Dictee - dictees [3275]
Vragen en opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com
Oefendictee september 2017 (11), geheel herzien naar situatie 2023
Dictee van de dag (939)
Oefendictee september 2017 (11)
1.
Het savanna-effect [meisje Savanna] is
de neiging tot uithuisplaatsing van kinderen zonder gedegen
onderzoek. Een
SCEN-arts [steun
en consultatie
bij euthanasie
in Nederland]
is een tweede arts bij euthanasie. De symfyse is de schaambeenvoeg.
Schadenfreude is leedvermaak. Je kunt Sara zien [50
worden] en dan een sara [pop van bv.
brooddeeg] krijgen. Hij is een satanskind, een volgeling van
Satan. Je kunt je taal kruiden met Attisch zout [sal
atticum: fijne geestigheid]. De tegenhanger daarvan is Italum
acetum (Italische azijn). Een salmanazar
is een wijnfles (9 liter). Met
sint-salarius wordt de Heilige Salarius [salarisdag]
bedoeld. Salpeterkruit is [vero] zwart
buskruit. In de sacoche [tas] zijn is in de pocket zitten. De Sacramentsdag
is het sacramentsfeest [sacrament des altaars].
Hij was slaafgemaakt [VD]. De grote
sabon is een
48 puntsletter (en de kleine telt
40 punten). Sackjacking: autoruit inslaan en tas pakken.
Draagt Poetin weleens een rusleren jack? Die Simpelmans is
daarenboven ook nog eens een saaimans. Witte de With had als bijnaam
Dubbelwit [niet in wdb.].
2.
Wij zijn ruimbehuisd [VD]. Deze schoenen
zijn van rundboks [leer – ook boxcalf(s)]
gemaakt. Een rumpie is een rup (rural
professional:
yup die op het platteland woont). Waar kun je betalen met
rufiyaas [Malediven, MVR]? Hij zou zijn
poot stijf houden. Een ruggie is een tapijtliefhebber (oosterse
tapijten – Engels rug = tapijt). Ze wilden een coup(je)
['koep' - bij
'koe': couptje]
plegen. De afkorting r.p. staat voor
réponse payée
[telegrammen: antwoord betaald]. En
'rrrt' bootst het geluid na van iets dat snel wegrolt of -schiet. Wat
is ruby [rood] voor port (en
tawny = geelbruin tot bruinrood, mengsel rode en witte port).
Rug tegen rug is dos-à-dos. Wablief(t)?
Mag ik 3 granny smiths (mv.
– handappel - ook granny's en grannysmithappel)? Daar had ik half en half op gehoopt. Een
hoodoo is een rotspilaar. Rouille is zekere knoflooksaus. Rouwkrip is
zwart (crêpe). Zij was nog rosser, maar
wie had het roste haar? Een rosbeier is een robbedoes, een ruwe
klant. De rossby- [ten noorden en zuiden van de
evenaar] en kelvingolven [rond de
evenaar] vind je in de oceaan. Het rostrum (de
sneb) is het vooruitspringend gedeelte van de voorsteven van
een Romeins oorlogsschip. Een kohlpotlood accentueert de ogen met
kohl. Dat is echt een must-have! Rootsy
van muziek is teruggrijpend op traditionele voorbeelden uit het
verleden. Ropeskippen is touwtjespringen als sport. Ropijen zijn
roepies. Otium is hetzelfde als odium [ledigheid,
rust]. Het niveagehalte en
-syndroom slaan op: niet in
voor- en
achtertuin
(vgl.:
nimby = not
in my
backyard).
Genasjt [ook: genast]: lekker gegeten.
3. Een rond-point is een rotonde. Het röntgenium heette vroeger unununium (atoomnummer 111 Uuu - Rg). Anerytropsie is roodblindheid. De grote roerganger [China] was Mao Zedong. Het woord 'rof' komt mogelijk van rough [jongerentaal: moeilijk, zwaar]. De rokou [oo, au] is orleaan [stof – bixine, koeswe, anatto, botergeel, anattokleurstof]. Een sinfonietta is een kleine symfonie. Hij is r.-k. [rooms-katholiek] geestelijke. Dat postume [na de dood] eerbetoon was voor hem! Hij speelt in jong Oranje. In WO II beluisterde je Radio Oranje. Onchocerciasis is rivierblindheid. Een ruisdaellucht verwijst naar schilder Van Ruisdael, Jacob van Ruisdael. Rixari de lana caprina: ruzie maken om niets. Hij speelt in een brassband [koper en drums], zij in een bigband [groot jazzorkest]. Een rimpelroos is een zekere roos uit China (Rosa rugosa). Met de ringgit betaal je in Maleisië [MYR – Malaysia]. Rikilt staat (historisch) voor Rijkskwaliteitsinstituut voor Land- en Tuinbouwproducten. Het RIKZ is in NL het Rijksinstituut voor Kust en Zee. Rilde korenstengels zijn slank.
4. De
rilievo schiacciato is een Italiaanse reliëfstijl uit de 15e eeuw
[geringe hoogteverschillen in het oppervlak].
Zij is zo ril [vreesachtig, schuw] als
een hert. Je hebt terecht gesteld, dat hij nog steeds niet
terechtgesteld is. Geef mij maar pruimeneau-de-vie [aquavit,
aguardiente, brandewijn]. Een sonnettette is een snelsonnet:
een gedicht bestaande uit een kwatrijn [strofe
van vier regels] en een distichon [tweeregelig
vers dat een volledige zin vormt, m.n. een vers dat bestaat uit een
hexameter en een pentameter], waarbij na het kwatrijn een
chute [volta = wending, keer, val]
volgt. Het rijke roomse leven is lang niet meer wat het geweest is.
Een gouden rijder is een munt. Zij rijden (rijden,
queueën – verleden tijd = queueden)
voor de gaarkeuken. Ook die rijkaard heeft een rijkaart. Een zoete
jan is zoete koek of ook jan-in-de-zak [meelgerecht,
au bain-marie bereide koek]. Het geschiede [wens]
zoals het ook vroeger geschiedde. Tympanie is windzucht. Het follikel
van De Graaf, het Graafse follikel is een follikel aan de eierstok
(eiblaasje). Van al die stress raak je
gestrest. Een
riets/zomp is een
rietzodde. Een dagobertstoel zoek je niet bij Donald Duck, maar in de
middeleeuwen. Een exemptie is een uitzondering. Een faiseur de mots
is een woordenkramer. Rollen maar met dat zorbje [bal
waarin persoon kan staan]! Zit er een kluwen wol in die
breipot? Een ramequin is een vuurvast ovenschoteltje (voor
crème brûlée). Ik wens je mazzel en brooche [uitdrukking,
ook: broge]: veel geluk! Hij draagt brogues [gaatjesschoenen].
Ik vind jou een zeik- of schijtlijster. Ik heb slaap, dusdoende ga ik
naar bed.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten