Finaledictee top basisscholen Eindhoven e.o. 2016
(Geen titel, auteur: Dolf Verroen)
1. Ik heb twee opa's.
2. Ze zijn beiden buitenissig.
3. Ze doen bizarre dingen.
4. De een zit de hele dag op zijn racefiets.
5.De ander heeft een laboratorium op zolder.
6. Daar wil hij opblaasbare frikadellen maken.
[frikandellen heeft andere uitspraak]
7. Mijn oma vindt het verschrikkelijk.
8. 'Straks explodeert ons huis!' krijst ze.
9. Mijn opa is enigszins eigenwijs.
10. Hij houdt een enquête in de straat.
11. Hij komt enthousiast thuis, want iedereen wil pannenkoeken met mayonaise.
12. En supersonische cakejes.
13. 'Ik ga ook hypergrote bolussen bakken,' roept hij.
14. 'En tompouces [s]
maken van rabarber.'
[tompoucen [s], tompoezen, andere uitspraak]
15. 'Nee!' schreeuwt mijn oma.
16. Maar soms is mijn opa Oost-Indisch doof.
17. Mijn oma pakt haar rollator.
18. 'Veel succes!' roept ze op het trottoir.
19. Opa valt bijna flauw van schrik.
20. Hij trekt oma gauw naar binnen.
21. 'Ik zal het nooit meer doen,' fluistert hij.
22. En dan is alles weer goed, nee perfect!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten