Dictee –
dictees [2653]
Vragen en
opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com
Oefendictee
OUD 326, geheel herzien naar situatie 2022
Dictee
van de dag (531)
1.
Bij zijn muziek kan hij geen maathouden, ook bij zijn witzen, zijn
running gags en zijn practical jokes weet hij van geen maathouden.
Voor het inrijden van zijn auto wilde hij het bos in rijden
(inrijden).
Toen de stoet voorbij de kerk trok, stond de harmonie nog voor
bij dat godshuis. Door zijn toedoen kwam ik erachter: het doet ertoe,
geloof me maar! Je zou er diep van onder de indruk raken. Hij keek
vanonder zijn pet naar het gebeuren. Bij het gevecht op de berg kwam
het gevaar van onderen, van onder de lindeboom. Het mistte, maar toch
kwam het verbrande en vermiste document vanonder de as vandaan.
Klaar-overs zijn verkeersbrigadiers. Bij het gevecht tussen beide
huizen in wilde de juut tussenbeide komen. Het stond voorop, dat het
kind met de contrabande voor op zijn fiets gezeten had. Bij dat huis
loopt de goot bovenlangs [bijw.], boven
langs de derde etage dus. De bekende linksbinnen wilde rechtsaf gaan
en daartoe moest hij rechts afslaan. Het lag rechtsonder in het
keukenlaatje, er rechts onderin [rechts
eronderin] dus.
2.
Het zat erin: ze moeten er in slechte omstandigheden wonen. Omdat de
vergadering zou uitlopen, moest hij de kamer uit lopen. De
paard-van-Trojetruc, daar wilden zij niet in trappen, daarom moesten
we de deur wel intrappen. Karel is de laan uit gestuurd. Jezus heeft
zijn discipelen uitgestuurd. Al zal het hem tegen de haren in
strijken, je moet van je af bijten! Hij wil iets terugdoen: hij wil
een stap terug doen. Of ik wil? Dat zal ervan afhangen. Al is het
opzitten en pootjes geven, je moet erbovenop zitten. En dan nog kun
je erover inzitten. Van haar dieet is ze afgevallen, van haar geloof
is ze afgevallen en gisteren is ze nog van de wagen af gevallen ook.
Vandaag zijn de examens. Hij zit er middenin. Bij het achter
uitstappen in de tram moesten ze met de buggy achteruitstappen. Zie
je die fles? Ik schenk het daarin. Zitten ze in de vestibule? Dan
schenk ik de thee daar in. Toen hij na een uur van buiten kwam,
begreep ik dat hij de speech al vanbuiten kende. Je kunt eruitzien
als een lijk en toch nog een goed humeur eropna houden.
3.
Wat dondert het, wat doet het ertoe? In haar spits toelopende rok
liep ze ernaartoe. Dat kan ermee door. Ik kan er niet over uit. Zou
ik ervan op aan kunnen? En zou zij het aankunnen? Zie je daar
koningin Beatrix de gouden koets uit komen? Het clubblad zal volgende
week uitkomen. Het misdrijf moet wel uitkomen. Je moet er maar
opkomen: een aap die geblinddoekt het toneel op komt. Als je de
drempel van de school weer over gaat, zal het euforische gevoel van
je overgaan [overgang]
wel verdwenen zijn. Ik ga ervan uit, dat je daar dwars doorheen zult
gaan. Als je niet verder wilt afgaan, moet je van de club afgaan. Ook
kun je van de berg afgaan. Je gaat dan bergafwaarts. Voor zijn
heengaan is hij wel door het nodige heen gegaan. Ik ga eraan voorbij
dat ze eropuit trok omdat jij eraan onderdoor gegaan bent.
4.
Het staat rechts onderaan de pagina, nee
sorry, daar onderaan. Mensen, blijf daarvan af. Piet heeft ervan
langs gekregen. Ik zal Bush' woorden afmaken: zo kun je je er niet
vanaf maken! Is die gluiperd echt daaronderdoor gekropen? Het heeft
ernaar uitgezien, dat ze blind werd. Ook heeft het er even naar uit
gezien, dat ze toch zou komen. Hoe was die tekortschietende
tenuitvoerlegging van het ter aarde bestellen tot stand gekomen? Nou,
die teraardebestelling is gewoon fout gelopen! De kwaliteit van de
negende symfonie kun je moeilijk op een zevenpuntsschaal weergeven.
De kwart miljoenste bezoeker van de wereldtentoonstelling kreeg een
vipbehandeling. Na 14 uur zakte de koorts, dat was na twee uur. Als
de n'de macht van twee acht is, hoeveel is n dan? Drie.
Half lachend zei hij dat het jaar alweer half
om was. Luister, alle vier: ik heb het nu eenmaal gezegd en ik
zeg het nog één maal: basta, punt uit! Een derde van zeven en een
halve [zevenenhalve]
liter is tweeënhalve [twee
en een halve] liter. De som kwam
uit op vijf zes zevende [5
6/7]. In het kader van de
pluk-ze-wet werd door de officier van justitie drie kwart miljoen
euro geëist. De zwerver had nog drie euro's in zijn portemonnee. Ik
zeg je dit nu al voor de drie miljard tweeënzeventig miljoen
honderdtweeduizend driehonderdnegenenveertigste [3.072.102.349]
keer!
5.
Hoeveel schelen het grootste getal twee zeven tiende [2,7
= 2 7/10 = 27/10] en het kleinste getal twee zeventiende
[2/17]? Reken maar na: twee
negenennegentig honderdzeventigste [27/10 –
2/17 = (27x17)/(10x17) – (2x10)/(17x10) = (27x17 – 20)/170 =
(459 – 20)/170 = 439/170 = 340/170 +
99/170 = 2 99/170 – die 2 had je ook wel apart kunnen houden ...]!
