maandag 17 april 2017

1114 Dictee maandag 17 april 2017 (1): dictee Oud Oefendictee 014 √

Dictee - dictees [1114]

Dictee 014 (XIV) Specialistendictee [oud, uit serie van 856]

1. De beide Duitslanden, DDR en BRD, zijn indertijd [met nadruk:] één gemaakt. Het was het spektakel van de spectaculaire Ostpolitik (Oostpolitiek) van Willy Brandt, éminence grise, die daarbij een belangrijke leidersrol speelde. Bij die eenmaking is de hamei [vrij: valhek] tussen West- en Oost-Berlijn, Checkpoint Charlie, geabrogeerd [opheffen, afschaffen]. Eraan vooraf ging een roerige tijd; dat maakt het voorafgaande wel duidelijk. De wiedergutmachung was tenslotte al beëindigd. Veel ossi's trokken naar het vrije Westen. Ook vopo's en ecstasy gebruikende ex-stasi's hoorden bij de geluk(s)zoekers [GB]. Wat deed dat Stasi-bedrijf in ('s) hemelsnaam vroeger om 's hemelswil, in godsnaam?

2. Een lucullisch (overdadig) maal – olie-en-azijnstel zowel als peper- en zoutvaatje op tafel maakten het dinertje tot een godenmaal – kon bestaan uit tjaptjoi [Chinees gerecht] en tjauwmin (soort bami), maar ook uit gerechten als wrap (dunne pannenkoekjes), vleesfondue, tzatziki [Grieks gerecht], teriyaki [zeker gerecht met soja], tempura [Japans gerecht], sukiyaki [idem], teppanyaki [grillen op hete plaat], stoofvlees, shish (döner) kebab [vlees] en shabushabu (gerecht van groenten, vis en deegslierten in bouillon), dan wel sajoer lodeh [gemengde groenten in kokosbouillon], ossobuco (Italiaans), olla podrida (eenpansgerecht), köfte (Turks) en hazenpeper zonder haas (als het wezenlijke ontbreekt). Om over ajam roedjak (kip en rode pepers), couscous (gerecht uit Noord-Afrika, de koeskoes is een dier op Nieuw-Guinea), fish-and-chips (Brits gerecht), foeyonghai (Chinees, met omelet), gadogado (Indonesisch gerecht van groente, tahoe, tempé en ei met pindasaus), golauyoek (varkensvlees, zoetzure saus), gyros (Grieks gerecht: broodje gyros) en hachee [stoofgerecht] nog maar niet te spreken. Pronte (prompte) betaling van de provisierekening (proviand) was wel een must.

3. Het verschil tussen een van de schrijfwijzen van mankgaan (mank gaan) en mank lopen is, dat je het ene verbum [werkwoord] aaneenschrijft en het andere niet. Wie ooit zijn kandjes (kandidaatsexamen) Nederlands gehaald heeft en de neerlandistiek beoefent, weet dat, evengoed als hoe je borsjtsjschranzer (rodebietensoep) en paraskevidekatriafobie (angst voor vrijdag de dertiende) schrijft. Andere struikelblokken bij de spellingkunst zijn
pan-Arabisch en panarabisme, reïncarnatie en re-integratie, een tbs'er in een tbs-kliniek, treife [onrein] trehalose (plant- of diersuiker), trijpen (van trijp = zekere stof) pantoffels bij de try-out (proefvoorstelling), ijfelhout (taxus) en ijkgas. Alleen een wiskundige weet wat een cathetus (kathete) is (loodlijn) en een militair wat een abohzis (voorheen: ahboris) is. Die laatste denkt dan onmiddellijk aan een S5'je, dat op een A4'tje (A-viertje - VD) past .


4. Voetbal is van origine geen oudvaderlandse, maar een Engelse sport. Als de scheids, van jongs af aan een briljante referee vanjewelste (GB ook: van jewelste, van je welste) met brillantine in het haar, een wedstrijd afgelast, keren de teams onverrichter zake huiswaarts. In het zestienmetergebied – kortweg: in de zestien – leidt een onreglementaire duwfout onherroepelijk tot een penalty, ook wel elfmetertrap of kortweg elfmeter, pingel of penantie genoemd. U weet nog wel: driemaal corner, pienantie. Overtredingen zoals offside buiten het strafschopgebied worden gepenaliseerd [bestraft] met een free kick [vrije trap]. In het (de) halftime gaan de oververmoeide sportfreaks teaën oftewel theeën. De stopperspil, de links- en rechtsback tackelen dat het een lieve lust is en delen dus tackles uit. De centrumspits krijgt heel wat voor de kiezen en om de oren, daar helpt geen lievemoederen aan.

5. Toen de 70-jarige club met een naam sine anno [zonder jaartal] kampioen werd, volgde een bloemenhulde met meestal een prachtig boeket en ook een heerlijk bouquet: wijnen als sekt, silvaner, douro, spätlese, samos, rosé, rioja uit het Ebrodal, riesling, rhônewijn, lambrusco – rode wijn uit de streek Emilia-Romagna in Italië – en gamay uit de Côte d'Or stonden al gereed. Het kampioensfeest werd trouwens gehouden in een überbrettl, een literair (GB ook: tt) café chantant. De trainer-coach houdt wel van wijntje en trijntje. De preses, een q.q.-functie van de hoofdsponsor, kwam later. Hij moest gras snijden voor de nieuwzeelanders van zoonlief en deed dat met de grassnijder. De quaestor was totaal niet van streek, maar wel in de streek bekend en daardoor gewestelijk betsjoend [betoverd] door de catchy [goed in het gehoor liggend], gracieuze blondine, die zich met veel gratie afvroeg of een dashond ook een hasjhond kan zijn. Nog catchyer was echter de fax et tuba (aanvoerder, belhamel, letterlijk: fakkel en bazuin) van de ploeg, die par renommée [bij geruchte] vernomen had dat de klotegriet en de kutvent – contradictiones in terminis (tegenstrijdigheden in de gebruikte woorden) – leden aan respectievelijk aids en syfilis, dat is lues (sief). De eerdergenoemde [GB] bloemen waren: eschscholtzia's (goudpapavers), amaryllissen (narcisachtige), strelitzia's (paradijsvogelbloemen), rafflesia's (woekerplant), kooltjes-vuur (soort van adonis), fayalobi's (sierheester), anthuriums (flamingoplant) en adonisbloemen (uit de ranonkelfamilie). Slotzang: the party is over now!

 
 
 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten