donderdag 5 februari 2015

0505 Dictee woensdag 04 febr 2015 (8): dictee Franse werkwoorden √

Dictee - dictees [0505]

Franse werkwoorden in de Nederlandse taal

1. Zomaar nieuwsgierig hoe het met Franse werkwoorden in de Nederlandse taal (lees: VD) zit? Ik begin met '*savoir*': faire de la prose sans le savoir – proza schrijven zonder het te weten, dat komt uit een stuk van Molière, waarin mijnheer Jourdain in vrije bewoordingen deze uitspraak doet. Deze Molière kom ik trouwens naast molière als schoen - lage (heren)schoen met vetersluiting, genoemd naar de tijd van Molière – nog meer dan 10 x tegen binnen artikelen: 1) amfitryon, gulle gastheer uit een blijspel van Molière, 2) collegeschoen, bepaald type molière, 3) de Delftse school, bouwkunde: de stijlrichting van de afdeling bouwkunde van de Delftse Technische Hogeschool (Granpré Molière en zijn leerlingen), 4) dorer la pilule, de pil vergulden (uit het stuk 'Amphitryon' van Molière), 5) eponiem, soortnaam die op een eigennaam teruggaat, zoals molière, 6) een harpagon, een vrek, naar de figuur Harpagon in 'De vrek' van Molière, 7) la grande règle de toutes les règles, theater: de grote regel van alle regels, d.w.z. de regel dat een toneelstuk voor alles in de smaak moet vallen (naar Molière), 8) malade imaginaire, ingebeelde zieke, naar een blijspel van Molière, 9) pour leurs beaux yeux, om hun mooie blauwe ogen, d.w.z. uit pure liefde, zonder bijbedoeling, naar een stuk van Molière, 10) république des lettres, republiek der letteren, vergelijk: res publica litteraria, 11) sans dot, zonder omwegen, ook uit 'De vrek' en 12) een tartuffe, huichelaar, schijnheilige uit een beroemd blijspel van M.

2. Omdat ik niet '*molière*' gedaan had, miste ik trouwens molièreveter, maître Jacques: manusje-van-alles, monsieur Jourdain: hoofdfiguur uit Molières ‘Bourgeois gentilhomme’, (formeel) type van de rijke burger die als gelijke in de kringen van de adel wil verkeren en zich daarbij belachelijk maakt, precieuse: naam voor de leden van een damesgezelschap in Parijs in de zeventiende eeuw, dat de smaak en de taal wilde verfijnen; getekend in Molières ‘Les précieuses ridicules’, scapin: type van de intrigerende knecht, die van zijn meester zijn werktuig maakt en sosie: dubbelganger, sosius (uit: Amphitryon).

3. Enfin, terug naar '*savoir*', savoir-faire: het weten hoe te handelen in bepaalde maatschappelijke omstandigheden, synoniem wereldkennis en savoir-vivre: de kunst zich in de maatschappij te bewegen en met mensen om te gaan, synoniem wellevendheid (ook: levenskunst). De opbrengst van '*vivre*', douceur (plaisir) de vivre: het zachte genot van het leven, joie de vivre: levensvreugde en vivres (meervoud, weinig gebruikt): levensmiddelen, mondbehoeften voor een militaire eenheid of garnizoen, of voor een expeditie.

4. Laten we ook '*laisse*' nog even meepakken, dan slaat de titel van deze column niet helemaal als een tang op een varken (of als kut op dirk): 1) à prendre ou à laisser: take it or leave it, 2) delaissement: een term uit het verzekeringswezen, 3) het laisser-aller [2020]: achteloosheid, 4) het laisser-faire [2020]: het vrijlaten van de mensen, m.n. in hun economische handelingen en 5) het laissez-passer [2020]: vrijbrief voor het overtrekken van de grens. Nabrander: 'ergens' in VD staat 'savoir-vivre' zonder koppelteken, waar? 2020: niet meer gevonden, dus waarschijnlijk verwijderd.


 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten