woensdag 9 mei 2018

1327 Dictee woensdag 09 mei 2018 (1): dictee Het grote BE-dictee √

Dictee - dictees [1327]

Het grote BE-dictee

1. Vooraf: be = België (internet), be- is een voorvoegsel, Be is beryllium (atoomnummer: 4), BE (ISO-landcode België), Bé (schaal van Baumé: concentraties van oplossingen) en bè (geluid van een schaap). Ik maakte de volgende (beperkte) selectie: groen nummer
(0800-nummer)
, 100 dagenfeest (Chrysostomos), 11 novemberviering [Wapenstilstand], 1e korporaal-chef, 1e meester, 1e soldaat, etc., 1 euromaaltijd [lagereschoolkinderen], 3V [Veilig Verkeer Vlaanderen], 2pk (deux-chevaux, 2cv [VD: 2CV]), AAP (onderwijs: assisterend academisch personeel), adjudant-chef en -majoor, etc., een ad fundum (studententaal), ajuinenstad (Aalst), a.l. (alternerend leren), allee (komaan, vooruit), alpijns skiën (alpineskiën), amai (tjongejonge, nounou), ambetanterik (vervelend persoon), ambras (drukte, ophef).


2. Verder: ancien (oudgediende), APA (algemeen plan van aanpak – ro, ruimtelijke ordening), apenjaren [pubertijd – ook puberteit], ARAB (Arbowet), Arbitragehof (nu: Grondwettelijk Hof), Arteveldestad (Gent), asbo (aanvullend secundair beroepsonderwijs), aso (algemeen secundair onderwijs), assisenhof (hof van assisen), asv (algemene en sociale vorming), bgv (beroepsgerichte vorming), awoert (boe), een babelse spraakverwarring, babelutte(n) (karamelachtig snoepje – 'te' niet uitspreken), Bachten [achter] de Kupe: het tussen de IJzer en de Franse grens gelegen deel van West-Vlaanderen, bain de soleil (zonnejurk), ballodroom (kaatsbaan), Bankcommissie, bao (basisonderwijs), BAP (bijzonder academisch personeel), bavet [slabbetje], bbo (buitengewoon basisonderwijs), BD (Bestendige Deputatie), begot (in hemelsnaam, verdorie), belgicist (unitarist), bepijlen (bewegwijzeren), bevak (beleggingsfonds met vast kapitaal), bib (bieb), bibi (ik), bic (balpen), bilan (balans), bin (buurtinformatienetwerk), BIS (Begeleid Individueel Studeren) en biv (belasting op inverkeerstelling). Die vrouw is een vreselijke blètster.

3. Ook nog: bobonne (oma), BOB (Bewakings- en Opsporingsbrigade, vgl. GDA –gerechtelijke dienst van het arrondissement), bo (bijzonder onderwijs), buo (buitengewoon onderwijs), Bloso (vero: Bestuur Lichamelijke Opvoeding en Sport in de Openlucht), boeleke (baby), boni (batig slot, antoniem: mali), bolwassing (schrobbering), bomma en bompa (oma en opa), boulet (gehaktbal), BPA (bijzonder plan van aanleg), Bretoen (NL: Breton), bruis(water) (spa rood), brosse (broskuif), bs (basisschool), bsbo (basisschool voor buitengewoon onderwijs), bso (bijzonder secundair onderwijs, beroepssecundair onderwijs), bubao (buitengewoon basisonderwijs), bulo (buitengewoon lager onderwijs), busbo (buitengewoon secundair en beroepsonderwijs), buso (buitengewoon secundair onderwijs), bvl (beroepsvoorbereidend leerjaar), bw (beschutte werkplaats) en C4 (ontslagbrief).

4. Vervolgens: canapébenoeming (na omhoogneuken), capot (motorkap), caractériel [een rechtlijnig figuur], carrément (ronduit), cassant (scherp), cc (cultureel centrum), cbo (cursorisch beroepsonderwijs), cecemel (chocoladedrank, VD, GB; cécémel!), chouchou (lieveling), chipoteren (dwarsliggen), chichi (bekakt), chape (ondervloer, slijtlaag), cic (crisisinterventiecentrum), cité (woonwijk werknemers), civisme (burgerzin), CM (Christelijke Mutualiteit), cob (centrale openbare bibliotheek), colère (woede), constatatie (constatering), corbillard (lijkwagen), cornichon (augurk), corrida (stratenloop), covaartest (cognitieve vaardigheidstest), crapuul (gespuis), cumulard (heeft veel cumuls, nevenfuncties), curieuzeneus, curieuzeneuzemosterdpot, cutiproef [krasjestest], dactylo (typiste), daim (suède) en damar (dame de la marine).

5. Daarnaast: dbso (deeltijds beroepssecundair onderwijs), decujus (erflater), dekenij (decanaat), denkpiste (denkspoor), deputé (gedeputeerde – NL: Limburg), derde-betaler (in sociale wetgeving), derdenationaler (sportploeg), dirco (directeur-coördinator), dirju (directeur judiciaire), DIV (Dienst Inschrijvingen Voertuigen), dko (deeltijds kunstonderwijs), d'office (vanzelf, automatisch), dopgeld (werklozensteun), druivelaar (wijnstok), duimspijker (punaise), duts (onnozel mens, doetje, sukkel), eau de javel (bleekwater), edito (hoofdartikel), echel (bloedzuiger), eba of evba (eenmansvennootschap met beperkte aansprakelijkheid), efkes (eventjes), ejt (eindejaarstoelage), enkwest (enquête), eot (echtscheiding door onderlinge toestemming), fakbar [café van een faculteitskring (verkorting fak)], deca (decafeïné), fijnkost (charcuterie), fit-o-meter (trimbaan), flou artistique (vaagheid), fluostift (markeerstift), fond de teint (foundation), fouille (fouillering), een Fransonkundige Engelsman en GAS-boete (gemeentelijke administratieve sanctie).

6. Ook nog: gazet (krant), hij komt van Geel (is gek), gejost en gesjareld (te grazen genomen), gelule (capsule), genster (vonk), geco en gesco (gesubsidieerde contractueel), giscorrectie (bij meerkeuzevragen), goesting (zin, lust), hij lijdt aan het griepaal syndroom, guimauve (gekleurd snoepje in vorm madonna), handelaarsplaat (Z-plaat), hbso (hoger beroepssecundair onderwijs), helaba (hé, jij daar), Pietje de Dood (Magere Hein), herval (na ziekte), hobu (hoger onderwijs buiten de universiteit), hob (halfopen bebouwing), hokt en holt (hoger onderwijs van het korte (lange) type), de hoofdvogel afschieten (hoofdprijs winnen), hso (hoger secundair onderwijs), icc (internationaal cultureel centrum), inox (roestvrij staal), insz (identificatienummer sociale zekerheid), isomo (piepschuim), Blijde Intrede (Blijde Inkomst), je-m'en-foutisme (onverschilligheid), join de culasse (koppakking), k.a. (koninklijk atheneum), kafkatoets (naar bureaucratie) en kasseienslijper (straatslijper).

7. En ken je deze: ketje [Brusselaar], kine (kinesitherapie), op de koffieklets gaan, kortteken (paraaf), kotstudent (woont op kamers), Krijgshof (vero, thans Militair Gerechtshof), kwatong (lasteraar), KWB (Katholieke Werkliedenbond), labo (laboratorium), lait russe [koffie verkeerd], LEIF-kaart (LevensEinde InformatieForum – plastic kaartje inzake euthanasie, uitvaart, orgaandonatie), LIM (Limburg), loyauteit (loyaliteit), Manoesj (lid van de Sinti – vs. Roma), MAP (mestactieplan), mazout (stookolie), min 18-jarige (18-minner), moto (motorfiets), mughelikopter, naverkoopdienst, nefast (funest), nieuwkuis (stomerij), niknakje (klein koekje), nobiljon (notabele), nonkel (oom), occasie (koopje) en oostfrontstrijder.

8. Ten slotte: optieker (opticien), ok (operatiekwartier), oxo (spel, vgl.boter-kaas-en-eieren), pagaddertoren (Antwerpen), peda (tehuis voor (meisjes)studenten), pedalo (waterfiets), rapte (gauwte), pillamp (zaklamp), recup (inhaalrust), Rijksregister (bevolking), sacoche (tas), niemand is sant (profeet) in eigen land, de snel-Belgwet, sparadrap (hechtpleister), stiel (vak, beroep), stock américain (dump), teleferiek (kabelbaan), tew (toegepaste economische wetenschappen), tjeven [christendemocraten] vertonen tjeverij, toile ciré (wasdoek), Unizo [Unie van Zelfstandige Ondernemers], vake (vader), vei (zeer vruchtbaar), velo (fiets), wgc (wijkgezondheidscentrum), ZAP (zelfstandig academisch personeel), zona (gordelroos), zo zat als een zwitser (erg dronken, beledigend), zwartzak (WO II – collaborateur), zondagpastoor (GB, VD: helpt in het weekend), ZIV (Ziekte en Invaliditeitsverzekering) en patati en patata (= enzovoort, enzovoort).

 
 

maandag 7 mei 2018

1326 Dictee maandag 07 mei 2018 (1): dictee Oefendictee (oud) 526 √

Dictee - dictees [1326]

Ook Oefendictee (oud) 526 bevat heel wat interessante zaken.

Dictee 526 (DXXVI) Specialistendictee (26)

1. Memento mori: gedenk te sterven [memento vivere: denk eraan te leven]. Praemisso titulo: de titel aan te vullen, er in gedachte(n) bij te plaatsen. Solo e pensoso: alleen en in gedachte(n) verzonken. De gedagvaarden [gedaagden] verschenen niet. Een geek [ie] is een computerfreak. De rekening voor de geëmailleerde pannen werd
ge-e-maild en bij de betaling werd er ge-i-bankierd. Kijk, de deïst [aanhanger deïsme: transcendente god] deist [hield zich stil]! De gevechten zijn geïntensifieerd [ook: intensiveren]. De elsspirea is een sierstruik. Gedag zeggen is goedendagzeggen. De strijd is
gede-escaleerd. De kippen waren geelpeld en kukelekuden (kukelekuen, gekukelekuud) naar de neergelegde geltharing [mannetje, hommer]. De gefacelifte assepoes simuleerde een gefakete ziekte. Zij fakete die dus. Gij zult de gei [geitouw, lopend touw] niet loslaten. Hij is gegeerd [begeerd, in trek] en heeft gegeert [verkeerdjassen = onbep. wijs]. Overdonderen = épater le bourgeois. Het interesseerde hem geen vits [geen zier, ook: vis]! Geheid, dat hij die gehypete rage volgt! Die geinponem heeft geïnternet. De geiser is kaduuk. De geilaard geilde op wulpse verleiderstypevrouwen.


2. Een beperkte selectie van '*isch*: aäronitisch [Aäron], Abchazisch [taal Abchazië], adamitisch [Adam], anorectisch (anorexia nervosa – antoniem: boulimisch), a-posteriorisch [a posteriori], a-prioristisch [a priori], aseptisch [tegen infectie], asthenisch [krachteloos],
avant-gardistisch [avant-garde], ayurvedisch [Indiase gezondheidsleer], bio-elektrisch [elektrische verschijnselen in levende wezens],
biologisch-dynamisch (bd), brachycatalectisch [vers, laatste voet ontbreekt], cosmetisch, kosmisch, Dacisch [Dacië, thans in Roemenië], darwinistisch [Darwin], deiktisch [ij – aanwijzend], didascalisch [didascalia = geschrift uit de eerste helft van de derde eeuw: 'De katholieke leer van de twaalf apostelen en de heilige leerlingen van onze Verlosser'], diëlektrisch, diëtisch [dieet], draconitisch [jaar = eclipsjaar], eidetisch [visueel], Elysisch [Elysium, paradijs], Elzassisch, enclitisch [enclisis: wacht ie], eolisch [met of door de wind], epideiktisch [rede, vorm meer verzorgd dan de inhoud], eufonisch (eufonie = welluidendheid – als een eufonium?), farizeïsch [farizeeën], foto-elektrisch, Friulisch [taal, Reto-Romaans rond het Italiaanse Udine], Frygisch [Frygië, Klein-Azië], fytopathologisch [plantenziektekundig], Gotisch [uitgestorven Oost-Germaanse taal; Krim-Gotisch bestond langer], hagadisch [hagada – boek met liederen over de uittocht uit Egypte], heracleïsch [herculisch, Hercules], hypocritisch (van hypocrisie!), icterisch [geelzuchtig], iso-osmotisch [chemie], ithyfallisch [lid omhoog], kallipygisch [met mooie billen], Kanaänitisch [Kanaän], Longobardisch [Germaans dialect], lethargisch [ongevoelig, in diepe slaap – maar: letaal], literair-historisch (GB ook: tt), mefistofelisch [Mefistofeles, geraffineerd verleider], multi-etnisch, neoacademisch, niet-euclidisch [zekere meetkunde, Euclides], non-conformistisch,
on-Belgisch, oneirisch [m.b.t. dromen], orfisch (van Orpheus), oudtestamentisch [O.T.], panhellenistisch [Grieken, verenig u!], Pictisch [Picten, Schotland in Romeinse tijd – Pictenmuur van Hadrianus], pyknisch [kort en gezet] en pythisch [= Delfisch; de Pythische Spelen, het pythisch orakel].


3. Verder: reologisch [m.b.t. stromingsleer], reumatisch, schizothymisch [lijkt op schizofrenie = gespletenheid], seismisch [m.b.t. trillingen, aardbevingen], semi-empirisch, sociaaldemocratisch, spasmolytisch [kramp opheffend], sthenisch [krachtig, vitaal], Stygisch [wed = de Styx], tachygrafisch [schrijfmachineschrift], thaumatologisch [wonderen], theïstisch [immanente, levende God t.o. transcendente van het deïsme], tragikomisch, trans-Atlantisch [over of overzijde Atlantische Oceaan], tribrachisch [verzen: kort, kort, kort], tryptisch [trypsine, tryptase = in darmen], Tsjadisch [Tsjaad], utraquistisch [utraquisten: avondmaal met brood en wijn], Virginisch [Virginia], voltaïsch [m.b.t. volt(age)], Voor-Indisch [voormalig Brits-Indië],
voor-Perzisch [tijdvak], voorreformatorisch, vroeggotisch, wilhelminisch [Duitse keizer Wilhelm], wyclifitisch [Engelse theoloog John Wyclif], zefirisch [zefier = koele westenwind], xylografisch [houtsnijkunst], zelotisch [dweperig, fanatiek, zeloot = ijveraar, Simon de Zeloot], zoroastrisch [Iraanse profeet Zarathoestra – Duits: also sprach Zarathustra!], zymotisch [gistend], elliptisch [ellips, van zin: onvolledig], Moskovisch [Moskou], augusteïsch [keizer Augustus], atypisch [onregelmatig], oestrisch (vergelijk oestrum = oestrus = periode vrouwelijk geslachtsleven), nomothetisch [wetgevend] en lactovegetarisch [wel: melk, eieren, etc.].


4. De inhoud van het Jaarboek 2010 is niet meer te traceren in de oVD (klopt niet helemaal, je ziet dan: toegevoegd in 2009). Wel kun je nog zoeken naar 'tussenwerpsel' (dat gaf naar de situatie 2015 maar liefst 1128 treffers). Ik geef een selectie: ahum, better safe than sorry [zekere voor onzekere], cash is king [vrij beschikbaar geld], conferatur (vergelijk, afkorting cf.), doemetoch (bastaardvloek), efkes (eventjes), just in case (voor het geval dat), less is more (motto: kracht van de eenvoud), merhaba (informele Turkse begroeting), so be it (het zij zo), too big to fail (van banken) en when the going gets tough (als het erop aankomt). Verder nog (Jaarboek 2009 = toegevoegd in 2008): Befehl ist Befehl, fakking (fokking, fucking), fuck you (vaak met fuckgebaar), goeiemoggel (informele begroeting), hallootjes (idem), tiens [tjèhñ] en woela (ik zweer het, Arabisch, ook wollah). Idem uit Jaarboek 2008 (toegevoegd in 2009): alhamdullilah (alle lof en dank zij Allah), bersiap (strijdkreet van de Indonesische vrijheidsstrijders tegen Nederland, Maleisisch), correct me if I'm wrong, holy shit [verbazing], offtopic [heeft er niets mee te maken], shitterdeshit, si en la (zus en zo), vorrei e non vorrei (gezegd ter uitdrukking van twijfel, Italiaans) en ten slotte who cares (wie kan het wat schelen?).

5. Verder (jaartallen heb ik weggelaten): alstu, asje, awoert (boe), duh (zelfs een dom persoon snapt het wel), f2f (face to face, sms-taal, chattaal), (god)miljaar (basterdvloek), idd (inderdaad, sms- en chattaal), lol (laughing out loud, idem), peu nerveux (enigszins zenuwachtig), pioew (uiting van opluchting), plopperdeplopperdeplop (verbazing), shoot (shit) en watskeburt (populaire jongerengroet met de strekking 'wat is er aan de hand?'). Een nieuw voegwoord (jongerentaal) is 'boeien' [niet interessant]. Een nieuw telwoord is 'spuuggenoeg' (meer dan genoeg). Nieuwe bijwoorden: achterlangs, eraan ((het) eraan geven), gemakkelijkheidshalve (gemakshalve), d'office (automatisch), for the record (officieel), larger than life (zeer imposant), nooit (zeg nooit nooit), staandevoets (op staande voet), vanjewelste (stevig, geducht, GB ook: van jewelste, van je welste), as we speak (op ditzelfde moment), lauwtjes, multikanaals en on the spot (ter plekke).

6. Verder: sul ponticello (dicht bij de kam gestreken), sul tasto (boven de toets gestreken) en werkende weg (al werkend). Ook noteerden we: achteren (van achteren kijk je een koe in de kont). Nieuwe voornaamwoorden: deze (in dezen) en naks (quasideftig: niks). Favela's [ee] zijn sloppenwijken in Brazilië. Een ostracisme is een schervengericht. 'Gouwe-dozen-met-blikken-randen' is een bastaardvloek. IJzeren heinen doen meestal nogal ijzerenheinig. Hoe schrijf je 'missie-ijver'? Fiolen zijn sierlijk gevormde flesjes, met lange hals en kleine buik. Een cataclysme is zoiets als een wereldramp. Een germain [zelfde grootmoeder] van mij heet Germain. Een getijcentrale werkt op de getijdenbeweging. Bij een geuzenlied drink je natuurlijk een geuzelambiek. Een lid van het Verbond der Edelen droeg een geuzenpenning. Geuzenpartij is de aanduiding van een
niet-rooms-katholieke partij.
 


7. Het was broodnodig, hard nodig, hoog(st)nodig, dringend nodig. Een wijer is een moeras, een rawah ook, net als een donk en een goor. Daarin leven helofyten [moerasplanten]. Op een oeteldonk [droge plek moeras] leven kikkers. Het gillesdelatourette(syndroom) (tourette(syndroom), syndroom van Gilles de la Tourette, ) is een neurologische aandoening waarbij de patiënt lijdt aan een tic convulsif [korte, snelle samentrekkingen gelaatszenuwspieren] die gepaard gaat met coördinatiestoornissen, sociale onaangepastheid en dwangmatig napraten (echolalie) en/of dwangmatig gebruik van met name vieze woorden (coprolalie). Glauconiet is een mineraal, glauk [bnw.] zeegroen en een glatik een rijstvogel. Hij is getroebleerd. Troebelen (trubbels) kunnen door troubleshooters worden opgelost. Je moet hen eerst gevangenmaken of -nemen, daarna gevangenhouden. De wedstrijd zou lang gelijk opgaan. De thuispartij scoorde in de mêlee van een scrimmage. De uitpartij zou echter in de extra time gelijkmaken en dus gelijkkomen. 

8. Genâ en vree zij met u. Op generatiegebied heeft VD een omslag gemaakt: de einsteingeneratie, de generatie X (of: generatie nix; de leden ervan zijn nixers) en de generatie Y. Wie nikst, is een nikser. Die voltooid deelwoorden zijn nooit behandeld: geroetsjt, gestretcht, geramsjt, geprivilegieerd, gepluimstrijkt en gepiercet. Mesjogge [gek, zot, dwaas] is iets anders dan gesjochten [arm, de sigaar]. Er was veel stress en gestres. Er was veel geschwärm [gedweep] rond Elvis Presley (zelfs hij had elvisbakkebaarden, net als die Elvislookalike). Het valt voor een gereïncarneerde niet mee om te re-integreren. Deze aardappelen zijn gesauteerd [snel bruin braden]. Heb je die ge-sms'te boodschap ontvangen? Hij hield de biljartballen geserreerd [compact, bijeen]. Als je sophisticated (wereldwijs) bent, heb je sophistication [verfijnd intellect]. Een 'sophisticated lady' kan worden aangeduid als gesofisticeerd (gesofistikeerd), maar sofisticeren is ook iets met suiker en bier of wijn.

9. Een aantal recente werkwoorden zijn: asielshoppen [-hoppen, meer landen], backcasten [niet meer in VD: terugredeneren [GB] vanuit de toekomst], binge-eten (bij vreetbuien), bingen (bingedrinken), (web)cammen, voipen [met VoIP – Voice over Internet Protocol, internettelefonie], voguen [dansen met poses van modellen], zand happen [stof happen], typosquatten [sterk lijkend op andere, domeinnaam registreren], sudokuen, skypen, tomtommen, pilatesen [oefenmethode, ademhaling, etc.], noords wandelen (nordic walking), gsm-parkeren en de-installeren. Verder youtuben, wilfen [What was I Looking For], twitteren, squirten [vrouwen: vocht afscheiden bij orgasme], re-enacten [historische gebeurtenis in scène zetten, naspelen], powerpointen, hyven, hoaxen [nep-e-mails], ftp'en [file transfer protocol], e-werken, bandyen [bandy spelen, soort ijshockey] en blooperen [blunderen]. En ook: winozzen (= wilfen – waar was ik naar op zoek), wiiën [met de Wii], tackelen [met een tackel], swaffelen [vergelijk: tietelen], smirten [flirten bij buiten roken], waterpoloën, jobhunten [actief een baan zoeken], loosgaan [uit z'n dak], DNA-lezen, BBQ'en en backtracken [proces in omgekeerde volgorde]. Ten slotte: afpilsen [laatste pilsje bij stappen], facebooken, omhoogneuken [t.b.v. carrière], squatten [hurken], stylen (kapsel, nagels), texten (sms'en) en viben (vorm van dansen).

10. Aan nieuwe bijvoeglijke naamwoorden vond ik: begeistert [enthousiast], bierschoon [gespoeld glas], boho [zigeunerstijl], broke (bankroet), down the drain (door het putje, gaat verloren), eager [begerig], easy going [gemakkelijk in de omgang], evidencebased [gebaseerd op de wetenschap], goedgeschoold en goed opgeleid, Koranvast [net als: Bijbelvast], mocro (Marokkaan), neukable [niet meer in VD: neukbaar, fuckable], rof (jeugdtaal, van: rough), rood- of geelgeschorst, shock-and-awe [militair: met grote overmacht], wifi (wireless fidelity) en übercool. En ook: tjampoer [gemengd: atjar, saté tjampoer], shariabestendig [niet strijdig met], pissed [erg boos, kwaad], op-de-borst-klopperig, keitegek (kei!), coewl (jeugdtaal, cool) [koe-wəl] en broodarm [straatarm]. Verder: well done (van vlees: doorbakken), on demand (op afroep), kerstig [m.b.t. kerst], high-end (kwalitatief zeer hoogwaardig) en bon chic, bon genre (bcbg – goed geklede Parijzenaar uit de beter kringen). Ten slotte: tryseksueel [uitprobeerder], part of the game [daar kun je niet onderuit],
open-minded [ruimdenkend] en one size [kleding: in één maat].

 
 


zondag 6 mei 2018

1325 Dictee zondag 06 mei 2018 (1): dictee Utrechts Studentendictee 2018 √

Dictee - dictees [1325]

Utrechts Studentendictee 2018

Ons leven morgen (auteur: Peter J. van Dijk)

1. Eerdaags zullen hoogtechnologische ontwikkelingen ons leven een danig gewijzigd perspectief verschaffen. Te denken valt niet alleen aan proliferatie [snelle vermenigvuldiging] via in-vitrogametogenese [VD: vorming van gameten, geslachtscellen], maar ook aan ijlings oprukkende fenomenen als de van de mechatronica afgeleide robotica en bij speculanten getapte cryptovaluta [digitaal geld].

2. Eerdergenoemde ivg [niet in wdb.; ook goed gerekend: IVG, lijkt minder goed, vgl. ivf] doorbreekt de barrières van de eugenetica [ook: eugenese = wetenschappelijk onderzoek naar alle factoren waardoor de erfelijke eigenschappen van het menselijk ras verbeterd zouden kunnen worden]. Louter een huidcel reikt [= helpt, voldoet] om in een lab ei- en zaadcellen te creëren, waarna voor eenieder, hetzij xenofoob [vreemdelingenhater], homoseksueel of co-ouder, hetzij diegenen die copuleren [paren] degoutant [onsmakelijk, walgelijk] vinden of die de solovoortplanting, een meerouderreproductie of het postmenopauzaal moederschap ambiëren, de designbaby's klaarliggen.

3. De sensorische [sensorieel, zintuigen] percepties van robots of androïden [robot] vertaald naar manoeuvres die actuatoren [regelt tempo pacemaker] uitvoeren, kunnen voor plenty toepassingsmogelijkheden worden aangewend: voor de auto-industrie, sondes [onbemand vaartuig] voor het interplanetaire verkeer of diepzeeonderzoek, alsmede voor dieren geïmplanteerd met elektroden die als cyborgs [fantasiewezen, half mens, half machine] fungeren voor het Ministerie van Defensie [instelling!]. Het huishouden en de revalidatie zijn echter ten minste zulke onverzadelijke [onverzadigbaar] spelers op de to-dolijst.

4. Of wat dacht u van een gewaarborgd leven middels cryonica, waarbij men het lichaam invriest opdat het in een later stadium kan wederkeren als een nanobotzwerm, aardig wat comfortabeler dan het orthodoxe lijf. Een prijzig issue dat per bitcoin, litecoin [niet in wdb., ook soort bitcoin] of ethereum [niet in wdb., ook digitaal betaalmiddel] betaald wordt.

5. Ethische en juridische dilemma's liggen op de loer en het vernuftige dataïsme [niet in wdb.: gegevens, data, vs. de mens zoals in humanisme], de sciencefictionachtige elementen en het non-stop gemonitord worden, evenals de onbezorgde pollutie-emissie van de mens die het begrip antropoceen [deel van het ho­lo­ceen (het jongste geologische tijdvak) waar­in de mens invloed heeft (gehad) op het klimaat en het aardsysteem] baarde, doen ons reikhalzend snakken naar humanisme of een vitamine B12-kuur [VD: B12 - 2020: B12!]

6. Onthaastingsgoeroe Hartmut Rosa [Duitse socioloog] pleit derhalve voor een in de wereld staan met kunst, religie en natuur. Een appel aan ons allen om meer te verwijlen te midden van de belle époque [1890-1910], trompe-l'oeils [natuurgetrouwe afbeelding die echt lijkt], de Onze-Lieve-Vrouwekerk, wifivrije zones, de klanken van een partita [suite] voor viola d'amore [met extra, meeklinkende snaren] in F grote terts, of die van de onvolprezen Babeltaal.

 
 




woensdag 2 mei 2018

1324 Dictee woensdag 02 mei 2018 (1): dictee Oefendictee (oud) 518 √

Dictee - dictees [1324]

Het is niet de bedoeling om alle gereviseerde oude oefendictees meteen op de blog te zetten, maar ook 518 was weer een alleraardigste, al zeg ik het zelf. Bijvoorbeeld 519 zal zeker moeten wachten tot integrale beschikbaarstelling!

Dictee 518 (DXVIII) Specialistendictee (18)

1. Vervolg '*ei*ij*': sprei-ijzer, steilewandrijder, treillijn [treklijn, jaaglijn], treiterij, veinzerij, verscheidenlijk, vleierij, vloei-ijzer, zeilijzer [goudsmederij: magneet] en zeilwrijver [boenblok]. De cliffhanger [spanning bij onderbreken film] speelde zich af op de Ierse kliffen. Een clerihew is een gedichtje [aabb] en de ars clericalis is de schrijfkunst. Een clericus (meervoud: clerici) is een geestelijke; dat roept klerikale gedachtestromen op over de klerikale partijen [invloed kerk op staat]. Ik had toen mijn closeste [uitspraak: klooste] relatie ooit. De koksianen worden ook wel 'volgers van de kok' (veeleters) genoemd, maar zijn volgelingen van dominee (afkorting: ds.) Hendrik de Cock uit Ulrum. Het zijn de christelijk-gereformeerden. De high church was de Engelse staatskerk; een non-conformist was daarvan afgescheiden. De coccejanen waren volgelingen van de Leidse hoogleraar Coccejus (Koch – vrijzinnigheid). Een myorrhexis is een spierscheuring. Het Romeinse leger was een cohortenleger [cohort(e): 600 man, onderdeel van een legioen,]. Dat is in comité-generaal [geheime zitting] besloten. Mystère: lang overgordijn [mv. s]. 

2. Een piarist [achter de naam: o.c.s.r. = ordo clericorum regularium scholarum pauperum – niet in wdb. – onderwijs aan arme kinderen] behoort tot een zekere rooms-katholieke orde. Een passionist is lid van de kloostercongregatie van het Heilig Kruis. Deklerikaliseren leidt niet altijd tot antiklerikalisme. De trahison des clercs is het verraad van de intellectuelen. Veel woestijnplanten zijn sclerofyten [sclerofiel = met groot wateraanzuigend vermogen, hydrofiel = wateraantrekkend, waterminnend]. Europa lijdt aan eurosclerose [starre regelgeving Europese eenwording]: dat leidt tot apathie. De clerus (clergé) heeft te veel macht. Met ALS wordt amyotrofische laterale sclerose aangeduid. Gladgeschoren is clean-shaven. Wat zijn cleistogame bloemen? Antwoord: met gesloten knoppen toch vrucht voortbrengen. Ze droeg een cloquéovergooier [ook: cloqué overgooier]. Je zag daar champlevé [verdiept] en cloisonné [verhoogd] email, zo schreef ze in haar e-mail. Dit museum heeft een indrukwekkende Cobra-collectie. De cobbler is een verkoelende drank. Een konzenielje (niet meer in VD) is een cochenille [schildluis]. Cometten is comète [zeker kaartspel] spelen. Bij het maaidorsen wordt er gecombined met een maaidorser. Die heten ook wel maai-dorsmachine. Zij skieden een combiné [afdaling + slalom]. Miscanthus is olifantsgras.

3. De mendicantenorde is een bedelorde. In Friesland wordt niet gezongen: Frisia non cantat. De cantal is een soort van zachte kaas van koemelk. Alençonkant is tuleachtige kant. Een kantjil is een dwerghert. Wat is een lykantroop? Antwoord: een weerwolf. Deze zoutjes hebben een krokant korstje, net als die croque-monsieurs [tosti]. De krokusvakantie zit erop. De Oostkantons [van België] horen er niet echt bij. De pc-fabrikant ging failliet, de trafikant [koopman] vond ander werk. De vakantie-uittocht is voorbij. Het ciré is een gewast [wassen, waste, gewast] (kunst)zijden weefsel. Circonflexes zijn circumflexen [dakje, ook: accents circonflexes, diakritisch teken]. Is er verschil tussen klasseren en classificeren? Nee. Een cito-prestolunch [die gaat cito presto] kun je moeilijk savoureren [met smaak nuttigen]. De camions-citernes [tankwagen] reden voor om de cisternen [regenput] te ledigen. Hij was zo'n civielingenieurstype [civiel ingenieur]. De claressekwekerij [n/s, zoetwatervis] floreerde. En wat houdt declasseren in? Bij voetbal: overspelen! Een cluniacenzer is monnik van de congregatie van Cluny. De geclusterde statuerestauratie [beeldhouwwerk; geen e uitspreken] verloopt voorspoedig.

4. Ken je de begrippen metaaloxideoppervlak, -weerstand en -afleider? Dit geneesmiddel is in dit geval gecontra-indiceerd [via een tevenaanwijzing]. Consanguien is verwant in den bloede, consanguiniteit is bloedverwantschap. Conquesteren is veroveren, een conquistador een veroveraar. Er werd een captain's dinner (niet in de wdb.) geserveerd. Een condyloma is een wrat. De confuse [verwarde] concubin [minnaar met wie je samenleeft] had het niet meer. De comstockery (genoemd naar Comstock) is het als verwerpelijk afdoen van iedere vorm van censuur, met name die op de literatuur (GB ook: tt). Wat je zegt, dat is Latijn [Chinees, Moffrikaans] voor me. Bij het biljarten kennen we de collébal [vast tegen de band]. Deze
collega-notarissen zijn mijn collegae proximi [naaste collega's, enk.: collega proximus]. Zijn handtekening is een collector's item [verzamelobject]. Hij is collectioneur van coldwavemuziek. Deze whizzkid weet toch het columbo-effect [verliezen alertheid door voorgewende domheid tegenpartij] af te dwingen. Zijn (gaan) ze weer [aan het] comazuipen? [zonder: elliptische zin!] Dit gaskomfoor is comfortabel in het gebruik. Uitleg: commercen is commerce [zeker kaartspel] spelen.


5. Bij committeren vertoon je commitment [betrokkenheid]. Een aanhanger van de Parijse Commune van 1871 wordt communard genoemd. Wat is de (Nederlandse) commanderije van het Heilig Graf (in Jeruzalem)? Antwoord: organisatie van leden van een moderne ridderorde in een bepaald gebied. Uit de commedia dell'arte [kluchtspel, 16e-18e eeuw] kennen we Pantalone, Arlecchino en Colombine. Het meervoud van commilito [wapenbroeder] is commilitones. Hij had compassie [medelijden] met de kompasbedienster. Hij is non compos mentis [niet bij zijn verstand]. Hij lost moeiteloos de complexte vraagstukken op. Dit is een concieze [k] (beknopte) samenvatting. Conchologie (conchyliologie) is schelpenkunde. De comtoise(klok) [hangklok, slingerklok uit de Franche-Comté] loopt gelijk.

6. De conans (primitieve, agressieve, oersterke strijder) zijn genoemd naar Conan de barbaar. Ik neem dat compotetje [als de e gelezen wordt, moet je dat schrijven; zeker goed is - VD - compoteje zonder uitgesproken sjwa – oo/oh: compoteje]: dat is een compromistje [geen s uitspreken – anders compromisje]! Bij confisqueren van confiscabele goederen vindt confiscatie [inbeslagneming] plaats. De conga is een Cubaanse dans. Gezocht op '*coc*': varicocele [ee, uh] (zakaderbreuk), tacochips (tortillachips), strepto- en stafylococcus [bacteriën], silicocement [dooreengemalen portlandcement en kiezelzand], sacochenverkoper (tassen), rococo-interieur [periode, bouwstijl], ricochetschot (schot waarbij het projectiel ricocheert = een vlak raken en dan opspringen), precociteit (vroegrijpheid), glycocol (glycine), picocurie [eenheid van radioactiviteit], decoct(um) (afkooksel), crambe repetita (crambe recocta, crambe bis cocta: opgewarmde kost, oude koek), coco (cocaïne), cocufiëren ((van echtgenoten) bedriegen), cocotte (vrouw van lichte zeden), cockneys die het Cockneydialect spreken, een cochleair implantaat is een inwendige gehoorprothese, cochlea (slakkenhuis), cochenille-inkt (rode drukkersinkt), cocaïniste en het (kokette = behaagziek, ijdel,) cocasse [zot, koddig] meisje.

7. Het COC was oorspronkelijk het Cultuur- en Ontspanningscentrum [nu: NVIH-COC: Nederlandse Vereniging tot Integratie van Homoseksualiteit – Cultuur- en Ontspanningscentrum]. Ik wil coca-cola [vero ook wel: coca] en geen coca [cocaïne]. Het ascocarp is het vruchtlichaam van de zakjeszwammen (antoniem: basidiocarp, vruchtlichaam van de steeltjeszwammen). Gezocht op '*dow*': windowdressing [mooier voorstellen dan de werkelijkheid], ups en downs ,ups-and-downs [let op de uitspraak], top-down (en bottom-up), sandow (spierversterkend toestel), pseudowetenschappelijk, dropdown (uitklapbaar keuzemenu), down-under (in Australië, etc.), downtown ((in de) binnenstad), down-to-earth (met beide benen op de grond), down the drain (door het putje), Downing Street, een downie lijdt aan het downsyndroom (syndroom van Down), downer (roesmiddel met een verdovende werking, antoniem: upper), Dow-Jones(index), de coolingdown [t.o. warming-up] en basedow (de ziekte van Basedow – overmatige schildklierwerking). Wat is downdaten [relatie van vrouw met sociaal lagere]? Downhill is bergaf, van de berg af, omlaag skaten. Ze gaan er eens uitvliegen [uitstapje maken].

8. De kinderen beginnen uit te vliegen. Gezocht op '*wod'*': wodanseik, de madiwodo (de agenda), vwo-diploma, het WODC (Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum (van het Ministerie van Justitie)), wodka en woiwode (bestuurder Poolse provincie). Zittend in de zodiac [rubberboot] kon je de zodiak [dierenriem] goed zien. Gezocht op '*yod*': bodyodour [lijfgeur], embryodonatie [afstaan van een embryo, overgeschoten uit de reageerbuis] en pyodermie (etterige huidontsteking). Gezocht op '*xod*': een exodus (uittocht), hexode (elektronenbuis met zes elektroden) en loxodroom (kromme lijn op aarde die alle meridianen onder eenzelfde hoek snijdt). Avodiré is een tropische houtsoort. Dat is echter niet zo, dat is niet waar: quod non! Quod licet: wat geoorloofd is. Een quodlibet is een mengelmoes, een potpourri. Quod absurdum: hetgeen ongerijmd zou zijn. Male quidem: erg genoeg dat het zo is (ook: male quod sic). In duodecimo is een drukkersterm [kleinste boekformaat van 12 bladen (of 24 pagina's per vel)].

9. VOD is video on demand. Het duodenum is de twaalfvingerige darm. Een glyptodon(t) is een reuzengordeldier. Een kartodroom is een skelterbaan en nematoden zijn rondwormen. De toddik [vuilak, smeerpoets, niet meer in VD] dronk toddy [koude grog zonder suiker]. Mijn ene buurman is himmelhoch jauchzend (euforisch, zeer enthousiast: pasgetrouwd), de andere zum Tode betrübt (diepbedroefd: kind verloren). Mijn to-dolijstje (woordgroep 'to do' – let op: athomegevoel) is up-to-date. De rapsode [rondtrekkende volkszanger] bracht een rapsodie [mengelmoes] ten gehore. Hij wil een whisky-soda. Deze kamer moet gedesodoriseerd [ontdoen van onaangename geur] worden. Podo-orthesiologie is een alternatieve vorm van podotherapie. Wat is podcasten? Antwoord: audiobestanden voor internet maken en beschikbaar stellen. Om ramsj [boeken tegen afbraakprijs] te voorkomen, kun je POD (printing on demand) toepassen. Een olla podrida is een allegaartje. Hij heeft een iPodduim (GB ook: ipodduim). Hij sprak ex (ook: de) tripode dictum: in orakeltaal. Cefalopoden zijn koppotige weekdieren of inktvissen. Een capodastro is een barréklem [snaren gitaar verkorten]. Een mooi voorbeeld van een epanodos [herhaling zin in omgekeerde volgorde] is: de Heer prijs ik, ik prijs de Heer. De aron hakodesj is de heilige ark in de synagoge.

10. Hebben e-papa's en e-mama's e-kinderen [telewerken, e-werken]? Een cynodroom [s] is een hondenrenbaan. Een voorbeeld van arachnodactylie [lange, dunne vingers, ranke bouw] was de vroegere tv-presentator Pierre Jansen (kunstprogramma). Is die slijkklodder opzettelijk gegooid? De Lodewijkstijl: oké, maar welke dan? In Finland vind je veel loddenvisserij [zalm]. We onderscheiden de kam-, nijl- en moeraskrokodil. Jodhpurs zijn een rijbroek. Kijk: wateraffodil [beenbreek] en affodillelie bijeen, en een oleoduct [pijpleiding]! Hij is codille [verloren].
 

 
 


dinsdag 1 mei 2018

1323 Dictee dinsdag 01 mei 2018 (4): dictee Oefendictee (oud) 515 √

Dictee - dictees [1323]

Ook Oefendictee 515 (oud) verdient het om gezien, gelezen, gedicteerd en herhaald te worden.

Dictee 515 (DXV) Specialistendictee (15)

1. Gezocht op '*ui' (selectie): horror vacui (de afschuw der natuur van het ledige), socii individui (onafscheidelijke genoten), zee-ui [zeeajuin], heui (groet), meui (moei = tante, beide niet meer in VD, net als meu en meuje), feng shui (zekere Chinese kunst), zaaiui [ant.: pootui], malgré lui (tegen wil en dank), ennui (verveling), point d'appui (steunpunt), quasi umbra persequi (iemand volgen als zijn schaduw), Kamper ui (kamperui), compos sui (zichzelf meester) en in sudore vultus tui (in het zweet uws aanschijns). Gezocht op '*vi': peccavi (ik heb gezondigd), kokkelevi (kuifleeuwerik), in brevi (binnenkort), manu brevi (brevi manu: zonder omhaal), dividivi (peulen), het KIvI [NL: Koninklijk Instituut van Ingenieurs] en de uvi (uitvoeringsinstantie – zoals GAK, GSD, GUO, SFB, USZO en UWV). Gezocht op '*wi': Kawi (Oudjavaans, taal), wewi (wetenschapswinkel) en kiwi (vogel, vrucht). Gezocht op '*xi': in praxi (in de praktijk), flexi (flexwerker), dixi (formule beëindiging rede) en buxi (combinatie van bus en taxi). Restant op '*zi': nazi [nationaalsocialist], lazzi (mv., kwinkslagen), uzi [machinepistool, ook schot voor schot] en jacuzzi [bubbelbad].

2. Waarom heet bilzekruid ook malwillempjeskruid? Vanwege giftigheid? In België waren tripartites, tripartiete regeringen, gebruikelijk. Dit bedrijf heeft te veel bleeders [verlieslijdende onderdelen]. De blanc-bec [melkmuil, lafbek] genoot zichtbaar van het blanc-manger [nagerecht]. De witte verf was vergeven van de blanc fixe [kunstmatig bariumsulfaat]. Black boxes (GB, VD: vluchtrecorder; Ned. box - boxen) zijn oranje. Bordeauxse pap wordt ook aangeduid met bouillie bordelaise; verwar het niet met soepvlees uit één stuk, bouilli. Hij zou het bijdehandste jongetje bij de hand nemen. De bijbehorende landerijen zullen erbij horen. De verf was afgebeten. De huiseigenaar zou bij de afrekening flink van zich af bijten. In een
bijna-thuishuis (!) heb je al gauw een bijna-doodervaring (bde). Toen de comicus quasi bijkwam uit de verdoving, zouden we niet meer bijkomen van het lachen. Eentje oké, maar twee billets-doux [liefdesbrieven]? Hij droeg een billentikker [kort jasje] en ging met de billenwagen [te voet]. Op het billboard [groot reclamebord] werden bilborden [ankervoering] te koop aangeboden.


3. Het bird's eye view (!) [vogelperspectief] van de roman werd gepresenteerd. Dit is vlees met bite [mondgevoel, pittigheid]. Het was in- en in-, ijs- en ijs- en steenkoud, zeg maar bitter koud. Aan blanquette komt roux te pas (een blanket is trouwens een peer). Veel koeien heten Blaar of Bles, veel hondjes Fikkie, Mops of Blom. Vorige week vluchtten zij halsoverkop. De SEH is de Spoedeisende Hulp en daar werken SEH-artsen. Die vader-zoonrelatie is danig verstoord. Bijna-geld [op korte termijn te gelde te maken producten] is near money. Patchoeliolie [kruid van de lipbloemen] is goed voor het vrijgebeuren [krachtig erotiserend dus]. Hij savoureert [met smaak nuttigen] teppanyakigerechten (Japans, niet te verwarren met teriyaki, sukiyaki en souvlaki). Hij lust graag doppertjes (doperwten). Het synoniem van 'mouches volantes' is 'muscae volitantes' [zwarte vlekjes, oog]. Deze kwalificatie is qua context slecht getimed. De man had een tijdelijke breakdown [geestelijke inzinking], maar leefde op toen zijn basketbalploeg de wedstrijd met een geslaagde break-out [uitbraak, tegenaanval] winnend afrondde.

4. Ze kreeg een letale [dodelijk] dosis gif. Zijn (wenk)brauwen [brauw, brauwe] waren nogal harig. Een brave crillon is een apostrof [aanspraak] aan een strijdmakker. Hij had bühneangst [Ned.: n/s]. Waarom moet ik bij høken [uit zijn dak gaan] toch altijd aan brønstedzuur [moleculen kunnen een proton afstaan aan een base] denken? In de brousse [jungle] moet je jezelf vaak behelpen met een broes [sproeier, douchekop]. In de brocante [znw.], (deels in cijfers:) die 2e-handswinkel [anders ook: tweedehandswinkel of tweedehands winkel] verkochten ze ook broccatello [een marmersoort]. Ik voel me bluesy [bloe-zie] [melancholiek, bluesmuziek]. De dakgoot had een buitenboeiing (boeiboord(en)). In de overvliegende Boeing 747 vond de boeiing [het boeien] van een terrorist plaats. Je gebruikt odeur tegen de bodyodour [oo-dər] (lichaamsgeur, lijflucht]. Vanwege de vele bonussen leefde de man nu in bonis [gegoed, welgesteld]. Samen verorberden ze twee bombes glacées [ook bombe: bij banketbakkers, halfbol ijsgerecht in twee kleuren]. Naast de bocconia [siertuinplant] stonden begonia's [scheefblad. idem]. Het bleue [bedeesd, schuchter, timide] meisje en haar nog blodere zus walgden van Danish blue [blauwgeaderde schimmelkaas]. Een blinde daas is een blindaas [steekvlieg]. Het motto van Dolle Mina [de beweging] en blijf-van-mijn-lijfhuizen is 'blijf van mijn lijf'. Dit drachtige paard komt uit Drachten. Blousons noirs waren nozems.

5. Een BMX is een bicycle motocross. Je hebt al twee bo's [boterham] op. Maar wil je nog een bootje? Een bodhisattva belichaamt een soort uitgesteld boeddhaschap (het nirwana). Niet alle Stanfriezen spreken zowel Boeren- als Stadsfries. In de boekerij stonden vele boekenrijen. Hij en zij droegen beiden een boernoe [ook: boernoes, Arabische ruime lange mantel, mv. boernoesen]. De geur van het bloemenboeket en het bouquet van de wijn bedwelmden hem bijkans. Hij lijdt aan een
ik-complex. Was da kreucht und fleucht, wat daar kruipt en vliegt. Een copepode is een roeipootkreeftje, een langoustine is een nieroogkreeft en kreeften eet ik à la nage [in het kookvocht opgediend]. Deze wijk is gebouwd in de stijl van de Nieuwe Truttigheid.


6. Toppunt van decadentie: een truttemie [truttig meisje] in een truttenschudder [DAF, DAF'je]. Hij truutte [schertsen, flauwe grappen] en maakte dus een truterij [flauwe grap, scherts]. Gezocht op '*zy': crazy [gek, dol], fuzzy [vaag], jazzy [jazzachtig], dizzy [duizelig] en feedingfrenzy (honger naar nieuws, leidt tot 'opblazen' ervan). Op '*xy': acetoxy [organisch-chemische groep], hydroperoxy [idem], methoxy [idem] en ethoxy [idem], alkoxy (eenwaardige zuurstofhoudende alifatische radicalen), epoxy(hars), proxy (hulpprogramma, vergelijk firewall) en sexy (met veel sexappeal). Showy is opzichtig. Op '*vy': groovy (met herhalende muziek), heavy [zwaarwichtig, emotioneel beladen], navy [marineblauw] en de kooi van Davy (lampenkooi, daviaan, daviaanlamp). Op '*uy': badguy, goodguy, GUY (op motorrijtuigen Guyana), uy (internetadressen Uruguay), UY (landcode) en wiseguy [denkt alles beter te weten]. Op '*ty' (selectie): afterparty, arty [pretentieus kunstzinnig], celebrity [beroemdheid, ook: celeb], civil society [de burgerlijke cultuur], commodity [grondstof voor verwerkende industrie], community [groep mensen met verwante interesses], corporate identity [corporate image, beeld van een onderneming], employability [(flexibele) inzet van werknemers], de kansen staan fiftyfifty [voor ieder de helft], free publicity [gratis reclame, via de media], high fidelity (hifi – getrouwe geluidsweergave), high society (beau monde, upper ten, elite), moiety (een van de twee exogame onderdelen van een stam), nifty [handig, slim , met aantrekkelijk uiterlijk], nifty fifty [aandelen New York], novelty [nieuwtje, snufje], permissive society [waarin (te) veel getolereerd wordt] en
quick-and-dirty [snel, mindere kwaliteit, goedkoop].


7. Ook: royalty [voor schrijver boek], shanty [gangspillied], shitty [lullig, waardeloos], the victim of connubiality (het slachtoffer der trouwerij), varsity [roeiwedstrijd], videonasty [hard pornografische videofilm], virtual reality (cyberspace), warranty [toezegging verzekerde aan verzekeraar], working majority [in parlement] en zloty (de Poolse munt – PLN). Op '*sy': classy [stijl hebbend], cosy [theemuts], daisy [biscuit met madeliefje], ecstasy (lovedrug, liefdespil, xtc), fantasy [kunststijl film, lit(t)eratuur], gipsy [zigeuner], glossy [chic tijdschrift], sissy [homo, slappeling], so easy [knijpbril, geen randen om glazen], speakeasy [clandestiene drankgelegenheid], stressy [stresserend], sy (internet Syrië), SY (landcode Syrië), teacosy [theemuts], the very pink of courtesy (het toonbeeld van beleefdheid) en tipsy [licht dronken, aangeschoten]. Op '*ry' (selectie): alt.country [moderne muziek – met country], ariary [munt Madagaskar, MGA], better safe than sorry [het zekere voor het onzekere – nemen], (but) that's another story [maar dat is een ander verhaal], captain of industry [topman bedrijfsleven], cattery [kattenfokkerij], cash-and-carry [zelfbedieningsgroothandel], comstockery [zedenmeesterij t.a.v. lit(t)eratuur], cranberry [(vrucht) lepeltjesheide], crosscountry [veldrit], curry [kerrie(saus)], dirty harry [rouwdouw, rouwdanus – GB ook: rauwdouwer en rouwdouwer], dory [open roeiboot kabeljauwvisserij], gentry [lage adelstand Engeland], God's own country [vinden Amerikanen en Nieuw-Zeelanders van hun eigen land], henry (eenheid van zelfinductie), hickory (notenboom), in een hurry [in haast], lavatory [toilet, wc zonder wasgelegenheid], military [zwaarste onderdeel paardensport], mimicry [camouflage], minor poetry [tweederangspoëzie], mockumentary [mockumentaire = film als documentaire], neverending story [oneindig], nursery [nursing: seksueel verpleegstertje spelen], old glory [oude roem, Amerikaanse vlag], query [informatieverzoek aan een databank], recovery [verkoeverkamer], Rotary, scenery [scenerie, coulissen], short story [kort verhaal, novelle], slurry (schlamm - kolenslik) en een sobstory [tranentrekker].

8. Verder: spread-eagle oratory [bombastische nationalistische retoriek in de VS], scullery [keukentje, kooknis], succes- en suspensestory [GB ook: successstory, suspense = spanning], tapestry (sterke geweven stof), the age of machinery [eeuw van de machines], tilbury [rijtuig: 1 paard twee personen], tory's en whigs [conservatieven en liberalen in Engelse parlement] en wherry (lichte sportroeiboot). Een stoppy [achterwiel in de lucht bij remmen] is het tegenovergestelde van een wheelie [voorwiel in de lucht]. Geef de betekenissen van playboy [versieren vrouwen] en pleeboy [standaard voor wc-rollen]. De b-boy [breakdance-boy] verzamelde dinky toys [speelgoedautootjes]. Geef een definitie van: back-wounding calumny [in de rug wondende laster], holdingcompany [houdstermaatschappij – van aandelen], close harmony [meerstemmige zangstijl, geen mv.], hominy [dikke pap], tawny (port – alternatief: ruby), tiffany [decoratieve jugendstilstijl in de glassierkunst] en de vang van Prony [toestel om mechanische arbeid te meten]. Hoe schrijf je lammy(coat) [mouton retourné(s) = BE: jas van lamsleer met de vacht aan de binnenkant], tommy [Britse soldaat] en slummy mummy [ploetermoeder]? Wat is: royal jelly [koninginnengelei], rockabilly [meng­vorm rock en country], hillbilly [= country], een brouilly [zekere beaujolais] en een grizzlybeer [heel groot]? Met '*ky*' selecteren we: spooky [griezelig, eng], sneaky [gluiperig, uitgekookt], husky [poolhond] en de jansky (afkorting: Jy – eenheid radiostraling). Kiyu is een leerlingengraad bij budo. Met '*hy*' kiezen we: de wet van Murphy [alles wat mis kan gaan, gaat mis], touchy [delicaat, hachelijk], kitschy [kitscherig], flashy [flitsend], dinghy [jol, rubberboot], catchy [goed in het gehoor liggend] en acouchy [staartagoeti].

 
 




1322 Dictee dinsdag 01 mei 2018 (3): Dictee Oefendictee (oud) 513 √

Dictee - dictees [1322]

Ook nummer 513 (oud) lijkt me wel een aardige oefening.

Dictee 513 (DXIII) Specialistendictee (13)

1. Van VD mag je 'andantes' [uhs] en 'andante's' [ees] schrijven [GB: andante (sostenuto) alleen bijw.]. De angstpsychoselijder stond er alleen voor. De hoogkerkelijke vleugel van de anglicaanse kerk hangt het anglokatholicisme aan. De goudsmid paste de ank [gereedschap] aan. Een anonymus is geanonimiseerd. De annapaulownaboom is een zekere sierboom met violette klokvormige bloemen. Ankhs [hengselkruis, sleutelkruis] komen meestal uit Egypte. Een
niet-regerend vorst kan een apanage [toelage uit de staatskas] krijgen. De stopperspil passte (niet: paste!) op de midvoor, zijn vrouw paste op de kleintjes. De leerling-onderwijzeressen, de juffen in spe, zaten op verschillende p.a.'s. Hij sprak de aäronitische zegen over de aronskelk (GB, VD ook aäronskelk) uit. Aryballi zijn oliekruiken. Ascites is buikwaterzucht. Rijke mensen krijgen vast vaak assurélijnen [op wissels, kwitanties] te zien. Als je aan asthenie [zwakte, krachteloosheid] lijdt, ben je niet sthenisch [krachtig, vitaal]. Tegendraads is à rebours. Wat moet een kutvent met een klotewijf, ook als hij al een klotenklapper (-bibber, janlul) is?


2. Gezocht op '*kut*': dat slaat (rijmt) als kut op dirk [nergens op, onzin], kut-Marokkaan, Schubbekutteveen (Lutjebroek), skûtsjesilen (!) en huppelkutje [onnozel, naïef meisje]. De ramboetan [zure vrucht, Nephelium lappaceum] wordt ook apenkloot [soldatentaal] genoemd. Laten we het netjes houden: dat is flamoes [kut, dus]! De hoogrode astrilde is een Australische prachtvink (!), een prachtvogel (!). De badguy had een bad trip [angstig, met lsd =
lysergeenzuurdi-ethylamide]
, de goodguy een goede reis. Een awd is een allwheeldrive, een 4wd is een fourwheeldrive. We sliepen in een B&B (bed and breakfast). Wie heeft er vertrouwen in de ayurvedische (naar het Oudindisch) geneeskunde? Met '*ji' vinden we: DJI (Dienst Justitiële Inrichtingen), hadji (Mekkaganger), djamboe bidji (guave, naast de djamboe monjet), shimeji (beukenzwam), Pompeji en Fiji, basiji (lid van een religieuze jeugdmilitie in Iran), kanji (Japanse schriftsoort), rji (rijksjeugdinrichting) en tji (beek, rivier, in de Soendalanden). Het staat er wel, à la lettre [niet in wdb., avant la letter wel].


3. Naar wie is het babbittmetaal [verrassing: Isaac Babbitt] genoemd? Ze lijkt au vif [sprekend] op haar vieve [vief = kittig] moeder. Wat doet de Autoriteit-FM (de Autoriteit Financiële Markten, de AFM)? Een waterkrachtcentrale is nu eenmaal geen warmte-krachtcentrale! Het Warau is een Zuid-Amerikaanse indianentaal. De ouderenpartij is een one-issuepartij. Hoeveel bajesen telt Nederland? Après coup [achteraf beschouwd] moet ik après tout [after all, tenslotte (!), uiteindelijk – vergelijk de lemma's uiteindelijk en tenslotte eens in VD ...] wel zeggen dat het après-skiën nog het leukste was. Armelui wonen in de armenbuurt en voor hen geldt de armenwet (later de ABW, de Algemene Bijstandswet). Een wadjan (GB, VD ook: wadjang) is een pan voor Indische en Chinese gerechten (wok). De wallebak [zwierbol] zwierde langs de wallenkant. In het warandegebied [jachtterrein, wandeldreef, park – n/s] kon je heel wat waranda's (veranda's) waarnemen. Wasabi is mierikswortelpasta, washi is [Japans: moerbeiboom en hennep] papier en een wasi is een wassing [bad]. 'Wa-aleikum as-salam' [vrede zij met u] is een islamitische groet. Het toegekende weddebedrag [n/s] was karig.

4. Op heksen werd de waterproef uitgevoerd, mijn horloge is waterproof. Gezocht op '*ki' (selectie): ki (kunstmatige intelligentie of inseminatie), aki (overweg met een automatische knipperlichtinstallatie), kaki (stofnaam), souvlaki (Grieks gerecht), maki (aap), koboldmaki (spookdier), beermaki (angwantibo), paki (scheldwoord), raki (Turkse brandewijn), saki (aap met vossenstaart), pirosjki (bij joden pasteitje of broodje), sirtaki (Griekse volksdans), sukiyaki (Japans gerecht), teriyaki (gerecht met soja), takitaki (Sranan, Sranantongo, GB, VD ook Sranang…) teppanyaki (Japanse wijze van voedselbereiding), saloeki (oosterse windhond), reiki (soort van therapie), hiziki (zeewiersoort), oki (openbare kredietinstelling), okidoki [okido: in orde, goed!], paraski (!, combinatie van reuzenslalom en parachutespringen!), hoki (kabeljauwachtige vis), radikalinski (een pseudo-Russische schertsnaam), astatki (residu van Russische petroleum), jetski (waterscooter) en kabuki (traditioneel Japans toneel).

5. De wauwe wind was ons gunstig gezind. De bouzouki is een Grieks snaarinstrument. Een azuki is een adukiboon. Voor 'weed' mag je ook 'wiet' schrijven; wied [SR] is trouwens onkruid. De weesgegroetjes zijn de daadwerkelijke uiting van het Weesgegroet. Een weetniet is een domoor. Komt die plant uit het weichselien [geologisch tijdperk]? Het duurde wekenlang, wel drie weken lang. Een wellington is een koekje of een laars. Wie kan er lenen bij de Wereldbank? De Wereldraad van Kerken bestaat al meer dan 60 jaar [opgericht 1948, Amsterdam]. Een crimineel pleegt wetsschennis. In de whodunit [detective] was de whizzkid [uitblinker, met name met pc] de dader. Met het wiegetouw werd het wiegenkind geplezierd.

6. De heupwijdte was 42 cm (centimeter). Met zijn witgehandschoende hand deelde hij een flinke tik uit. Een wimber is een blauwneus, een vis. De deur stond wijd open. Ik ben in de (ook: the) winningmood. Is die beoogde liaison [verbintenis] wishful thinking [wensdenken]? Het witgatje is een waadvogel. De womanizer was in zijn element met zijn economiser. Je kunt daar zachts [gemakkelijk, allicht] heengaan [vertrekken, sterven – heengaan = naartoe gaan]. Hij was expert in zakendoen, vooral in goede zaken doen. Een zambo is een kind van een neger en een indiaanse vrouw. Zonder merk spreek je van een wordprocessor, met merk van een Wordprocessor. Een wouter wordt in de bouw gebruikt [woutermannetje, wouterlatje], maar kan ook een Vlaamse gaai zijn. Wat iemand wrochtte, was een kwestie van kunst of van kunde. Xanthine is 2,6-dihydroxypurine, een organische stof. Een kleine i-grec is een y'je [i-grecje, VD uitspraak: 'ie-grèhk-jə' of GB: uitspraak: 'eitje' van y'tje]. Blijf leren: een yuccamot zal wel op de yucca [sierplant], maar niet in yuca [maniok] zitten! Het ypresien is een geologisch tijdperk, yperiet (ypriet) is mosterdgas (komt van: Ieper).

7. De windkracht is 9 op de schaal van Beaufort (beaufortschaal, afgekort: 9 Bft). Toen de lading avodiré [tropische houtsoort] niet aankwam, zat hij lelijk in de puree. Zoek de onjuiste hoofdletter in lemma 'gebruiken' (nu -2018 – wel: avondmaal)! Is azijn pissen (dat doet een azijnpisser) een vorm van azijnmaken? Het aubadegeluid was hinderlijk. Het barricadegevecht bleef onbeslist volgens de balladeschrijver. Hij at genadebrood. Leibniz was de vader van het monadensysteem. De bagatelle-uitvoering was beslist geen bagatellenkwestie. Hij was lid van een beambten- en bediendebond. Ik voel mij at home, ik heb een athomegevoel (woordgroep, net als
to-dolijstje – blijft dat zo? – 2020: ja, maar dus wel athomegevoel - GB)
. De augiet [colofoniumsteen] en de attiek [attica, staand vlak] waren ware attracties. De a.u.b.'s en d.u.w.'s waren niet van de lucht. Je zult je Attische dialect maar kruiden met Attisch (!) zout [alleen: een attische opmerking]! Welk attosecondeaantal is een honderdjarige (100-jarige) oud? Helpt de pannenset als de autopanneset nodig is? Ze brabbelden Aussie-Engels en Ossiduits (TH - wel of niet klinkerbotsing!).


8. Heb jij die azimutale [van of volgens het azimut] meting gedaan? Is zenegroen groen? Nee, een plant! Zerpheid is scherpte. Het vreemde woord voor ziekteleer is pathologie of nosologie. Dit zinnespel was zinnenstrelend. Hij was zielsalleen en zielsbedroefd. In dit geval gedroeg hij zich hartgrondig hardvochtig. De Z-kaart is de meerrittenkaart van de Belgische buurtspoorwegen die ingevoerd werd samen met het zonetarief. Zuurtjes sabbelde hij op zijn zuurtjes. Je moet daarvoor wel zorg dragen. Zodiakaal is de zodiak [dierenriem] betreffend. Gezocht op '*li' (een selectie): ikan bali (Indonesisch visgerecht), Bengali (Indische taal), alibiali [(positie voor) allochtoon om zogenaamd discriminatie te vermijden], jali (griot), ferro- en ferricyaankali, hallali (jagerskreet), in originali (in handschrift), Pali (heilige taal uit Zuidoost-Azië), in thesi generali (in het algemeen), tali (touw, koord, snoer), lultali (veldtelefoon), Divali (lichtjesfeest), dobli (dode- en blindehoekspiegel: hij zag een doblo ...) en scala caeli (jakobsladder).

9. Ook: Israëli, deli (tabak uit Deli), sub tecto coeli (onder de blote hemel), patchoeli [kruid uit lipbloemenfamilie] en pakoeli [loofboom], in omni scibili (in scibilibus, op alle gebieden thuis), Swahili (Bantoetaal), citybag is een simili-Engels woord, sedes belli (strijdtoneel), casus belli (onmiddellijke aanleiding tot oorlog), een buis van Torricelli [barometer, de torr is een zekere eenheid], ocelli (pauwenogen), spirelli (pasta in spiraalvormpjes), loco sigilli (in plaats van het zegel), fusilli (pasta), bouilli (soepvlees, maar: bouillie bordelaise), pulli (pull, pullover), tripoli (tripel, uit Tripoli), carnaroli (rijst), marli (weefsel), oculi (vierde zondag voor Pasen), frusta Herculi (vechten tegen de bierkaai), salus populi (welzijn van het volk), faex populi (het gepeupel), vox populi (stem des volks) en lapis lazuli (lazuursteen). Een (hals)ketting kan een D-vormige sluiting hebben. Wat ben jij een azijnzeiker, zeg! Druzen (droezen) zijn lid van een volk en religieuze sekte met elementen van christendom en islam in Libanon en Syrië.

10. Batee midrasj [enk.: beet midrasj] zijn leerhuizen, gewijd aan de Thorastudie. Hij beiaardt al volleerd. Uit de baaierd of chaos is de wereld geschapen. Het epos werd per e-post verstuurd. Van het warmetruiengezelschap was hij het bloodst [blo(de) = laf – bloder] van al. Het besjrieën [te veel goeds zeggen] kan boze geesten oproepen. Hij dronk beiers, Beiers bier. Een bepaald type circovirus veroorzaakt bek-en-veerrot [= snavel-en-veerrot]. Balebale's [aa, ee] zijn rustbanken. In Zuid-Afrika woonden de Bantoes (met hun bantuknots!) in bantoestans. De Bhutanese droop af. De banyans (baniaanbomen, banianebomen – heilige boom in India) vormen steltwortels.