zondag 31 maart 2019

1554 Dictee zondag 31 maart 2019 (2) dictee BeNeDictee 2019 nummer 2 √

Dictee - dictees [1554]

BeNeDictee 2019 nummer 2

Een gewone ochtend in de praktijk (auteur: Lizi van Vollenhoven)

De 71 woorden die vet en onderstreept zijn, moesten worden ingevuld

1. Kan maandag de dertiende een gewone dag zijn? De voortekenen waren ongunstig. Poes' maag had op de trap een antiperistaltische [terug in (slok)darm] beweging gemaakt. De verwarming (een uhr-ketel = ultrahoog rendement, niet in wdb. - met zeer gunstige hysterese [hysteresis = natk.: uitblijven van zekere verwachte werking] en
NOx-uitstoot
) was afgeslagen zodat er geen warm water was en de melk schiftte en zuur smaakte. Dientengevolge was mijn humeur ver onder het nulpunt toen ik op mijn fiets stapte. De cumulonimbus [bloemkoolwolk] met zijn heftige ontladingen hielp niet mee, net zomin als de windkracht van 6 op de schaal van Beaufort. Tégen, natuurlijk. Terwijl ik voortploeterde in de isohyeet [grafische lijn van plaatsen met gelijke neerslag, vgl. isobaar = druk en isotherm] dacht ik hoe heerlijk het zou zijn ons Cfb-klimaat [niet in wdb., detaillering van C-klimaat] (volgens Köppens) eens te verwisselen voor een maandje in het doldrum [windstil gebied rond de evenaar]. Desnoods met inbegrip van een taifoen [tyfoon = andere uitspraak, wervelstorm].


2. Aangekomen op de praktijk deed een latte macchiatootje [laagjes melk met koffie] me goed. Onze immer opgewekte
poh-ouderen-en-diabetes [praktijkondersteuner huisarts] begroette me vrolijk en ook de overige collega's hielpen me om weer in het juiste humeur te komen. De computer startte zonder problemen en bij het doornemen van de berichten van de huisartsenpost bleek geen van mijn patiënten die nacht een dokter nodig te hebben gehad. Drie hadden het zelf wel zo gedacht, maar kwamen met hun respectievelijke verkoudheid sinds drie weken, muggenbeet en reizigersvaccinatievraag niet verder dan de triageassistente [selectie en rangschikking] in het callcenter, die hen er vriendelijk op wees dat het hier geen spoedgevallen betrof. Mijn spreekuuragenda zag er vooralsnog uit als gebruikelijk. De eerste drie patiënten waren dan ook volledig normaal. Een oude dame met onychomycose [schimmelnagel, kalknagel, onychitis = ontst. nagelbed, mycose = schimmelinfectie], een peutertje met een conjunctivitis [bindvliesontsteking oog] en impetigo (ti, ook wel krentenbaard of rozijnenbaard genoemd) en een jongeman met restoedeem na een mediale [binnenzijde, t.o. lateraal]     meniscectomie [meniscus, ectomie = wegsnijden] i.v.m. eerder opgelopen traumatische laesie [letsel].


3. Bij de naam van de volgende patiënt (een 31-jarige man) stond in de agenda: kennismaking en bespreken chronische aandoening. Ik liep naar de wachtkamer en riep meneer Tack binnen. Een man die ik zeker ouder dan 31 had geschat met een bijzonder misogyn [vrouwen hatend, androgyn = tweeslachtig, misandrie = mannenhaat, misos = haat, misogamie = afkeer huwelijk], gezicht stond op. "O nee!" zei hij, "hier neem ik geen genoegen mee! Ik zit al een half uur te wachten en dan word ik niet eens door mijn eigen dokter binnengeroepen maar door zijn assistente!" "Mag ik uw naam?", vroeg ik. "Bak, dat riep u toch zelf?" "Ah," zei ik, “daar zit het misverstand. Mijn excuses, een geval van gebrek aan orthoëpie [als ongeleed woord opgevat, wel:
ortho-ester]
mijnerzijds. Ik riep mijnheer Tack. U wordt zo dadelijk vast wel door uw eigen huisarts opgeroepen." Inmiddels was de echte meneer Tack opgestaan. Een vriendelijke, minzaam glimlachende man, onberispelijk gekleed, die mij na het handje schudden [handje(s) geven, handje(s) schudden, handjes uitdelen] toevertrouwde dat hij al jaren leed onder heautoscopie [buiten jezelf treden]. Ik had geen idee wat hij bedoelde maar knikte sympathiserend. Normaliter was het geen groot probleem, ging hij verder, maar als zijn uitgetreden ik weer eens last had van zijn gillesdelatourettesyndroom [ook: gillesdelatourette. tourette, tourettesyndroom], zich uitend in coprolalie [onvrijwillig schelden] vond hij dat zelf wel erg gênant [schaamtelijk]. Ik knikte beamend, inmiddels prakkiserend [ook: prakkeserend, maar nadere uitspraak] hoe ik hem hier in vredesnaam mee kon helpen. Gelukkig verwachtte hij alleen enig begrip van mij hiervoor. En of ik even in zijn linkeroor wilde kijken, dat zat dicht. Ik keek met mijn otoscoop [oorspiegel] in zijn oor en wilde juist zeggen dat er een hoop cerumen [oorsmeer ru]    in zat, toen hij loeihard "tyfushoer!!!" naar me riep. Ik stond nog bij te komen van de schrik toen hij zich begon te verontschuldigen. Het was zijn uitgetreden ik geweest. Ik bood hem aan zijn oor uit te spuiten, maar wilde toch eerst graag weten of die ander ook weleens non-verbaal agressief was of dat het bij schelden bleef. Gelukkig bleek het altijd bij verbaal geweld te blijven en ik reinigde zijn oor lege artis [volgens de regels der kunst – lee-gee
ahr-ties]
. Na een vriendelijk "dank u wel, dokter", gevolgd door "teringlijer!!!" verliet hij de kamer.


4. Ik staarde nog versuft voor me uit toen de stagiair-assistente [GB, regel 6I (1): voorbepaling, maar in GB alleen vb. als dokter-stagiair en advocaat-stagiair, nabepaling dus, raar - bij een keuze uit
stagiair(e)-assistent, zou ik zeggen: je moet opschrijven wat er wordt voorgelezen]
binnenkwam met een kop koffie. Ze keek me wat angstig aan, maar ik kon haar geruststellen. Niets aan de hand. Daarna weer het gewone werk: een zesjarig meisje dat bij handjeklappen (VD, niet in Woordenlijst – ook: handbakken, handjebakken) de distale falanx [verste kootje, naast middelste en proximale falanx] van haar middenvinger [ook: middelvinger] had bezeerd, een man die een vitamine B12-injectie [VD: B12] kwam halen in verband met zijn pernicieuze anemie [verderfelijke bloedarmoede], enkele mensen met bovensteluchtweginfecties, een paar hypertensiecontroles [verhoogde bloeddruk], een ietwat hysterische dame voor controle na haar hysterectomie [uterusextirpatie = operatief verwijderen baarmoeder], en een elektricien die een lichtaggregaat op zijn scapula [schouderblad] had gekregen. Daarna tussendoor een ongevalspatiënt, een jongen die bij gym een lacrossenet [lacrosse = soort hockey] tegen zijn oor had gekregen. Zijn tragus [uitsteeksel voorzijde oorschelp] was vier keer zo dik als normaal en ik was bang voor een cartilagineus [kraakbeenachtig, cartilago] letsel. Met enige moeite kon ik daar een kno-arts [keel-, neus- en oorarts] enthousiast voor krijgen.


5. De daaropvolgende patiënt, een jongeling met indrukwekkende spieren, wilde sportmedisch advies. Hij wilde zijn quadricepsen graag versterken, liefst door het doen van squats [kniebuiging, etc.] eventueel in de vorm van halve reps [onvolledige uitvoering fitness – rep, repeteren]. Soms met schijven van een kilootje of veertig, maar soms met gewone dumbbells [korte halter met gewichten]. Maximaal 20 kilo per hand, zei hij geruststellend. Moest hij als voedingssupplement dan pyridoxine [adermine, vitamine B6] gebruiken of was pantotheenzuur [toe maar: verbinding van pantoëzuur en 3aminopropaanzuur, waarvan het rechtsdraaiende enantiomeer (vitamine B5) in de natuur voorkomt] toch beter? En wat vond ik van Tribulus terrestris? (sub VD-lemma aardangel). Ik vond dit iets voor een SMA.

6. Vervolgens een wat neurasthenische [met depressieve neurose] jongen, van streng gereformeerden huize, die soa-angst [seksueel overdraagbare aandoening] had, meer specifiek was hij bang voor een chlamydia-infectie [geslachtsziekte]. Gezien zijn levensbeschouwing was ik wat verbaasd, maar met grote vreze zei hij 'heel intens' naar een mooi meisje te hebben gekeken, vandaar, u weet wel [maar znw.: een u-weet-wel].

7. Daarmee was mijn ochtendspreekuur voorbij. Dacht ik. Want de stagiaire wist niet dat ik nooit artsenbezoekers ontving en had er een te mijnen kantore gepland. Of ik al had gehoord van Exocox. Hét nieuwe middel tegen echinococcuscysten [blaasworm + [k] lichaamsholte met weke massa]. Aangetoond in dubbelblind gerandomiseerd prospectief onderzoek met een p-waarde [kans dat een verschijnsel zich toevallig voordoet] van 0,0001. Met enige alopecia als enige bijwerking zouden mijn patiënten er toch voor in de rij staan. Als tropenarts zou ik toch dolenthousiast moeten zijn. Toen ik het misverstand uit de weg had gewerkt, hem verteld had dat ik huisarts was en nog nooit een patiënt met deze ziekte had gehad nam hij beteuterd afscheid.

8. Al met al leek maandag de dertiende me dus toch nog genadig te zijn. Totdat ik mijn lunchpakketje zocht en erachter kwam dat mijn overheerlijke kaiserbrötchen met gruyère nog thuis lag. Pech!

 
 



Geen opmerkingen:

Een reactie posten