muziek – ‘luh’ niet uitspreken] deed hun denkvermogen compleet verschrompelen. Daarom schoven ze de hete aardappel door, hopende dat de antwoorden toch op een onbewaakt moment uit de kast zouden rollen. (Raf)

11. Plots ging de deur open en stormde de koffiedame naar binnen. Ze droeg, zoals gewoonlijk, een schort van greige [kleur] grège [ruwe zijde]. Ze was helemaal sela [dronken], en nage [geheel bezweet] en zat duidelijk onder de cocaïne. Vermoedelijk daarom oogde ze wat parra [paranoïde] en keek ze steeds om zich heen. Toen de hoofden van alle aanwezigen in haar richting draaiden, haalde ze grijnzend een python uit haar handtas. (Birgit)

12. Je hoeft geen expert in de ofiologie [slangenkunde] te zijn om in te zien dat die uraeus [brilslang; Egyptische farao’s] ex machina dit krankzinnige verhaal in een beslissende plooi legt. Het liefhebberen met invasieve exoten dierlijke, geen taalkundige welteverstaan of het nu wallaroes [bergkangoeroe] of fenneken [ook: fenneks] zijn, is de voorbije jaren in onze contreien aan een onstuitbare opmars bezig. Wat iemand bezielt om uitheemse reptielen als huisdier te koesteren is voer voor psychologische studies. Je zou er een boek over kunnen schrijven. (Frank)

13. Maar op het politiebureau besloot de bollebof van de bazaar [= commissaris van politie] , dat hij dat niet ging doen. Hij had immers het gevoel, dat hij er niet echt bij hoorde, bij die quasiauteurs. Daarom concentreerde hij zich op zijn eigenlijke werk: het bewaken van de kluis met het bramahslot. Het was zijn enige taak, hoewel een waardeloze. (Huib)

14. Deze nam hij echter wel uiterst serieus, zonder sullenpiet [zielenpiet] te worden of in oblomovisme [lamlendigheid] te belanden. Stupéfait [stomverbaasd] was men dan ook toen juist híj de indringer ontmaskerde door hem de balaclava [bivakmuts] van zijn hoofd te trekken. Maar daarmee was het gevaar nog niet geweken. (Annemarie)

15. Nee, helemaal niet. In godschristusnaam! Het gaat hier echt niet om een bagatel [kleinigheid!] zoals bijvoorbeeld voetbalnederlanders en -belgen die – na het betwisten van hun onderling duel – gaan verbroederen op een of andere thé dansant [afko: t.d.] en het daar al te bont maken onder invloed van ecstasy [afko: xtc]. Er was wat anders aan de hand. Onze aandacht werd opeens opgeëist door een Japanner in een jacuzzi. Zijn tatoeages bevestigden onze vermoedens ... Hij behoorde tot de yakuzaclan [Japanse georganiseerde misdaad]! Plotseling verscheen er nog een ander individu ten tonele. (Walter)

16. Het was de aquaeologe [niet in wdb.] uit Irchonwelz, die blijgezind [GB] haar kantoor uit liep, de biodiversiteitstuin in. Dankzij een recente aanplant gedijden in die tuin kleine bevernel en toorts, alsook stinkende gouwe en wollige sneeuwbal. Aan de kim zag ze galloways [vleesrund, hier beter: grazer natuurgebieden] en Schotse hooglanders [idem] grazen. De aanblik van die runderen maakte haar rustig. Ze ging zitten in het gras. Dat er daarna een woudezel niet alleen ongevraagd naast haar kwam zitten, maar ook breedsprakig begon te zemelen over een recent incident met zijn diepvriesinstallateur, kon de wetenschapster allerminst hoogschatten. (Edward)

17. ‘Hell to the no!, dacht ze bij zichzelf, ik heb écht geen zin in die gozer z’n manspreading’ [wijdbeens gaan zitten], en ze schoof prompt twee batsen [bil] op, hem trakterend op haar resting bitchface [niet in wdb.: internet: blijvend boos kijken]. Waar is de tijd dat ze nog met graagte inging op de avances van de mannelijke soort? Dat moet van haar studententijd geleden zijn, voordat ze met haar tweed [bnw., van zeker weefsel] toque [dameshoed zonder rand] zwaaiend het werkleven ambitieus begroette. Toentertijd was er ook nog geen sprake van Netflix en chill: in het beste geval had je wazige wrappers [presentator jongerenzender] op JIMtv [eigennaam] die de vroege uurtjes aan elkaar praatten. Die dagen van promiscuïteit en vrij slaapkamerverkeer zijn nu voorgoed verleden tijd: ze kruiste haar benen over elkaar en staarde stijf voor zich uit, haar best doend om de vent te negeren. (Anneke)

18. De net-nietadonis wist dat hij dergelijke vermijdbare fouten onder normale omstandigheden niet zou maken. De hele geschiedenis kwam hem achteraf chaotisch voor, alsof de loop van het verhaal telkens veranderde. Het leek of hij vooral achteropgeraakt was nadat een vrouw het initiatief nam. Want hoewel hij ook buiten Middelburg genoeg manninnen kende, was zijn begrip van hen niet helemaal kadee [puik, goed]. Hij besefte dat hij quoad sacra [kwoo-waht-saa-kraa – wat geestelijke zaken betreft] niet sterk stond en verliet de pd [plaats delict] met hangend kopje. (René)