3e Groot Juridisch Dictee Utrecht 2015
1. De rechtsstaat wordt geattaqueerd. Aanslagen op de media, journalisten, functionarissen en politici door guerrillastrijders, wij noemen ze terroristen, zijn zonder meer verwerpelijk. Deze aanslagen zijn te beschouwen als een vorm van disrespect voor onze fundamentele waarden. De door deze strijders gehanteerde retorica, neemt abjecte vormen aan en getuigt van een enorme versimpeling van het bestaan. Zij, de martelaren, staan aan de goede kant. Wij, die niet onvoorwaardelijk aan hun kant staan, zijn het kwaad en verdienen niet anders dan hel en verdoemenis.
2. Zijn deze terroristen te kwalificeren als rechts-extremistisch of zijn ze eerder linksgeoriënteerd? Geoutilleerd met kalasjnikovs, molotovcocktails en bomvesten scheppen zij sowieso chaos en paralyseren ze de samenleving. Soms getuigt hun aanpak van een zeker professionalisme, vaker stuit men op amateurisme en dilettantisme. Hun gedachtegoed is dermate rigide, dat andersdenkenden niet worden verstaan. Men lijkt te lijden aan een extreme vorm van xenofobie.
3. We moeten echter niet larmoyant worden. De kwestie is nu wat onze wereldleiders kunnen stellen tegenover deze fluïde en moeilijk te detecteren strijdtroepen. In dit globaliserende tijdsgewricht volstaat een nationale aanpak niet. Maar werkt een internationale? Het gaat hier immers niet om vormen van statelijk geweld. Wat schiet men dan op met multilaterale verdragen? Een verdrag is een belangrijk rechtsinstrument, maar krijgt men daarmee vat op terroristische bewegingen?
4. Men kan duizenden attachés bij elkaar brengen met volle attachékoffers, die zich buigen over niet-aanvalsverdragen, gewapende interventies, ad-hoctribunalen, conflicterende rechtsmachtclaims en internationale allianties, de effecten van hun constructieve overleg blijken uiteindelijk abominabel. Terroristische strategieën en tactieken doorkruisen de interstatelijke aanpak. Men damt het terrorisme onmogelijk in. Dit intoxicatieverschijnsel vindt zijn weg via een ingewikkeld capillairsysteem waartegen kanonneerboten, luchtaanvallen of ander militair ingrijpen ook maar iets vermogen uit te richten.
5. Wellicht moet men het zoeken in een moreel tegenoffensief. Laten we de beelden van de verschrikkingen inzetten via de sociale media om zo de grote leiders te demaskeren. Kalifaat of heilstaat: een fascinerende ideologie kan uiteindelijk niet een barbaarse praktijk verhullen. Elk inhumaan regime zal onderuitgaan door zijn eigen ‘Goelag Archipel’ [beter: Goelagarchipel of goelagarchipel].
6. We moeten internationaal de handen ineenslaan. “Volkeren aller landen verenigt u.” We zijn echter niet langer slechts aangewezen op internationale militaire exercities of economische sancties. Elke burger heeft een wapen in handen. Uw berichten kennen geen grenzen. Ook al bent u niet mediageniek, op u rust een zoete plicht anderen te informeren. Want vergeet niet: kennis is ook macht!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten