zaterdag 16 juli 2022

2817 Dictee dinsdag 19-07-2022 (5) – dictee Uitdrukkingenquiz Onze Taal

Dictee – dictees [2817]


 

Uitdrukkingenquiz (30 stuks) Onze Taal (groen is correct)


1. Wat betekent ‘op stel en sprong’?

ongebruikelijk – onmiddellijk – onafhankelijk

2. Wat betekent ‘je snor drukken’?

stiekem weggaan – tevreden zijn met wat je hebt – erg je best doen

3. Wat betekent ‘dat is appeltje-eitje’?

dat is niet goed maar ook niet slecht – dat smaakt erg goed – dat is gemakkelijk

4. Wat betekent ‘met je neus in de boter vallen’?

een onverwacht voordeeltje hebben – rijk geboren worden – een onverbeterlijke smulpaap zijn

5. Wat betekent ‘op dreef zijn’?

goed bezig zijn – dronken zijn – passief zijn

6. Wat betekent ‘botje bij botje leggen’?

iets begrijpelijk uitleggen – iets of iemand beteugelen – allemaal iets bijdragen

7. Wat betekent ‘om door een ringetje te halen’?

het is erg mooi – het is erg verontrustend – het is erg klein

8. Wat betekent ‘ergens lak aan hebben’?

er gul mee zijn – er niet om geven – er geheimzinnig over doen

9. Wat betekent ‘bakzeil halen’?

minder goed je best doen (nadat je uitstekend was begonnen) – gaan slapen (nadat je lang wakker was gebleven) – een minder hoge toon aanslaan (nadat je eerder fel uit de hoek was gekomen)

10. Wat betekent ‘op je tandvlees lopen’?

ziek zijn – jaloers zijn – uitgeput zijn

11. Wat betekent ‘in de contramine zijn’?

bescheiden zijn, op de achtergrond blijven – dwarsliggen, tegen anderen ingaan – opkomen voor iemand, iemand verdedigen

12. Wat betekent ‘een blauwtje lopen’?

een misdaad begaan – dronken zijn – afgewezen worden

13. Wat betekent ‘de pineut zijn’?

de gedoodverfde winnaar zijn – onopvallend zijn – het slachtoffer zijn

14. Wat betekent ‘het was een dubbeltje op z’n kant’

het was een enórm toeval – het ging maar nét goed – het kostte heel weinig

15. Wat betekent ‘gepokt en gemazeld zijn’?

er een hekel aan hebben – er veel ervaring mee hebben – eronder lijden

16. Wat betekent ‘niet door de beugel kunnen’?

raadselachtig zijn – onbelangrijk zijn – onaanvaardbaar zijn

17. Wat betekent ‘iets aan de wilgen hangen’?

ergens veel moeite voor doen – ergens mee ophouden – ergens over opscheppen

18. Wat betekent ‘met de noorderzon vertrekken’?

zonder plan of kaart op reis gaan – er stiekem van door gaan – laat naar huis gaan

19. Wat betekent ‘op apegapen liggen’?

een nachtmerrie hebben – blut zijn – uitgeput zijn

20. Wat betekent ‘iemand een hart onder de riem steken’?

iemand verraden – iemand moed inspreken – iemand jaloers maken

21. Wat betekent ‘volgens Bartjens’?

als je de traditie in ere houdt – als je naar je geweten luistert – als je logisch verder redeneert

22. Wat betekent ‘ergens geen been in zien’?

geen uitkomst meer zien, ten einde raad zijn – niet snappen waar het om gaat, ergens het punt niet van snappen – ergens geen bezwaar in zien, ergens niet voor terugschrikken

23. Wat betekent ‘heet gebakerd zijn’?

het nooit koud hebben – driftig zijn – (te) beschermd opgevoed zijn

24. Wat betekent ‘tegen de lamp lopen’?

betrapt worden – de moed verliezen – onhandig zijn

25. Wat betekent van de hak op de tak springen’?

roekeloos zijn – op een handige manier ruzie vermijden – onsamenhangend praten

26 Wat betekent ‘als een feniks uit de as herrezen’?

iemand op het laatste moment te hulp schieten – na alles verloren te hebben, sterker dan ooit terugkomen – een belofte die je hebt gedaan, niet nakomen

27. Wat betekent ‘de beest uithangen’?

iets niet meer tolereren – doen alsof je belangrijk bent – je vreselijk misdragen

28. Wat betekent ‘bij de pinken zijn’?

naïef zijn – slim zijn – verwaand zijn

29. Wat betekent ‘het klappen van de zweep kennen’?

altijd bang zijn dat iets verkeerd afloopt – alleen in actie komen als het echt niet anders kan – veel ervaring hebben met iets

30. Wat betekent ‘in de lappenmand zitten’?

een beetje ziek zijn – een huismus zijn – verlegen zijn

 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten