Dictee – dictees [2457]
Vragen en opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com
Oefendictee 476 OUD, geheel herzien naar situatie 2021
Dictee van de dag (381)
1. Hij had een vlossen [als vloszijde, ook: floszijde, bnw. vloszijden] baardje, zij droeg een vlossen blouseje (bloesje) en in het boek zat een vloszijden leeswijzer. Ik heb mijn tanden met floss geflost. Flos caducus is vergankelijke bloei, flos ipse is een bloeiend jong meisje en flos juventutis (flos juvenum) is de bloem der jeugd. Daar stond ze dan met haar frisgewassen (GB) en fris uitziende uiterlijk. Fullprof en fullback zijn sporttermen, full house is een kaartterm. Bij freefight gaat het er hard aan toe, bij een free kick [voetbal] wat vriendelijker. De five o'clock tea, we zijn eraan toe! Het fijnstofbesluit gaat over fijnstof (NL, BE: fijn stof). De fikh is de jurisprudentie van de sharia [Koranwetgeving]. In de spijswetten der joden komen de termen 'milchig' [met melk bereid] en 'fleisjig' [met vlees] voor. Het floue [oe] [zacht, vervloeiend] schilderij werd samen met de nodige flousjes [smoesjes] verkocht. Floid [kunststof] vind je op de (buiten)tennisbaan, floréal was de bloeimaand tijdens de Franse Republiek. Een foergon (niet in VD) is een soort (vracht)wagen. Verwar 'fourneren' [verschaffen] en 'foerageren' [levensmiddelen verschaffen] niet.
2. Uit een flûteje drink je champagne. De focolarini [kleine gemeenschap van leken en priesters] behoren tot het 'Werk van Maria'. Focaccia is een platte Italiaanse broodsoort. De fietsgekke henkie kon maar niet stoppen. Een fianceetje (m/v) kan zowel een fiancé als een fiancee zijn. Het fichuutje [driekantige halsdoek] werd met een fibula [sierspeld voor vastspelden] gesloten. Voor de-escalatie van niet fibrilleren heb je een defibrillator nodig. Oma's boterham moet fijngemaakt worden. Rijdt je kleindochter op een oma's-fiets? Ze had een fijngebouwd (rank) figuurtje. Wil je een filetje americain, d'Anvers of pur? Een sikh [godsdienst in Indiase staat Punjab] houdt zich als regel aan de fikh [jurisprudentie van de sharia]. Fil d'écosse is glansgaren. De fil-à-fil is een zeker weefsel. De fijnbesnaarde (kan een viool dat ook zijn – dan los?) man had fijnbesneden trekken. Met zijn fijn gemanicuurde handen produceerde hij fijn geciseleerde literatuur (GB ook: tt). De fijngesneden groenten waren wel erg fijn gesneden. Ondanks de filemelding heeft hij het gefikst [klaarspelen]. Waren Filips de Schone en Philips van Kleef naë verwanten? Hij hield een filippica [hevige strafrede].
3.
Hij laat de fiolen (ook:
violen!) maar zorgen en gooit de
fletste bloemen weg. De flamboyante flamencodanser danste als een
flamingo. Op Oost-Aziatisch vaatwerk kom je flambé
figuren die dus flambé [gevlamd,
predicatief bnw.] zijn tegen. Ik
was flabbergasted [verbijsterd]
als hoorde ik wasgoed flabberen [zacht
klapperen]. Flabben is conferven
[draadwieren]
opvissen. Een fiscaal jurist moet ook fiscaaltechnisch en
fiscaal-economisch onderlegd zijn. Een fisheye is een lens met grote
beeldhoek. Ik wil geen bolletje [klein
rond broodje], maar
fish-and-chips. 'Fischer-tropschsynthese' [chemisch
proces] is een echt dicteewoord.
Een flèche is een pijl, een fleer een klap en flerecijn jicht. Je
gaat toch niet in je flashy [door
schitteren opvallend] fleece
bodywarmer (geen
flausch = duffelse wollen stof!)
[fleecebodywarmer]
flauwvallen om die flauwekul? Henk en Ingrid fletcherden [voedsel
langdurig kauwen] en flensten
[neuken]
en de walvis werd geflenst [aan
stukken snijden], maar lading in
het zeewezen kan worden geflensd [flenzen
– neersmijten]. Ze gooiden een
flare [fakkel om
hittezoekende raket te bedotten]
uit het vliegtuig. Door de mist zagen we het doel slechts
flardengewijs. Flok is wollegras. Deze
flap-aan-de-wand [klaptafel,
vlak tegen de muur] was duidelijk
ineengeflanst.
4.
Flecteren [verbuigen,
vervoegen] levert flexie op. Dat
staat los van een (wiskundige)
flexiecirkel [kromtecirkel]
en al helemaal van een flexikoker [fabriek
voor zware stookolie]. Hij
richtte de flitspuit op het flap-overbord. Hij schoot met zijn
flobert(geweer)
[tuingeweer]
op de mug, resultaat: morsdood. Een fliffis [trampolinespringen]
is een tweevoudige salto met schroef, een flikflak [gymnastiek]
een (achterwaartse)
handstand-overslag gevolgd door een radslag. De floormanager
[verantwoordelijk
voor goede gang van zaken op het toneel]
stond in het floodlight [spreidlicht,
spotlicht]. Hij had trouwens heel
wat floating rate notes [obligaties
met variabele rente]. Gezocht op
'*madam*' (op
woordvormen): een
bonjourmadammeke = (niet
meer in VD:) een dagschone,
(gewestelijk:)
driekleurige winde (ook
verdwenen), croque-madame (tosti
met een spiegelei erop), flap- of
floddermadam, een kale madam, een kot- en kakmadam,
madame-jeanette(s)
(soort van grote,
rode of gele Spaanse peper(s)),
madammen (de
mevrouw spelen), pretmadam
(truttemie),
tripmadam (een
soort vetplant ofwel muurpeper (bergknop,
scherp huislook)) en trou-madame
(spel met dertien
ivoren balletjes).
5. Bastweefsel is floëem. Het bovarysme [verlangens hebben, haaks op de werkelijkheid] is genoemd naar Madame de Bovary; Madame de Pompadour [na mij de zondvloed, après nous la déluge] heeft niet zo'n eigenstandige [zelfstandige] uitdrukking. Een chichi madam is bekakt. De melbatoast is genoemd naar Dame Nellie Melba (afgeleid van Melbourne). Dat geldt trouwens ook voor de pêche melba [ijs met o.a. perziken en slagroom]. Die dame heet eigenlijk Helen Porter Mitchell. Bij '*monsieur*' vinden we: Monsieur Calicot (type van de opgedirkte manufacturiersbediende), croque-monsieurs (tosti's), monsieur de Paris (beul van Frankrijk), monsieur Jourdain (type rijke burger, die zich belachelijk maakt) en monsieur Prudhomme (Joseph – maar een prud'homme is een vertrouwensman).
6. Vérités de Monsieur de la Palisse zijn waarheden als een koe. De gepelletiseerde bolletjes werden na verpakt te zijn gepalletiseerd [èh] [op pallets stapelen]. Van mon chou [kaas] wordt mon-choubeleg gemaakt. Hij zette zijn strooien matelotje [ronde strooien hoed] af. Zij was een Mick Jaggeraficionada. Ra is de Oud-Egyptische zonnegod. De raadsstukken werden thuisbezorgd. Rachitis is de Engelse ziekte [bot groeit krom]. Genade, heb rachmones [medelijden] met me! Radar is een letterwoord (radio detecting and ranging). Een raglanmouw is niet ingezet. Onder de ragtime [muziek] aten we ragout [kleine stukjes vlees in saus]. Rallentando [muziek] is langzamer. Een ramboetan is een zure Indonesische vrucht. In het ranzige tv-programma kwam een rara avis [zeldzaam figuur] voor. De razende [onstuimige] roeland ontvluchtte razendsnel [razend vlug] de razzia-achtige persoonscontrole. Een readymade is een objet trouvé ['natuurlijke' kunst zonder bewerking]. Voor alle laptops gold de recall [terugroepactie]. Rechtelijk bezit ik deze hectare land. In het référé [kort geding, BE: kortgeding] werd de referee [scheidsrechter] in het ongelijk gesteld. De reggae [muziek] dankt zijn faam aan Bob Marley.
7. Tegen stresssymptomen helpt reiki [therapie voor behandeling van spanningsklachten]. De rekwisieten zijn goed opgeborgen. De christianscienceaanhangers (drieledige samenstelling: vergelijk: christian science en christian scientist) beleefden een relance. 'Reliek' en 'relikwie' zijn synoniemen. Relschoppers willen rel schoppen. Het vliegtuig raakte in een remous [schokken in instabiele luchtlaag door stijgen en dalen]. Een remplaçant remplaceert [vervangt] iemand. Renommee betekent een goede reputatie. De renegaten [afvalligen] hadden een rendez-voustje (afspraak; geen rencontre = ontmoeting!). RSI is repetitive strain injury [diverse klachten, ook KANS = klachten aan arm, nek en/of schouder of CANS = complaints of arm, neck and/or shoulder]. Ook voor een reprint [ongewijzigde herdruk] geldt het reprorecht [beschermt boeken en tijdschriften tegen kopiëren]. De reprise [heropvoering] was mooier dan de originele uitvoering. Resignatie is ontslagneming. Wat is resorptie [opneming van vocht]? Iets met resorberen? Ja, dus. Je kunt onder een rechtsgebied, een ressort, ressorteren. Dat wintersportresort oogt fraai. Resources [oh] zijn het geheel van mensen en middelen in het productieproces (zoals human resources [oh], de mensen). Ressources zijn mogelijkheden, capaciteiten. Een retailbank is er vooral voor het kleinbedrijf en particulieren.
8. Hij gaf een keurig resumé [samenvatting] van het gebeurde. Een retiré is een basisbeweging bij ballet en dans. Rettich is een variant van de zwarte rammenas. Het mogelijke drama kende toch nog een réussite [succes]. Een reveille is een sein om de troepen te wekken, een reverence is een lichte kniebuiging uit beleefdheid (een knicksje), reverentie is ontzag en een rêverie is een dromerij. De Reykjaviker was een rhythm-and-bluesfanaat. Het Riagg-centrum (Regionale Instelling voor Ambulante Geestelijke Gezondheidszorg) was toen al gesloten. Een rez-de-chaussee is een benedenwoning. Een ribes [sierheester] kan geel of rood zijn. Hij gaf een riedel [loopje] op de honkytonkpiano [met valse klanken]. Een ricinusboom (wonderboom) heeft wel iets weg van de Yggdrasil [noordse mythologie: wereldboom, symbool van de kosmos]. De cosmos [plant] is een der composieten. Rietzodden zijn drijftillen. De Rijnlander hield diverse rijnlanders [konijnen, ook: vrachtschip]. Vanuit de riksja's [karretje] zagen we hoe ze met riotguns [sproeier, schrootgeweer] op vluchtende rinocerossen schoten.
9. De rilde [slank] korenstengels glommen in de zonnestralen. Hij is de risee [mikpunt van spot] van het dorp. Bij de ro (ruimtelijke ordening) speelt het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) een beperkte rol. Rodeloop is dysenterie. De rododendrons bloeien. De halve roei-equipe was ziek. Een rondeel is een (half)ronde toren. Een rossinant is naar Rocinante [paard van Don Quichot] genoemd. Rösti is een aardappelgerecht. In een rotishop kun je zekere Surinaamse gerechten kopen. Een rotisserie is een grillrestaurant. De Rotterdammer sloeg een rotterdammertje [laatste hoeveelheid in de jeneverfles, minder dan een glas] achterover. In de rozentuin stond een rozenrode rozelaar [rozenstruik]. Op de Rubenstentoonstelling liepen er rubensfiguren [vrouw met weelderige vormen] rond. De mouwen waren afgezet met ruches [roesje, roezel, geplooid (kanten) oplegsel]. Het rouge-et-noir is een hazardspel. Witte, blanke of bruine roux vind je in sausen (ook: sauzen). Wilt u ruimte maken? Dit is een ruim bemeten stadswijk. Op rulijs [oneffen, hobbelig] schaats je niet lekker. Zij is een rupsje-nooit-genoeg [onverzadigbaar].
10. Ik eet frequent fish-and-chips. Gekkebekkentrekkers zijn zij die gekke bekken trekken. Zoals bekkentrekkers bekken trekken: dat wordt ook wel aangeduid met trekkebekken. Ik houd van blondies en bloody mary's. De pabostudenten hebben de wedstrijd gewonnen. De Duizend-en-een-nacht wordt in de mond van sultane Sheherazade gelegd. Hij is niet rechtdoorzee, de rest van de familie wil wel recht door zee gaan. De try-out, de proefvoorstelling was een enorm succes. Het spelregelboekje is een bijbeltje voor alle referees [scheidsrechters].
Geen opmerkingen:
Een reactie posten