Dictee - dictees [1441]
Ook wel de moeite waard ...
Dictee 653
(DCLIII) Dictee Specialisten (09-09-2013)
1. Dat is
as large as life and twice as natural: levensgroot en dubbel zo natuurlijk. A
solis ortu usque ad occasum: van zonsopgang tot zonsondergang, à son aise: op
zijn, haar gemak, à son goût: naar zijn of haar smaak. De kunsten: ars aequi:
het recht, de rechtspraak, ars amandi: de liefdeskunst, ars artium omnium
conservatrix: de kunst die alle andere bewaart, te weten de boekdrukkunst, ars
clericalis: de schrijfkunst, ars gratia artis: de kunst omwille van de kunst,
als principe (l'art pour l'art), ars
moriendi: de kunst van het sterven, met name als boektitel, art brut:
primitieve of pseudoprimitieve kunst, art deco: artistieke stijlrichting uit de
jaren 10 en 20 van de twintigste eeuw, min of meer ontstaan als reactie op de
jugendstil of art nouveau, met name gekenmerkt door strakke en eenvoudige
vormgeving, arte conservatus: door kunst behouden, bewaard, art engagé:
tendenskunst en arte povera: soort minimal art.
2. En ook:
arte, non vi: door kunst (beleid), niet met
geweld, artes liberalis: de vrije kunsten (grammatica,
retorica, dialectica, aritmetica, geometrie, astronomie en muziek) en
arti et amicitiae: aan kunst en vriendschap gewijd. Hé, asymptoot [doubleur KMA], hoe was het assaut [jaarfeest, bal] dit jaar? Alfastralen noemen we
ook a-stralen. Die krasse grijsaard is nog buitengewoon sthenisch [krachtig,
vitaal]. Zij is mijn associee [vennoot, compagnon], hij mijn associé, mijn associeetje. Een atlant is een
telamon [dragende mannenfiguur]. Die Grote
Spellinggids van Van Dale stikt van die buitenlandse uitdrukkingen: a suo
arbitrio (naar eigen inzicht), asylum
ignorantiae (toevlucht voor onwetendheid), a
teneris (annis) (van
kindsbeen af), a tergo (van achteren, in de
rug), à terme (op het verwachte tijdstip, op
de uitgerekende datum), à tête reposée (bedaard,
rustig – over iets nadenken, overleggen), à titre personnel (op persoonlijke titel, als privépersoon), at home
(thuis, vgl.
athomegevoel) en attacher le grelot (de kat
– de bel aanbinden).
3. Hij lijdt aan atherosclerose (arteriosclerose). Is een attache (toevoegsel) een attachment (bij e-mailbericht)? Nee,
dus. Volgens mij torst die vrouw (zij is
attachee) een attachékoffer. Daar gaan we weer: à tout hasard (in elk geval), à tout prix (tot elke prijs, wat het ook koste), at random (willekeurig, gerandomiseerd), atrium mortis (voorportaal, voorbode van de dood), carbone (atro) notare (iets –
zwart afschilderen – niet meer in VD), à trois (met
z'n drieën), attestatie de vita (bewijs of
akte van in leven zijn), au bain-marie (methode
om te verwarmen), au banquet de la vie, infortuné convive (rampzalige gast aan de dis van het leven), au
bout de son latin (aan het eind van zijn Latijn),
auch eine schöne Gegend (ook een mooie streek),
au contraire
(integendeel), au courant (op de hoogte), auctor intellectualis (aanstichter van enig misdrijf), auctoritate sua (op eigen gezag), audax Japeti genus (Prometheus), au fait (op
de hoogte), au fond (eigenlijk) en
auf Wiedersehen: tot ziens.
4. Hij is een geestig, attisch (vernuftig), kereltje, en kruidt zijn taal nogal eens met
Attisch zout (fijne geestigheid). Het
auralezen [emoties, karaktertrekken en fysieke
gesteldheid aflezen aan iemands aura =
fijn-stoffelijk - lemma 'aura', verwisselbaar! - of vluchtig omhulsel]
is populair. Hoe krijg ik geld uit het August Vermeylenfonds? Don't shoot the
pianist, ik doe mijn best en ben ook maar de boodschapper: au grand complet (voltallig), au grand sérieux (in volle ernst), au gratin (gegratineerd), au naturel (rauw of ongekookt dan wel zonder toevoegingen die de smaak
beïnvloeden), au pair (tegen kost en
inwoning, zonder verdere vergoeding), au pied de la lettre (letterlijk), au porteur (aan
toonder), aura popularis (veranderlijke,
onzekere volksgunst), aurea mediocritas (de
gulden middelmaat), aureo hamo piscari (met
veel inspanningen iets onbeduidends tot stand brengen), au revoir (tot ziens), auribus lupum tenere (niet voor- en niet achteruit kunnen, in grote
verlegenheid zijn), auri sacra fames (de
vervloekte honger naar goud) en aurora borealis (noorderlicht).
5. Verder: aurora australis (zuiderlicht),
aus der Tiefe seines Bewusstseins (uit de diepte
van zijn bewustzijn), aus einem Guss (uit
één stuk, een volmaakt en afgerond geheel), aut nunc, aut nunquam (nunc aut nunquam: nu of nooit, dacht de nonmoeder),
au sérieux (in ernst, als ernst), auspicio
tuo (auspiciis tuis: onder uw auspiciën, uw leiding
of bescherming), aut omnia, aut nihil (alles
of niets: een
aut-omnia-aut-nihilpoging), autos epha (hijzelf
– de meester – heeft het gezegd), au vif (sprekend),
aux âmes bien nées (bij hooggeboren zielen, niet
meer in VD), aux fines herbes (met geurige
tuinkruiden), auxiliante Deo (met Gods hulp)
en à vue, a vista (op zicht).
6. Ook nog: aux petits soins (attent),
a verbis ad verbera (van woorden tot klappen, tot
handtastelijkheden), a vinculo matrimonii (van
de band des huwelijks – gescheiden), avoirdupoids (een zeker gewichtsstelsel), avoir toute honte bue
(de schaamte voorbij zijn), à vol d'oiseau (in vogelvlucht), à volonté (naar willekeur, naar believen) en à vos ordres (tot uw orders, tot uw beschikking). Ik vond ook
nog een rijtje met 'avant': avant-corps (voor de
hoofdgevel oprijzend min of meer zelfstandig gedeelte van een gebouw, verder
uitspringend dan een risaliet), avant-garde (jonge
generatie van kunstenaars die met nieuwe vormen experimenteert), avant
la lettre (afgedrukt voordat de prent van het
onderschrift is voorzien), avant-première (voorpremière),
avant-propos (woord vooraf) en avant-scène (voorgrond van het toneel, tussen scherm en voetlicht).
De termen 'ayurvedisch' (volgens de ayurveda,
traditionele Indiase gezondheidsleer) en 'axminster' (tapijt) bespaar ik u.
7. Een pielenman (haalt cassettes uit gekoelde oven) is meestal
gekleed, een pieleman (penis)
juist niet. De piemonteses (Italiaans) zijn
van oorsprong Italiaanse vleesrunderen. Piepschuim is geëxpandeerd polystyreen.
Grote of Lange Pier, (in het Fries: Grutte Pier)
was een Friese vrijheidsstrijder. De Piëriden zijn de muzen. Ik vind je
eruitzien als de dood van Pierlala. Hij moet naar de piesemopsantee (verbastering van puis-je m'absenter - toilet).
Zij stinken als de pieten [luizen]. Met
Pieterbaas wordt Zwarte Piet aangeduid. Is een pietje hetzelfde als een Pietje
bedroefd? Ja, ook: zevend'halfje. Een pifont is
een font dat bijzondere (letter)tekens
bevat. Een giclee is een piëzografie [zekere
kunstdruktechniek]. Deze jeruzalemmer (appel)
kun je eten, ook als je geen kannibaal bent. In de PIGS-landen [Portugal, Italië, Griekenland en Spanje] was de
economische crisis het zwaarst. Piis manibus: aan de zalige schim, de
nagedachtenis (van de genoemde). De Zusters
van het Arme Kind Jezus (Sorores Pauperis Infantis
Jesu) worden aangeduid met P.I.J. Een peilstok zit in een peilkoker.
8. Je hebt
de noordse en Kuhls pijlstormvogel. Hij geeft de pijp aan Maarten (het opgeven, sterven). De wereld is een pijpkaneel …(alleen
bij het spreekwoord, anders: pijp kaneel). Zij is nu ook al aan het
pijproken geslagen. Aan een blussende lullenman [brandweer] heb je meer dan aan een lulleman [vervelende
babbelaar]. Mooi, die
pijpjes-lak [kamerplant].
Het zit in de pijplijn (VD, GB ook: pipeline).
Zit niet te pijpzeiken [zeuren]. Hij is een
echte corpspik (studentencorps). Pikkedillen zijn kleine zonden of misslagen (vergelijk: peccadille en peccavi: ik heb gezondigd).
De pil van Drion is de drionpil (stervenspil).
Bij het pilates worden zowel lichaam als geest geoefend. Op de Pilatustrap (in het Lateraan in Rome) kun je een aflaat
verdienen. Wat ben jij een lelijke pilatus (valsaard),
zeg. Ze had een pillbox [dameshoed: plat rond
doosje] op. Twee pina colada [cocktail],
graag. Hoe spreek je 'pilstrip' uit [geen bieruitje
...]? Een pince-sans-rire is een droogkomiek. De pinot blanc, noir en
gris (grigio) zijn wijnstokken, pineau is
een likeurwijn. Niet alleen Pinocchio heeft een pinocchioneus [2020: pinokkioneus!]. De school werd
gepint [versierd] met bloemen, de rekening
was gepind.
9. Een
piñata [met snoep gevuld] moet stukgeslagen
worden. Een primus inter pares is een pip. Hij lijdt aan het piriformissyndroom
[pijnlijk stuitbeen]. Een pishtak is de
centrale toegangspoort van een karavanserai. Ik ben behoorlijk pissed [erg boos, kwaad].
Pitch-and-putt [uh, vgl. pitch-and-run] is een van golf
afgeleid spel. Zij drinken pisang ambon [groene
vruchtenlikeur]. De pittura metafisica is een beweging in de Italiaanse
schilderkunst van 1915-1919. Ook 'plaatstaal' verdient eigenlijk wel een
koppelteken. Più allegro: sneller, più forte: harder, krachtiger, più mosso:
vlugger, opgewekter, più piano (p.p.):
zachter en più stretto: korter, sneller, haastiger. Au pis-aller: in het ergste
geval. Een remplaçant remplaceert [vervangt].
Place aux dames: maak plaats voor de dames. Een neppil geeft een
placebo-effect.
Pladijzen (pladijs) zijn schollen. Een place
to be is een hotspot. Een stukadoor maakt stucwerk. Wat deed een
eerstegraadsleraar met plage-uren [BE, onbezoldigd]?
Eenstemmige koorzang is plain chant. Plaît-il (wat
belieft, wat zegt u?)?
10. Plaisir
de vivre is douceur de vivre [het zachte genot van
het leven], duidelijk, toch? Bij parkinsonpatiënten [ziekte van Parkinson] komt vaak het pisasyndroom [zijdelingse standsafwijking van de romp bij
parkinsonpatiënten] voor. Waar is het Groot Plakkaatboek te koop [te zien in het museum ...]? De tekoopstelling van
dat huis verbaast me. Het plan B was niet het plan-Lubbers. Het CPB is het
Centraal Planbureau. Een planchette [tafeltje, 3
poten, derde is potlood] heeft een potlood, een planchet [smalle plaat boven wastafel] niet. Deze boeken
zijn plankklaar [in de bieb]. Doe het maar
planplan [in Indië: zachtjesaan]. De
plantenanatomie heet ook wel fytotomie. Arteriosclerotische plaques [vet op wanden slagaders; arteriosclerose =
atherosclerose] zijn onwenselijk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten