woensdag 13 oktober 2021

2433 Dictee zaterdag 16-10-2021 (1) dictee Dictee van de dag (363) √ x

Dictee – dictees [2433]

Vragen en opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com

Oefendictee 494 OUD, geheel herzien naar situatie 2021

Dictee van de dag (363)

1. Sinds mijn alzheimer [ziekte van Alzheimer] kan ik er niet meer opkomen: zal de zon in het westen of in het oosten opkomen? Ik zal je een opkontje geven. Bij een foto bij het uit bed opstaan, zul je er niet altijd even mooi op staan. Na het oplopen van die ziekte kan hij nauwelijks nog de trap op lopen. Is hij een wereld- of een ordegeestelijke [n/s]? Hij gaat zijn lidmaatschap opzeggen, daar kun je donder op zeggen. Hij heeft een slimme broer; hij blijft daartegen opzien. Hij zal ertegenop zien (VD; GB: ertegen opzien) om weer de mindere te moeten zijn. Het ene orang-oetannetje is het andere
orang-oetankje niet! Amuses zijn orexigeen [eetlustopwekkend]. Het
Joods-Nederlands is een soort van Bargoens. Met hoeveel ei'tjes schrijf je 'heibei' (betekenis: haaibaai) en 'heibij' (betekenis: insect)? Als presentjes kreeg ze earl grey [earlgreythee], eau de cologne [in een eau-de-cologneflesje] en ook nog een eau de toiletteje. Een eeg op de poli(kliniek) is een elektro-encefalogram.

2. Afgelopen kerst zijn er heel wat e-books (ook: e-boeken) cadeau gedaan en e-kaarten (e-cards) verstuurd. De tweeling was eeneiig, de eenzaat niet twee-eiig. De échéance is het verval(len), de vervaldag (van een wissel). Kun je hier wel spreken van een een-op-eenrelatie
[1-op-1-relatie]? Is die echt een-op-een? De een-na-laatste [op een na laatste] en twee-na-laatste [op twee na laatste] overwinningen waren zwaarbevochten. Het ecarté is een kaartspel (ecarteren). Eclairs zijn soesjes. Bij de écriture automatique hoef je alleen maar te denken [het schrijven gaat vanzelf]. De écriture artiste is nogal ongewoon [e.a. = épreuve d’artiste, kunstenaarsproef]. De hongerstaking was een eenvrouwsactie. Wat is een e-dentifier? Antwoord: een apparaatje dat jou elektronisch identificeert bij banktransacties. Het ediacara (ediacarium) is het laatste tijdvak van het precambrium. De herder had een hele eclogenverzameling (mv. - GB/VD ook nog: ecloge's). De eerstaanwezende brandweerman was ook de eerstaangewezene. Wanneer eindigde de Eerste Golfoorlog? Dit zijn de eerste kwartaalcijfers van dit kwartaal. Het eindtunetje [tjoen – GB] klonk al.

3. Hij heeft een heel eigenaardig eetgewoontepatroon [n/s]. Dit lijkt wel de gouden eeuw van de misdaad [Hollandse, 17e eeuw = G. E.]. De eeuwwendenviering liep uit de hand. Ik heb hem effenaf (zonder omwegen) de waarheid gezegd. Ik krijg een egghead (eihoofd, punthoofd) van jou. De EHBO is de eerste hulp bij ongelukken. Hoe smaakt mijn eigengebakken [ook: zelfgebakken, GB/VD] taart? Ik heb bij de lotto een eigengeldje gewonnen. Zijn eindeloopbaan [daarin bv. minder werken] is nabij. De eerstekwartaalcijfers [eerste kwartaal – mei!, ook denkbaar: eerste kwartaalcijfers] komen in mei. De eindereeks [restanten] [n/s] vind je bij de uitverkoop in België. Zo engelrein is onze Rein nou ook weer niet. Wat zijn de huidige
emissie-eisen? Elegantie is het toppunt van élégance. De elektronica-industrie floreert. De elite-eenheid ging eropaf (VD, GB: erop af(gaan)). Iemand die eloquent [welsprekend] is, bezit elocutie (eloquentie). Wordt voor het weekblad Elsevier ook het gelijknamige lettertype elzevier gebruikt? Emblemata (emblema's) zijn zinnebeeldige platen met motto en bijschrift.

4. De Elfstedentocht voert ons langs de elf Elfstedensteden. Ken je het veellingskristal? Een oud burgemeestertje dacht: hoezo
oud-burgemeestertje, ik ben het toch gewoon nog? Waarbij denk je aan een Engelse sleutel? Enne … is het gelukt? Het ensemblespel [s] was eblouissant [schitterend, betoverend]. Die ententeperiode [s[politieke ontspanning] duurt al vrij lang. Het entr'acteoptreden [n/s] werd hogelijk (hooglijk – GB, VD) gewaardeerd. Afschuwelijk, zulke diminutieven: entrecoteje [lapje vlees] en entre-deuxtje [tussenzetsel]. Hebben epifyse-uitscheidingsproducten [n/s[pijnappelklier] een naam? De eolusharp [windharp, god: Aeolus] hoort niet thuis in een filharmonisch orkest [en zeker niet in het RPhO: Rotterdams Philharmonisch Orkest]. Kom op ons thee-uur. Bij die enveloppenfinanciering kijkt men niet op een envelopje of enveloppetje meer of minder. Dat episode-einde [n/s] was schokkend. De epoque kennen we van epoque maken en belle époque, de epoche van epochemachend. Hoe is hij eraan toe? Het ereronde-einde [n/s] naakt. Er was geen braderie (of dictee) zo ver, of hij ging ernaartoe.

5. Het moleculemodel [molecule + n/s komt vaker voor dan molecuul - moleculen(molecuulmodel) gaf klip-en-klaarheid [was klip-en-klaar]. Neem jij het estafettestokje [n/s] over? De essenen zijn bekend als hoeders van de Dode Zeerollen (met oudtestamentische teksten). Die essencetoevoeging [n/s] vind ik een vondst! De esplanadetekening
[n/s] was duidelijk. Er stond ook een esculaap(teken) [kronkelende slang – god: Aesculaap] op. De aesopische fabels zijn à la Aesopus [legendarisch dichter]. Escorts hebben meestal geen gewapendescortebegeleiding [s] nodig. Mag je escalope de veau viennoise eten, ook al staat het niet in het woordenboek? Exantheem is huiduitslag. De exclaveligging [s] is per definitie excentrisch. Gescheiden vrouwen lijden vaak aan het ex-echtgenotensyndroom. Zijn vermogen is geëvaporeerd [verdampt]. Potztausend [verdorie] nog a(a)n toe!

6. Is myxomatose [konijnenziekte] niet een schoolvoorbeeld van europeanisering van iets? Wie heeft die laatste etappekoers [n/s] gewonnen? De afkorting 'et al.' betekent 'en anderen' en staat voor 'et alii'. De oorspronkelijke 'estrade'-betekenis [n/s] was zuilengang. Op een expertisecentrum [n/s] weten ze veel. Na een half jaar zagen we de extraneus [geen college, wel examens - mv. extranei] niet meer. De
ondersecretaris-generaal klaagde over de passe-droit [passeren van iemand met meer rechten] bij de benoeming van zijn nieuwe chef. Op oudhollands [papier] kun je schrijven, in het Oudhollands ook. Zijn zij oudkatholiek of vrij-katholiek? Hoeveel ouguiya [MRO, Mauritanië] kost zo'n voorspelling op het ouijabord [communiceren met geesten]? Een ouistiti [oe-wies-tie-tie] is een penseelaapje. Die Paasheuvel was van de jonge socialisten, maar op een 'gewone' paasheuvel stook je een paasvuur. Is deze cultuur marien [de zee betreffend] of estuarien [een delta (riviermond) betreffend]? Palmpasen (palmpaas = tak, stok van de kinderen), Palmzondag en Passiezondag: allemaal hetzelfde? Ja! Een palma-christi is een grote muggenorchis, de handvormige wortelknol van de orchidee.

7. Er is een run ontstaan op paazen [psychiatrische afdeling van een algemeen ziekenhuis] en gaazen [geriatrisch]. Zij was het orthodoxt van allemaal. Osteoblasten en -clasten vormen een soort symbiose tussen bouw- en sloopbedrijf [maar wel van cellen]. De windrichting was oostnoordoost (ONO 2025) en de kompasrichting oost ten zuiden (O.t.Z.). Oryxen zijn paardantilopen. De Ostpolitik (Oostpolitiek) heeft succes gehad. Ze hebben alle drie bekend. Ben je al klaar met koffiezetten? Het regent oude wijven met klompen [zeer hard]. Met Oud Europa wordt West-Europa bedoeld. De oude voddenmarkt is opgedoekt, er is nu een nieuwe. Hij zweert bij oud bruin. Hij overrulede zijn ondergeschikte. De dichter des vaderlands zal vaak op zijn Pegasus stijgen dan wel de Parnassus beklimmen. Een pauper is een havenot, een habenichts. Werd paus Leo IV echt opgevolgd door pausin Johanna? Er heerste paniek: alle panikkoren [hanenvoet, niet meer in VD] is verdord. De paramour [minnaar m/v] was in pompadoer [bont bedrukte of bont geweven stof voor decoratie en bekleding] gehuld.

8. Parousie is wederkomst. Hij is zo dom als een Paphlagoniër (niet meer in VD). Het kleurenpalet was ruim voldoende om de pallets [laadbord, laadplaat] te schilderen. Wat palatinemaaksters [n/s][bontmanteltje of -kraag] al niet kunnen! We hebben gepaintballd. Ze droeg een paille [strogeel] paillettenpakje  [zeker zijden weefsel – dat geen mv.]. Een pagodeboom [n/s] is een honingboom. Wat is het verschil tussen echo- [zenuwaandoening: steeds herhalen van eigen of andermans woorden] en palilalie [steeds herhalen van eigen woorden: ik, ik heb ...]? Panna cotta is heerlijke roompudding. Kun je papier collé [collage] maken van papier-maché [deeg van papierafval]? Is de dalai lama of de pantsjen lama (die laatste niet meer in VD) de wereldlijk leider van de Tibetaanse boeddhisten? Nee, niet Tibet, maar het koninkrijk Bhutan, dat ligt ernaast. Parfait au café is koffie-ijs. Het paramyxovirus (bof, mazelen, pseudovogelpest) is een RNA-virus [ribonucleic acid – ribonucleïnezuur – RNZ]. De paraenese is een apostolische vermaning en opwekking tot deugd. Van artsen verwachten we geen parapraxieën [vergissingen]. De paratroeper [parachutist] landde ongelukkig. Wat is nu typisch Zeeuws: zuinige parcimonie [denk aan cent] of sobere parsimonie [denk aan soberheid]? Een parisappel is een twistappel. Ik heb dat par renommée [bij geruchte] vernomen (dat zijn renommee - goede naam - op het spel staat). Boudoir [damesvertrek]: parler chiffons [over kleren en opschik praten]!

9. Met de parisien [korte driekante stootdegen] doorkliefde hij de parisienne [fijne zijden stof met kleine stipjes]. Vanop een P+R
(park-and-ride) stap je zo de trein in. De meegelifte liftster bewonderde de cosmetischchirurgische ingreep, waarmee de plastisch chirurg haar faceliftte. Zijn er op de Faeröer visetende faëtons [keerkringsvogel]? Bij ons familie-uitje horen altijd lente-uitjes. De fanfare blies de fancy fair open. Deze arts zweert bij farmacotherapie [genezen door geneesmiddelen]. Bij het juiste faseverschil [n/s] dempen golven elkaar uit. Bij deze fax hoort een faxmodem. De fedajien [strijders] vind je in het Midden-Oosten, de moedjahedien [idem] in Afghanistan. Zij feestten vorig weekend uren achtereen. De fellaga's [partizanen] overvielen de fellahs [boeren Egypte, Noord-Afrika]. Fietscrossen is gewoon crossen [een cross] op de fiets: ik fietscroste. Een fielder fieldt, fieldde en heeft gefield [veldspeler zijn bij: cricket, honkbal]. Wat zijn
fideï-commissen [erfrecht: onvervreemdbaar stam- of familie-erfgoed]? Een fermetje (fermettetje) [met sjwa] is een huis in boerderijstijl. Ze hebben de finalepoule gehaald. De filosofenwereld is een raar wereldje. Het meervoud van dát 'filmster' is 'filmsters'.

10. U wilde een filetje bestellen: filet americain of filet d'Anvers? Zijn fightingspirit was bewonderenswaardig. Fijngoed wordt door een fijnstrijkster gestreken. Op de flap-over stond 'flapuit'. Vraagt dit een fiscaal-economische of fiscaaltechnische benadering? Jij fistfuckte [vuistneuken]. Is een flat character een simpele ziel? Globaal wel. Hij kreeg een flauwteaanval [n/s]. Flenzen betreft een lading, flensen doe je met walvissen of in bed. Flecteren [verbuigen, vervoegen] leidt tot flexie. Een flexikoker is een fabriek [zware stookolie omzetten in lichtere producten]. 't Is witte flip met die twee [ze zijn erg vertrouwelijk, goed, met elkaar]. Met floss [tandzijde] flos je. FM is frequentiemodulatie.

 

 


2432 Dictee vrijdag 15-10-2021 (3) – dictee – Zevende Groot Dictee Oegstgeest 2021 – Specialisten √ x

Dictee – dictees [2432]

Zevende Groot Dictee Oegstgeest 2021 – Specialisten

De 68 groene woorden moesten worden ingevuld, blauw = toelichting

Het sauve-qui-peut [algemene ordeloze vlucht] [1] (auteur: Ton den Boon)

1. ‘Geleerde lien, verkeerde lien’ [VD – spreekwoord, betekenis? lieden?], als een duveltje-uit-een-doosje [ook wel: duiveltje, andere uitspraak - beide in VD] schoten die woorden anno dazumal [heel lang geleden …] de held van dit verhaal, een Nederlandse airmarshal [vluchtbewaker] te binnen, terwijl hij een Costa Ricaanse man, de
Dr. Strangelove [geschifte en gevaarlijke wetenschapper] van de
Midden-Oosterse
zoöfarmacognosie [bestuderen dieren voor medicinaal gebruik van planten], met nauwverholen afschuw in zich opnam. Het was een jeroenboschachtige [à la] quasimodo, een
âme de boue [3 woorden!, verachtelijk wezen], deze beginvijftiger met zijn glariënde [verwilderd staren] leepogen, een opvallende dalísnor boven zijn dunne lippen met daaronder een vlassige henri-quatre [korte puntbaard], en zijn couperoseneus geflankeerd door paarsblauwe [blauwachtig paars – paars-blauw = 2 kleuren] oogwallen die je op een vriendelijker gezicht draperies d’amour [mv. – wallen onder de ogen] zou hebben genoemd. De man oogde werkelijk als een belialskind [slecht mens, vgl. Bijbel – Deuteronomium 13:13 – kinderen Belials – Belial = de duivel – daar niet meer in NBV] uit de gatkant van het leven die net uit de krochten van het jahannam [islam – hel] was ontsnapt, als was hij in werkelijkheid slechts na een ge-msn'd bericht door een undercoveragent opgepikt in een safehouse [onderduikwoning] in Talibanistan [nog niet in wdb – Afghanistan anno 2021 na de talibanisering].

2. Dankzij zijn naar het Midden-Amerikaanse land geëmigreerde Friese moeder, een matahari [à la Mata Hari, spionne] die in haar jeugd het traditionele aaisykjen [kievitseieren zoeken] nooit had verzaakt en die altijd feilloos Fryslân boppe! [leve Friesland!] kon roepen en skûtsjesilen [wedstrijdzeilen met skûtsjes] kon schrijven, en zijn Zeeuwse vader, een gekrookterieter [de uiterste rechterzijde van de Gereformeerde Bond in de – voormalige – Nederlandse Hervormde Kerk] (of was het een gereformeerdebonder dan wel een lid van de volle-evangeliegemeente?) die eerder getrouwd was geweest met een eva, een evangelisch-luthers lelijkmanskind, was de sjanfoeter [schelm, deugniet] strikt genomen van Nederlandsen huize, reden waarom een polderlandse james bond [niet de echte] met een licence to kill [verlof om te doden], slechts uitgerust met een PGP-telefoon [versleuteld tegen afluisteren – pretty good privacy] en een account op het Tornetwerk [anoniem surfen op internetThe onion router] van de taliban, hem tijdens een top secret [bnw.!] operatie had moeten opsporen in het land der voormalige moedjahedien [opstandelingen in Afghanistan].

3. De janongeluk in kwestie moest, ondanks zijn kilkoude voorkomen, een vrouwenmagneet zijn, want hij werd niet alleen vergezeld door een lolita-achtige, zo niet een engelachtige druzische [godsdienst, geen volk] afrodite van Libanese [Libanon] geboorte, zijn smexy [smart + sexy – intelligent + sexappeal] echtgenote, maar tevens door een jeugdige kallipygische [met mooie billen] glamazone van Bonairiaansen [Bonaire] huize – vandaar haar Nederlandse paspoort – die nu en dan met smokey eyes [donker opgemaakte ogen, zwoel en verleidelijk] naar hem keek. Beide evacuees [vrouwen!] hadden hun chador [grote zwarte mantel voor hele lichaam, vaak met sluier] afgeworpen toen zij eenmaal in het vliegtuig zaten en verdiepten zich na een kort een-op-eengesprek [evt. 1-op-1-gesprek] gedurende een x-aantal minuten in hun lectuur, de een in het verslag van een
klinisch-wetenschappelijk [verwisselbare begrippen] onderzoek naar het carpaletunnelsyndroom [middelste armzenuw afgeklemd], de ander in een populairwetenschappelijk [populair, maar verantwoord wetenschappelijk] essay over long covid [geruime tijd na de infectie], ook wel bekend als het postcovidsyndroom.

4. De vluchtbewaker, in zijn jeugd afgewezen voor de spionnenschool en dus mislukt als 007, maar niettemin een eersteklas gaapsnaas [nieuwsgierige kijker], zo niet een gluurgrage kijk-in-de-pot, dacht er het zijne van, terwijl hij schijnbaar verdiept in een undergroundlifestyleblad, dat hij als cover-up [operatie om iets geheim te houden] gebruikte om tijdens deze ordeloze evacuatie beide dames langdurig te kunnen bespioneren, fantaseerde over hun bed- en slaapkamergeheimen, ongetwijfeld een inspiratiebron voor een zinderend rodeoortjesverhaal, die overigens altijd een black box [systeem waarvan de werking verborgen of geheimzinnig is] voor hem zouden blijven, net als de precieze verhouding was het een ménage à trois? – tussen de lorejas [deugniet, schelm] en zijn princess charmings [mooie jonge vrouw op wie je gemakkelijk verliefd wordt].

 

 


2431 Dictee vrijdag 15-10-2021 (2) – dictee Zevende Oegstgeester Dictee 2021 Liefhebbers √ x

Dictee – dictees [2431]


Zevende Oegstgeester Dictee 2021 Liefhebbers

De groene woorden moesten worden ingevuld, blauw is toelichting.

 

Frontolyse [oplossen,verdwijnen van een front] of faillissement? (auteur: Rob Polak)

1. Bij een dictee is het traditie om aan de deelnemers een tekst voor te schotelen vol krokussen, kievi(e)ten, dommeriken, chique [geen chic, schrijf op wat je hoort] bohemiens [ongebonden levensgenieter] en affreuze [afstotelijk lelijk] juffertjes-in-‘t-groen [plant, ook likeur trouwens]. Soms worden zelfs tantebetjes [taalfout door inversie] en dergelijke ideeëloze tournures [wending] niet vermeden. Op een dag zullen vast ook emoji’s worden toegevoegd.

2. Schrijver dezes kent geen freaky [bizar] woorden en verafschuwt labyrintische zinnen, dus vandaag doen we het helemaal anders.

3. Hoewel Jan Wolkers niet kan ontbreken. Zijn afwezigheid zou enigszins scandaleus [GB ook: schandaleus, andere uitspraak] zijn, een breuk met de traditie, een cesuur [rustpunt, breuk] tussen een era [tijdperk] met de bewierookte schrijver en een tijdperk zonder. Van alle schrijvers die dit dorp heeft voortgebracht, is hij nu eenmaal de meest iconische. En hij was ook een iconoclast [beeldenstormer, heiligehuisjesomverschopper]. Niet een man met een pince-nez [knijpbril, lorgnet] die een dictee voorleest in driedelig grijs of
gala-uniform.

4. Vandaag gaan we het hebben over klimaatverandering. Het afgelopen annus horribilis [rampjaar] noopt tot nadenken, zeker ook gezien de coördinaten van ons dorp. Zelfs onze gewaardeerde gonfalonniere [It. – burgemeester] zal ons niet kunnen redden als we worden geïnundeerd [overstroomd worden], ook niet als we met onze appnekken [vergroeide ruggengraat door appgebruik] op onze foolproof [beschermd tegen onoordeelkundig gebruik – niet: fullprof … ] gsm’etjes gaan sms’en. En het is aanstonds duidelijk dat het voor degenen die minder fit zijn, of die bijvoorbeeld lijden aan de ziekte van Bechterew [zonder ‘ziekte van’: bechterew], een horreur [afschuw, gruwel] zal worden om adequate [gelijkwaardige] reddingsapparatuur te vinden. Onder alle omstandigheden zouden we over een flinke voorraad tannalbumine [tegen diarree, ook: tannalbine] moeten beschikken. En uiteindelijk zullen de tapissières [vanbinnen gecapitonneerde grote verhuiswagen] niet aan te slepen zijn. Tja, dit zijn toch wel veel moeilijke woorden. Hopelijk is dit geen abracadabra [ook abacadabra, andere uitspraak] voor u.

5. De grote vraag is natuurlijk of we straks leven in een permanente hittegolf of juist teruggaan naar het pleistoceen [geologisch tijdperk]. Heeft u dat woord weleens gegoogeld? Het betreft het geologisch tijdperk waarin nog ijstijden voorkwamen, voorafgaand aan het holoceen. Een nieuwe ijstijd zou misschien prettig zijn voor wie de zeespiegelstijging vreest, maar het wordt wel antarctisch [zeer koud]. Men moet dan voldoende kasjmier [ook kasjmieren, andere uitspraak] kleding in huis hebben, of in ieder geval alpaca [wol van de alpaca = lama – ook bnw.] of mohair [angorawol – ook bnw. = mohairen]. En het is stellig de vraag of de baardagamen [mv., Australische hagedis] zo’n cataclysme [geweldige ramp, grote omkeer] zullen overleven.

6. Voorlopig lijkt het, door onze passiviteit, trouwens alleen maar warmer te worden. We gedragen ons als een a-capellakoor [a capella] dat zijn stem kwijt is. Als we alleen maar chillen [zich ontspannen, relaxen], zullen we verassen [verbranden], een risico dat je niet kunt verassureren [verzekeren]. Het woord allrisk is nu eenmaal makkelijker ge-e-maild dan consciëntieus in de praktijk gebracht. Misschien zouden wij, om aan de hitte te wennen, moeten beginnen met dagelijks wat capsaïcine [= capsicine – smaakgevend bestanddeel van bv. paprika] in te nemen en minder cappuccino te drinken. Daarnaast zal een regelmatige aanraking met de eikenprocesssierups ons leren. Enfin, dit laatste appelleert vooral aan onze behoefte aan kastijding, terwijl een incentive [beloning, stimulans] die ons dwingt tot actie beter zou zijn.

7. Het zou nuttig zijn als er eens een grondige casestudy [GB ook: casestudie, beide afwisselend voorgelezen!] met verschillende scenario’s zou worden gedaan. Misschien is dat iets voor Jaap van Dissel cum suis [c.s. – met de zijnen] als COVID-19 [GB, VD] definitief achter ons is en we oog in oog staan met de meteorologische deconfiture [mislukking, ondergang] die ons te wachten staat als we doorgaan met nietsdoen.

8. Maar wat moeten we dan doen? Een U-bocht [vorm, hoofdletter] is onvermijdelijk. Geen intercontinentale plezierreisjes meer en ook geen chateaubriand, tournedostje of doopbaars [met saus bereid]. Ophouden met formule 1-wedstrijden. Voor crossculturele [met meerdere culturen] ervaringen zullen we het moeten doen met transceivers [zend- en ontvangstapparatuur met een wereldwijd bereik]. We zullen iedereen in jip-en-janneketaal moeten uitleggen dat dit geen gejeremieer [geklaag] van dreumesen is en evenmin gewauwel [geklets – niet: gek Lets ...] van een geprivilegieerde [bevoorrechte] kliek.

9. We zullen ons moeten leren beheersen als jiujitsuka's, niet alleen in Oegstgeest, maar mondiaal. Dan kunnen we enige hoop hebben dat dit armageddon [wereldbrand – in Bijbel met A] aan ons voorbij zal gaan.

10. Maar we zijn ver afgedwaald. Kunnen we wel zonder moeilijke woorden, of was de zo-even uitgesproken aspiratie een kamikazeactie, een soort gegoochel met het vocabularium, een dood(s)steek [VD alleen met 1 s – net als doodstrijd en doodschrik] voor het edutainment [educatief entertainment] dat een dictee nu eenmaal is?

 

 


2430 Dictee vrijdag 15-10-2021 (1) dictee Dictee van de dag (362) √ x

Dictee – dictees [2430]

Vragen en opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com

Oefendictee 495 OUD, geheel herzien naar situatie 2021

Dictee van de dag (362)

1. 'Flux' is 'dichtheid' en iets heel anders dan fluks [snel] wat fluitenkruid plukken. Hoeveel staat er op zijn foelielat [kerfstok]? De folielaag [dunne kunststof] was buitengewoon dun. Kom je vanavond op ons fonduetje? Fonduut je vader toevallig ook? Internetbedrijven zijn vaak footloose [niet gebonden aan een vestigingsplaats]. Wegens force majeure [overmacht] gaat de repetitie niet door. Forechecking [het jagen op de puck of de bal op de helft van de tegenstander] gebeurt o.a. bij ijshockey. Piet forensde (forenzen -VD; GB ook: forensen - forenste) van A naar Beter (niet in VD). Geef de forsythia's eens water. Een fortepiano speelt hard en zachtjes. Een fortnight duurt twee weken. Ben jij echt zo'n kei in fotoshoppen en -fucken [foto's digitaal manipuleren]? Charles de Gaulle zou zich bij het horen van Franglais [Frans doorspekt met Engels] omkeren in zijn graf. De Franse Fransdolle was een vrolijke frans en dronk Franse brandewijn en at er een fransje [klein stokbroodje] bij. Waar ligt Franz Jozefland (niet in VD – Strauss/ß, Beieren)? Met fransmanbirambi wordt Surinaams zuurgoed aangeduid. Is freefighten [vechten met weinig regels] uitdelen van free kicks [voetbal, vrije trap]? Nee, dus. Fröbelen heeft veel van frutselen.

2. Als voorafje waren er wat frivolités. Fuifroeien staat tegenover wedstrijdroeien. Een full house is een soort volle bak [bij poker: 3 resp. 2 kaarten of stenen met dezelfde waarde]. Een fulltimemedewerker [fulltime medewerker] werkt fulltime. Het pittetouw (van pitavezel) was in de pittenbak gevallen. Heb je haar gepleased? Placide [gemoedelijk, kalm] nam ze het nerveuze gedoe waar. Als we weer te veel pauillac (een medocwijn) gedronken hebben, zeg ik altijd 'peccavi' (ik heb gezondigd). Ik geef dan toe dat ik een kleine zonde (peccadille) begaan heb. Met een liniaal kun je lineaire verbanden tekenen in een grafiek. Doet hij nog steeds aan pencak silat (ook: pentjak silat, dát alleen in GB)? Hij parseerde (parsete – syntactisch ontleden) een digitale tekst. Een ezelsbruggetje voor parcimonie: dan ben je op de centen (en parsimonie – sober). Nu ga je het pas geleerde in praktijk brengen. Jij deugniet, ik zal je op je partes posteriores [billen] geven! Parthenogenesis is voortplanting zonder bevruchting (zoals de maagdelijke geboorte van Jezus). Hij partyde er lustig op los.

3. De verdediger zei, bij de rechter parti-pris [vooringenomenheid] te hebben geconstateerd. Deze dans kan het best worden uitgevoerd met enkele parties carrées [+] [twee dames en twee heren]. Hij is de derde passato [van vorige maand] jarig geweest. In een pasveersloot zijn bacteriën actief. Hoever is de homo- en lesbo-emancipatie gevorderd? Hij patiencete dat het een lieve lust was. Deze patjakker [smeerlap] is ook nog een padzak [dik persoon, pafzak, papzak] en een patjepeeër [proleet]. Een pauper is een havenot, een habenichts. Met dit paupiëtje (paupiëttetje – bl. vink) [ə] kun je iemand de ogen uitsteken [afgunst opwekken]. Ook de bekende hond van Pavlov vertoonde zelf die pavloviaanse pavlovreactie. De 'pay-per-view' lijkt een eerlijke regeling. Met het PDF (de standaard) kun je pdf-bestanden [por­ta­ble do­cu­ment for­mat] creëren. Coscoroba's zijn zoals bekend zwaanganzen. Hij droeg peau de suède handschoenen (peau-de-suèdehandschoenen). Een pallet is een laadplaat. Penages [voorzichtig, behoedzaam] veroverde hij haar. Een pellies is een met bont omzoomde vrouwenmantel. Door toe-eigenen heeft hij het zich toegeëigend.

4. Met meerdere gaden [alleen n] ben je bi- of polygaam. Gaines
[gèh-nuhs g van goal] zijn elastische buikkorsetten. De gallicaanse [Frans katholicisme, onafhankelijk van Rome] liturgie trok zich weinig van Rome aan. Daar word ik nou gallisch [korzelig, sikkeneurig] van. Hoe hoog is het gammaglobulinegehalte? Gannefen (ganneven, GB ook: gannefs) zijn schelmen. Gelukkig heb ik tien garantie-uren. Een gardiaan is de overste van een franciscanenklooster. Is de gas- en lichtrekening betaald? Hun getatoeëerde gatten liepen in de gaten. Een gaviaal is een snavelkrokodil. De gebeentenresten [alleen n] werden verrassenderwijs verast. In de gebruikssfeer viel het allemaal wel mee. Het gazellejong [vaker: gazelle + n/s dan gazel + len] was verstoten. Je moet opa en oma gedag zeggen. Dit was nu een gedichtenbundel vol mooie gedachtegangen [n/s]. Hij kreeg de gedoogdenstatus. Alle soldaten gelieven te aligneren [op een rechte lijn staan]. Hij vertelde het gaandeweg en gekscherend. Bakvissen geiten [meisjesachtig giechelen] weleens. De hel wordt ook aangeduid met de (het) Gehenna. Zullen we de klokken even gelijkzetten? Een paumelle is een scharnier.

5. De chirurg vond het gehemeltebeeld [n/s] niet goed. Zending en missie hebben iets van gedrevenenwerk. Wat is de inhoud van dat geluultje (capsuultje, capsuletje [ə])? Ook mogelijk: geluletje uit de gelulefabriek [ə]! De gendarme-eenheid [n/s] rukte uit. Hoeveel Britse Gemenebestlanden zijn er (nog)? En hoeveel gemenebestlanden in het algemeen? Dat is geo-etnisch bepaald. Hij is historisch geograaf (en doet historisch(-)geografisch onderzoek). De gerant zei, geen gerbils [woestijnrat] te kunnen serveren. Jullie moeten je gereedmaken. Dat lijkt wel een gerontocratie [bestuur door bejaarde politieke leiders]. Ze dronken trappisten- en gerstebier. De muren zijn gesausd/t. De Gestapo-chef [Geheime Staatspolizei] was een boef. Ze waren in nog groteren getale opgekomen dan gedacht. De getijdenbeweging is een kwestie van eb en vloed. Iemand gevangennemen is één, gevangenhouden (VD) iets anders. Piet is aan het grasmaaien.

6. Heb je de gevinde [op een vin lijkend] bladeren gevonden in de flora [plantenboek]? In het geuzenverzet dronken ze geuzelambiek. Momenteel kan ik 'Galapagoseilanden' (GB, VD) goed schrijven. Mij gewerd een anoniem schrijven. Om op te zoeken: gibbsenergie [toestandsgrootheid thermodynamica – eenheid: joule (J), SI-symbool: G], gigahertz (GHz – frequentie), ghee [gie – geklaarde boter], ghibil [hete woestijnwind Noord-Afrika], ghazidsja [heilige oorlog moslims tegen ongelovigen] en ghazel(e) [Perzische dichtvorm]. Mijn dochter speelt in een dans-en-showorkest. De geweerladenvulling werd vervangen. De faux pas [misstap – zelfde mv.] werd eerst goedgepraat, maar later ook nog goedgemaakt. Ik weet het goed gemaakt: doe het zelf! De goeiige goeierd behoort ook tot die goegemeente. Niet iedere go-getter [doorzetter, streber] is een goalgetter. We hebben gegolfd/t [niet met v]. Het spookte in de Golf van Biskaje. Het Goidelisch [GB – aftakking van het Oudiers] is een taal. Een gonadeaandoening [n/s] is vervelend. Vanuit de gortenzak werd er gortepap bereid. Ze heeft een goud- en zilverwinkel (VD). Een goudgehaltebepaling [n/s] is niet zo moeilijk. Alle gouverneurs-generaal droegen een hoge( )hoed (VD). Hij eet alleen glutenbrood [zetmeel verwijderd, voor suikerzieken].

7. Hij en zijn gouwgenoten [gewest] hadden algauw tabak van de kerstsfeer. Hij is gered, godlof, godzijdank [God zij dank]! In godsnaam, doe iets! Een giga-elektronvolt heeft GeV als afkorting. Het glacis [talud van de contrescarp] vind je voor een fort of vesting, gleis is een soort van pottenbakkersklei en gneis is een gesteentesoort. Die ramen zijn met glas in lood uitgevoerd (het zijn dus glas-in-loodramen). Met een glazendoek droog je afgespoelde glazen. Mijn zoon zit op de gloschool [gewoon lager onderwijs, SR, letterwoord] in Paramaribo. Bij het grillen heb je grills nodig. Voor aan een auto zit de grille (Frans, Engels: grill). De grafredeweergave [s] was correct. De graftombeproducent [n/s] deed goede zaken. Op de markt zijn veel artikelen bijna te granje
[te geef]. De grand seigneur [groot heer, aanzienlijk personage] gedroeg zich ook wel opvallend grand-seigneurachtig. Zijn gravureverzameling [n/s] is heel uitgebreid. De grenswaardewijziging [n/s] was niet ingrijpend. Tussen Spakenburg en de Grebbe vind je bij de Grebbelinie een heel grebbennetwerk. Jij, grofgebekte plebejer [iemand zonder opvoeding of fatsoen]!

8. Hij heeft zich grootgehouden. Heb je een deventerkoek [VD, GB: Deventer koek!] gewonnen of een Groninger koek? Het groottebereik [n/s] was ruim voldoende. Grossen [grosse = (vroeger) afschrift in grote letters van officieel stuk] vind je in de sfeer van officiële stukken. Een groupie volgt een popmusicus met zijn groep. Dat vind ik grovelijk [grof, zwaar] overdreven. Hoe schrijf je de zuivelproducten 'gruyère' en 'gruyèrekaas'? Gymp, gympie, gympje of gymschoen: zeg het maar! De guaveoogst is mislukt. Waar is mijn gummi-jas? Er zijn plenty arme sloebers die een pl'etje [persoonlijke lening] afsluiten. Plezant als iemand plichtbewust is, minder als diegene een plichtvergeten persoon is. Op de Phlegraeïsche velden (niet meer in VD) overwon Zeus de Giganten. Petanquen is petanque spelen [Provençaalse variant van jeu de boules]. Het petit-gris is de grijze pelterij van de huid van Siberische eekhoorntjes. Hij is een pietlut [kleingeestig mens]. Petrissage [kneedmassage] is een vorm van massage, gallisage is water en zetmeelsuiker bij de wijn doen. Pinceren is pizzicato [tokkelen met de vingers] spelen. Een piëta is Maria met de dode Jezus op schoot. Nee, we laten de leeuw niet in zijn hempie staan.

9. Bij vee wordt soms een penssteek [bij gasophoping] uitgevoerd. Deze penny-a-liner [schrijft artikelen voor een penny per regel] schrijft ook nog penny dreadfuls [stuiverromans]. 20 penny's [munten] hebben een waarde van 20 pence. In deze perikoop [Bijbelgedeelte] komt natuurlijk geen periscoop [optisch instrument onderzeeboten] voor. Met P wordt het voorvoegsel 'peta' aangeduid [1015]. We hebben gepetanquet [soort van jeu de boules]. Een petinggi is een dorpshoofd. Verwar petitfours [koekje] niet met petits-beurres [biscuitje]. Wij verbleven in pico bello [prima] etablissementen (pico-bello-etablissementen). Het piepschuimlichte doosje woog bijna niets. Eén hoge pief, twee hoge piefen. Zijn biceps was gepiercet [gaatje met ringetje]. Je zult maar thyreoïditis [schildklierontsteking] hebben. Bij het Portiuncula-aflaatfeest kun je bij de franciscanen een portiuncula-aflaat [volle aflaat] verdienen. De bevindelijke predikant hield een stevige
hel-en-verdoemenispredicatie. Dat is een mond vol potjeslatijn. Het pimeson (π-meson, pion) is een elementair deeltje. Verwar dit niet met het K-meson. Ze zijn even platgegaan. Het pinyin is een bekend transcriptiesysteem van Chinese karakters naar het Latijnse schrift. 

 10. Più forte is in de muziek harder, krachtiger. Resten op Java van de aapmens vormen de pithecanthropus erectus [javamens]. In het pierrotje [pierrotkostuum] voelde hij zich een hele piet. Een muon is een mumeson (μ-meson). De pilatussen [valsaard] waren aan het pilatesen (ww. niet in wdb.; pilates wel – oefenmethode). Rijst in vleesnat is pilav (VD ook: pilau) en een pillbox is een dameshoed. Pineau is wijn, pinot de wijnstok (ezelsbruggetje: o, o). Zijn opponent was gepikeerd, dat hij wel kon piqueren (een piqueetje maken – bij biljarten). Liggen de ureter en de urethra in elkaars verlengde? Ja: twee ureters naar de urethra en dan naar buiten!

 

 


2429 Dictee donderdag 14-10-2021 (3) – dictee Groot Dictee Heruitgevonden 2021 online √ x

Dictee – dictees [2429]


Groot Dictee Heruitgevonden 2021 online


De vrome Katharina (auteur: Rob Driessen)


Deel 1

Dit deel werd voorgelezen en de 15 vette woorden moest je intypen.

1. De stem die mij binnen noodde, doorkliefde de stilte als een mortierschot. Bij het betreden van de kamer deinsde ik onwillekeurig terug; de blik die de oude man mij toewierp, was niet bepaald uitnodigend. Hij hief een benige klauw en gebaarde dat ik naderbij moest komen.

2. Twee achterdochtig loerende kraaloogjes monsterden mij uitvoerig, de irissen grijs en koud als leisteen. Hij bood me geen stoel aan. Mijn referenties lagen uitgespreid op het met vilt belijmde blad van zijn secretaire. Achteroverleunend in zijn stoel, vuurde hij een salvo vragen op mij af. Of ik wist om te gaan met antiek meubilair. Hoe ik te werk ging bij doffe plekken op palissanderfineer. En of ik kon beamen dat schilderijen nat afgenomen dienden te worden. Ik veinsde gechoqueerde verbazing en snibde dat ik hooguit bereid zou zijn de vergulde lijsten af te stoffen met een plumeau.

3. Mijn reactie ontlokte hem een grijns. Zoals hij daar zat, de schonkige schouders hoog opgetrokken en de rimpelige kop balancerend op een tanig nekje, deed hij mij denken aan een vale gier. Hij eindigde zijn kruisverhoor met de vraag of ik affiniteit met boeken had. Ik haalde mijn schouders op en liet mijn blik langs de rijzige boekenkasten gaan. Delicate banden van ossenbloedrood en smaragdgroen marokijn, met goud bestempeld, opgesteld in strakke cohorten. Ik antwoordde schlemielig dat het me een heidens karwei leek om dat allemaal proper te houden. Na de ultieme dooddoener van de leek in een privébibliotheek (‘heeft u die boeken echt allemaal gelezen?’) kreeg ik de baan.

Deel 2

Ook dit werd voorgelezen. Er waren een 15 tweekeuzevragen, waarbij je het juiste antwoord moest aanvinken. Hier niet, maar bij de liveversie kreeg je bij het gekozen alternatief een letter. Met die 15 letters moest je een zo lang mogelijk woord maken. De letters kreeg je hier niet te zien, maar het beoogde woord was liefdesavontuur. Hieronder is het correcte woord groen, het foute alternatief rood.

4. Gedurende de daaropvolgende maanden raakten we op elkaar ingespeeld. We werkten in gewijde stilte. Hij ingegraven tussen stapels paperassen/papperassen, ik al stoffend en poetsend de grote kamer doorkruisend. Als hij het woord tot me richtte/richte, sprak hij mijn naam met lijzige nadruk en met een nauwelijks verholen lachje uit. Hij kon niet bevroeden/bevroedden dat ik zijn heimelijke binnenpretje deelde. De werkdag eindigde steevast met het afstoffen van de boekenkasten, die we afwerkten volgens een strikt stramien. Met drie planken per dag, een kastenwand per week, konden we maandelijks de hele bibliotheek bestrijken. Vanaf de steile/stijle bibliotheekladder reikte ik mijn patroon de boeken aan, die hij minutieus/minitieus inspecteerde. Hij had een panische angst voor zilvervisjes. Om hem een beetje te sarren maakte ik bij tijd en wijle/bij tijd en wijlen een beweging, een bruuske/bruske, alsof ik iets doodsloeg. Als door een wesp gestoken sprong hij dan op uit zijn stoel, om met een zucht van verlichting terug in het gecapitonneerde/gecapitoneerde leer te ploffen wanneer het loos alarm bleek te zijn.

5. Het rijtje werken van Shakespeare in kwartoformaat/quartoformaat nam hij altijd zelf van de plank. Dat bevond zich immers binnen reikhoogte/rijkhoogte. Zo doorzichtig. De rest was een peulenschil/peuleschil; het lijstje met codes vond ik in het tweede katern van ‘Een Midzomernachtdroom’. De muurkluis had ik al weken eerder gelokaliseerd/gelocaliseerd, listig verstopt achter een impressionistisch bloemstilleven. In die verborgen schrijn rustte/ruste het door mij zo begeerde foedraal/foudraal. Van lieverlede/liever leden brak mijn laatste werkdag aan.

Deel 3

Dit speelde verder geen rol en vormde alleen de afsluiting van het verhaal.

6. Weeklagend en handenwringend liet ik de dienders binnen, bij het zien van de ravage floot de geüniformeerde agent tussen z’n tanden. Daar lag de oude bibliofiel, onderaan de ladder, half bedolven onder de boeken. Waarschijnlijk had de bovenste plank het begeven toen hij zich eraan vastklampte, waarna hij met boeken en al omlaag was getuimeld. De rechercheur constateerde dat de genadeklap hoogstwaarschijnlijk was toegebracht door een zwaar boek, dat precies op de linkerslaap was neergekomen. Dat de bewuste foliant een facsimile-uitgave van de wetten van Newton was, ontging hem volkomen. Een kleine frivoliteit die ik mijzelf had gepermitteerd.

7. Men bood mij een lift naar huis aan, die ik hoffelijk afsloeg. Een wandeling zou me goed doen. Ik stak mijn arm door de lus van mijn handtas, inwendig gniffelend om de brisante inhoud: de verloren gewaande delen van het befaamde getijdenboek van Katharina van Kleef. Tien vellen fijn verlucht middeleeuws velijn. In een grijs verleden verdonkeremaand door een malafide antiquaar en sindsdien in het geniep gekoesterd door egoïstische rijkaards. Maar nu, ten langen leste, veiliggesteld door een naamgenote. Ik nam afscheid en stapte de kamer uit. Een vrouw op leeftijd, de schoonmaakster. Onbeduidend en onzichtbaar.

 

 

 


dinsdag 12 oktober 2021

2428 Dictee donderdag 14-10-2021 (2) dictee Groot Dictee Krimpen aan den IJssel 2021 √ x

Dictee – dictees [2428]

Groot Dictee Krimpen aan den IJssel 2021

Krimpen op de schop (auteur: Huib Neven)

1. Krimpen binnenkomen is allesbehalve een peulenschil. Komend van de Algerabrug verzeil je met je deux-chevauxtje of hybrideautootje in een labyrint van rood-witte, fluorescerende markeringsborden. De weg slingert kriskras over het kruispunt en is geaccidenteerd als een getroebleerde kudde dromedarissen.

2. Krimpen uitrijden is trouwens ook geen sinecure. Om de wisselstrook te bereiken is een kruip-door-sluip-doorroute in elkaar geflanst. Daarmee wordt je zomaar een mooie kans geboden om je navigatiecapaciteiten geüpgraded te krijgen.

3. Het is trouwens een gênant aanwensel om over deze ongerieflijkheden te jeremiëren. Ze zijn tenslotte ten algemenen nutte. De eclatante reconstructie van de Grote Kruising [eigennaam, straatnaam] zorgt ervoor dat we straks probleemloos Centrum-Zuid kunnen binnenrijden. Nu is het nog een no-goarea, waar piramides van puin wanhopig en languissant proberen de herinnering aan de geruïneerde galerijflats levend te houden. Straks verrijzen hier, nee, geen mobilhomes, maar riante nieuwbouwappartementen. Velen hebben de gemeente al ge-e-maild om hun interesse te tonen. Misschien ook wel om bij de responsabele ambtenaren in het gevlij te komen. Die hebben evenwel ook geen laissez-passer voor ongebreidelde woninguitgifte in hun aktetas.

4. Ten slotte ... Het blijft [blijft het] niet bij de renovatie van een kruispunt en een nieuwe wijk in spe. Het hoogheemraadschap, dat het teveel aan werk heeft geoutsourcet, beijvert zich al jaren om ons te protegeren tegen inundatie. De komende jaren gaan de dijken langs de Hollandsche IJssel [VD: Hollandse IJssel, Rijkswaterstaat – eigenaar, donorprincipe: sch] faliekant op de schop. Want we kunnen weliswaar een onderheid [ww. onderheien] kruispunt hebben en een chique woonwijk, maar als de dijken bezwijken, is alles versjteerd.