donderdag 15 december 2022

3069 Dictee zondag 18-12-2022 (2) – dictee Wekelijkse dicteetest 237 RL √ x

Dictee – dictees [3069]

Wekelijkse dicteetest 237 RL [elke zondag]

Welk van de 3 antwoorden is juist?

Oplossingen: hieronder!

Bron: Oefendictee (oud) 737


1. De ………… lag verborgen onder …………...

a. amarilsteen                              amarillissen

b. amarylsteen                             amarillissen

c. amarilsteen                              amaryllissen

2. Zijn ……….. echt naar de ………… genoemd?

a. Amazonen/s                        Amazonen

b. amazonen/s                         amazonen

c. amazonen/s                         Amazonen

3. Voorbeelden van ambigrammen: ….... en ……..

a. Nou                              ToT

b. nou                               ToT

c. nou                                tot

4. De ………. verzoop in de ………… drab.

a. lykantroop                              thixotrope

b. likantroop                               thixotrope

c. likantroop                               thyxotrope

5. Met ………… (toondoofheid) kun je best ook nog …………. zijn.

a. amusie                                   amusisch

b. amusie                                   amuzisch

c. amuzie                                   amuzisch

6. Een ………… is een soort van …………..

a. butplug                                   godemiché

b. buttplug                                  godemiché

c. buttplug                                  godemichee

7. De ………… kan groeien, de vox ………… niet.

a. angélique                                     angélica

b. angelique                                     angelica

c. angélique                                     angelica

8. Er werden meerdere …………. vertoond.

a. anime's

b. animees

c. anime

9. Het ……………., dat is …………....

a. antimonoker                                 servantiet

b. antimonoker                                 cervantiet

c. antimoonoker                               cervantiet

10. …………. is eerloosheid en ……….. ontbreken van de zwezerik.

a. Atimie                                 athymie

b. Atimie                                 athimie

c. Atymie                                athymie

 

 

Oplossingen [237]: zie hieronder.


--------------------------------------------------------------------


Oplossingen [237]

1c 2c 3b 4a 5b 6b 7c 8c 9c 10a

Toelichting bij 3: ‘ToT’ kun je horizontaal spiegelen, ‘nou’ kun je puntspiegelen in het midden van de o = ook 180 graden roteren om dat punt. Praktisch: schrijf ‘ToT’ op een doorzichtig vel papier en keer het om (bovenkant boven); schrijf ‘nou’ op een vel papier en roteer het 180 graden (formeel om het midden van de o) = gewoon het vel ondersteboven leggen. In beide gevallen is het te lezen resultaat hetzelfde!

NB 180 graden roteren is ook horizontaal + verticaal spiegelen of omgekeerd!

Contact: leentfaarrein@gmail.com

 

 


3068 Dictee zondag 18-12-2022 (1) – dictee Dictee van de dag (791) √ x

Dictee – dictees [3068]

Vragen en opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com

Oefendictee OUD 066, geheel herzien naar situatie 2022

Dictee van de dag (791)

1. In een reflex bedacht ik dat mijn reflexcamera niet goed gericht was met betrekking tot de reflectie van de zon. Zich bedenken is trouwens een reflexief werkwoord oftewel een reflexief. Krop of struma is een vergroting van de schildklier, niet van de pancreas oftewel de alvleesklier. In de rooms-katholieke kerk wordt wel, in de protestantse kerken geen Kerklatijn meer gebruikt.

2. De acupuncturist leed aan cellulitis [sinaasappelhuid] en had een ziekelijk zwak voor muziek en draaide in zijn praxis [praktijk] vaak de oude grammofoon, waaruit lambada [sensuele Zuid-Amerikaanse dans], swing [soort van (begin)jazz], tango [klassieke dans], twist [moderne dans], soul [met gospel- en rhythm-and-blueselementen – r&b-elementen, arrenbie-elementen] en soft music [zachte, rustige muziek] schalden. Zij spraken vlot koeterwaals, Luikerwaals, Marollenfrans, Papiamento en zigeunertaal.

3. Die brave hendriken wilden een handelsfirma opzetten. Maar waaruit zou hun assortiment bestaan: aceton [oplosmiddel], antraciet [steenkool], bacon [spek], macadam [wegverharding], majolica [(voor) aardewerk], soepvlees oftewel poelet dan wel kuiken (kip) of poulet, politoer [schellak in alcohol], popeline [weefsel - ook: poplin], raffia [zekere vezels van een palmsoort], satinet [katoenen satijnweefsel], shantoeng [Chinese tussorzijde], suède [fijn leer], taaitaai [koek van roggemeel en stroop], terracotta [pottenbakkersklei], veronal [slaapmiddel] of misschien zavel [grondsoort met hoog zandgehalte]? De een zei "Bezin u op wat er kan gebeuren. Bezint eer ge begint [archaïsch]." De ander zei: "Hou je vast. Houdt u zich maar goed vast!"

4. De fotografen en de burggraven bedienden de telexen en telegrafen vanuit hun loopgraven. Een spanjolet (espagnolet) is een draairoede om openslaande deuren en ramen te sluiten.

5. De gonjezak of plunjebaal met zijn kloffie [kleren, pak] – gebruikt tijdens de bietencampagne – lag op het kampanjedek [bovenste achterdek]. Twee pinguïns aan boord hadden bonje. De ganja [marihuana] kon niet met gienjes (guinjes – oud-Engels) worden betaald. Dat leek wel een conjuratie – een complot. De spanjool had zijn ponjaard (dolk) hard nodig. De seigneur [aanzienlijk heer], met lorgnet [knijpbril] op, was een verwoed banjospeler [de banjo] en kwam de bagno's [slavengevangenis – het bagno!] met slaven inspecteren.

6. Toen de dauphin [kroonprins Frankrijk] vanachter de gordijnen het tafereel aanschouwde, versterkte dat zijn mea-culpagevoel [schulderkenning – mea culpa]. Zou hij het 'tafeltje dek je, ezeltje strek je'-principe werkelijk kennen [alternatief met streepjes niet logisch vanwege de komma]?

7. Met veel digressie [uitweiding, omhaal van woorden] vertelde de linguïst, dat de Ghanese agnosticus [geen kennis gaat boven onze ervaring uit] in het getto naar het larghetto van de gitaarspeler luisterde. Naast hem lag een sanguinetekening [gwie[met roodkrijt] op de gueridon [rond pronktafeltje]. Geguillocheerde [versierd met dooreengevlochten lijnen] bankbiljetten gebruik je niet voor moliken [vogelverschrikker], pezeriken [bullenpees], het afschepen van kratesen [misvormd mens], chiffonnières [hoge ladekast], onlinehandleidingen, plexiglas [zeer doorzichtige kunststof], sapi's [inlands rund] of sapajous [rolstaartapen].

8. Hoe kun je nu ongezien diffamatie (eerroof) plegen door middel van duchtig suffoqueren [suffocatie = verstikking]? In het taalproject bij de re-educatie kwamen uitdrukkingen aan de orde als kopiist [middeleeuwse boekenoverschrijver], ski-jack, ski-instructeur, bijectie (wiskunde: twee 1-op-1 gekoppelde verzamelingen), reuma-achtig, anti-epilepsiepil, privé-inkomen, coöperatie, tetraëder [viervlak],
attaché-eedaflegging, tiercé-uitslag [weddenschap op 3 paarden], een meanderende [bochtig slingeren] aorta, gratuite [onverplicht] gratuïteit [tuu-wie - ongegrondheid] en buiigheid. Ook was aan de orde de schrijfwijze van huig-r, IQ-test, tv-kijken [teeveekijken, tv kijken], oudtestamentisch, het pondteken (met symbool: ₤-teken),
priesters-dichters, moeder-oversten, koningin-moeders, yalesloten [veiligheidsslot], een 4-1-zege, co-ouderschap en de trans-Siberische spoorlijn.

9. Het paillette is een soort van zijden weefsel, een palladium waarborgt de veiligheid (van een staat, een recht), je kunt aan iets je pollevieën vegen (het aan je laars lappen), een pullman [oe] is een spoorrijtuig of een bus, tête-bêche is een term uit de filatelie [met de tegengestelde einden of zijden tegen elkaar geplaatst], vazalliteit is een gezagsverhouding tot de heer en villegiatuur is een zomerverblijf. Verwend als in de Duizend-en-een-nacht [1001 nacht] of met een
auto-met-chauffeurweelde [auto met chauffeur] lijk je vanzelf wel een laat-maar-waaienmentaliteit [laat maar waaien] te krijgen. Hij snuitte [scherpe hoek wegnemen] het hout, zij snoot en stootte haar neus.

10. U beider keus voor de traktatie was de kauri (het kinkhoorntje – eivormige schelp van de porseleinslak, vroeger betaalmiddel) en dus niet het gambir (een heestergewas). De sibillijnse [raadselachtige] sibille [raadselachtige vrouw] was leliaard [aanhanger van de Franse koning – vs. de klauwaards - aanhanger graaf van Vlaanderenca. 1300] en franskiljon [gebruik van Frans in België – scheldnaam], maar tevens syfilitisch [met syfilis] en luetisch [met lues] besmet. Een pyloon (mv. pylonen) is een toren of gedenkzuil, een pylon (mv. pylonnen) een felgekleurde kegel [bv. bij een wegafzetting], een python een slang en een peristyle een zuilengang.

11. De brique [steenrode] briquet [aansteker] diende om de briketten [brandstof] aan te steken. Helaas vatte ook de kokarde [onderscheidingsteken] op zijn marokijnen [van soort korrelig leer] revers [omslagboord van kleding] vlam en dat alles tijdens de piramidebouw van de soliedste [solide, solider, soliedst – solied, solieder, soliedst] piramide ooit!

12.Het gebruik van de kiel ter aanduiding van het schip is de stijlfiguur synecdoche [ook: pars pro toto – gastvrij dak voor huis, antoniem: totum pro parte – zijn fiets plakken i.p.v. band]. Zloty [een munt] klinkt Pools [PLN] .

13. De jak [rund] komt voor in Azië, de yam [yamswortel] ook? Vast wel. De thuja [uu] is een levensboom, yuca is maniok en de yucca is een sierplant [alfabet!], terwijl de (renminbi) yuan de munteenheid van China is [CNY] en de baht [baat] die van Thailand [THB].

 

 


woensdag 14 december 2022

3067 Dictee zaterdag 17-12-2022 (1) – dictee Dictee van de dag (790) √ x

Dictee – dictees [3067]

Vragen en opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com

Oefendictee OUD 067, geheel herzien naar situatie 2022

Dictee van de dag (790)

1. De Mechelse herder vrat van de Kaapse hyacinten. De Bruggekenner (bruggenkenner) passeerde veel alpendistels, toen hij de Alpentop beklom. Hij had een vaart als de Oriënt-Express en boven op de top nuttigde hij zijn meegebrachte noordzeeharing. Hij zat in het noordoosten – afgekort NO – van Zwitserland en gsm'de dat naar zijn vriendin, die bovenaan zijn lijstje, bovenaan op zijn lijstje, stond. Ik kon niet verstaan of ze keukenmeidenfrans, schoolengels, Platantwerps of Vroeggrieks spraken, want ik was of hield me Oost-Indisch doof. De vorige maal hadden ze het over oud-Nederlandse nederzettingen en vroeg-Griekse pueblo's. Was hij volgend jaar thuis op kerstdag met Kerstmis, op paasdag met Pasen en op Valentijnsdag met valentijn? Of moest hij voor zijn studies naar kruistochten, de renaissance, de ME [èh-mee] (mobiele eenheid), WO I en WO II [wee-joo-ween;
wee-joo-twee
] afreizen naar het Nabije of Verre Oosten? Ze had zoals gevraagd de kranten De Standaard en de Volkskrant, Ouders van nu, Knack Weekend en het met BS afgekorte Belgisch Staatsblad gekocht.

2. De Nobelprijswinnaar voor de Vrede keek met argusogen toe wat de röntgenstralen – verouderd: x-stralen – aan het licht brachten over de labrador [hond met hangoren], de newfoundlander en de shetlandpony. Hij had kort daarvoor een lucullusmaal [lucullus = fijnproever, smulpaap, lekkerbek] genoten met de organisator van het Bachjaar op de Erasmushogeschool in Rotjeknor, na een Dan Brown [niet in wdb.] gelezen te hebben.

3. Het daensisme [GB: geestelijke en politicus Adolf Daens = stichter van een sociaal-Vlaamsgezinde (flamingant, dus geen wallingant) christendemocratische richting en beweging] van sommigen op de steinerschool [vrije school] was voor de rector een tantaluskwelling [Tantalus – gewenste is dichtbij, maar onbereikbaar]. Het water komt hem tot aan de lippen (hij is in grote nood).

4. De persen draaiden volop, nadat de Perzen binnenvielen. Hun martelwerktuigen, de kruisen, waren afgebeeld op de kruisen van de munten. De Florence Nightingale droeg haar verpleegsterskruisje en ooievaartje met ere. De hooligans aten muffins [cakeje] ondanks hun hooliganisme [in groepsverband gepleegde agressie]. Zou de universele kosmische asteroïdengordel [planetoïde] ook een achturendag kennen?

5. De vileine [laag, gemeen, boosaardig] grijnzaard, een meinedige, crapuleuze [gemeen] grijsaard, had kortgeknipte bakkebaarden.

6. Omdat hij het frist van allen was, werd de linkervleugelverdediger als rechtsback opgesteld.

7. De señor [Spaans: heer] werd opgepakt volgens [symbool voor paragraaf:] § 2, eerste (1e) lid, omdat hij 25 kg coke vervoerde in het tot 00C afgekoelde expansievat onder in de bathyscaaf [toestel voor diepzeeonderzoek].

8. De ex-excuus-Turk en de ex-excuustruus gingen tezamen een vrije, tendentieuze relatie aan.

9. Bij hem ging en was alles in het klein: zijn elixertje (elixirtje – extract met bovennatuurlijke kracht), het depotje, dinertje, matelotje [matrozenhoed], pardessustje [overjas], pierrotje [semitragische figuur], strootje [stro], het lootje met of zonder prijs, het (laatste) loodje (stukje lood) en het tricotje (machinaal gebreide stof).

10. Dit is een opsomming van wat je moet doen om een dictee te laten 'slagen' (of juist niet): verwarring zaaien, moeilijke woorden gebruiken en slecht voorlezen. En stop er vooral eigennamen, wijk- en plaatsnamen, merknamen en wat dies meer zij in!

11. Hij wilde coûte que coûte (beslist, tegen elke prijs) geen accent circonflexe (dakje) [VD mv. s s + of x n - GB s s of ] op ragout en enquêteren plaatsen.

12. Drie maal drie is negen en negenmaal is driemaal driemaal. Is dat er nu ingerammeid [VD]?

13. De apengeleider was apetrots, de berenhoeder beresterk en de stekeblinde (man) stekezot (stapelgek).

14. In de blindenbibliotheek speelden ze blindemannetje. Hoe geef je in doventaal een dovenetel weer? Hebben ouderejaars ook ouderenzorg nodig? Kun je een spinnenweb met een spinnewiel verwerken? Speel je na een wiegendood een wiegelied? Kan een eerstehulpverlener wel een derdegraadsverbranding verzorgen? Waar was het gedrieëndeelde konijn gebleven?

15. Spreekt u altijd de goede wens uit: goedemorgen, goedemiddag, goedendag, goedenavond en goedenacht? De diva [gevierde zangeres of actrice] met secretaressebril en gendarmepet op en advocatenbehaatje aan dacht – al advocateborrel drinkend – na over het driefasemodel, toen ze langs de aardeweg kinderen kattenkwaad zag uithalen.

16. Hij had dubbele revers, er waren veel bourgeois, twee ervan hadden pince-nezs op en er werden vijf bordeauxs gedronken. De overbekende BV's [bee-vees] [bekende Vlamingen] hadden hun lege bv's [bee-vees] [besloten vennootschap] allang verkocht.

17. Hoe schrijf je taxi's en ave maria's (ave mariaatjes = aantal keer bidden, naam gebed: Ave Maria)? Dat zijn nog eens FAQ's [fahks]: frequently asked questions.

 

 


dinsdag 13 december 2022

3066 Dictee vrijdag 16-12-2022 (3) – dictee Groot Dictee Rijssen-Holten 2022 √ x

Dictee – dictees [3066]

Groot Dictee Rijssen-Holten 2022

De rode woorden of uitdrukkingen moesten worden ingevuld.

Toelichting in blauw.


Van Flappie tot wappie (auteur: Margreet Koster)

1. Protesteren is in, tot tien tellen lijkt oubollig [ouderwets] te worden. Je ongenoegen uiten is trouwens van alle tijden. In 1886 was er het kolossale Palingoproer. Het plebs kwam massaal in opstand tegen het verbod op ‘palingtrekken’ [met een boot eronderdoor], een meedogenloos volksvermaak waarvan je maag pas echt gaat protesteren. Tijdens de Eerste Wereldoorlog brak het Aardappeloproer uit toen door ondervoeding de Spaansegriepepidemie [Spaanse griep] genadeloos kon toeslaan.

2. De grootte van de antikernwapendemonstratie uit de jaren 80 van de vorige eeuw was wereldnieuws, tot ver buiten onze koloniën. Aan het aloude kat-en-muisspel is weinig veranderd. Wie niet protesteert, hoort er niet bij. Dat varieert van een actie tegen het sluiten van de
een-na-laatste van de drie overgebleven dorpscafés tot fervente [vurige] tegenstanders van een gekleurde schooltrap.

3. Flamboyante     zielenknijpers [psychiaters] beweren zelfs dat je een vergrote kans op instemming hebt als je regelmatig met een spandoek richting Malieveld trekt om daar, als een volleerde wappie [met bizarre, niet op feiten gebaseerde opvattingen] met wat gooi-en-smijtwerk in Platamsterdams je gelijk te halen. Natuurlijk terwijl een jazzzangeres de chauvinistische leuzen scanderende menigte op lyrische [bevlogen] wijze muzikaal ondersteunt.

4. Ik voorzie kerstprotesten. Fantaseer hoe Flappie uit de oudejaarsconference van Youp van ’t Hek –  hoogstpersoonlijk het eetetablissement betreedt en, met een pluchen konijn onder de arm, gedecideerd zijn vrijheid confisqueert [in beslag neemt] terwijl hij vilein [gemeen, boosaardig] een vegetarische maaltijd opeist.

5. Gelukkig kun je altijd terecht in Maurice [uitspraak moo-ries,
moo-rie-suhs geeft Maurices
] kapsalon. Hoewel ik ervan uitga dat ook deze beautyadviseur kampt met personeelstekort; hier staat de mojito [uitspraak ch, betekenis: zekere cocktail] altijd klaar en wil men de wereldproblemen graag vooruitschuiven tot sint-jut(te)mis [= nooit].

6. Daarom: kalmte kan je redden. Het houdt je gezond. Kijk in de spiegel voordat je zonder gêne [schaamte] je tamboerijn [rinkelbom, kleine trom] grijpt om over een of ander exces [uitwas] te klagen. Staar af en toe naar de Grote Beer [sterrenbeeld] en tel tot tien voordat je ten strijde trekt. Houd zo niet alleen je instrument intact [gaaf, heel]!

 

 

 

 


3065 Dictee vrijdag 16-12-2022 (2) – dictee Jeugddictee Rijssen-Holten 2022 √ x

Dictee – dictees [3065]

Jeugddictee Rijssen-Holten 2022

De rode woorden of woordgroepen moesten worden ingevuld.

In blauw commentaar.


Geen titel (auteur: Margreet Koster)

1. De Nederlandse taal is niet bepaald makkelijk. Vermoedelijk zul je best een beetje opzien tegen de eindtoets die je leerkracht in het voorjaar tevoorschijn haalt. Om de voorbereidingen wat makkelijker te maken: sinds enkele jaren staan we open voor ‘verrijking’ van de taal. Dat betekent, in goed Nederlands, dat jongerentaal en straattaal ook in het bekende woordenboek, de ’Van Dale’ staan. Dus: bereid je goed voor, dan wordt het geen lijdensweg.

2. Voordat je nu je spiekbriefje verfrommelt, een paar tips. Neem nu geld: in Van Dale staan ‘doekoe’ en ‘floes’ genoemd, maar het is waarschijnlijk nog te vroeg voor ‘monnie’. Je opa en oma weten nog wel dat een ‘snip’ een briefje van honderd [gulden!] was. Nu heet het een ‘barki’ [100 euro!]. Een tientje was een joet [10 gulden of euro], tegenwoordig een doni [10 euro]. En als je zelfs geen eurootje meer in je portemonnee hebt, ben je skeer, blut of armoedig dus.

3. De politie heette ooit de sterke arm. Later begroette men die ‘skotoe’ ook wel met ‘wouten’ of ‘blauwen’. Wist je dat oude Rijssenaren het politiebusje omschreven als ‘patatwagen’? Dat is geen fatoe, geen grapje dus!

4. Eigenlijk is er niet veel veranderd. Elke generatie heeft haar eigen uitdrukkingen en vibes, het groepsgevoel. Hopelijk ben je een beetje gerustgesteld en kun je opgelucht de taalstrijd aangaan. En als je het formulier dan eindelijk hebt ingeleverd, leidt dat misschien wel tot blijheid. Tijd voor een fissa, een feestje dus!

 

 


maandag 12 december 2022

3064 Dictee vrijdag 16-12-2022 (1) – dictee Dictee van de dag (789) √ x

Dictee – dictees [3064]

Vragen en opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com

Oefendictee OUD 068, geheel herzien naar situatie 2022

Dictee van de dag (789)

1. Het meervoud van alderman [èh] is aldermen [ih], van he-man
he-men en de anchorwoman van de tv [uitspraak: tee-vee] heeft als meervoud anchorwomen. De moslima droeg een gazen sluier en een kaffiya [geblokte hoofddoek]. De onzen hebben gewonnen. Wij kennen onze gebreken. De eersten zullen de laatsten zijn. Velen zijn geroepen, maar weinigen uitverkoren. Dorstige mensen worden ook dorstigen genoemd. Van één ding ben ik zeker: er zijn goede en slechte mensen. De goede(n) moeten onder de kwade(n) lijden. Mensen mochten een appel kiezen: allen wezen de rotte af.

2. S of z? Accijnzen, spiesen [ww. VD - GB ook: z], dazen [paardenvlieg], kousen, pausen, praalhanzen [opschepper, snoever], balansen, gemzen, struisen [struisvogels], lansen, Truzen [aanspreektitel homo's] en speciaal excuustruzen, tendensen (ook: tendenzen), lenzen, sinterklazen, pelzen en dozen. De in kamelotten [weefsel] robe [damesjapon] gehulde refugiee [vluchtelinge, man: refugié] kreeg te eten uit een kramakkige (kramakkelige – gammele – wrak, wrakkemikkig, krakkemikkig, krikkemikkig, krakemikkig) gamel [etensblijk, soepketel], waarna zij onwel werd. Om abstruse [duister, gewrongen, gezocht] redenen was hij een weergase [drommelse] kwajongen, eigenlijk een stuk schoelje (fielt, schurk, vlegel).

3. Een escadrille is een groep vliegtuigen, een eskader een smaldeel van een oorlogsvloot oftewel een squadron en een espadrille een sandaal. Een vrille is een tolvlucht, een vrimibo (vrijmibo) een vrijdagmiddagborrel. Met brille [virtuoze begaafdheid] had hij een brillantinekop [glanzend hoofd] en een briljant [zekere diamant] in zijn zegelring.

4. Gewone morielje is een zakjeszwam en groeit in loofbossen op kalkhoudende ondergrond. Manille is een zeker kaartspel, maquillage is het schminken of de make-up en een polje is een laagte.

5. Een quadrille is een contradans voor vier personen; een paillet is een clairet, een lichtrode, droge wijn. NB clairette slaat op witte druif of wijn! [kort – lang = rood – wit – ook: alfabetisch!] Pluissel komt van pluizen en is plucheachtig, verglaassel komt van glas en is glazuur.

6. Het reliquiarium bevatte een reliek oftewel een relikwie [overblijfsel gestorvene]. Op quadragesima [zesde zondag voor Pasen] werd deze er penages (behoedzaam) uitgehaald. De gecheckte cheque was echt. De croquetspelers [houten stok, bal, poortjes] aten een kroket. Als je de etiquette niet kent, krijg je een ongunstig etiket opgeplakt. De plak koek veroorzaakte plaque [ook: plak, VD] op de tanden.

7. Terwijl de presentator de tekst van zijn autocue [afleespanel, teleprompter] las, stonden de biljarters in de queue om te gaan keuen. De foerage [voer, levensmiddelen] met onder andere fourrés [koekje met middenlaag crème] werd verzorgd door milva's [lid Milva = Militaire Vrouwenafdeling - Marva gaat over de marine = Marine Vrouwenafdeling] met fourragères [schouderkwasten met koorden op uniformen].

8. Een quidam [snuiter], die ook nog querulant [ziekelijk klager] is, hoeft niet altijd een quodlibet [mengelmoes, allerlei] van onzin te debiteren. Reüsseren [slagen] leidt tot een réussite [succes]. Een trassant [trekker van een wissel] zal meestal trasseren en is dan te traceren [op te sporen].

9. Hoe krijg je een uiteraard man(ne)lijk mannenlijk in den vreemde, ondanks ambtenarendom en gendarmedom [n/s], hier begraven? De placide [nerveus, zenuwachtig] koekepeer [onhandig persoon] grabbelde in zijn paperassen naar de gegevens over de kruizemunt [plant, aarmunt].

10. Hé poppelepee, mijn poppedeine, mijn snoezepoes, mijn meizoentje, wat scheelt eraan? Woorden van vreemde herkomst moet je heel zorgvuldig opschrijven. Denk maar aan: crime passionnel [passiemoord], lion(ne) du jour [held(in) (leeuw(in)) van de dag], méthode traditionnelle [mousserende wijn buiten de champagnestreek, erbinnen = méthode champenoise], questionnaire [vragenlijst enquête] en stationnement [standplaats ambtenaren – maar: stationeren].

11. Andere voorbeelden zijn: aficionado's – bewonderaars, stationeren, spionnetje en ionen. 'Straten die uitgeven [uitkomen] op de Grote Markt', is een typisch uit het Frans vertaalde uitdrukking. N of nn? Ananas [vrucht], rammenas [idem], canope [lijkvaas + n], menestreel
[= minstreel], pinakel [torentje, ook: fiaal, fioel], evennaaste [medemens], galonneren [met galon beleggen], galonnen [het, de, ook: galons = mv. van een zeker weefsel].

12. In de Tour de France vind je Tourrenners. Wil je langoest [hoornkreeft] of langoustine [kleine of Noorse kreeft, nieroogkreeft]? Zijn touristclass en toeristenklasse allebei goed Nederlands? Ja! De louche [onguur] leperd [slimmerd] bekeek het neppertje [antiekhandel: vervalsing] onder de loep. De moefti [islamitisch rechtsgeleerde die het recht heeft om fatwa's uit te vaardigen] fokte maraboes (maraboet, kropooievaar) en deed een oekaze ((streng) hoog bevel) uitgaan, dat daar geen poelet [soepvlees – poulet = kip, kuiken] van gemaakt mocht worden. Ze mochten dus niet in de soep lopen(!). In haar pompadoeren [zekere stof] rok zat zij op de taboeret [krukje] tamboerijn [rinkelbom, kleine handtrom] te spelen samen met de tambour-maître
[tamboer-majoor] . Die deed aan jiujitsu [Japans worstelen, zelfverdediging], maar of hij daarmee ook een hippopotamus [nijlpaard, log persoon] aankon?

13. Een apollinische [lijkend op Apollo] gestalte is niet dionysisch [lijkend op Dionysus], verre van dat. Kan je een aperçu [kort overzicht, schets, resumé] maken van het Bijbelboek Apocalyps(e)? De chiqueling had een maroquinerie (handel in marokijnwerk; marokijn = zeker leer). Papillotten [papiertje bij dames in het haar] en superplies [r.-k.: koorhemd] verkocht hij dus niet.

14. Equinoctiaal slaat terug op equinox [dag-en-nachtevening]
[
ook: equinoxiaal], equivoque is dubbelzinnig(heid), laqué is gelakt, een quatern is een serie van vier nummers in een loterij, een katern is een deel van een boek, een toque is een dameshoed en toqueren is schilderen. Veel over zichzelf praten kan ook een middel zijn om zichzelf te verbergen (Nietzsche).

 

 


3063 Dictee donderdag 15-12-2022 (2) – dictee Groot Papendrechts Dictee 2022 √ x

Dictee – dictees [3063]

Groot Papendrechts Dictee 2022

Commentaar in blauw.

Een bonte samenleving (auteur: Hans Verzijl)

1. Op Moederdag gaan legio gezinnen van alle gezindten in groten getale voor een genoeglijk etentje naar hun favoriete
horeca-etablissement.

2. Sowieso deze dag geen fastfood of andere kwestieuze liflafjes; het is tenslotte (betekenis: per slot van rekening) een memorabel
familie-uitje, geen fantasieloze maagvulling.

3. Men start als aperitief met een jus-d'orange of abdijbiertje, gevolgd door een romig courgettesoepje, frisse caesarsalade (naar een zekere kok Caesar, wel: cesartherapie) en een appetijtelijke wienerschnitzel of dagvers bereide spareribs; over de grootte van de porties valt nooit te zaniken, noch over de kingsize moezelwijntjes.

4. Ten slotte (betekenis: aan het eind) worden als dessert een verrukkelijk stracciatella-ijsje, een apfelstrudel of gelijksoortige lekkernijtjes niet versmaad.

5. Sommigen kiezen nochtans een oer-Hollands kaasplankje met onder meer Goudse en komijnekaas en een stukje edammer (wel: Edammer kaas).

6. Een tiener met ADHD en acne, die nog in de puberteit (pubertijd heeft aan andere klemtoon) zat, blèrde vanuit zijn foeilelijk leigrijs gestuukte (ook: gestucte) woninkje non-stop lawaaiige
rock-’n-rollmuziek.

7. Met de fragiele AOW’ers uit zijn buurt, die door zijn gekrijs frequent op apegapen of voor pampus lagen, voelde hij geen greintje meelij.

8. Het frivole buurtcomité van een onorthodox dorpje had ten langen leste besloten een miss-wet-T-shirtverkiezing te organiseren.

9. Het masculiene deel van de dorpsgenoten werd acuut hoteldebotel en wilde coûte que coûte jurylid worden; pro Deo, nogal wiedes.

10. Een Spaanssprekende twee-eiige tweeling bekeek met enige scepsis (twijfelzucht) een zwart-witfoto van een kolossale sequoia.

11. Gelijktijdig verlichtte een oranjerode plafonnière een kleurrijke afbeelding van ranke cipressen op Cyprus; veel gracieuzer dan de pseudowolkenkrabber, vond het duo.

12. Een Blaricummer (3 lettergrepen), feitelijk een Bussumer
(2 lettergrepen) en baasje van een chihuahua, keek angstvallig naar een immense Deense dog.

13. Dit zorgde voor een stresssituatie en het calimerocomplex; de kynoloog ging dan ook met de spreekwoordelijke staart tussen de benen als de wiedeweerga ervandoor.

14. In ons minuscule kikkerlandje, in het noordwesten van Europa aan de Noordzee, wonen plenty doorsnee-Nederlanders, onder anderen: zzp’ers, IT’ers, elektriciens en diskjockeys, maar ook taalliefhebbers pur sang die dit dicteetje ongetwijfeld als appeltje-eitje zullen kwalificeren.