Drie zevenhonderdste van zevenhonderd is uiteraard weer drie. Waar
blijf je nu met die tweederde Kamermeerderheid
(of werd bedoeld:
tweederde Tweede Kamermeerderheid)?
Er was niet eens een eenderdemeerderheid
[eigenlijk: minderheid].
Verkleinwoorden zijn clicheetje, menuutje en taxietje. In de medische
dierkunde is het pelvis een bekken. Het vlootje prikte gemeen: er zat
geen boter in. Een kno-arts is zoals
bekend een keel-, neus-
en oorarts (ook:
keel-neus-oorarts
of neus-keel-oorarts,
nko-arts).
De samentrekking van import en export im- en export. Door toe-eigenen
heb je je iets toegeëigend. De woorden 'maestro' en 'tetraëder'
zijn bekende dicteewoorden. Dat geldt ook voor judaïca en balalaika,
net zoals voor requiem, tabloid en coïtus (en
coitus interruptus). De extraneus
[extranei] en de comédien(ne)
hebben taalkundig iets gemeen. Dat geldt evenzeer voor het perpetuum
mobile en de Parisienne [Frans
-ien, uitheems
– Latijn].
6.
De strepen zien er zebra-achtig uit. Enkele Latijnse woorden zijn:
compascuum, dies en museum. Ze hebben een dienovereenkomstige
eigenschap als de niet-Latijnse woorden maestoso en paella.
Moeë, bantoeïstiek, geuit, prieeltje en poëet zijn
niet-samengestelde woorden. De audio-industrie kreeg
een contra-indicatie voor dit multi-etnische product ten dienste
van de re-integratie (nee,
niet de reïncarnatie!).
Meervoudsvormen zijn aloë's, royalty's, essays, veejays, Schotse
whisky's, Amerikaanse whiskeys en haiku's. Dat geldt ook voor
ayatollahs, shampoos, revues, etuis, andantes [VD
ook znw., ook mv. andante's],
procedés en dominees. Het barstte in zijn geanimeerde toespraak van
de ochs, de misschiens, de ohs (oh
la la – olala) en dankuwels. De
pro's en contra's kenden veel ups en downs
(ups-and-downs).
Tutu's toespraak is inmiddels een collector's
item. Onthou dat woord nou toch eens een keer:
hexakosioihexekontahexafobie! De rugbyer was wereldberoemd in
Tietjerksteradeel, niet in Emmer-Compascuum.
7.
Verkleinwoorden zijn: gnoetje, omaatje, taxietje, cafeetje, dinertje
en etuitje. Wat vind jij nu van de mbo'isering van het hbo? De auto
stond in zijn achteruit. Het kleedje kwam achteruit, achter uit de
auto. De boer egt en ploegt echt voort, hij kan ook diepploegen.
Zullen we dat flatscreen-tv'tje dan maar kopen? Ik stuurde een cc'tje
van mijn
privé-e-mails. Die heb ik later ook nog doorge-cc'd.
Vroeger gebruikte je het tipp-exen. Daarmee heb ik vaak getipp-ext.
Nog vroeger werd een fout met de letter x doorgehaald. Ik heb vaak
genoeg een stuk tekst doorge-x't. De volgende uitdrukkingen dien je
in één keer goed te schrijven: een voor een, een-op-eenrelatie,
verhalen uit de
Duizend-en-een-nacht, iets samenvatten in een of twee
zinnen. In de volgende opsomming zitten de nodige accentwoorden (meer
dan 3 à 4): Neêrlands hoop in
bange dagen, facsimile, per se, bèta, stèle, skûtsjesilen,
decolleté, communiqué, variété, etui, egards, detente, melange,
rechaud, seance, au sérieux, serieus, en dépôt, in depot, hachee,
risee, tournee, leges, een preadvies, scène, scene, plafonnière,
solfège en solfegiëren. Hoe onderscheid je 'óh' (beklemtoond)
en 'oh'?
8. Ook
bij de volgende woorden is niet gegeven of en waar de diakritische
tekens komen: manege, prêt-à-porter, vis-à-vis, crêpe, crème
fraîche, dame blanche, coûte que coûte, maître d'(hôtel),
controle, entrecote en ragout. Pierre was attaché, Marie zijn logee
en Hans en Grietje waren zijn protegeetjes. De énige échte
schrijfwijze is 'je van het'. Die tussen-n en aanverwante onderwerpen
toch: hartenkreet, ruggenmerg, trukendoos, kerkenraad,
ingebrekestelling, ideeëloos, stateloos, boekerij (geen
rij boeken!), jongetje,
tenlastelegging (telastlegging),
heremijntijd, rekenmeester, 's anderendaags, goedendag, goedemiddag,
rodekool (GB ook:
rode kool), malle- en
zottenpraat, klotefilm, klotentrekker, reuze-idee, reuzenrad,
huilebalk, lachebek, spelevaren, wollegras, dronkenlap, mirreboom,
tarweaal, warmte-isolatie, studentenzwangerschap,
zonne-energie,
onzelievevrouwebedstro, boordevol, stekeblind, duimelot, ruggespraak,
hartenpijn, scarabee, arrenslee, santenkraam, aspergesoep,
ziekenhuis, lendenstuk, siliconenvulling, genadebrood, zondeval,
balladebundel, sagenbundel, gedaanteverwisseling, horlogekast,
secretaressecongres [en Secretaressedag],
Koninginnedag, koninginnensoep, belanghebbendenclausule, sporenplant,
zedenmeester, zondebok, katenspek, dageraad, lymfeklier, bravourestuk
en snottebel.