donderdag 28 januari 2021

2080 Dictee zaterdag 30-01-2021 (1) dictee Dictee van de dag (104)

Dictee – dictees [2080]

Oefendictee 753 OUD, geheel herzien naar situatie 2021

Dictee van de dag (104)

0. Vooraf: woorden met (*) staan niet in de wdb.

1. Een donquichot [ijveraar voor hersenschimmen] laat zich inspireren door Don Quichot, die met Sancho Panza tegen windmolens streed. Hij wilde zo nodig de broodnodige handelingen meteen verrichten. Wat is het verschil tussen de afasie van Broca [niet spreken, schrijven] en die van Wernicke [niet verstaan, lezen]? Een psychische anafylaxie [allergische reactie tegen een bepaald allergeen (veroorzaakt een allergie) bij een tweede blootstelling] is levensbedreigend. Een azer aast, een grazer graast. Ik heb nooit helemaal goed begrepen, waarom we 'aveetje' (ave = ave maria = gebed, weesgegroetje, keer bidden) en 'Ave Mariaatje' (Ave Maria = de naam van het gebed, Weesgegroet) zo schrijven. Het eerste is x bidden, het tweede de naam van het gebed. De afroditische mysteriën hebben betrekking op Aphrodite. Aan haar heeft een afrodite [beeldschone vrouw] haar omschrijving te danken. Het moustérien is trouwens de laatste periode van de oude steentijd. Zou de moutan [boompioen, als sierplant gekweekte heester] toen al bestaan hebben? Op een a-b-bord leerde je het abc. Dat is wel het allerallerlaatste dat we zouden moeten willen. Hij verdraagt geen asperges, hij lijdt aan asperger, het 'aspergesyndroom' [syndroom, ziekte van Asperger = verwant aan autisme].

2. Van wielrenners worden de whereabouts [i.v.m. dopingcontroles] gecheckt. Hij zit graag te dingesen aan oude klokken. Voorbeeld van een syllepsis: "Dikke Dinges was gestorven in zijn Heer en
lits-jumeaux". Hoe zou je een metroseksueel omschrijven [uiterlijk, emoties, zachte kant]? Je kunt heden ten dage in pais en vree (vaste uitdrukking, GB, anders ook: peis) leven. Wist je dat een ria een door de zee overspoeld rivierdal is? Die act vindt de jeugd übercool. Feyenoord is mijn club, mijn cluppie, daar blijf je liever van af. Bij een dictee in Wijchen werd 'prognosticeren' s'loos voorgelezen. Bij osm [ons soort mensen], een soort soort-zoekt-soortmensen, vinden we geel-met-rode blazers te gek. Voor de prince charming [charmeur] was de prince-de-galles [wollen weefsel] dragende princess charming [attente mooie jonge vrouw] een princesse lointaine [onbereikbare geliefde]. Het dharma [grondregels oosterse religies] bepaalt je gedrag en kan mede ook je karma [geheel aan goede en slechte daden, gaan mee bij reïncarnatie] bepalen.

3. Een residentie of résidence wordt tegenwoordig ook wel 'state' [uitspraak: NL] genoemd: een statenwijk [geen n uitspreken] is chic en maakt een chique indruk. Je moet daar wel continu zorgen voor een continu goede uitstraling (een continue inspanning). Als je een tik van de Kamper molen beethebt, leidt dat vaak ertoe, dat je aan een zenuwtic gaat lijden. Een tic douloureux [zenuwpijn gezicht] gaat lang niet altijd samen met een tic convulsif (korte samentrekkingen spieren door gezichtszenuw – zoals bij het syndroom van Gilles de la Tourette, het tourettesyndroom, het gillesdelatourettesyndroom, gillesdelatourette, tourette). Jij bent mama's kindje, wees maar niet bang, hoor. Dat is wel degelijk een oerdegelijke stof. Dat laatste adjectief lijkt ten onrechte verwantschap te hebben met 'godegelijk'. Zaniker(d)s zaniken altijd. In België is het ZAP het zelfstandig academisch personeel. De zapote is een donkerbruine vrucht met de smaak van een citroen of sinaasappel. Ze vonden mij trouwens vroeger een mama’s-kindje.

