Dictee –
dictees [2019]
Oefendictee
801 OUD, geheel herzien naar situatie 2020
Dictee
van de dag (56)
1.
In de eerste, tweede en derde Punische oorlog
kwam je heel wat punische trouw (fides Punica,
Punica fides, trouweloosheid – vergelijk fidus Achates, trouw gezel
– van Aeneas, Eneas) tegen. De juiste toedracht bleef in
delfische (punische, sibillijnse)
nevelen gehuld. Het orakel van Delphi is
het pythische orakel. 'Het Delfts orakel' is een epitheton van Hugo
de Groot (Grotius), van wie het
predicatief 'grotiaans' is. Had je in het quattrocento [14xx]
ook al cuatro's [snaarinstrumenten]
zoals in een typico-orkest? Een andere naam voor pyrethrum
is (wilde) bertram. Het quart d'heure de
Rabelais [onaangenaam ogenblik] is
beslist iets anders dan de 15 minutes of fame [roem].
Om die status quo te handhaven moet je op je qui-vive zijn. Quisse
(gedeelte van een gebraden kip) is niet
iets zoals kipquiche (hartige taart).
Militairen en jagers kunnen een raakschot [lemma
VD] produceren, voetballers een raak schot. Rabauwen en
rauwdouwers (ook: rouwdouwers) zijn het!
Een rancher [ee]
is een ranchero [ah].
Met de zaklamp bescheen hij de rakklamp
[bij de zeilvaart].
2. De
ramboersappelen werden onder rembours [onvoorwaardelijk
betalen bij ontvangst] verstuurd. Wat een raggel (tegenvaller,
mislukking): de rachel [smalle plank]
was te kort. Een verwijzing naar ragout kwam ik hoe dan ook tegen
bij: barquette [bakje van bladerdeeg],
blanquette [van wit vlees], cassoulet
[met witte bonen in een schotel van aardewerk],
chipolatapudding [genoemd naar ragout van uien
en worst], civet [van wild],
croustade [in een knapperig gebakken
korst] , deegmandje [omhulsel voor
ragout], frituur [bakje van in kokend
vet gebakken deeg], lamsragout, pasteitje [met
ragout gevuld bakje], ragoutbroodje, rissole [klein
gerecht van bladerdeeg of flensjes], salami [van
gebraden gevogelte of wild], saupiquet [van
wild in gekruide roomsaus] en vol-au-vent [vulling
voor pasteitje]. Een raout [raa-oet]
(ook: rout [raut])
is trouwens een deftige avondpartij. Zittend op de raffiastoelen
dronken we ratafia [zekere
likeur]. Een
interim-aandeel kan later worden ingewisseld. De
CAC-40 [uitspraak:
kahk-quarante] is de Compagnie
des Agents de Change-40
(beursindex van Parijs). Zich caché
houden is zich schuilhouden. Cachaça is een Braziliaanse sterkedrank
(GB ook: sterke drank) op basis van
suikerriet. Een caccia is een muziekstuk waarin een jachtscène wordt
uitgebeeld. Cacciucco
[tsj oe k]
is de traditionele Italiaanse vissoep. Een cachelotje
[oh]
is een potvisje.
3.
Deze opvatting moet radicitus (met wortel en
al) uitgeroeid worden. Een cachet-crampon is een sluitplaatje
voor brieven. Wie cachectisch is, lijdt aan cachexie
[k ch]
(slechte algemene lichamelijke toestand).
De (het) cacholong is geen long (maar
melkwit opaal). Cachou
[kah-sjoe]
wordt ook wel catechu [kah-tee-tsjoe]
[samentrekkend geneesmiddel, leerlooien]
genoemd. Een cacique is een stamhoofd van indianen (in
Midden- of Zuid-Amerika, vergelijk ook: caciquisme – VD nu
ook: kazike). De cacimbo [kustnevel]
vind je aan de kust. Cachounoot is een ander woord voor cashewnoot. À
(A) la Plato is platonisch en à la
Cadmus is cadmisch (en niet Cadmisch! – zie:
cadmische overwinning – zekere koning, vergelijk
pyrrusoverwinning). De caduceus [kaa-duu-see-juhs]
is de staf van Mercurius. Een caecum [see-kuhm]
is een blindedarm. Ze zouden caelum [see-loem]
et terras miscere: hemel en aarde bewegen. Raar: cafés
crèmes (VD –
of),
café billards (VD),
café(s) complets,
café(s)
noirs, café(s)
chantants, café(s)
dansants (VD),
café(s)
glacés (VD)
en thé(s) complets
(VD)? Een cafetière
[tj]
is een koffiepot.
4.
Nieuwe loten aan de koffiestam: caffè
latte (mv. lattes of latte's), caffè
lungo en caffè macchiato. Bij
ingewikkelde bouwprojecten kunnen er meer cahiers
des charges [lijst met voorwaarden]
zijn. Een cairn is een pre-Keltisch gedenkteken. De caisse [kas,
kassa] werd goed gespekt. In een cakebox doe je dvd's of cd's.
Een cajon
[ch oh]
is een handtrommel. Een caixa [kaaj-sjaa]
is een Braziliaanse snaredrum [èh:
– ook: snaardrum]. Een atleet op volle snelheid moet je niet
calcar addere currenti: nodeloos aansporen. De officiële naam
hiervan is chalcedon [chalcedoon, calcedoon –
nevel- of melksteen]. Een calcaneusspoor is een hielspoor
[botuitwas]. Een cado
is een calamiteitendoorsteek.
Moet je calculatief commitment
[berekenend vertrouwen] waarderen? Dat
staat niet linksboven (links bovenaan),
maar rechtsonder aan (rechts onderaan)
de bladzijde. In het Brugse Ommeland vind je nog heel wat van die
Brugse traveeën [gevelindeling in de late
gotiek]. Duchessekant is Brugs kant. De cadenza is de cadens.
5.
De Brugse metten [volksopstand] moet je
in 1302 situeren. In de régence hadden de refugiees de overhand op
de mannen. Noem je dat nou reflectie [terugkaatsing,
overpeinzing] of deflexie [verloren gaan
buigingsuitgang]? Het vrouwelijkereligieuzenclubje
maakte een uitstapje, terwijl het mannelijkereligieuzenclubje
thuisbleef. Een nota van remarque komt van de Algemene Rekenkamer, is
dat niet remarquabel [opmerkelijk]? Wist
je, dat reien ook vlakschaven is? Een vennootschap en commandite is
commanditair [deelnemers brengen alleen geld
in, geen zeggenschap]. Ze lijdt nogal hevig aan het
reisstresssyndroom. Een (goud)reinette
[uitspraak mag zonder 'tuh']
is gewoon een (goud)renet. Een calculus
(stemsteentje) Minervae is een
beslissende stem. Een calèche noemen Jaan, Peer en Pauw gewoonlijk
een kales. Wat is een calembour [woord- of
naamspeling berustende op de gelijke of bijna gelijke klank van
verschillende woorden]? Je doet dat zeker pas ad calendas
graecas (met
sint-juttemis, nooit dus)?
6. Heb
jij bij die Monsieur Calicot een
calicokat van calicot
gekocht? Callositeit is calleusheid [eeltig].
Hij is een erkend columnist, maar helaas ook calumnist (hij
calumnieert anderen = belastert). Die arts geeft heel
gemakkelijk calmantia (pseudo-Latijn –
kalmerend middel, calmans). In dat gebouw hebben ze een
calorifère [buizen met warme lucht].
Wat, doe jij aan calisthenics [benen, buik,
billen, lichaamshouding]? Of was het callanetics [spieren
versterken]? Zo'n calvarieberg [berg,
heuvel met kruis] kun je overal aantreffen. Een calville is
een kalvijn [geribde fijne tafelappel],
niet: Calvijn. Leg uit wat calx [chemie: uit
metaaloxiden bestaand poedervormig residu verkregen door verhitting
aan de lucht van metalen of mineralen] is. Hij heeft een
(web)cam [kèhm
– camera] bij zich. Neutrale
camber [èh] [voorwiel
auto] bestaat niet. Is cambozola
een kruising van camembert
en gorgonzola?
Ja. Cambric
[èh]
is batist, kamerdoek. Cambré is een basisbeweging bij ballet en
dans. Een camjo is een camerajournalist.
Is die fiets van de camion gevallen [(vracht)wagen:
zwart gekocht of gestolen]? Een camino (de
Santiago) is een pelgrimspad naar Santiago de Compostela (VD:
Spaans, NL: ll).
Cananefaten (Kaninefaten) waren een
Germaans volk, eerste eeuw jaartelling, Zuid-Holland.
7.
Een cami [kaa-mie]
is de gebedsruimte van een grote moskee. Wat moet ik me voorstellen
bij een camgirl? Niets, want die stelt zichzelf voor. Hoedt u zich
voor de Napolitaanse camorra (maffia).
D66 heeft een ijzersterke campaigner, hij trekt rond met een camper.
Hij trok door de campo's [grote grasvlakte]
van Patagonië. Italianen verzorgen hun campi santi [begraafplaatsen;
enkelvoud: campo santo] goed. Trees [einde
WO II] heeft een Canadees (en is dus een
canadel). Kijk daar: meer dan één canada [populier
– canada's, canadassen!] Holland en Hollanders: canaux,
canards, canaille [kanalen, eenden, schelmen].
De cancan is een populaire revuedans met veel vertoon van froufrou
(ook: een koekje bestaande uit twee wafeltjes
met crème au beurre ertussen). Is canderen [versuikeren]
kandij maken? Nee. Wat voor religie is
candomblé [soort menggodsdienst]? De
politie zet cannachoppers [helikopters]
en -sniffers [apparaat] in
(hennepplantages opsporen). De
canossagang is de gang naar Canossa [fig.: zich
onderwerpen, boete doen]. Joepie, ze hebben een canopenveld
gevonden. Wil je cantal [soort van zachte kaas
van koemelk] op het brood?
8.
Wie cant [èh]
(dieventaal) spreekt, is verdacht. De
naaldhouder van een pick-upelement is een cantilever. Cantuccini zijn
biscotti di Prato. Canyoning doe je in een canyon (ook:
cañon). Een capacitor [kleine accu]
zit in horloges en rekenmachientjes. Een capermovie is een kraakfilm
(heistfilm – iets kostbaars veroveren).
De grijsaard had capitis nives (sneeuwwit
haar). Hij was capo di (tutti)
capi (hoofd van de maffia). Dat zit
verstopt onder de capot (poo
motorkap). Capotes anglaises
[+] zijn kapotjes. Waar zit die
capslock(toets)? De captcha
is de completely automated
public Turing-test
to tell computers and humans
apart. Captuur lijkt mij gewoon kapen.
Begin daar maar niet aan: caput Nili quaerere, een onbegonnen werk
(de bronnen van de Nijl zoeken). Cara
[mv.] waren vroeger de chronische
aspecifieke respiratorische
aandoeningen. Caramba [uitdrukking
van gespeelde verbazing], nou breekt m'n klomp! Ga niet met
haar in dispuut: ze is een caractérielle (rechtlijnig,
koppig, hardleers). Is die plaat gerepousseerd [beeldende
kunst: door kloppen (op de achterzijde)
een reliëf aanbrengen (in metaal)]?
9.
De term 'revivificatie' komt uit de chemie, de term 'revivescentie'
kan op bevroren lichaamsdelen slaan. Met kerst en oudjaar lezen we
reuzereuzenromans.
Die voetbalclub heeft een rijkgevulde (GB)
en rijkgeschakeerde prijzenkast. Dat rijsscherm
dient om zandverstuiving tegen te gaan. Een reuzenhamburger
is reuzegroot. Sjing-boem is een
verkorting van retteketetsjingboem. Vitters moet je retorqueren (met
eigen woorden bestrijden). Is het niet te rigoureus om de
rigaudon (dans of muziek ervoor) te
verbieden? Met rials kun je niet in
Saudi-Arabië
(ook: oe
– GB/VD) betalen (wel met riyals
(SAR) –
net als in Qatar
– QAR).
Er gaan bijna elf ri's [oude Japanse
afstandsmaat] in een marathonafstand. Een CDO
is een collaterized debt
obligation (en dus
risicovol). Poudre de riz (poudre
d'iris –
talkpoeder, beide geen mv.) kun je beter niet op ris
de veau [kalfszwezerik = geen mv.] doen!
Hardsteen, carbonkalksteen, arduin of Escosijnse steen komt uit de
streek van Ecaussinnes,
Henegouwen. Carolinapine
[kèh-ruh-laaj-nuh-paajn]
is een houtsoort.
10.
CMC is carboxymethylcellulose.
Carco is de volksnaam voor een grote zeeslak. Je zal maar
hypertrofische cardiomyopathie hebben (hartaandoening
waarbij de spieren in de wand van het hart verdikt zijn).
Cardio-thoraxchirurgie is hart-thoraxchirurgie. Verklaar het
adjectief cardiothoracaal [hart + vaten
borstholte]. Cardiotocografie
(ctg)
is de grafische registratie van de hartslag van de foetus in de
baarmoeder. Een carenzdag behoort tot de carentietijd [wachttijd,
uitkeringen]. Voor het boomwoord 'karet' (rubberboom)
heb je geen caret (weglatingsteken,
dakje) nodig. De druif van de carmenère [wijnstok]
geeft paarsrode wijn. Het johannesbrood wordt ook carobe genoemd.