Groot Dictee Mechelen 2017 – woordenspel
Het volgende dictee werd nu in zijn geheel voorgelezen. Op 20 plaatsen klonk er na een voorgelezen woord een belletje. Er kwam dan op het scherm een meerkeuzevraag (2 – 5 mogelijkheden), waaruit je kon kiezen. Achter elke mogelijkheid stond een letter. De juiste spelling is hieronder vet en onderstreept weergegeven. Twee voorbeelden met 2 keuzen: bijbel/Bijbel en ovalen/ovale.
Zo vergaarde je 20 letters, waarna je 10 minuten de tijd kreeg om ermee een zo lang mogelijk woord te maken. Omdat onderaan dit dictee de oplossing staat (er was waarachtig iemand die dit twintigletterwoord binnen die tijd vond – klasse!), vermeld ik hier de twintig letters, dan mag je het zelf ook proberen (10 minuten, hè?).
D K H R E E G R B J C I E V E S J U N O
God woont in een bibliotheek (auteur: Sander Hobin)
(In den beginne was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God.)
1. Grootvader Jakob, oud-korvetkapitein, was een excentriek man, dat wisten velen van ons. Elke zaterdag ging hij als het enigszins kon naar de bibliotheek om zijn descendenten 's middags een verhaal voor te lezen. Maar hij las nooit wat er reëel in het boek stond. Hij verzon de meest bizarre histories terwijl hij ze las. En op een herfstige zaterdagvoormiddag, schoof hij zijn kapiteinhaddockpet naar achteren en las de (1) Bijbel.
2. Hij vertelde:
3. "Nadat God Adam en Eva had geschapen, was Hij eigenlijk van plan ons met rust te laten, dat weten jullie, maar zoals verwacht maakten we er een (2) zootje van.
4. In die tijd waren er nog geen bibliotheken en geen boeken, zoals nu, en de mensen waren dom en bang. Zo reden er wel treinen tussen Brussel en Mechelen, en ook tussen Mechelen en Gent, maar dan zonder (3) passagiers. En fabrieken zoemden en gromden, net zoals ze dat nu nog doen, maar er waren geen werknemers om hun honger te stillen. Alle straten en pleinen waren leeg.
5. God voelde zich eenzaam door zo weinig bedrijvigheid. Hij hield (4) ervan om naar ons te kijken, en daarom ging Hij naar de huizen van de mensen om te zien wat er scheelde.
6. Achter de muren van appartementswoningen, (5) villaatjes en herenhuizen, zag Hij hoe hele families samenhokten. De mensen aten taart en dronken koffie. Soms las iemand luidop het etiket van zijn trui voor of speelde iemand anders piano, er werd zelfs even(6) gedart. Maar (7) buitenkomen, dat deed niemand. Als iemand een luchtje wilde scheppen, gebeurde dit via de tochtklep van de brievenbus.
7. Aan een haardvuur fantaseerden de mensen 's avonds over wat er voorbij de muren van hun huis kon liggen. (8) Een voor een voerden ze een monoloog. Maar omdat ze nooit buiten waren geweest, konden ze niet bevroeden wat er in werkelijkheid was. En hun fantasie (9) reikte niet verder dan wat ze al kenden. 'Ik denk dat er buiten, voorbij onze deur, een grote (10) keramieken kookplaat ligt," zeiden ze dan. Of: 'Als je het mij vraagt, ligt het daar vol met haarspelden. Maar dan wel erg groot.' Of: 'Er zijn allemaal (11) ovale spiegels waar je jezelf in kan zien.'
8. Verdrietig over zoveel gebrek aan fantasie en nieuwsgierigheid, en ook wel jaloers op het functionele aspect van zo'n huis, besloot God actie te ondernemen: Hij schiep een eigen huis. Een (12)
zeventiende-eeuws klooster met pas gerestaureerde dakkapellen en ecologische verwarming. En de zolders (13) spic en span opgeruimd.
9. Dat was de eerste dag.
10. De tweede dag schiep God boeken. (14) Kijk- en leesboeken, pockets en bibliofiele uitgaven, romans en poëziebundels, (15) middeleeuwse ridderverhalen, die Hij met geduld (16) kalligrafeerde. En zelfs strips en [17] sciencefictionliteratuur [GB ook: tt]. Hij schiep ze opdat de mens ze later zelf zou kunnen verzinnen. Hij begon braaf: zijn eerste verhaal ging over een (18) frêle middagzonnetje dat op een dag een sneeuwpop liet smelten. Maar algauw ging Hij er helemaal in op, Hij schreef verhalen over onzichtbare wezens die, als ze voor je neus dansen, je laten dagdromen. En hij schreef een filmscript over de (19) reumatische pijnen van een octopus.
11. Toen het hele gebouw eindelijk af was, de (20) steigers waren afgebroken en alle boeken netjes in een kast waren gezet, zei God: 'En God zei dat er lezers waren.'
12. En ja hoor, daar waren ze."
13. Grootvader Jakob legde het boek weg en keek ons lang en indringend aan: "En dat was nog maar het begin."
********************************************************************************
OPLOSSING:
[Let wel: bij de Vlamingen telt de IJ voor 2 letters – zie bijv. het spelprogramma Blokken!, bij ons meestal voor 1!]
J E U G D B O E K E N S C H R I J V E R !!!
Let wel op: in Vlaanderen bestaat de ij uit twee letters [ga ik ook vaak de mist mee in bij BLOKKEN], in Nederland is de ij in puzzels, kruiswoordraadsels en cryptogrammen meestal 1 letter. Maar dat mocht de pret niet drukken ...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten