[bijna zonder kleren]. En relief is gewoon in reliëf, simpel toch? Wat was eerder: de Entente [de staten die in de Eerste Wereldoorlog
tegenover Duitsland en Oostenrijk stonden] of de Kleine Entente
[bondgenootschap tussen Tsjecho-Slowakije, Roemenië en
Joegoslavië (1922-1939)]? De Entente dus.
8. In (omnia) saecula saeculorum: tot in de eeuwen der eeuwen, voor alle eeuwigheid. Heeft 'ense et aratro' [door het zwaard en de ploeg] iets te maken met 'zwaarden omsmeden tot ploegscharen'? Antwoord: driewerf neen! Enteritis regionalis is ziekte van Crohn. Een enterorragie is een darmbloeding. Geef eens een voorbeeld van een enthymema [syllogisme - logische redenering met 3 delen: major, minor en conclusie - waarin een van de termen is verzwegen en kan worden aangevuld]. De boef viel ten offer aan entrapment [liep in de val]. Voor regen en zon: een en-tout-cas [paraplu]. Met zijn entrain [aanstekelijke ijver] kwam hij wel en train [op dreef]. Hoeveel entre-deuxs [tussenzetsel] zijn er nodig? Het is kiezen of kabelen: entweder oder. In Lille en environs is dat en vogue [in de mode]. Als we naar de mis gaan, zal er thuis toch niks misgaan? Een rokkenjager doet aan (ww.) rokken jagen of (znw.) het rokkenjagen. Een relschopper heeft het makkelijker: die doet gewoon aan relschoppen. De 2 step is een muziekstijl, de twostep een dans. Een épagneul is een spaniël [hond]. Epateren is épater le bourgeois [overdonderen].
9. De eolusharp is naar Aeolus genoemd. Eolisch kapiteel is genoemd naar Aeolis, een landstreek in het noordwesten van Klein-Azië. Hij is van houtem (Houthem) [is gierig]. Bespreek de begrippen anthem [Geen woorden ...], eonothem [indeling gesteenten] en erathem [idem]. Een epauletspreeuw behoort tot de troepialen. Wie sprak die epea pteroënta [gevleugelde woorden] ook alweer? Met EB wordt epidermolysis bullosa [genetisch bepaalde huidaandoening] bedoeld. Epitome's zijn uittreksels. Hij is een epitropenredenaar [Ik weet wel dat ... , maar ...] Bij belle époque moet ik denken aan epoque makend (epochaal) en epochemachend. Ik vind Eppie een malle eppie. Een equerre is een trommelkruis. Bij dag-en-nachtevening of equinox duren de dag en de nacht even lang. Hij laat zich gelden als equus publicus [slooft zich - in schijn - uit ten algemenen nutte]. Hij zal morgen aankomen. Truffels: geen aankomen aan. De bus zou eraan komen
(er aankomen). Dat kan ook nog wel erbij. Een staminee, dat is een estaminet [café, kroeg].