4. [Franca Treur – Een dorsvloer vol confetti] Het moderne sms-woord 'bjoetie' [beauty] is een mooie vondst, maar staat nog niet in de woordenboeken. Hoofdpersoon Katelijne houdt van duizendschoon, kattenstaart, juffertje-in-'t-groen [echt met koppeltekens], maagdenpalm, schoenlappersplant en vrouwenmantel. Ze schrijft echter [het correcte] '(onze)lievevrouwebedstro' ten onrechte met een tussen-n. Ze hoort ook een trein langsdenderen ['langs' + een werkwoord van beweging moet aaneen]. Ze schrijft 'tnegentig' beslist onjuist [namelijk als: 't negentig] (vergelijk 'tachentig'). De buurvrouw draagt een extra extra large T-shirt (een XXL T-shirt of een
XXL-T-shirt). Een aan-de-kante kamer hoef je niet meer op te ruimen. De lit(t)eraire vorm 'beneên' voor beneden staat niet in Van Dale. Haar oma is niet warmlopend [aaneen] voor verrassingen.

5. Het machien(tje) (machinetje, uitspraak) is kuis kaduuk. Een pilobroek is een broek van pilo, een soort van glad fustein, gekeperd half linnen, half katoenen weefsel (vooral gebruikt voor werkkleding). Ze zou dat werk niet op één middag afkunnen [aaneen]. De 'huus' (*) is dialect voor de 'kinderen'. In een reuzenpan gaat veel voedsel, een genoeglijke herrie omschrijven we met 'reuzepan'. Ten onrechte in drie woorden schrijft Katelijne 'tweeëntwintigenhalf'. Overlest was ze nog bij de buren. De termen 'MRIJ' en 'MRIJ-rund' moet je wel even opzoeken: dubbeldoelkoe (vlees en melk!) die sinds de 19e eeuw in het gebied tussen Maas, Rijn en IJssel wordt gefokt. Af en toe moet je er eens uit zijn. Moeder kan d'r poot heel goed stijf houden. Komt de SRV-man (*) nog?

6. Hoe schrijf je: stijfslaan, stijfkloppen en stijfvloeken? In de middeleeuwen gaven de mensen nog geld voor een goed verhaal. Op een lolobal kun je staan en ermee springen. Het jood-en-mof spelen komt in de woordenboeken niet voor. In de Bartholomeusnacht werden in Parijs meer dan duizend hugenoten omwille van hun geloof vermoord. Hoeveel is dat volgens Bartjens (GB – VD ook: Bartjes)? Dit wordt een megafestatie. Vindt men bij de hooidilt ook hanenbalken? De ouders vragen of de meester ervan afweet (GB). Ze kreeg van oma drie fruittella's (VD – 2019), twee Topdropjes (*) en vier Mentosjes (*) [beide: merk]. We hadden trouwens toch al het nodige oud delfts [fijn aardewerk] in huis en ook bone china [boon-tsjaaj-nuh – serviesgoed van fijn porselein]. Wij leveren eersteklasmelk (eersteklas melk). Daarmee hebben we al één koe in Delfts blauw en één koe in brons gewonnen.

7. Ze draagt vaak skai(leren) broeken (of skaibroeken). Ook de
Kaïn-en-Abelse strijd kwam ter sprake. Wie kent het ministeck (*) nog als speelgoed? Soms collecteren we voor de Bond tegen het Vloeken of de zending en missie in Irian (Jaya). De kreet 'yolo' staat voor 'you only live once'. Een bekende yoghurtdrank is Yogho!Yogho! (*). Je kunt ook een colaatje drinken of 7UP (*, Seven-Up). De blaarkop is egaal zwart of rood met een witte kop en een witte staartpunt. Rondom de ogen heeft de blaarkop een zwarte of rode vlek, de blaar. De muggen dansten boven de sprinken (*, hulpwatergangen). Die meisjes – refugiees – hadden iets ontheemds. Van deze plant zijn de meeste soorten uitheems. De hernhutters, dat zijn de Boheemse broeders. Bij strategoën kun je de maarschalk naar voren schuiven. Vandaag eten we peeën, beter: peetjes. Een peetje is ook een grootvader of een oude versleten man.

