Dictee - dictees [1176]
Oefendictee
september 2017 (18)
1.
Ergocalciferol [stofnaam vitamine D2, o.a. voorkomend in boter] werkt niet ergotroop [het werken bevorderend, de activiteit opvoerend]. Wat is het: Erasmus'er of Erasmusser [als letterwoord voor een zekere studie in onbruik geraakt]? Hij
is epris [verzot] van epsomzout
[magnesiumsulfaat - plaats: Epsom]. ESR = elektronenspinresonantie = EPR =
elektroparamagnetische resonantie. Een epub(!)
[boek] wordt volgens het bestandsformaat EPUB [electronic publishing] gepubliceerd. Toen ze eropuit gingen,
bleek hij erop uit te zijn om haar te versieren. Dit is een expressebestelling [n/s].
Zij heeft een faible [zwak] voor fäh, petit-gris [bont van het Siberisch eekhoorntje]. Die fade [feet]
[langzame overgang tussen twee film- of televisiebeelden, waarbij de beelden enige tijd samenvallen] maakte een einde aan de fade
[faa-duh] (slap,
zouteloos) vertoning. We gaan feestvieren, een groot feest vieren. Dat
schilderij vind ik flou [onscherp, zacht, vervloeiend]. Is dat fonduetje al besteld? Het is frips [fris] buiten.
Krulandijvie heet ook frisee. Op '*leman': (Jan en)
alleman, belleman (BE, omroeper in straten - VD ook: bellenman),
bieleman (schutterij), bolleman (bolman = klaverenvrouw en -boer), Brutus is an
honourable man, deleman
(in Indië: (huur)rijtuigje
op twee wielen), dolleman (onbesuisd mens),
every inch a gentleman (van top tot teen een heer),
frulleman (knoeier), gentleman, lulleman (babbelaar), pieleman (o.a.
penis), en would-begentleman.
2.
Op '*lenman': billenman, borstenman, bollenman
(SR:
broodjesverkoper op straat, ook: bollenvrouw), brillenman (brildrager of opticien), bullenman (bulloper, gaat met de stier rond), jollenman (vaart met de jol – overzetveer; ook: vletterman),
kielenman (kielman, witkiel, sjouwer),
kolenman (kolenboer), lullenman (pijpgast bij brandweer, lulleman = babbelaar), pielenman (uithaler van ovens), prullenman (prulvent), schillenman (haalde
groenteafval op) en bellenman (znw. bel,
zie ook belleman - van ww.). Krijg nou de ftisis (ltering -
eufemisme)! Hij heeft op zijn autoped geautopet. Gekwantiseerd is
uitgedrukt in quanten. Na al dat gestres volgde iets er relaxeds. In de
geüpgradede versie zongen ze een geuzenlied en dronken ze een geuzelambiek.
3. De
geuite beweringen logen er niet om. Dit product is geoctrooieerd. Hebben jullie
die goedevrijdagdienst [Goede Vrijdag] bezocht? De Gouwenaar kreeg gouwenaar [buikloop] van het
IJsselwater. In de namiddag wordt het goûter, het vieruurtje, gegouteerd. Zo'n
gortenteller [vrek] kan weinig met gortepap. Hij viel op door zijn gratuite
gratuïteit [ongegrondheid]. Gratias, dank u! Gramineae zijn graanachtige planten, Hominidae de
mensachtigen. Zet die stoel maar bij het grofvuil. Hij guetteerde [beloeren, bespieden] de laborant
of die bij de guttatie (het uitdruppelen)
geen fout maakte. Kunnen jullie een guiro [klein slaginstrument] bespelen? Om haar haar droeg ze een
gimpje (guimpe [gèhmp] - tulen halsbedekking met baleintjes), aan haar voeten
gympjes. In de hafttijd rond Sint-Jan moet je oppassen voor die insecten, die
eendagsvliegen. Rond de Haarlemmerdijk kon je heel wat soorten
haarlemmerdijkies [praatjes, haarlemmerdijkjes] gewaarworden. In de dierenfabel werd geroepen: haasje, rep je
– en wel haastje-repje – met het haasje-over. Hij was halfdronken,
aangeschoten, entre deux vins. Voor dat bericht over de hasjhond moet je onder
andere een hashtag [# hekje] gebruiken.
4. Aan
zijn hardvochtige optreden had ik een hart(s)grondige
hekel. De heibeiige croesus [zeer rijk man] werd achternagezeten door de heilige hermandad [politie], at
een hijlikmaker [heiligmaker, zekere koek] en had de neiging om van het ene uiterste naar het andere te
gaan: van de hei in de fij. Als de schildklier overmatig werkt, is dat
hyperthyr(e)oïdie [antoniem: hypo-]. Een ichtyologe is een
viskundige (vr.). Is isoniazide een middel
tegen tbc, een isocyanide bevat een isocyaangroep. 25 juli is het Jakobsdag, de
feestdag van de Heilige Jacobus, geloof het of niet. Op de vierde zondag in de
advent zingen we ' Rorate
coeli desuper' ofwel 'Dauwt [archaïsch],
hemelen, uit den hoge'. De japanologie houdt zich o.a. bezig met japannerieën, japonaiserieën,
zeg maar: japonisme [snuisterijen]. Na dat mislukte joppie [job, baan] was ik weer Joppie (kleine Job - kind van de rekening). Als dicteeër zou je moeten weigeren
ju-ju te spelen
(paardje spelen - juju = magie). De meeste
Kaapstatters nuttigen graag Kaapse wolken [= Kaapwolken, nagerecht]. Een Kamper steur is een kampersteur
en een Kamper ui is een kamperui [beide: dwaze streek]. Ken je Grieks: kat' exochen
[èh] (bij
uitstek, per definitie), kalos k'agathos (rechtschapen
naar lichaam en ziel, samenvatting van het Griekse cultuurideaal) en to
kalon k'agathon (het mooie en het goede).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten