Dictee - dictees [0837]
GDNT
2015
Lang
leve het heen-en-weer (auteur: Lieve Joris)
1. Ik
was een pensionaatsmeisje met een goeiige nonkel die redemptorist was en 's
zondags te allen tijde een soutane droeg. In de Congolese brousse praatte hij
Kikongo [in VD bij lemma 'chimpansee'] en dronk palmwijn zo zacht als
leguanenhuid.
2. Pontificaal
gezeten in mijn bomma's fauteuil, onder de Byzantijnse afbeelding van
Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand [niet in wdb.] in haar karmozijnrode gewaad, een drupje Elixir
d'Anvers [eigennaam, niet in wdb] op het ovale
bijzettafeltje, liet heeroom tijdens zijn congé sigarenrook de kamer in
kringelen.
3. Op
mijn tweeëntwintigste verliet ik dit sacrosancte, brelliaanse [op internet, Jacques Brel] universum en verkaste naar
Nederland, waar een kotelet een karbonade heette,
caoutchouc rubber, een froufrou een pony en een brood niet grijs was maar
bruin.
4. In
Mokum voelde ik me algauw [GB, VD: spoedig] senang.
Ik leerde jij-bakken pareren, linkmiegels [GB, VD, ook linkmichel - beide uitspraak: lihnk-mie-chuhl] vermijden en ervoer mijn expatriatie nooit als
een collocatie. Allengs maakte ik kennis met hachee, gruttenpap en
krentjebrij, maar ook met saté en spekkoek, en at niet alleen
halal maar ook koosjer.
5. 'Wordt
mijn dochter daarginds niet te astrant?', weifelde mijn moeder. Ze prefereerde
inmiddels dat ik Neerpelts sprak – alles beter dan dat gutturale Hollands. Mijn
vader fulmineerde tegen het perfide drugsbeleid van de noorderburen en hun promiscuïteitbevorderende [GB, VD: heel veel aaneen!] seksshops, maar hun eloquentie
apprecieerde hij en het Groot Dictee miste hij niet één keer.
6. Jeminee,
ben ik na al die jaren verkaasd? Vast en zeker, al val ik geenszins van Scylla
in Charybdis wanneer ik – om te spreken met de onlangs verscheiden Drs. P –
vice versa heen en weer vaar tussen beide taal- en cultuuroevers.
Finalezinnen:
het onderstreepte woord uit elke zin moest worden opgeschreven:
1. Ze gooide een pot bijna kokende tomaten-groentesoep over zijn broek.
2. Het is geen of-of- maar een en-enverhaal.
3. Mijn dag begint met een caffè latte en twee pannenkoeken met spek.
4. Toen ze trouwde met een F-16-piloot wilde haar vader niet aanwezig zijn op het feest.
5. Ik krijg hier stilaan een déjà-vugevoel. Komen er nog veel van die moeilijke woorden?
6.
We hebben anderhalf uur gequeued en toen we aan de ingang stonden, ging de
roetsjbaan dicht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten