zondag 23 september 2018

1387 Dictee zondag 23 sep 2018 (3): dictee BeNeDictee 2018-08 √

Dictee - dictees [1387]

BeNeDictee 2018-08

De 102 vet + onderstreepte woorden of woordgroepen moesten worden ingevuld.

Epicurus' [Grieks filosoof] leer [de genotzucht] en lucullische [weelderig, overdadig] genoegens (auteur: Jacques Bettelheim)
 
1. Ofschoon enkele myriaden [talloze] Voorburgers zich nooit hebben vermeid [ww. vermeien] in somptueuze [weelderig uitgevoerd] lokalehoreca-etablissementen [lokale horeca, eerder dan lokale etablissementen ...], heeft de locatie [plaats] van vandaag schrijver dezes geïnspireerd tot een orthografisch [de spelkunst betreffend]     Bacchusfeest [bacchanaal, drinkgelag]; vanzelfsprekend zonder het oogmerk de vieve [vief, energiek] gastvrouw van dienst tot bacchante [m.: min e - dronken vrouw] of maenade [idem] te bestempelen, want dat levert hem ongetwijfeld een watjekouw [dreun, oplawaai] of misschien zelfs een portie billenkoek [pak slaag op de billen, indien seksueel getint: spanking] op.

2. In de dagen van olim [vroeger] huisvestte een nabijgelegen neoclassicistisch [inspiratie kunst door klassieke vormen] landgoed, waarvan de wanden getooid waren met prerafaëlitische [Engeland, 1850 - van vóór Rafaël] schilderijen en de vloeren bekleed met verscheidene taupe [donkergrijs] tapis-plains [vast kamerbreed tapijt - mv.], restaurant Vreugd en Rust, een wijd en zijd [overal] gerenommeerde sterrentoko.

3. Onder leiding van patron-cuisinier [chef-kok] Henk Savelberg, voor wie Vreugd en Rust zijn chef-d'oeuvre [meesterwerk] was, zwoegden de souschef [adjunct-chef, onderchef], de chefs de partie [mv. - hoofd van een deel van de keuken - ook: chef de parties! - 2024] en andere cordons bleus [goede koks! - 2024 ook: cordon bleus!] op emmese [lekker, leuk, fijn] à-la-cartegerechten [à la carte], terwijl lelieblanke zwartebrigadeleden [koks: witte brigade, bediening: zwarte brigade], allen [mv.] tiré à quatre épingles [om door een ringetje te halen], ten overstaan van de clientèle [cliënteel, klantenkring], onder wie [thans ook: waaronder, pers.] diverse hoge piefen [pief: persoson,vent], uitweidden [o.v.t. - elaboreren, afdwalen] over de te savoureren [genieten] gerechten.

4. De sommelier [wijnkelner], gepokt en gemazeld in de oenologie [wijnkunde], gebruikte geen oenochoë [wijnkan, mv. ai], een Korinthische buikige wijnkan, om Bordeauxs heerlijkste wijnen te decanteren [van fles naar karaf]. Met behulp van zijn taste-vin, het traditionele wijnnapje, keurde hij de ontkurkte grands seigneurs [beroemde wijn - 2024 ook: grand seigneurs!]. Het wijnassortiment betrof een rijkgeschakeerde [aaneen] melange [mengsel]: geen chateau migraine [hoofdpijnwijn, slechte], maar wel diverse châteauneuf-du-papes, [=] de krachtige rode rhônewijnen uit het zuiden van het Rhônegebied; pineaus, [=] de likeurwijnen uit de Charente; de beste bourgognewijnen; tokayers [zoete Hongaarse likeurwijn]; vinhos verdes [mv., Portugese wijn] en een enkele
pinot grigio [pinot gris, grauburgunder, wijnstok, wijn - mv. pinot(s) gris ]. Niet bepaald Bordeauxse pap [kopervitriool met gebluste kalk] dus …


5. Wat voor pièces de résistance [hoofdschotel, belangrijkste onderdeel, ook: pièce de résistances] verlieten Savelbergs keuken? Fricassees [gerecht van fijn gehakt vlees met pikante saus - VD ook: fricasseeën], wienerschnitzels en cordon bleus [gerecht! - VD, GB ook: cordons bleus!] waren voor hem taboe: dat waren menu-items voor een middenklassenrestaurant. En voor gerechten met tofoe [ook tahoe: soort gestremde kaas van gemalen sojabonen],
ras el hanout [kruidenmengsel o.a. voor couscous] , curasausjes [uit Curaçao afkomstige olienoten] en baba ganoush (in de Noord-Afrikaanse keuken: tapenade van gepureerde aubergine, knoflook en olijfolie) was de meester-kok (chef-kok, ook: meesterkok = zeer goede kok) te Frans angehaucht [tenderend naar]. Voor een tiramisu'tje [It. nagerecht] en een panna-cottapuddinkje [zoete It. roompudding - p c] haalde hij zijn neus op. Laat staan dat hij zijn cliënteel [clientèle] op toast kannibaal [= met filet americain = preparé] of labskous [to lob = pruttelen, scheepsgerecht stamppot, ook: lapkous] vergastte [vergasten, o.v.t.].


6. Savelberg bereidde schotels bij voorkeur sous-vide [vacuüm, bnw.]. Van jongs af (aan) was hij gewend te eten wat de pot schafte [(ver)schaffen, niet schaften = eten]. Hij was geen kok die borden hoog optaste [optassen, niet optasten! – bestaat niet]: op meticuleuze [precies, zeer nauwgezet] wijze stylede [vormgeven, opmaken] hij zijn gastronomische trouvailles [knappe vondsten]. Geïnspireerd door culilit [culinaire lit(t)eratuur - doe 1 t] creëerde hij menig exquis [met exquise, schrijf op wat je hoort ...] hapje, zoals amuse-gueules [hapje bij aperitief] met malossol [licht gezouten kaviaar] (doorgaans beloega – witte dolfijn), shiitake's (uitspraak ee, ook: shiitakes, uitspraak uh) of wagyu(rund) [Japans rundveeras].

7. En toen opeens zei Savelberg toedeledokie [ook: toedeloe, afscheidsgroet]. Hij hing zijn toque [o.a. koksmuts] aan de wilgen, en trok zich als een ware hesychast [monnik, gewijd aan contemplatie] terug in de desa [platteland]. Himmelhoch jauchzend [zeer enthousiast - begin zin!], doch geenszins zum Tode betrübt [diepbedroefd] is hij aldaar fanatiek aan het instaën [instagrammen, geïnstagramd, geïnstaad] en het pilatesen [als dreumesen]. "O [niet: Oh], wat was dat heerlijk", zullen oudgasten [GB, VD: Indië] verzuchten als ze aan Vreugd en Rust terugdenken. Dat geldt evenwel niet alleen voor voormalige inwoners van Nederlands-Indië, maar ook voor andere foodies [gourmet, culi, lekkerbek] die het restaurant frequenteerden …

 

 

 
 



Geen opmerkingen:

Een reactie posten