8. Op de sportdag kon je voetballen, korfballen en zo. Grinniken produceert gegrinnik. Ze was breedgebouwd, breeddenkend, breedlachend en breedsprakig. Hij begon het een ietsepietsie (VD ook: ietsepiesje, ietsepietsje, ietsjepietsje) beu te worden. Wat zou trouwens 'veurood' (* – de randen van een akker) zijn? Ze passeerden een lichtblauwe Ford (*). Rogier rijdt op zijn Kreidler (*) en Christiaan op de Zundapp (*). Het mattenkloppen is een kwestie van matten kloppen. De tomaten moesten nog gediefd [van dief = waterloot, wild groeiende scheut, ontdoen] worden. Dit gras is al van de tweede snee [tweede keer maaien]. Is dat dan na- of etgras? Ja. De australorp (*) is een Australisch kippenras (net als wyandottes en barnevelders). Een giletje is een soort vest: een mouwloos en van knopen voorzien bovenkledingstuk voor heren en dames. Die kleren zijn met Jif (*) [merk] gewassen. Hij is een rozewangige jongen die graag een sjekkie (shagje) lust en spekkies (spekjes) snoept.

9. Het hele huis ruikt naar deo [deodorant] van de Aldi (*). Het zyklon B is een gevreesd gifgas. De dominee preekte over de
van-verre-staanden en de alles-verbeurd-hebbenden. Hij kwam thuis met een zakje dropsleutels en een pakje Hubba Bubbakauwgom (*). Een dominee die 'gunnend' preekt, dat kan eigenlijk niet. Schrijf wat je hoort: lillikheid (*). Ze haalde haar beslagen statenbijbel uit
zeventien( )zoveel (? – zeventiendertig – 1700 en zoveel) tevoorschijn. Het huis was helemaal overhoopgehaald. De 'fermielje' (*) zal de familie wel zijn. Thermopane is een soort dubbel glas. Na de inbraak twijfelde oma: moest ze nu vertrouwen op dubbelglas of op de Heere? Op het rek stonden Dreft (*) en Buisman (*, geen visser!). Die kleren stonden haar pront(jes) [goed, mooi zittend]. Dat zal dan wel, hè. De vader vroeg: "wat doet er op?" (wazzup). Dat zijn echte saaimansen. Rottende appels geven een doordringende zoetzure, zoet-zurige [zoetzurige] geur.

10. Ze zouden ons tegemoetkomen. De schelle fruittellakleuren [VD, 2019] verblind(d)en onze ogen. Ocharm(en), wat hangt ons nu weer boven het hoofd? Wil je een anderhalveliterfles coca-cola meebrengen? Alsjeblieft, de bestelling. Zou ze dat hele bord op kunnen? Ze schoten van ver weg. Karel was verreweg de beste schutter. Ze zaten te ruften, winden te laten. Ze zou geen 'dank je wel' zeggen, een dankjewel kon er dus niet af. Ik wil graag twee kiepers [wagen, laadbak] met zand. Voor zoveel procent doe ik het niet. Twee shandy's graag. Het is te veel van dittum en te weinig van dattum. Daar stond ze dan: haar in boblijn, spijkerrokje en geel-witgestreepte [ook: wit-geel-] sokjes.

11. In 'zeventiend'eeuws' is er sprake van een synaloefe [samensmelting van twee opeenvolgende klanken van verschillende woorden]. Het gewrichtssmeer heet ook synovia. De syrah: vrijwel alleen in Frankrijk en Australië [wijnstok + wijn]. Szechuanpeper [anijspeper] of indiapaper [dundrukpapier voor bijbels]? Synchysis is vervloeiing (medische term, m.b.t. het oog – kristallen). Système de la bascule: dat is in de politiek het afwisselend steunen op verschillende partijen (bij een minderheidsregering).

 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten