vrijdag 10 september 2021

2385 Dictee maandag 13-09-2021 (1) dictee Dictee van de dag (330)

Dictee – dictees [2385]

Vragen en opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com

Oefendictee 527 OUD, geheel herzien naar situatie 2021

Dictee van de dag (330)

1. Nog meer trendy bnw.: nerdy [wereldvreemd, nerderig], out of the box [buiten gebaande paden], on the job [tijdens het werk], low cost, fishy [moreel onzindelijk, met luchtje], extra vierge (extra vergine – van olijfolie), e causa ignota (met onbekende oorzaak), du terroir (regionaal), crunchy (knapperig), catastrofiel [van rampspoed houdend], bleu froid (rauw en koud) en bleu chaud (van vlees: lauw en rood). Het aantal [moderne, nieuwe] zelfstandige naamwoorden is dermate groot, dat we die buiten beschouwing laten. Maar: wat let u? Een zettabyte (ZB): heel veel bytes, te veel om te benoemen [= zebibyte, ZiB: 1.180.591.620.717.411.303.424 bytes = 2 tot de 70(st)e]! Hij leidt een gracious living: een elegante en tevens aangename levenswijze. Je zult maar een graculus inter musas (een kraai onder de muzen) zijn. We gaan toch geen goecheltjes maken (goechelen = giechelen), hè? Die gojse (VD ook: gojimse) Gooise kinderen zijn (dus) niet-Jood(s). Het meervoud van goj is gojim of gojims (VD; GB heeft: gojem en gojiem). Het goudveil (Chrysosplenium) zijn lage plantjes met goudgele bloemen uit de steenbreekfamilie. De groente werd geveild en de gevangenisraamstijl weggevijld.

2. Een veile deerne [prostituee] bedrijft veile liefde [prostitutie]. Die glazenkast? O, die staat in de gloriëtte [prieel – voor glazen]! Een serpentarium is een glazen kast [van glas] voor slangen en andere reptielen. Glidkruid is blauwe godsgenade. Met gm-voedsel [genetisch gemodificeerd] wordt frankensteinvoedsel bedoeld. Gnocchi [uitspraak!] is een tussengerecht. De gnathologie [kauworganen en stoornissen daarvan] is deel van de tandheelkunde. Bij 'gnōthi seauton' [ook: o – ken uzelf, tempel Apollo te Delphi – opschrift: G] moet ik aan de gnoseologie (de kenleer) denken. Zo is het godbetert (God betere het, God betert!) wel genoeg. Een go-getter is een streber. In
no-goarea's mag je niet komen. Goëtisch is de goëtie [zwarte magie] betreffend. Ze is heibeiig [snibbig, kijfziek – vgl. haaibaai], maar goed opgeleid. Wie goeddoet, goed ontmoet. Hij zou zich tegoed doen aan spijs en drank. Het toerbusje (touringcar – touroperator) toerde richting Drenthe. Een GeV is een giga-elektronvolt. Bepaalt de g-factor [dwarsversnelling] de G-kracht [zwaartekracht]? Gibberelline reguleert de groei en bloei van planten. Praat in de mike [microfoon]!

3. Portugezen werden door Hollanders vroeger Gijs-oom genoemd. Een hollebolle gijs kun je moeilijk goochem noemen. Zonder een
gin-fizzje vooraf kreeg hij zijn gimmick niet goed over [voor] het voetlicht. Zijn optreden was glamoureus, vol glitter en glamour. Is dit een primair of secundair glaucoom [groene staar]? Hoe moet je
'alt-A-hypotheek' [nu: A!] op een azertyklavier typen? Hoe is dat godsterwereld (Gods ter wereld) mogelijk? Gnawa en goamuziek (genoemd naar Goa) zijn muziekstijlen. In de Barentszzee begonnen de barensweeën. Een champetter is een veldwachter. Toen ze omhoogkeek, zag ze het steelpannetje, de Grote Beer. Een goezla is een eensnarige viool. Guacamole is puree van Spaanse avocado's. 'Apekool' is een algemeen erkend woord, wittekool (GB ook: witte kool) lustten ze alleen bij Van Dale. In haar gummi-jas had ze nog wat gummi Arabicum (Arabische gom). Hij had zijn leven veil voor zijn vaderland.

4. Is een gore-texjas hetzelfde als een gore-tex jas? Ja. En is het net zoiets als een waxjas [wahks] [van wasdoek]? Gouttières zijn dubbele, parallel lopende haarlijntjes. Scolopenders zijn duizendpoten. Lopendebandwerk is geestdodend. Gouteren is het goûter (vieruurtje) nuttigen. Eau de goulard is goulardwater (een heldere uitleg, toch? – met loodacetaat in alcohol, Franse chirurg: Goulard). Goudron is gezuiverd asfalt van Trinidad. Gramine|ae [ee ee] zijn graanachtige planten. Het gris de lin is het lila-achtige blauw van grain de lin (de vlasbloem). Het haar van de graag geziene gast begon te kroezen. Grège is ruwe zijde, een grawitztumor is kanker van de nieren en grazioso is bevallig (in de muziek). Ze droeg grijs-met-rode kleding. Een grisaille is een grauwschildering. Grissini zijn Italiaanse soepstengels. Er wordt groepage [meerdere afzenders] naar Spanje verzonden. Bij de overval op de goud- en zilverwinkel vond veel
gooi-en-smijtwerk plaats. Degoutant [walgelijk] is vol van degout [walging]. Hij heeft niks met de gotiek [spitsbogenstijl].

5. Een kazak (kazakke) is een manskleed, maar niet direct een kozakkenmantel. Trouwens, die kozak, een militair, behoorde niet tot het volk van de Kozakken. Een kazakkendraaier laat zijn huik naar de wind hangen en wisselt bijvoorbeeld gemakkelijk van politieke partij. Ze wil je gedag zeggen, goedendagzeggen. Onder de middeleeuwse zwervers vinden we goliarden [zwervende studenten]. Goh, dat die
go-getter geen (ski)goggles [skibril] draagt. Hij stelde een gorgiaanse [retorische] vraag. Wat is een googolplex [een 1 met een googol – 10 tot de honderdste (macht) – nullen]? Een gonfalonniere is een Italiaanse burgemeester [die draagt een gonfalon] en een douairière een adellijke Franse weduwe. Deze goth [aanhanger gothic – stijl of muziek] leest vaak een gothic novel (griezelroman).

6. Men neme dressing à son goût [naar zijn smaak]. Die dwarsdrijver heeft vaak goût de contradiction [lust tot tegenspraak]. Gouden knoopjes en goudenregen zijn synoniemen. Je kunt een hd-led-tv winnen! In de hafttijd is de schafttijd niet altijd prettig. Een hafiz is een Korankenner: de halacha [dogmatische stroming jodendom] en hagada [boek met liederen uittocht Egypte] kent hij niet. In het haiku'tje [Japans, Chinees gedichtje] kwam een hagenpreek [in de openlucht] voor. Een guajakboom is een pokhoutboom; de guaguanco dans je op Cuba. Guttatie is uitdruppelen van bladnerven. Tel maar mee: één Guinees biggetje (vergelijk: steenrat, steense rat, cavia, marmot), twee en drie Guinese (ook: Guineese) biggetjes; u vindt die op het Guineese platteland. Hij liep op gympies. Een guimpe (gimpje) is een tulen halsbedekking met baleintjes. In Guinee-Bissau betaal je die met de CFA-frank [Communauté Financière Africaine, Afrikaanse Financiële Gemeenschap]. Een guacharo is een vetvogel, guacamole zekere puree. Een gueridon is een pronktafeltje, een guereza een zijdeaapje; met guarani's betaal je in Paraguay [PYG].

7. Met de grungelook [stijl in mode en popmuziek] ben je grungy [grungeachtig]. Groggy [dronken] lurkte hij uit het grogglas. Zijn grootspreken en grootdoen – dat hij Putten had grootgemaakt al was hij er niet grootgebracht – leverde een daverend fiasco op, maar hij heeft zich grootgehouden. Een guiro [guu-wie-roo] is een klein slaginstrument. De deur was halfopen, halfgeopend, dus halfgesloten en daarmee half dicht. De toenmalige hard klinkende hardrock verpestte ons gehoor. Logisch is het niet, maar halfdronken is half beschonken. De apk is de aspaardenkracht [rempaardenkracht, break horsepower, BHP], maar ook de algemene periodieke keuring. Is deze auto apk(-)gekeurd, heeft deze een apk-keuring [dubbelop] ondergaan? De auto is ook met gps uitgerust en heeft dus een
gps-systeem. Een grand-prixwedstrijd is een GP-wedstrijd. Eet smakelijk: allinsonbrood [volkorenbrood dat zonder vet en met relatief weinig gist is bereid], casinobrood [toastbrood, in een bus gebakken en geribd], Duits brood [tijgerbrood, lijkt op roggebrood], grahambrood [zonder gisting bereid brood van grofgemalen graan], hazenbrood [niet meer in VD: volksnaam voor gewone veldbies en trilgras], hottentottenbrood [niet meer in VD: eetbare wortelstok of stengelvoet van de olifantsvoet], (sint-)hubertusbrood [brood op Sint-Hubertusdag (3 november) gewijd en gegeten om tegen de hondsdolheid te beschermen], johannesbrood [de roodbruine, eetbare peulen van de johannesbroodboom], kerstbrood [Kerstmis], kokosbrood [met kokos], mueslibrood en ongebuild tarwebrood [ziften, zeven].

8. Ook lekker(?): mastiekbrood [stuk bereid asfaltmastiek, harssoort], oordjesbrood (kost een oortje, ook: oordje),
ouwe-jongens-krentenbrood [dikke mik], paasbrood [voor Pasen – matse], pinksterbrood [voor Pinksteren], palmpaasbrood [voor Palmpasen], roggebrood, rozijnenbrood, sesambrood [met sesamzaadjes],
sint-antoniusbrood [aalmoes van brood t.g.v.
Sint-Antonius
], sint-jansbrood [vrucht van de sint-jansbroodboom], smartenbrood [de derde matse, die gebroken wordt (bij het joodse paasfeest)], sukadebrood, speltbrood [spelt = zekere grove tarwe],
tarwe-roggebrood, vier- en vijfgranenbrood, weekendbrood [met vet: langer vers] en zuurdesembrood (dat moet je desemen!). Hij benaderde ons met gratuite [twie] [onverplichte] gratuïteit [tuu-wie – ongegrondheid], zijn partner met gracieuze [bevallige] gratie [bevalligheid]. Granité is korrelig ijs, granito kunststeen. Gezocht op '*demi*': à demi (voor de helft, half), acidemie (verzuring van het bloed), académie d'amour (bordeel), cholera-epidemie, civitas academica [docenten en studenten universiteit], demi (overjas voor voor- of najaar – demietje), demi-finale (semifinale, halve finale),
demi-fortune (rijtuig met één paard), demi-john (dame-jeanne – grote mandfles, dameraan), demikini (bh zonder bandjes), demi-plié (basisbeweging ballet, vergelijk grand plié) en demi-vol (een der vleugels van een vol – in de heraldiek).

9. Verder: demi-mondaine (schijnbaar fatsoenlijke vrouw van losse zeden), demi-monde (de wereld der schijnbaar fatsoenlijken),
demi-reliëf (halfreliëf), demi-saison (demi = overjas), demi-sec (wijn: halfdroog; antoniem: brut, doux, sec), demi-vierge (halve maagd,
bijna-maagd
), nicodemiet [in geheim naar Reformatie, officieel nog
r.-k.
], neoacademisch, mond-op-mondbeademing, malaria- of
influenza-epidemie, kort- of langademig, rockacademie (hbo-opleiding voor popmuzikanten), schilder(s)academie [voor schilderkunst], sodemieterij [als de: zeer snel, naar de: bliksem], vendémiaire [wijnmaand Franse Republiek 1793] en ten slotte de weidemier(!). In deze grand(s) cafés wordt alleen met grand cru's (ook: grands crus) gewerkt. Kiesjeliesj (hamansoren – Poerim) en gremzelisj [Pesach, joodse Pasen, Pascha – herdenking uittocht, exodus uit Egypte] behoren tot het feestdagenvoedsel. Die hottentot [ruw, onbeschaafd mens] lijkt wel een echte Hottentot [Khoikhoi – Zuid-Afrika, West-Kaap, verwant aan de Bosjesmannen]. De emittent [uitbrenger van aandelen] paste de greenshoeoptie [extra aandelen kopen tegen originele prijs] toe. De GroenLinksaanhanger nam tjaptjoi, een Chinees
groente-en-vleesgerecht. De grootmogol [alleenheerser zeker keizerrijk, ook: diamant] mocht zomaar (zo maar) in grootmoes stoel zitten.

10. Ik ga haar nog slaapwel wensen. Enkele treffers op '*wel*': alhoewel, awel [BE: welnu], het dankjewel, evenwel, hoewel, jawel, [een] je-weet-wel [znw.], oftewel, ofwel, onwel, ouwel [niet-geconsacreerde hostie], het vaarwel, het wel en wee en zowel. Als ik mijn tv aanzet, moet er authenticatie [vaststelling identiteit] plaatsvinden. Hij gebruikte de circuitus verborum [omhaal van woorden, geen mv.].

 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten