Dictee - dictees [0727]
2e
Oegstgeester Dictee, dinsdag 08-09-2015, Wereldalfabetiseringsdag, auteur: Hans
Maarten van den Brink, voorlezer: Ko Colijn (Clingendael).
Geen
titel, de 143 (!) onderstreepte woorden moesten worden ingevuld.
[1
= fout Rein, x, y en z waren geen fouten …]
1.
Volgens de meest plausibele hypothese ben ik in Oegstgeest geconcipieerd.
2.
Zeker is, dat ik er de formatieve jaren tot en met de era van de adolescentie
heb geabsolveerd.
3.
Nu ligt er ergens in het chique dorp een trottoirtegel met daarop, in silhouet,
mijn konterfeitsel.
4.
Nostalgisch reminisceren doe ik nochtans zelden.
5.
De antieke antecedenten van het deftige dorp boeien mij meer dan contemporaine,
egomane femelarij.
6.
Dankzij recent archeologisch onderzoek en uit consultatie van de
relevante historiografie weet men dat het een van de oudste
nederzettingen van occidentaal Nederland is geweest.
7.
Een samenvloeiing van stroompjes, gesitueerd nabij de monding van de Rijn.
8.
Sint-Willibrord [x, echt met een streepje, 'uh' gelezen – daarom ook
Willebrord goed gerekend, alhoewel het gewoon verderop in het dictee staat …] landde
er in het jaar onzes Heren 690 vanuit Ierland.
9.
Hij kwam als missionaris om de autochtonen te kerstenen, hun
altaren te ontwijden en andere vormen van agressief iconoclasme
te praktiseren.
10.
Of hij ook, zoals Islamitische Staat, de heidenen door onthoofding
decimeerde, staat in de soms apocriefe hagiografieën niet
vermeld.
11.
Een dergelijk lot trof wel zijn compagnon Bonifatius [y, jury had
c, maar de ijsheilige in VD heet Bonifatius, en Wikipedia bevestigt dat het ook
in Dokkum echt met een t is, gewoon goed dus] wiens leven veel parallellen
vertoont met dat van de latere aartsbisschop en metropoliet.
12.
Ze genoten beiden protectie van Pepijn van Herstal, de hofmeier.
13.
Uit deze Merovingische tijd is wat keramiek overgebleven en zijn resten
gevonden van beschoeiingen in het toenmalige krekenlandschap.
14.
Onlangs werd een zevende-eeuwse, met halfedelstenen ingelegde zilveren
schaal opgedolven.
15.
Om uit deze singuliere vondst te deduceren dat Oegstgeest ook
toen al per se een rijke en elitaire enclave was met een kosmopolitische
atmosfeer en mercantiele aspiraties lijkt een typisch exempel
van lokaal patriottisme.
16.
Verder zijn er immers nauwelijks ruïneuze resten bewaard uit deze epoche,
zelfs geen bewijzen van een aristocratische funeraire cultuur.
17.
Het archaïsche Oegstgeest is dan ook vooral imaginair
18.
Een groot dorp met verschillende kernen in een weids landschap dat zijn
ontstaan dankt aan deltavorming, zandaanwas uit zee en een beetje tektoniek.
19.De
vruchtbare geestgronden zijn zeer geschikt voor agrarische en horticulturele
doeleinden, meer specifiek de teelt van de populaire eenzaadlobbige
plant die wij kennen onder zijn courante roepnaam 'tulp'.
20.
De obese tulp, de brave hyacint en ook de extravagantere variëtieten
als de obscene, priapisch [1, priatisch, dom niet aan Priapus –
zie verderop ook 'fallus' – gedacht!] angehauchte Amorphophallus bulbifer, worden er nog steeds enthousiast gecultiveerd.
21.
Ook de cultus van de heilige Willibrord [!] kent een dergelijke continuïteit.
22.
Zelf diende ik jarenlang, gekleed in soutane en superplie, soms
zelfs in kazuifel, de mis in onze parochiekerk, waar in een schrijn
een van de relikwieën van de heilige wordt bewaard.
23.
Ik leerde op catechisatie over de betekenis van de eucharistie
als sacrament en over het briljante dogma van de transsubstantiatie.
24.
Ook zong ik koralen, hoog onder de architraven van regressieve
neogotische baksteenarchitectuur, zo exemplarisch voor roomse
renaissance.
25.
Wij stonden naast het orgel onder het gewelf met zijn trommelvliessplijtende
[klemtoon vooraan, op invulvel werd ook één woord gesuggereerd] akoestiek,
maar met het oog op mijn acrofobie wel veilig achter een gepolitoerde
balustrade.
26.
In de zestiende en in de gouden eeuw [z, gewoon GB – en komende VD! *]
werd Oegstgeest definitief door het verwaten Lugdunum Batavorum
overvleugeld en tot prieeldorp voor forensen [ook: forenzen] gereduceerd.
*De Hollandse wordt wel Gouden Eeuw genoemd - VD = 17e.
2020: nu zou dus G E moeten ...
27.
Slechts de nomenclatuur in het Oranjepark herinnert aan die
periode.
28.
Burgemeester Van Griethuyzen heeft er zich aan zijn plein omringd met monarchale
eega's: Louise de Coligny, Anna van Buren, Charlotte de Bourbon alsmede Emma van Waldeck-Pyrmont, de latere regentes.
29.
De achttiende-eeuwse buitenplaatsen Poelgeest en Endegeest
zijn de eminentste Oegstgeester monumenten.
30.
Het eerste is nu een conferentieoord en gastronomiebedrijf, het laatstgenoemde
al sinds lang een inrichting voor psychiatrische patiënten,
vroeger vaak hysterici en gewelddadigen, tegenwoordig vast ook lijders
aan welvaartsziekten als burn-out en ADHD [GB ook wel: adhd].
31.
Mijn vader was er in de jaren zestig employé, althans psychotherapeut
in opleiding [beslist geen koppeltekens, vergelijk aio = assistent in opleiding].
32.
Op de landerijen van de inrichting, met zijn gazons en bosschages heb ik
mij in die jaren vaak vermeid.
33.
Waarom zou ik Oegstgeest dan nu vermijden? Waarom niet terug?
34.
Als ik een impresario had, zou hij over het antwoord niet lang hoeven prakkiseren:
dat boek is al geschreven.
35.
Waarom spellen zoveel Nederlanders de naam van het dorp dan nog steeds
verkeerd?