donderdag 10 december 2020

2019 Dictee zondag 13-12-2020 (1) dictee Dictee van de dag (56) √

Dictee – dictees [2019]

Oefendictee 801 OUD, geheel herzien naar situatie 2020

Dictee van de dag (56)

1. In de eerste, tweede en derde Punische oorlog kwam je heel wat punische trouw (fides Punica, Punica fides, trouweloosheid – vergelijk fidus Achates, trouw gezel – van Aeneas, Eneas) tegen. De juiste toedracht bleef in delfische (punische, sibillijnse) nevelen gehuld. Het orakel van Delphi is het pythische orakel. 'Het Delfts orakel' is een epitheton van Hugo de Groot (Grotius), van wie het predicatief 'grotiaans' is. Had je in het quattrocento [14xx] ook al cuatro's [snaarinstrumenten] zoals in een typico-orkest? Een andere naam voor pyrethrum is (wilde) bertram. Het quart d'heure de Rabelais [onaangenaam ogenblik] is beslist iets anders dan de 15 minutes of fame [roem]. Om die status quo te handhaven moet je op je qui-vive zijn. Quisse (gedeelte van een gebraden kip) is niet iets zoals kipquiche (hartige taart). Militairen en jagers kunnen een raakschot [lemma VD] produceren, voetballers een raak schot. Rabauwen en rauwdouwers (ook: rouwdouwers) zijn het! Een rancher [ee] is een ranchero [ah]. Met de zaklamp bescheen hij de rakklamp [bij de zeilvaart].

2. De ramboersappelen werden onder rembours [onvoorwaardelijk betalen bij ontvangst] verstuurd. Wat een raggel (tegenvaller, mislukking): de rachel [smalle plank] was te kort. Een verwijzing naar ragout kwam ik hoe dan ook tegen bij: barquette [bakje van bladerdeeg], blanquette [van wit vlees], cassoulet [met witte bonen in een schotel van aardewerk], chipolatapudding [genoemd naar ragout van uien en worst], civet [van wild], croustade [in een knapperig gebakken korst] , deegmandje [omhulsel voor ragout], frituur [bakje van in kokend vet gebakken deeg], lamsragout, pasteitje [met ragout gevuld bakje], ragoutbroodje, rissole [klein gerecht van bladerdeeg of flensjes], salami [van gebraden gevogelte of wild], saupiquet [van wild in gekruide roomsaus] en vol-au-vent [vulling voor pasteitje]. Een raout [raa-oet] (ook: rout [raut]) is trouwens een deftige avondpartij. Zittend op de raffiastoelen dronken we ratafia [zekere likeur]. Een
interim-aandeel kan later worden ingewisseld. De CAC-40 [uitspraak: kahk-quarante] is de Compagnie des Agents de Change-40 (beursindex van Parijs). Zich caché houden is zich schuilhouden. Cachaça is een Braziliaanse sterkedrank (GB ook: sterke drank) op basis van suikerriet. Een caccia is een muziekstuk waarin een jachtscène wordt uitgebeeld. Cacciucco [tsj oe k] is de traditionele Italiaanse vissoep. Een cachelotje [oh] is een potvisje.

3. Deze opvatting moet radicitus (met wortel en al) uitgeroeid worden. Een cachet-crampon is een sluitplaatje voor brieven. Wie cachectisch is, lijdt aan cachexie [k ch] (slechte algemene lichamelijke toestand). De (het) cacholong is geen long (maar melkwit opaal). Cachou
[kah-sjoe] wordt ook wel catechu [kah-tee-tsjoe] [samentrekkend geneesmiddel, leerlooien] genoemd. Een cacique is een stamhoofd van indianen (in Midden- of
Zuid-Amerika, vergelijk ook: caciquisme – VD nu ook: kazike). De cacimbo [kustnevel] vind je aan de kust. Cachounoot is een ander woord voor cashewnoot. À (A) la Plato is platonisch en à la Cadmus is cadmisch (en niet Cadmisch! – zie: cadmische overwinning – zekere koning, vergelijk pyrrusoverwinning). De caduceus [kaa-duu-see-juhs] is de staf van Mercurius. Een caecum [see-kuhm] is een blindedarm. Ze zouden caelum [see-loem] et terras miscere: hemel en aarde bewegen. Raar: cafés crèmes (VD – of), café billards (VD), café(s) complets, café(s) noirs, café(s) chantants, café(s) dansants (VD), café(s) glacés (VD) en thé(s) complets (VD)? Een cafetière [tj] is een koffiepot.

4. Nieuwe loten aan de koffiestam: caffè latte (mv. lattes of latte's), caffè lungo en caffè macchiato. Bij ingewikkelde bouwprojecten kunnen er meer cahiers des charges [lijst met voorwaarden] zijn. Een cairn is een pre-Keltisch gedenkteken. De caisse [kas, kassa] werd goed gespekt. In een cakebox doe je dvd's of cd's. Een cajon [ch oh] is een handtrommel. Een caixa [kaaj-sjaa] is een Braziliaanse snaredrum [èh: – ook: snaardrum]. Een atleet op volle snelheid moet je niet calcar addere currenti: nodeloos aansporen. De officiële naam hiervan is chalcedon [chalcedoon, calcedoon – nevel- of melksteen]. Een calcaneusspoor is een hielspoor [botuitwas]. Een cado is een calamiteitendoorsteek. Moet je calculatief commitment [berekenend vertrouwen] waarderen? Dat staat niet linksboven (links bovenaan), maar rechtsonder aan (rechts onderaan) de bladzijde. In het Brugse Ommeland vind je nog heel wat van die Brugse traveeën [gevelindeling in de late gotiek]. Duchessekant is Brugs kant. De cadenza is de cadens.

5. De Brugse metten [volksopstand] moet je in 1302 situeren. In de régence hadden de refugiees de overhand op de mannen. Noem je dat nou reflectie [terugkaatsing, overpeinzing] of deflexie [verloren gaan buigingsuitgang]? Het vrouwelijkereligieuzenclubje maakte een uitstapje, terwijl het mannelijkereligieuzenclubje thuisbleef. Een nota van remarque komt van de Algemene Rekenkamer, is dat niet remarquabel [opmerkelijk]? Wist je, dat reien ook vlakschaven is? Een vennootschap en commandite is commanditair [deelnemers brengen alleen geld in, geen zeggenschap]. Ze lijdt nogal hevig aan het reisstresssyndroom. Een (goud)reinette [uitspraak mag zonder 'tuh'] is gewoon een (goud)renet. Een calculus (stemsteentje) Minervae is een beslissende stem. Een calèche noemen Jaan, Peer en Pauw gewoonlijk een kales. Wat is een calembour [woord- of naamspeling berustende op de gelijke of bijna gelijke klank van verschillende woorden]? Je doet dat zeker pas ad calendas graecas (met
sint-juttemis, nooit dus)
?

6. Heb jij bij die Monsieur Calicot een calicokat van calicot gekocht? Callositeit is calleusheid [eeltig]. Hij is een erkend columnist, maar helaas ook calumnist (hij calumnieert anderen = belastert). Die arts geeft heel gemakkelijk calmantia (pseudo-Latijn – kalmerend middel, calmans). In dat gebouw hebben ze een calorifère [buizen met warme lucht]. Wat, doe jij aan calisthenics [benen, buik, billen, lichaamshouding]? Of was het callanetics [spieren versterken]? Zo'n calvarieberg [berg, heuvel met kruis] kun je overal aantreffen. Een calville is een kalvijn [geribde fijne tafelappel], niet: Calvijn. Leg uit wat calx [chemie: uit metaaloxiden bestaand poedervormig residu verkregen door verhitting aan de lucht van metalen of mineralen] is. Hij heeft een (web)cam [kèhm – camera] bij zich. Neutrale camber [èh] [voorwiel auto] bestaat niet. Is cambozola een kruising van camembert en gorgonzola? Ja. Cambric [èh] is batist, kamerdoek. Cambré is een basisbeweging bij ballet en dans. Een camjo is een camerajournalist. Is die fiets van de camion gevallen [(vracht)wagen: zwart gekocht of gestolen]? Een camino (de Santiago) is een pelgrimspad naar Santiago de Compostela (VD: Spaans, NL: ll). Cananefaten (Kaninefaten) waren een Germaans volk, eerste eeuw jaartelling, Zuid-Holland.

7. Een cami [kaa-mie] is de gebedsruimte van een grote moskee. Wat moet ik me voorstellen bij een camgirl? Niets, want die stelt zichzelf voor. Hoedt u zich voor de Napolitaanse camorra (maffia). D66 heeft een ijzersterke campaigner, hij trekt rond met een camper. Hij trok door de campo's [grote grasvlakte] van Patagonië. Italianen verzorgen hun campi santi [begraafplaatsen; enkelvoud: campo santo] goed. Trees [einde WO II] heeft een Canadees (en is dus een canadel). Kijk daar: meer dan één canada [populier – canada's, canadassen!] Holland en Hollanders: canaux, canards, canaille [kanalen, eenden, schelmen]. De cancan is een populaire revuedans met veel vertoon van froufrou (ook: een koekje bestaande uit twee wafeltjes met crème au beurre ertussen). Is canderen [versuikeren] kandij maken? Nee. Wat voor religie is candomblé [soort menggodsdienst]? De politie zet cannachoppers [helikopters] en -sniffers [apparaat] in (hennepplantages opsporen). De canossagang is de gang naar Canossa [fig.: zich onderwerpen, boete doen]. Joepie, ze hebben een canopenveld gevonden. Wil je cantal [soort van zachte kaas van koemelk] op het brood?

8. Wie cant [èh] (dieventaal) spreekt, is verdacht. De naaldhouder van een pick-upelement is een cantilever. Cantuccini zijn biscotti di Prato. Canyoning doe je in een canyon (ook: cañon). Een capacitor [kleine accu] zit in horloges en rekenmachientjes. Een capermovie is een kraakfilm (heistfilm – iets kostbaars veroveren). De grijsaard had capitis nives (sneeuwwit haar). Hij was capo di (tutti) capi (hoofd van de maffia). Dat zit verstopt onder de capot (poo motorkap). Capotes anglaises [+] zijn kapotjes. Waar zit die capslock(toets)? De captcha is de completely automated public Turing-test to tell computers and humans apart. Captuur lijkt mij gewoon kapen. Begin daar maar niet aan: caput Nili quaerere, een onbegonnen werk (de bronnen van de Nijl zoeken). Cara [mv.] waren vroeger de chronische aspecifieke respiratorische aandoeningen. Caramba [uitdrukking van gespeelde verbazing], nou breekt m'n klomp! Ga niet met haar in dispuut: ze is een caractérielle (rechtlijnig, koppig, hardleers). Is die plaat gerepousseerd [beeldende kunst: door kloppen (op de achterzijde) een reliëf aanbrengen (in metaal)]?

9. De term 'revivificatie' komt uit de chemie, de term 'revivescentie' kan op bevroren lichaamsdelen slaan. Met kerst en oudjaar lezen we reuzereuzenromans. Die voetbalclub heeft een rijkgevulde (GB) en rijkgeschakeerde prijzenkast. Dat rijsscherm dient om zandverstuiving tegen te gaan. Een reuzenhamburger is reuzegroot. Sjing-boem is een verkorting van retteketetsjingboem. Vitters moet je retorqueren (met eigen woorden bestrijden). Is het niet te rigoureus om de rigaudon (dans of muziek ervoor) te verbieden? Met rials kun je niet in
S
audi-Arabië (ook: oe – GB/VD) betalen (wel met riyals (SAR) – net als in Qatar – QAR). Er gaan bijna elf ri's [oude Japanse afstandsmaat] in een marathonafstand. Een CDO is een collaterized debt obligation (en dus risicovol). Poudre de riz (poudre d'iris – talkpoeder, beide geen mv.) kun je beter niet op ris de veau [kalfszwezerik = geen mv.] doen! Hardsteen, carbonkalksteen, arduin of Escosijnse steen komt uit de streek van Ecaussinnes, Henegouwen. Carolinapine
[kèh-ruh-laaj-nuh-paajn] is een houtsoort.

10. CMC is carboxymethylcellulose. Carco is de volksnaam voor een grote zeeslak. Je zal maar hypertrofische cardiomyopathie hebben (hartaandoening waarbij de spieren in de wand van het hart verdikt zijn). Cardio-thoraxchirurgie is hart-thoraxchirurgie. Verklaar het adjectief cardiothoracaal [hart + vaten borstholte]. Cardiotocografie (ctg) is de grafische registratie van de hartslag van de foetus in de baarmoeder. Een carenzdag behoort tot de carentietijd [wachttijd, uitkeringen]. Voor het boomwoord 'karet' (rubberboom) heb je geen caret (weglatingsteken, dakje) nodig. De druif van de carmenère [wijnstok] geeft paarsrode wijn. Het johannesbrood wordt ook carobe genoemd.

 

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten