donderdag 30 april 2015

0613 Dictee donderdag 30 apr 2015 (2): dictee 829 (deel 2) √

Dictee - dictees [0613]

Oefendictee 829 (deel 2)

Dictee 829, alinea 4 t/m 6.

4. De titel Koning-Stadhouder werd eertijds aan Prins Willem III van Oranje toegekend. Een kooi-eend is een lokeend. Een kookaburra is een lachvogel. Mijn kopekenvoorraad was niet onuitputtelijk. Dat is geen koosjere kaas. Bij kopjeduikelen in het water ga je kopje-onder. Jongeren kennen het kopkluiven [tongzoenen]. De chemie kent het koperoxychloride: door blootstaan aan lucht uit koperchloride gevormd basisch koperchloride, gebruikt als pigment en als fungicide [schimmelbestrijdingsmiddel]. Er is geen koutje aan de lucht en geen kauwtje in de lucht. Kyaniseren van hout is het voor bederf bewaren door het met een oplossing van sublimaat (kwik-II-chloride) te doortrekken. Het politiekordon hield stand. Wat Korfiotisch is, komt van Korfoe. Eerst het kouwtje [een goed bestaan], dan het vrouwtje [trouwen]. Het militaire kozakkenkorps was schier onverslaanbaar. Is krijn gewoon crin? Ja: plantaardig haar voor vulling meubelen.

5. Het woord 'kravat' komt uiteindelijk van 'Kroaat'. Als je krawkraw [kraa] eet, nuttig je chips. Een mens als kribbebijter is gemelijk of slechtgehumeurd, een gierigaard of een vrek dan wel een hongerlijder. Wat is een krimi [detective] zonder criminelen? Antwoord: een ei zonder zout. Onze dochter zit op de KU Leuven, onze zoon op de Kulak [Afdeling Kortrijk]. Het wapen van de Gurkha's (dus niet de
Ku-Klux-Klan!) is de kukri. De KUN was de Katholieke Universiteit Nijmegen. In een kurhaus kun je geen kür rijden. De BSE is de gekkekoeienziekte, de bovine spongiforme encefalopathie, de bse is de bezinkingssnelheid van erytrocyten. Is hij de kwade pier? Nee, hoor, hij kent geen kwaaiigheid en is nog zo'n kwaaie niet! De kwikwi is een zekere vis.

6. Blijft een lastige uitdrukking: ktèma eis aei (een bezit, een verworvenheid voor altijd). Wat heeft een Maserati met macereren [o.a. kwellen] te maken? Niets. De ridders van de Maltezerorde dragen het Maltezer kruis, het johannieterkruis. Hij was niet magnaniem [moedig], maar pusillaniem [laf]. De Goereese tweeling bezocht het Pyrenese bergland. Dat mal-à-propos [misverstand] bracht me helemaal van mijn à propos (apperpo). De manenwolf glom in het maanlicht. De begintwintiger vond die begintwintigste-eeuwse ideeën maar niks. Hij vermarktte zijn product goed: hij markette het. Zij was zo steenhard als een marquise [diamant]. Wat is het verschil tussen markeren en demarqueren? Een matamata is een franjeschildpad. De marsmannetjes komen van het Marsoppervlak. En een Martinikaan komt van Martinique. Het maximumaantal [maximale aantal] te lenen boeken bedraagt vijf.

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten