zaterdag 30 mei 2020

1888 Dictee zondag 31-05-2020 (1) - dictee Wekelijkse dicteetest 104 RL √

Dictee - dictees [1888]

Wekelijkse dicteetest 104 RL [elke zondag] 

Welk van de 3 antwoorden is juist? 
Oplossingen: hieronder! 
Bron: Oefendictee (oud) 604 

1. ……………. (delfstof) is een roodbruine
allanietvariëteit en ……………. een limonadedrank. 
a. Serien                            serise  
b. Cerine                            cerise 
c. Cerien                            cerise  

2. In zijn …………… nam hij een ……………. 
a. blootje                          sterrenette
b. blo'tje                           sterrenette 
c. blootje                          sterrenet 

3. Ik doe aan …………… en mijn neef ………………. ook. 
a. tai chi                       tai chiet 
b. tai-chi                       tai-chiet 
c. tai chi                       tai-chiet

4. Aan boord aten we …………… (ook: ……………...). 
a. lapskous                     labkous 
b. labskous                     lapkous 
c. lapskous                     lapkous 

5. Labradorsteen is de handelsnaam van het ………... (…………….). 
a. augietsieniet             changant 
b. augietsyeniet            changeant 
c. augietsieniet             changeant 

6. De …………. van Italië is het 

……………… Schiereiland. 

a. Laars                     Apenijns

b. laars                      Apennijns 

c. Laars                     Apennijns 


7. Hij leidde een ……………….. (bnw.: 

ingetogen, …………...) leven. 

a. laidback                   relaxt 

b. laidback                   relaxed

c. letback                     relaxed 


8. Jeugddiabetes is …………..

………………….. diabetes mellitus

a. IADM                        insulineafhankelijke 

b. iadm                         insuline afhankelijke 

c. iadm                         insulineafhankelijke 


9. Een sulletje is een …………..; de 

………………… van de liefde is het ijs. 

a. sullenpiet                sullebaan 

b. sullepiet                  sullebaan 

c. sullenpiet                sullenbaan


10. Er zijn ……………….. wegen en

…………………. recepten.

a. onbereidbare                  onbereidbare

b. onberijdbare                   onberijdbare

c. onberijdbare                   onbereidbare



Oplossingen [104]: zie hieronder.


-----------------------------------------------------


Oplossingen [104]

1c 2c 3c 4b 5b 6b 7b 8a 9a 10c



Contact: leentfaarrein@gmail.com





dinsdag 26 mei 2020

1887 Dictee dinsdag 26 mei 2020 (1) dictee Oefendictee mei 2020 (7) √

Dictee - dictees [1887]

Oefendictee mei 2020 (7)

1. Het resultaat van morfen is een morph: een digitaal gemanipuleerde foto. Nieuwe update oVD 24 mei 2020: 388. 830 lemma’s (was 388.727). Delier is de populaire vorm van delirium: een verwarde psychische toestand bv. bij ziekenhuisopname. Het delirium tremens is het gevolg van overmatig alcoholgebruik (of juist het stoppen daarmee). Een terminaal delier is de toestand van verwardheid, angst en onrust die kan optreden als het levenseinde nadert. De afkorting r. kan rechts betekenen maar ook folio recto (ro), de voorzijde van een blad (in een opengeslagen boek: rechts). Het antoniem is folio verso (vo, links dus). We kennen de Hoge Raad van Adel en de REA (Raad voor Economische Aangelegenheden – VD: r is fout). Het rabarberen refereert aan het geluid van een volksmenigte. Houden die rabbi’s echt rabbies?

2. Die rabauwen van bouwvakkers waren keien in het nabouwen (en ook: nabauwen). De rabide hond met rabiës ging rabiaat tekeer tegen de zije sok die aan rabies theologorum leed. Op het raccrochement kom je via een raccordement. Met een racemaat kun je niet samen racen en het racemus kan niet vliegen. Rachitis is de Engelse ziekte of morbus anglicus. Uit Indië kennen we de titels raden adipati en
raden-ajoe. Met een raderwieltje kun je raderen. Gelukkig is dat radicitus uitgeroeid. Radicchio [raa-dih-kie-joo] is rode sla. Heb jij echt zelf nog Radio Oranje beluisterd? De radiocauserie was op een
radio-cassetterecorder opgenomen. Met RFID wordt
r
adiofrequentie-identificatie bedoeld. Een radkaart is een T-kaart (Middellandse Zee en Nijl). Een radvenster is een roosraam. De prijs van die rachels was een flinke raggel. Een railleur [ree-leur] maakt tramrails schoon. Raita is een bijgerecht uit de Indiase keuken. Een rakhi is een versierde armband, raki, die drink je.


3. Met ‘rakketakketak’ boots je een mitrailleur na. De ramen (gmv.) is Japanse maaltijdsoep met noedels van tarwe. Gaan jullie basketten vanmiddag, dus niet batikken en daarbij grinniken? Ik schrok me het apezuur, toen er ineens een ramboetan of apenkloot op tafel lag. In een ramequin bereidt hij crème brûlée. Het geluid van een trommel boots je na met ramplan(plan). De gemalin van Aegir (Germaanse mythologie) heet Ran. Rance [rahn-suh] is een marmersoort. Een rancher(o) [reen-tsjuhr, rahn-tsjee-roo] woont op een ranch(o) [idem] en luistert naar ranchera [ah], een Mexicaanse muziekstijl. Alles buiten de Randstad heet Randland. Rangoli is een Indiase kunstvorm. Ranken [èh] is op of tot een ranglijst schikken (vgl. ranking). Je weet het: raout [raa-oet] is rout [raut]. Ranten [èh] is tieren (tekeergaan).

4. Rapamycine is sirolimus. Grappig, zo’n dialectrapper (mc). Een raptor, largitor is iemand die tegelijk gierig en verkwistend is. Ra/oskolniken hoeven nog geen raspoetin te zijn. Een rastaquouère is een exotisch heerschap. Met een rastraal teken je notenbalken. Een rateau is het harkje van de croupier. De rattachisten wilden Wallonië bij Frankrijk. In het Bargoens zeggen ze rausjen tegen rauzen. Raven is deelnemen aan een rave [beide ee]. Een rawah is een moeras, een sawa een (nat) rijstveld. Een raw foodie eet raw food en is een rawfoodeter. Een Razzie is een Golden Raspberry Award en geen Oscar (Academy Award). Hij is razendsnel en razend knap. Tussenwerpsel (selectie, u,v,w,x,y,z): uche-uche, uh (eh), uhm (ehm, euhm), verdijd, verdju, verdulleme, vergeme(s), vergimme(s), vernonde, voilà, vroem, wablief(t), wajo (straattaal, Marokkaans, verbazing), warend/tig (waarachtig), watskeburt, wazzup, wham, whatever, what the fuck, woep(ie), woeps, xxx = kusjes, yep, yo, zág, kaerel, zoef, zulle, zzz (zoemend geluid), you name it en who cares?

5. Idem (a, b, c, d, e, f): a(a)rgh, adé, adie, adieu, adios, afijn (enfin), ah, aha, ahoe, ahoi, ahum, ai, ajakkert, ajasses, ajakkes, ajakkie, aju, ajuus, ajuussies, akkebah, alla, allee, allemachtig, allemachies, allo, allons, alstu, amai, amehoela, ammehoela, ammenoela, ammenooitniet, arrejakkes, asje, awel, awoert, babbeldebabbel, blablabla, bijlo, bilo, bis, bliep, bloeb, blub, blurp, boing, boink, br, brr, burp(s), een blurbtekst, bye, ça va, cheerio, cheers, chet(sie), chut (sst), ciao, dáág, dei, di boni (goeie goden!), dii boni (schrik), dju, doe(g), (doe)(i)doei, duh, ebbe ebbe debbe, efkes, elias, emmie, eureka, evoë, ewa (Marokkaans: hoe is het), fak(king), fuck, fawaka (hoe gaat het?), finito (basta), foei, foert (bekijk het maar), fok(king), forza (sport, aanmoediging), fuck it, fuck off, fuck you, floep, abuis, apprepo en à propos.

6. De ROB (fout VD) is de Raad voor het Openbaar Bestuur, de Rbb (correct zo) is (historisch) de Raad voor het Binnenlands Bestuur. Een RBT is in NL een recherchebijstandsteam. De rc of rico is de richtingscoëfficiënt van een rechte lijn in een XOY-assenstelsel. Een radiaal kort je af met rd of rad. De RCC is de Reclamecodecommissie. De RDW is in NL de Rijksdienst voor het Wegverkeer. De REA is in NL de Raad voor Economische Aangelegenheden. Een read-only bestand is alleen-lezen. Ik kijk graag reality(-tv). Bij realtime chatten ben je afhankelijk van de real time van de computer. Rebadgen doe je met hetzelfde product onder een andere naam of een ander merk [vgl. rebranding – ie]. Op een rebec kun je rebetika spelen. In 2007 begon de Grote Recessie. Recht door zee gaan is iets anders dan rechtdoorzee zijn. Hij is echt een rechtsmens. Recirculeren is recycleren of recyclen. Hopelijk is die reclassent reclasseerbaar. Een recolle(c)t is een franciscaan. Een recluse is ingemetseld. Een reco is een reconstructie. Récompense: recompensie.

7. Recu(u)p is herstelverlof. Het red cedar is duurzaam bouwmateriaal. Die prater is rederijk. Redox staat voor reductieoxidatie. Een red snapper of rode snapper is een zeevis. Is dat de nieuwe James Bond redux? Een reductio ad Hitlerum is gemakkelijk een drogreden. Een ref is een referee. Die re-educatie is reëel nodig. Een reefer is een marihuanasigaret. Tussenwerpsel (g, h, i, j): gaap, gad(sie), gak, gefeli, genacht, genavend, genavond, godmiljaar, godsammekrakepitte, goei, goh, gom(mie), grut(jes), grote grutten, hadie, hai, hoi, hap-slik-weg, hebbes, hei(a), hela(ba), heui, hoei, hoepla, hoepsasa, holadijee, hopfalderiere, hopla, hopsa, houdoe, hup, hupla, huppekee, ieuw (afkeer, walging), jak, jakkie, jakkes, jee, jees, jeetje, jippie, joehoe, joepie, joh, jottem, ju, just in case en juistem.

8. Tussenwerpsel (k, l, m, n, o, p, q, r, s, t): kaasje, klikklak, klots, knots-boem, ks(t), labberdepoepie, laci, lekko (Engels: let go), less is more, ma foi (beslist), mehoela, mind you, mjam(mie), mmm, mwah, nada, niente, neu, nolijeheine, njet, no way, oeps, oef, oeh(oe), okidoki, olie (mis – bij kegelen), oudoe, pardoes, pats-boem, perdoes, peu nerveux, pf, pfoe, pfiew, pioew, ploing, plopperdeplop, poe-ee, poeh, poelepoele, potztausend, props, propz (respect), pst, puh, qué,
qui-va-là, rakketakketak, retteketet, rinkeldekink, roeftem, rrrt, sa, sakkerloot, salu(u)t, saluutjes, salve, sanitas, sansodemelatafel, santé, santjes, sapperdeflap, sapristi, schluss, shit (happens), shoot (= chips), si en la (zus en zo), sjonge(s), skol, sliepuit, snotverdikkeme, sodeju, soedah (laat maar), so what, sst, suja, tada, tararaboemdijee, tata, tfoe, tiens (verbazing), tjeempie, tjeminee, tjoeketjoeke, tjonge, tjongen, tjonges, tjuus, toedeloe, toedeledokie, toppiejoppie, trarara (trompet), trusten, tsa, tsjakka, tut, tuurlijk en een twexit is het stoppen met twitteren.
 
 


zaterdag 23 mei 2020

1886 Dictee zondag 24-05-2020 (1) - dictee Wekelijkse dicteetest 103 RL √

Dictee - dictees [1886]

Wekelijkse dicteetest 103 RL [elke zondag]

Welk van de 3 antwoorden is juist?
Oplossingen: hieronder!
Bron: Oefendictee (oud) 603

1. ..……………… en …………………… zijn kruisbeschermers
a. Toques                                      zoeaven
b. Tocs                                          zouaven
c. Tocs                                          zoeaven

2. In de ………………. stond een voormalig …………………....
a. kruithof                                         kruithuis
b. kruidhof                                        kruithuis
c. kruidhof                                        kruidhuis

3. Kruimeldeeg is …………………….. en geen ……………….. 
foie gras.
a. pâte brisé                                                pâté
b. pâte brisée                                              pâté
c. pate brisée                                              pâtée

4. Een ………………. is een versterkt woestijndorp van de
………………...
a. ksar                                         Imazighen
b. ksahr                                       Imazighen
c. ksaar                                        Imazigen

5. In Zweden houden ze van het ……………..: is dat
…………………...?
a. kupspel                                             rummikubben
b. kubspel                                             rummikubben
c. kubbspel                                           rummikuppen

6. De hanen ………………………....
a. kukelekueden
b. kukelekuudden
c. kukelekuden

7. …………………. doe je in een ……………………..
a. Kuren                                    kürhaus
b. Kuren                                    kurhaus
c. Küren                                    kürhaus

8. Waarom schrijven we '……………..' en '……………...' zo?
a. kurkentrekker                                   kurkenstrik
b. kurketrekker                                     kurkestrik
c. kurkentrekker                                   kurkestrik

9. Om de ………………… te handhaven, moet je op je
………………… zijn.
a. status-quo                                     qui-vive
b. status quo                                     qui-vive
c. status quo                                     qui vive

10. Een …………………. is een ……………………… (0, 1, beide
of ertussenin).
a. qubit                                       quantumbit
b. cuebit                                     kwantumbit
c. qubit                                       kwantumbit 

Oplossingen [103]: zie hieronder.

-----------------------------------------------------------------------------------------

Oplossingen [103]
1a 2b 3b 4a 5c 6c 7b 8c 9b 10c

Contact: leentfaarrein@gmail.com



vrijdag 22 mei 2020

1885 Dictee vrijdag 22 mei 2020 (1) dictee Oefendictee mei 2020 (6) √

Dictee - dictees [1885]

Oefendictee mei 2020 (6)

1. Wat hebben een priant en een adorant gemeen? Zo’n priapische priapee doet me onvermijdelijk aan Priapus denken. Als een vorige pachter de grond verbeterd heeft, moet er prijzij betaald worden. Wat eten we vandaag? Hussen met prikken! Prima facie werd ik verliefd op haar. Wie of wat is de oorzaak van al dit kwaad: prima malorum causa. Nieuwe loten aan het firmament: prinsalbertpiercing en prinsalfredhert. Een prinsbisdom wordt beheerd door een prins-bisschop. De
prinses-weduwe koesterde haar prinses-van-de-nacht. Dat heeft absolute prio. Die zaak heeft een nieuwe pr-pro. In WO II werden zij als proband gebruikt. Proctitis is de ontsteking van het slijmvlies van de endeldarm. Hij heeft een pro-Deoadmissie.


2. Een prodowaka is een zekere wandeltocht. Hij kreeg de Pro Ecclesia et Pontifice, een pauselijke onderscheiding, ingesteld door Leo XIII, opgespeld. Bij het proggen worden vaak heel ingenieuze progs of proggies geproduceerd. Zij kickt op progrock. Een prolaps is een verzakking. De proletkult is een zekere massacultuur. Prometheus is de audax Japeti genus. Zijn optreden was promethisch, hemelbestormend. Een PROM is een programmable read-only memory, een programmeerbaar ROM-geheugen. Is alles voor niets, pro nihilo, geweest? Een pronghorn is een gaffelantilope. Een pronaos is de voorhal van een klassieke tempel. Een proosdij is het gebied van een proost. Een pro(o)l is een proleet. Hij is proppiedik. Dat maakt tegenwoordig niet meer uit: propz of props. Een prosateur is een prozaschrijver. De proskynese is de voetval of het aanraken van de bodem met het voorhoofd. Het prosencefalon (g. mv.) vormt de voorhersenen. Pro stylo is voor de vorm en een prostylos is klassieke tempel met alleen aan de voorkant een zuilenrij.

3. De Protestantenbond houdt jaarlijks een protestantendag. Een proteus is onbestendig en veranderlijk. Protoactinium is protactinium. Een provem is provo en nozem tegelijk. Het Provinciefonds en het Gemeentefonds zijn bij de ontvangers daaruit zeer geliefd. Bètacaroteen is provitamine A. Muzikale prozac kan gunstig werken. Een proxy regelt een firewall. De afko voor Provinciale Staten lijkt erg onhandig: Prov. St. Een sekser prupt of purpt. De prytanen vergaderden in het prytaneum. Het PSA is het prostaatspecifiek antigen. De psak is een beslissing in een halachische kwestie. De psefologie bestudeert verkiezingsuitslagen. Goed dat er een Psychopatenwet is. Psytrance is muziek, psyops psychologische oorlogsvoering en een psykter een zeker Oud-Griekse (GB) vaas. Pterygium is een oogaandoening.

4. Polyurethaan of pur wordt ook PU genoemd. Jazeker: de pubertijd is de tijd van de puberteit. Pubalgie is terugkerende spierontsteking aan de binnenkant van de dij. De minister verklaarde dat publice
[poe-blie-tsjee], in het openbaar. Bij de coronacrisis was de public spirit van grote waarde. Een pu(c)k(hond) is een mop of mops(hond). Een puer is een prepuber. De pudenda zijn de uitwendige schaamdelen. Een puerperium is een kraambed. In een puffabriek wordt vismeel gemaakt. Een puggaree [puh-guh-rie, g van goal] is een pugree
[puh-grie] (in de nek, tegen de zon). Hij wilde per se het puikspuik (puikstuk) van het everzwijn. Nogmaals: debris [ee] is ruimteafval en débris [verder zelfde uitspraak] is puin. Een vingerring(!) is een puinsteker (sieraad). Als spotnaam kun je Pietje Pu(c)k (achterblijver) gebruiken. De pukcode is de personal unblocking key-code [voor geblokkeerde simkaart]. Pulque is een drank uit Mexico. Een puna [oe] is een koude hoogvlakte in Zuid-Amerika. Met puttees om produceerde hij een putt. Lekker, met die puttanescasaus erbij!


5. Schneiders python is een netpython. De Pythische Spelen en het pythisch orakel hebben weinig tot niets gemeen. Daarvoor moet je in de rubriek Q&A (questions and answers) zijn. Een qaly is een
quality-adjusted life year. Qi dao [tsjie-daaw] is een Tibetaanse en qi [tsjie] gong een Chinese meditatietechniek. Viermaal per dag: q.i.d., quater in die. Hetgeen betekent: quod est, q.e. Hetgeen bewezen moest worden: q.e.d., quod erat demonstrandum. Iedere dag: q.d., quaque die. Q.D.B.V. = quod Deus bene vertat [hetgeen God ten goede moge keren (of: God doe het wel gelukken)]. Zoveel men belieft: quod libet, q.l. Hetgeen ik ontken: quod nego, q.n. Hetgeen ik getuig, quod testor, q.t. Dat blijft mooi: de afkorting qto. [lees: kwarto] betreft het boekformaat kwarto. Een QSO is een quasi-stellar object, een quasar.


6. Een quadcopter heeft 4 propellers. Quadden (met een quad) is ook quatten. Quadrafonie is quadrofonie. Een zekere encycliek van paus Pius XII had als titel Quadragesimo anno. Een quadrireem is een galei met vier rijen roeiers boven elkaar. De quadrupeden zijn de viervoeters. Tien wordt gequadrupleerd veertig, m.a.w. op tien quadruplets kunnen veertig mensen fietsen. De afkorting quaer. (Latijn) komt van: quaeritur: er wordt gevraagd, de vraag luidt … Vraag, quaestio, wordt afgekort tot quaest.: dat levert weinig drukruimtewinst op! Een quagga is een steppezebra. De Quai d'Orsay is de (straat)naam van het Franse ministerie [gebouw, als instelling: M] van Buitenlandse Zaken. Qualibet ex re: door welke oorzaak dan ook. Qua mandatarius: als gevolmachtigde. Quand même: zelfs dan, in elk geval, wat er ook gebeure. Een quango is een quasi-autonomous non-governmental organization (niet-ambtelijk adviesorgaan van de overheid). Een quarantainearts werkt in een quarantaine-inrichting. Quantum valeat: (voor) zoveel het waard is.

7. Quasi umbra persequi is iemand volgen als zijn schaduw. Een quatre-quarts is een evenveeltje. Het Spaanse ‘qué’ drukt uit dat je iets niet begrijpt. Zij is de onbetwiste queen of jazz. Quelea's zijn savannevogels. Een quenasttegel is een zekere trottoirtegel. Querelleren is twisten, strijden, queruleren is klagen als een querulant. De QI is de queteletindex, de BMI de body mass index. De GTQ is de quetzal van Guatemala. Quiche lorraine is quiche met spek en kaas. Een quickie is een vluggertje, een tussendoortje. Quicunque vult: ieder die wil. Quid faciendum? = Wat te doen? In de muziek is quieto: rustig, kalm. Quién sabe [kie-jèhn-saa-buh]? = Wie weet? Een quillaja is een Zuid-Amerikaanse zeepboom. Een quisling is een collaborateur. ‘Kwissen’ is een vormvariant van ‘quizzen’. Qui-va-là? = Werda [ee]?

8. Quoad sacra: wat de geestelijke zaken betreft. Quo animo? = Met welke bedoeling? Quocumque modo = op welke manier dan ook. Quocumque nomine = onder welke naam dan ook. Quod absurdum = hetgeen ongerijmd zou zijn. Een quodlibet is een mengelmoes. Quod licet = wat geoorloofd is. Quod non = dat is echter niet zo. Quo jure = met welk recht? Een quokka is een soort kangoeroe. Quomodo = op welke wijze (als znw. de wijze waarop). Quorn is een vleesvervanger. Quorum pars magna fui: waarin ik een groot aandeel heb gehad. Een quotumpje is een quotetje [aandeel] [kwoo-tuh] en een citaatje is een quoteje [kwoot]. Quousque tandem? = Hoe lang nog? Quo vadimis? = Waar gaan we heen? Quo vadis? = Waarheen gaat gij? Het QVS is het Q-koortsvermoeidheidssyndroom. De afkorting q.v. op recepten betekent: quantum vis, zoveel u wilt. Staat er bij jullie thuis een azerty-, een qwerty- of een qwertzklavier bij de pc? Quincaillerie (g. mv.) zijn huishoudelijke artikelen = kramerij(en). Ra is een Oud-Egyptische zonnegod.

 
 

donderdag 21 mei 2020

1884 Dictee donderdag 21 mei 2020 (2) Derde online BeNeDictee 2020-03 Online √

Dictee - dictees [1884]

Derde online BeNeDictee 2020-03

De 73 woorden in vet moesten worden ingevuld.

Onkruid vergaat niet (auteur: Lizi van Vollenhoven)

1. De trouwe BeNeDictee-deelnemers, niet geplaagd door mnestische [niet in wdb., amnestisch = juiste woord niet kunnen vinden - amnesie = geheugenverlies, amnestie kwijtschelding van straf] stoornissen, zullen zich mogelijk nog herinneren hoe Appie W. in de petoet [gevangenis] belandde. Het verblijf daar viel hem bar tegen. Het eten was degoutant [onsmakelijk, walgelijk], de douche had een dun straaltje en de enige vrouwen die hij in beeld kreeg waren viragoachtige [kenau, manwijf] politieagentes. Zijn eigen advocaat bleek zélf een wel erg lange time-out in Vught te hebben – een groot juridisch demasqué
[
fig. ontmaskering] had aangetoond dat hij een dedaigneuze [geringschattend] houding tegenover de wet had en hij was dienovereenkomstig gediffameerd [in opspraak brengen – ook defameren, andere uitspraak]en de advocaat van de piketdienst was een verwijfd type met een zijige stem en vettig slierthaar. Alhoewel de tenlastelegging [ook: telastlegging, andere uitspraak] zich in eerste instantie beperkte tot verstoring van de openbare orde en poging tot vernieling, kwam er al snel meer bij. De officier van justitie was een dieharddienstklopster [dicteebronnen GB/VD: diehard alleen znw. De niet-dicteebron WNT geeft znw., het WNT ook bnw. – dan zou diehard dienstklopster ook kunnen, maar niet bij dictees dus] die bij de verhoren het liefst haar grommende Duitse herder en dreigend ogende dobermannpincher bij zich had. Zij wist al snel een hele
doos van Pandora te openen waar het Appie betrof. Misdaad leek in zijn DNA [deoxyribonucleic acid] te zitten. Dienovereenkomstig volgde er een draconische [zeer streng] straf en kon hij vooruitkijken naar een lange tijd leven op kosten van de gemeenschap.


2. Ook zijn nieuwe dolmspiese [Bargoens: slaapstee = bedstee] kon hem uiteraard niet bekoren. Het was bepaald geen dalem [vorstelijke woning of vorst]. Hij miste zijn vrijheid, de luxe die hij gewend was en de pikante meisjes die hij altijd liefkozend zijn odalisken [haremdienares, beroepsdanseres - odalisk, odaliske] had genoemd. Bovendien bleek hij in een cellenblok met een stelletje zachte eieren te zitten waar niets mee te beginnen viel qua opzetten van een
interpenitentiaire-inrichtingsdrugssmokkellijn
[p.i. voluit in samenstelling met voorvoegsel en achter-znw.]. Diep in gedachten zat hij in zijn celletje, frutselend met een drejdel [Jiddisch/Jiddisj: draaitolletje voor spelletjes op Chanoeka], toen een cipier
(de
down-to-earthste [GB] die hij tot dan toe was tegengekomen) hem ophaalde voor een gesprek met zijn reclasseringsambtenaar.


3. Dit was een dame waar de Dolle Minabeweging [vgl. Rode Kruispost - wel: een dolle mina] duidelijk aan voorbij was gegaan. Ook kon Appie zich haar niet voorstellen als een Damslaapster [jongere die in de jaren 60 van de twintigste eeuw op de Amsterdamse Dam in de openlucht overnachtte] met een lsd-trip [lysergsäurediäthylamid lysergeenzuurdi-ethylamide]. Gekleed in een deux-piècesje, kanten handschoentjes en een matelotje [ronde strooien hoed, de t in matelot wordt niet uitgesproken] wilde ze hem diets maken [aan het verstand brengen - ook: wijsmaken] dat werk in de criminaliteit toch meestal een dead end job [baan zonder carrièreperspectief] was.

4. Waarom legde hij zich, dispar vulgo [afwijkend van de grote hoop], niet liever toe op iets dat de gemeenschap ten goede kwam? Alhoewel zijn EQ en zijn IQ [EQ = emotionele-intelligentiequotiënt en
IQ = intelligentiequotiënt] volgens haar misschien disharmonieus [harmonieus = in overeenstemming – disharmonieus niet in wdb. – geen probleem, harmonie, disharmonie en disharmonisch wel], waren opgebouwd, dacht zij bij hem niet aan dysgnosie [defect in denkvermogen] en zag zij duidelijke mogelijkheden voor hem.


5. In een dithyrambisch [vurig - naar: loflied op Bacchus] pleidooi moedigde ze hem aan elke cursus te volgen die er in de gevangenis te volgen viel. Zo was daar de mogelijkheid om zich, actief en passief, te verdiepen in kunst.

6. Zou het hem geen warm gevoel van tevredenheid geven als zijn mindfulnessbevorderende [niet in wdb., maar – analogie – veel samenstellingen met -bevorderend wel in wdb.] retraiteruimte (zij noemde het geen cel, want dat klonk zo perspectiefloos) met enige zelfgemaakte bric-à-brac [snuisterijen] gezellig gemaakt was? Een parketvloer van doussié(-) ofwel afzeliahout [doussié (VD) = afzelia (2) = apa (stofnaam) = hout van de afzeliaboom = afzeliahout. Daar hoeft dus niet nogmaals ‘hout’ achter, maar van Taaladvies mag het wel, zeker als je de betekenis van doussié = hout niet zou (her)kennen en wellicht denkt dat het een boom zou zijn] zat er niet in, maar mogelijk een gordijntje van macramé? Zou hij niet graag zijn eigen persoonlijke soeplepel damasceren [staal versieren met bloemen of vlammen - van: Danascus]? En een stukje delfts [net als oud delfts aardewerk, blauwe figuren op wit] op zijn boekenplankje, samen met wat ditjes en datjes van speksteen, of een demi-reliëfje [= halfreliëf: figuren komen half uit het vlak naar voren] aan de muur, zou dat niet leuk staan?

7. Of hij zou natuur- en aardwetenschappen kunnen bestuderen. Als hij dan, na de reveille [sein om (de soldaten) te wekken], door zijn tralieraam naar buiten keek, zou hij ook kennis hebben van de hemellichamen die hem toeschenen. Hij zou de Dagster
[Morgenster, Venus, ook wel: de zon] kunnen onderscheiden van bijvoorbeeld Betelgeuze [geen bier - geuze, maar een heldere ster in het sterrenbeeld Orion, niet in wdb.]. Bij getoonde ijver kon zij ervoor zorgen dat hij voor zijn volgende verjaardag een datrecorder [digitale cassetterecorder, Engels: digital-audio-taperecorder, dat = letterwoord] zou krijgen, of een dasymeter, om daarmee de luchtdichtheid in zijn omgeving te meten.


8. Tevens was daar de mogelijkheid om, niet door de week [doordeweeks heeft een andere uitspraak] maar wel in het weekend, in de tuin te werken. De do’s-and-don’ts [gedragsregels] daarvan zouden hem wel uitgelegd worden tegen de tijd dat hij
daaraan toe was. 


9. Ze had van horen zeggen dat er zowel een dividiviboom (ook wel watapana genoemd) [ook: dividivi en waaiboom, kruin groeit door de wind één kant op] als een dadap [schaduwboom voor koffie- en theeplantages, ook: dadapboom] in het tropische deel van de gevangenistuin stonden. De moestuin leende zich uitstekend voor het verbouwen van dapes inemptae [levensmiddelen van eigen teelt, niet gekocht], zoals de zaden van de djengkol [= in Indië boomsoort waarvan de gekookte stinkende zaden als bijgerecht bij de rijsttafel gebruikt worden] of daikon [met sterke radijssmaak], maar ook maggikruid of rosmarijn [ook: rozemarijn, tuinkruid – andere uitspraak] waren natuurlijk mogelijk. Ze gaf hem verder als tip een flinke hoeveelheid lievevrouwebedstro [welriekend walstro, ook: onzelievevrouwebedstro] te kweken. In gedroogde vorm had dat, in zijn matras of zijn kussen, een rustgevende werking. En als dit allemaal echt niks voor hem was, had hij uiteindelijk nog altijd de kans om zich toe te leggen op het leren spelen op een darboeka [Arabische of Turkse vaastrommel, ook derboeka – andere uitspraak] of zich te verdiepen in de dageraads- of eofilatelie [postmerken van voor de periode van de postzegels]. 

10. Ze nam afscheid met de woorden dat zij op deze drukbezette
[GB, VD] dag nog een lange reis te gaan had op de druk bereden
[VD, sub lemma ‘slijtlaag’] A2 en er dus langzamerhand vandoor moest gaan. Ze wenste hem veel sterkte toe, adviseerde hem gezond te eten (dagelijks een djeroek [adamsappel, citrusvrucht]), en alleen decafeïné [ook: decaf, deca, decafé, decafeïne] te drinken en liep weg op haar keurige pumps [mv. - punpschoen - nauwaansluitende, lage vrouwenschoen zonder sluiting], Appie in vertwijfeling achterlatend. Nadat hij, volledig lamgeslagen en wazig als een dyumbi [dwaalgeest, SR], zijn bewaker door de daedalische [denk aan: labyrint van Daedalus, Kreta - labyrintisch] gangen naar zijn cel had gevolgd liet hij zijn laatste restje gespeeld je-m'en-foutisme [onverschilligheid] varen en barstte hij in snikken uit. Dít had hij niet verdiend. “Dalleshoer!” [dollarhoer, goedkope prostituee] snotterde hij. “Takketrut! Kakwijf!”
[3 x onvolledige zin met uitroepteken, 3 x beginhoofdletter!]. Dit waren natuurlijk dysfemismen [taalkundige vergroving: bv. zeikweer voor slecht weer], maar dat zullen we hem vergeven. Daar zat hij dan, ooit een dynast [heerser, vorst] van de onderwereld, nu de speelbal van een troelala met mo A-akte emetogeen [niet in wdb., wel: emeticum = braakmiddel en emetofobie = braakangst] geslijm. Geen moment langer zou hij dit kunnen verdragen. Hij scheurde zijn laken aan repen, knoopte de repen aan elkaar, trok de tralies los en verdween via het raam in de stralende zonneschijn.

 

 

 
 



1883 Dictee donderdag 21 mei 2020 (1) dictee Oefendictee mei 2020 (5) √

Dictee - dictees [1883]

Oefendictee mei 2020 (5)

1. Voilà, uw bonussen. Più mosso is in de muziek vlugger, opgewekter en p.p. is ppiano, zachter. Het secondlifen is in een SL (Second Life, met avatar) opereren. Vergeet je de pizzaiolo(saus) niet? Zou de bank je dat pl’etje geven, denk je? De pd is de plaats delict. Ook een plaatstrip is geen reisje … Place aux dames! Groningen is blijkens een zekere reclame een place to be. Een placodont [k] lijkt op een schildpad. Die plage-uren leveren niks op. Plain chant is eenstemmige koorzang. Plaît-il: wat belieft u? S'il vous plaît (s.v.p.), ga daar weg! Een planchet is een wastafel, met een planchette kun je schrijven. Planepoolen is samen vliegen. Een snelle planga: opvallende zonnebril. Planking: opdrukken op onderarmen en tenen.

2. In Indië doen ze het planplan. Plantenslaap is nyctinastie. Hij is gepromoveerd op arteriosclerotische plaques. Er is daar een plastic plassticker (plasticplassticker) opgeplakt. De plastische chirurgie voert plastischchirurgische ingrepen uit. Een plattebuiskachel is een Leuvense stoof. Een platte band hoort bij een fiets, een platteband bij de bouwkunde. Speler af, plaudite: applaus! Elsje is playing hard to get. Een flog is een fotolog of plog: een internetdagboek met foto’s. Ploggen is tijdens het joggen afval oprapen. Een plongeur is een bordenwasser in een restaurant. Plopperdeplop, je meent het! P.L.P. staat voor: primum lapidem posuit, (hij of zij) heeft de eerste steen gelegd. Dat is nuttige plug-inhardware. Plugged ben je in staat om mee te komen in de (informatie)maatschappij. Een pluimes is een manna-es. Een pluot is de kruising van een pruim en abrikoos. Je krijgt een zes plus: dat is beter dan een zesminresultaat. Pluto is historisch: Pipelines under the Ocean (naam van het olieleidingenstelsel, WO II). De pmc is de product-marktcombinatie.

3. PMA is paramethoxyamfetamine. Een PMS is in BE (historisch) een Psycho-medisch-sociaal Centrum. Een png (internet) komt van portable network graphics (en is een beeldbestand in PNG-formaat – PNG is de standaard). P&O staat voor personeel en organisatie (bv. als naam van een bedrijfsafdeling). Primo is ten eerste (afko: po – lees: primo). De PO Box is de post office box, de postbus. Poco forte is in de muziek: enigszins sterk, luid (afkorting p.f.). Poculeren doe je in poculis inter pocula. Bij drukkers is tegenwoordig het PODprinting on demand – mogelijk. Zonder açaibessen geen podosiri. Het wordt steeds gemakkelijker: des Pudels Kern is gewoon des poedels kern (het gaat inderdaad om een hond). Met poedja's (drum) maak je vrij hoge tonen. Tegen de eend: poelepoele! Poelet: soepvlees, poulet: kip.

4. Secundo is trouwens ten tweede en loco secundo (secundo loco) is in de tweede plaats. Veel poerem of poerim maken (drukte). Een poeta minor is een minor poet (niet per se een poète maudit). In Engeland is een poet laureate een officieel nationaal dichter. Een poilu [pwah-luu] is een frontsoldaat (Frankrijk, WO I). Let op de uitspraak van ‘poinsettia’ [pojn]. Een pokébowl is een Hawaïaanse maaltijdsalade. Wist je dat de merknaam pokon (plantenvoedsel) komt van P2O5 (fosfor, zuurstof), K2O (kalium) en N (stikstof)? Zing die poku's nog een keer, wil je? De polder-Koran komt van Kader Abdolah. Een poco, een policor, is politiek correct, bezit politesse de coeur en straalt political correctness uit. De politique politicienne is afkeurenswaardig. Een polk of polak is een Poolse Jood. De pollotariërs kent VD nog niet zo( )lang. Polyisocyanuraat is pir. Polyidie is het samenwerken van verschillende pangenen [pangen = gen]. Een pompier [NL-uitspraak] is een spuitgast. “Wist jij daarvan?”. “Pompompom …”. Pomtayer geeft de smaak aan pom.

5. P(T)omtidom: ik ben oké. In een ponypack of snowseal bewaar je poedervormige drugs. POP is persistant organic pollutant [zeer giftig], post office protocol [e-mail – vgl. POP-server] of persoonlijk ontwikkelingsplan (met POP-gesprek, etc.). Popjawa is (SR) Javaanse popmuziek. De poppesnor vond alleen nog een poppenwagen: het kind was weg. Een popsicle [pohp-sih-kuhl] is (SR) een waterijsje, ijslolly. Bij de poppoll naar poppy muziek werden veel popi nummers aangedragen. Een pop-uptent kun je ‘opengooien’. Porfyrie krijg je niet van porfine. Een porch is op de Antillen een veranda en porchetta [k] is een Italiaans gerecht [met varkensvlees]. Zij geilt op porna. Porno chic lijkt geaccepteerd. Een POS-apparaat [point of sale] is een betaalautomaat. Positis ponendis: verondersteld wat verondersteld moet worden.

6. Postbodevoetbal wordt niet gewaardeerd. Posteriores curae: van later zorg. Het PICS is het post-ic-syndroom, het postintensivecaresyndroom. Een opisthodomos is de achterhal van een Griekse tempel, het posticum. Dat is wel erg zeldzaam: post saeculum evenire: maar eens in de honderd jaar voorkomen. Ik moet bij ‘aan elkaar baantjes toespelen’ denken aan de term
‘ouwe-jongens-krentenbrood’. Een ouwejongen kan trouwens een heel gewoon iemand zijn, maar ook een misdadiger. Een midmid (middenmidden) vind je bij voetbal, hockey (centralemiddenveldersrol). Een pot à feu is een decoratieve vaas en een pot-au-feu een stoofpot. Potamologie is rivierkunde en limnologie meerkunde. In de wielersport: een pot belge? Een shingle [sjihn-guhl, g van goal] is een strook bitumineus dakbedekkingsmateriaal. Een raar poteten heeft geen mv. Een potlam is een leplam. Een pot(entio)meter, is die voor in bed? Een potluck is bij de indianen een soort potlatch. Potschrapper, potschraper, potschrabber. Poulain: beschermeling, poulaine: tootschoen, poularde: hoen.


7. POV: Provinciaal Onderwijs Vlaanderen. Een pousada is een Portugees staatshotel. Op 1 april ben je bezig pour la frime en (et) pour la galerie. Ze had geen rooie pozer (pose) en stond al een poze in die uitdagende pose. PPP is Triple P: people, planet, profit (en triple A is AAA). PP is polypropeen en P.P. Pater Patriae [meervoud: patres patriae], vader des vaderlands (specifiek, bijv. bij Prins Willem I, ook wel met 2 hoofdletters). Wie was de pr. (praecedens, voorganger – ook: praec.) van de huidige paus? Een praesta-quaesumus leest alleen de mis. Met hoeveel klinkers schrijf je ‘praeputium’? Praemonitus praemunitus: een gewaarschuwd man telt voor twee, Engels: forewarned, forearmed. Er waren praeter propter 30 gasten. Het Prakrit is een groep Middelindische dialecten (verwant aan het Sanskriet).

8. Die practicus praktiseert. Heerlijk, zo’n praline met praliné. Een pral(l)triller [zelfde uitspraak] is een muzikale versiering. Pranile of praline? Pratikeren (BE) is praktiseren. De praxeologie onderzoekt het menselijk handelen. Een praxinoscoop is een fenakistiscoop met veelkantige spiegels. De precieuses vond je ooit in Parijs. Om precies te zijn: dit is een precieus bezit. Prêcher pour sa paroisse: voor eigen parochie preken (om eigen voordeel), een oratio pro domo houden. In de PKN is een predikant-geestelijk verzorger een instellingspredikant. In BE kon je je pree trekken. Een pressuregroup is een pressiegroep. Presto prestissimo is wel erg presto. De pretorianen vormden de lijfwacht van de Romeinse keizers. Op het preuvenement hoorde je veel preuvelementen. Quadriljard (een een met 27 nullen) is duizend quadriljoen. Quadrupedalisme is viervoetigheid. Een quadruple bogey is bij golf een score op een hole met vier slagen boven par. Een quaestio vexata (vexata quaestio) is een veelbesproken, onopgeloste vraag. Katern: deel krant, quatern: bij loterij.