UvA-HvA-dictee 2014 (8 december) Amsterdam
[Geen titel]
1. Het is voor een dicteeauteur in de dop bepaald geen sinecure om de verleiding te weerstaan zijn of haar relaas te larderen met kokette, chique en onnodig gesofisticeerde woorden, om zo de arme dicteedeelnemer van zijn à propos te brengen, als een schnabbelende postavant-gardistische jazzmuzikant die zijn trukendoos opentrekt in een maffia-achtig hotel-restaurant.
2. Wees gerust: bij mij geen labyrint van zoölogische excentriciteiten als de vicuña, de jan-van-gent, de sint-jakobsvlinder, de bulterriër, de thomsongazelle, de orang-oetan, de cheeta, de axolotl en het przewalskipaard.
3. Een archaïsch woord als 'spelemeien', wie gebruikt dat nog?
4. Buitenissige linguïstische noviteiten als 'onesie', 'project X-feest' of 'Facebookvoyeur' [evt. ook f] zijn mijns inziens het spellen geenszins waard.
5. En of 'ik heb gechild' of 'we hebben ge-e-maild' met een t of een d is, is niet mijn pakkie-an.
6. Zonder dit colloquium onverwijld te gronde te willen richten: een cabaretier of stand-upcomedian vragen een dictee te fabuleren is de goden verzoeken.
7. Excepties daargelaten zijn wij louter potsen makende jandoedels, excentrieke imbecielen, semi-intellectuele mama's-kindjes die hun donquichotterie dan wel variété voor het gretig applaudisserende publiek ten tonele brengen.
8. Voor een gesjeesde neerlandicus en BN'er uit de C-categorie als ik rest tijdens een dictee ten slotte (ook: tenslotte) maar één rol: die van spectator.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten