woensdag 30 oktober 2019

1756 Dictee woensdag 30 oktober 2019 (1) dictee Hondsmoeilijke zaken √

Dictee - dictees [1756]

[Juweeltje, nummering uit Dossier 2018 – in wording]

Dictee 041 Hondsmoeilijke zaken (auteur: Rein Leentfaar, met dimcertificaat)

1. Mijn genant [ook: genan, naamgenoot met voor- of doopnaam] Rein was mijn oomszoon. Die oom was zelf een fils de famille [zoon van goeden huize], zeg maar gerust: fils à papa [rijkeluiszoontje]. Toen Rein de gênante [pijnlijk, beschamend] wens uitte om van mijn persoon voor zijn dies natalis ['verjaardag' – stichtingsdag] een hond te krijgen, gingen mijn gedachten eerst uit naar elke zoon van het Hemelse Rijk [Chinees] die aan de Zoon des hemels [keizer van China] eerbiedige deferentie [achting, eerbied, ontzag] verschuldigd is, alsmede hormat [eerbetoon, passende eerbied] aan een Indonesische meerdere. Die mag beslist niet illotis pedibus et manibus ingredi = zonder de vereiste eerbied binnenkomen. Hij betoonde veel egards [bewijs van achting], een vriendelijk nijgen [buigen], pace tanti nominis = pace tanti viri [met alle verschuldigde eerbied (uitgesproken)]. Om wat dichter bij huis te blijven: die genant was ook zoon der Kerk (een katholiek). En passant (terloops) noem ik verder nog: Tells zoon [Wilhelm Tell, pijl, zoon met appel op hoofd], de Allergetrouwste Zoon der Kerk [eretitel van de voormalige Portugese koningen, door paus Benedictus XIV in 1748 verleend], de Zoon des Mensen [Christus], een Franse dauphin [kroonprins, 1349 tot aan 1830], het enfant prodigue (Bijbeltaal – verloren zoon), een hoerenzoon [buitenechtelijk], een Fortunae filius (gelukskind, zondagskind), tel père, tel fils (zo vader, zo zoon), tu quoque, fili mi (ook gij, mijn zoon – et tu, Brute) en (VD!) een politikon zoön (= zoön politikon = sociaal dier!), maar wel policor en (BE) poco [politiek correct].

2. Enfin, hij wilde dus een hond (Canis familiaris). Van het zoeken ben ik hondsmoe geworden. Eerst naar het katten- en hondenasiel geweest. Daar wezen ze op de Trekhondenwet, voor het geval ik ... Ook daar kreeg ik het laatste man-bijt-hondnieuws en weet ik inmiddels dat perichondritis (!) kraakbeenvliesontsteking is, dat ze ook nog een
sint-bernardshond en een rijst-met-krentenhond (dalmatiër of dalmatiner of Dalmatische hond) voor me hadden, een puckhond [mopshond], een Appenzeller of Berner sennenhond, een niet-zieke rode hond, dat de Jachthonden [sterrenbeeld] hier soms op het noordelijk halfrond wel te zien is, evenals de Kleine Hond, maar de Hondsster, Sirius, onderdeel van de Grote Hond niet [zuidelijk halfrond!]. De hyena- of steppehond hadden ze niet, net zo min als honderd-en-een andere honden. Ook een eskimohond, blindengeleidehond en alpenhond (dhole) konden ze niet leveren, laat staan een bulhond, buldog of christenhond [scheldnaam].


3. Ik heb ik-weet-niet-hoeveel species (speciën - soorten) bekeken: de basset als jachthond, de beauceron [herdershond] uit Midden-Frankrijk, de boerenfox [gladharig, niet-erkend ras] en de boxer [lijkt op buldog]. Ook menige brak (drijfhond) passeerde de revue: denk maar aan de braque d'Auvergne en de braque ariégeois. De bul- en de pitbullterriër vormen een hoofdstuk apart. Van de Deense, Duitse en Ulmer dog bevallen mij de oren niet. Wel mooi vond ik de elandhond, kruising tussen kees- en poolhond. Die kleine jack russells, bijgenaamd jackrussellterriërs, konden mij ook bekoren. Ook de labrador-retriever [kruising] scoorde hoog. Een mastino (napoletano) [grote Italiaanse vechthond] leek me niks. Pur sang honden zijn rein en raszuiver. Er is contact geweest met Samojeden over een samojeed. Een door mij gezien vlinderhondje kon het goed vinden met een vosbelg [voskleurig paard van Belgisch ras]. De whippets [klein, kortharig] waren wel in voor een wipje. En de hazewind blonk weer uit door zijn snelheid.

4. Maar natuurlijk, dat was het: een chihuahuaatje [kleine hond, korte pootjes, Mexico]! Een levensecht handtas-, mini- of schoothondje dus. Het had evengoed een dwergpinchertje of een boomer (kruising van bijvoorbeeld een chihuahua en een maltezer) kunnen zijn. Dus geen bolognezer of Bolognezer hond, noch een Mexicaanse hond: dat is helemaal geen hond [maar het geluid van een genererend radiotoestel!]. Ook een vliegende hond (kalong) is geen hond, maar een vleermuis. Voordat ik mijn aanwinst met 20 eurobiljetten (twintigeurobiljetten – series van twintig euromunten) betaalde, heb ik toch nog maar een blik in de Dikke Van Dale geworpen: een angstbijter, apporte (bevel aan hond – haal, breng hier!), een bastaardhond (een niet-raszuivere hond), een bouvier [Vlaamse koehond] , een cairnterriër [kleine Schotse jachthond], cave canem (pas op voor de hond!), Cerberus of Kerberus (de Helhond), een corgi [hond met korte poten, Wales] op een cynodroom (hondenrenbaan), een Finse harrier [brak of lopende – geen staande dus – hond voor de hazenjacht], een hasjhond [spoort hasjiesj op], een hondstrouwe hond, een Schotse collie of lassie [langharig, Schotse herdershond], kynofobie (angst voor honden), kynologie = kennis van (het fokken van) rashonden, de Mexicaanse en de Chinese naakthond, een pointer [gladharige staande hond voor de korte jacht], een Rhodesian ridgeback (leeuwhond, pronkrug), rottweiler [kortharig, politiehond], savannevos [wilde hond in beboste streken], setter [langharige Ierse of Engelse staande hond], sledehond, schnauzer [middelgrote, ruwharige hond, met spitse (gecoupeerde) oren en korte (gecoupeerde) staart], spaniël [ook: épagneul, afhangende oren], stabij (Friese staande hond), een woefwoef (kindertaal) en een zwartblaffer of -poeper [geen hondenbelasting betaald].

 

 


dinsdag 29 oktober 2019

1755 Dictee dinsdag 29 oktober 2019 (1) dictee Oefendictee oktober 2019 (2) √

Dictee - dictees [1755]

Oefendictee okt 2019 (2)

1. Het costumenrecht van Brabant mag je ook costumier recht noemen. Het kwam voor in een cosplay (costume play), waar veel spelers een net kostuum, gemaakt door een costumier of costumière, droegen. Een kravat, kan dat ook een cravate blanche of een cravate noire zijn? Had ze al cvs, [GB, VD: CVS] kreeg ze er ook nog een CVA (beroerte) bij. Bij de débarcadère debarkeerde hij. Wordt er bij delayeren délai verleend? Nee [ontlagen]. Een droschke is een vigilante, een open rijtuig. Een goed beklante zaak is een welbeklante zaak. EPR is elektroparamagnetische resonantie en ESR is elektronenspinresonantie. Een fade [feet] zit tussen twee filmbeelden en een fade [fa-duh] gerecht is flauw, slap, zouteloos. De Italiaanse donna en de Spaanse doña zeiden in koor tegen de coño (schoft): "Heb eens wat meer respect voor je doño (baas)!" Dukkah [doe-kaa] is in de Noord-Afrikaanse keuken een mengsel van gehakte noten, zaden en kruiden, o.a. gebruikt om brood in te dippen.

2. Het was een ecloge (herdersdicht), maar noem het gerust een eloge (loflied). Wat, speel jij egraz [strijkinstrument SR]? De fandango van Boccherini ken je toch wel? Cryptogamen zijn bedektbloeiend, fanerogamen brengen zaad voort. Weleens farao gespeeld? Nee, wel faro. Maar dat is hetzelfde, joh (lijkt op baccarat)! Hij hield een filippica over de Filipijnen. In NL kun je een kort geding over fijnstof houden, in BE een kortgeding over fijn stof, snapt u het nog? Die foto is flou (pred.!). In BE is flou artistique vaagheid, bijv. in de politiek. Ik vroeg een fourreetje, maar kreeg vier fourrés. Tegen d(r)ie francs-maçons kon ik niet op. Leg eens uit, wat de gibbsenergie inhoudt. Glühwein is gloeiwijn. Het journey's end is het einde van de reis.

3. Eet smakelijk: giouvetsi (Griekse gegratineerde ovenschotel), gnocchi (tussengerecht bestaande uit gepocheerde en vervolgens gegratineerde balletjes van een mengsel van aardappelen, bloem of soezendeeg), golauyoek (oe – Chinees gerecht – gefrituurde beignets) en gulab jamun (deegballen). Hé, hòmber (kerel), zullen we gaan høken en hakkûh? Hij was eerst himmelhoch jauchzend, maar later zum Tode betrübt. In de Bijbel waren Adam en Eva isj en isja. Zij baden zeker niet de isha, het nachtgebed van de vijf gebeden van de salat. Op de jacquard(machine) [weefgetouw] werd een klok met jaquemart (figuurtje dat uren slaat) geproduceerd. Over smaak valt niet te twisten: de gustibus non est disputandum. In de zoo zagen we een kangoeroe. De koebba is de koepel van een moskee en een kodkod is een nachtkat. Hij is arm en aan de kreteksigaretten, ook wel: krossoksigaretten. Leuk woord: dictaattor, naast dicteetor. De ofidiofobie is de ziekelijke vrees voor slangen.

4. Kwam/was dat nu à propos (te pas) of mal-à-propos (te onpas)? In de mallenfabriek hoorde je veel mallepraat. Zielenknijper, wat is uw oordeel: mente captus of non mente captus? De metteurs en scène waren verantwoordelijk voor meerdere mise-en-scènes (ook:
mises-en-scène
). Een dorpshoofd op Java noemen ze loerah. Geef hen heden hun dagelijkse lavash. Die Maleier lijdt aan latah, een dissociatieve stoornis. En een lanyard is een keycord. Het avondgebed van de vijf salatgebeden is de maghrib. De Matthäuspassion is gebaseerd op het Mattheusevangelie. En twee milliljard is tweeduizend milliljoen. Voor wat het waard is: in merengue en meringue hebben de betekenissen (dans, gebak) dezelfde alfabetische volgorde als de letters die verschillend zijn! Een mutahhuwelijk is islamitisch en kortstondig, voor de seks. Hoe klonken die oboe's d'amore?


5. Een oed is een fretloze, elfsnarige Arabische luit. In SR zingen ze poku's, poku'tjes. liedjes. Begrijp je dat: een post-coitumdepressie is een postcoïtumdepressie? Kom meiske(n), we gaan even bah doen op het pootje. Hij deed het pour les beaux yeux de buuf Elsje, en ook haar man, dus zeg maar: pour leurs beaux yeux. Die princess charmings bleken princesses lointaines te zijn. De reparatie van die propeller was geen lor opgeschoten. Een quisseje [kwies] is een kip, een quicheje [kies] een taart. Radicaalfeministisch en ook nog radicaal-links? Dubbelstrengig DNA is cDNA; nieuwe loten aan de stam: mRNA, messenger-RNA of boodschapper-RNA en mtDNA, mitochondriaal DNA. Het symbool chi-rho, het Christusmonogram ziet er als volgt uit: [zeg: chi-rho] ... [P door de X heen]. VD weet niet meer dat de RAF, de Rote-Armee-Fraktion, ook wel Baader-Meinhofgroep genoemd wordt ... ADHD (GB ook wel: adhd) is attention deficit hyperactivity disorder (schertsend ook wel: alle dagen heel druk). Fyofyo's zijn tropische bedwantsen.

6. Is er verband tussen schizothymie en dysthymie? Hij is zijn tapu'tje [amulet] kwijt. In het Maleis zeggen ze: soedah, laat maar. De ptca is de percutane transluminale coronaire angioplastiek (dotteren). Het lukte maar net om zijn quant-à-soi te bewaren. Hier heb je twee boules de Berlin (ook: boule de Berlins – berlinerbol). Dat is een schanddaad van de eerste orde. In een spartakist kun je niks opbergen (misschien voedsel ...). Trouwens: de Spartakusbeweging is naar Spartacus genoemd. Een styp is en drukplaat voor de stereotypie. Het was een stille zaterdag in het winkelcentrum. Ik zeg het nu voor de tigste keer: in dit geval bleek tig duizend drieduizend te zijn. Roken deed-ie als een Turk, zo zwart zien als een turk ook. Een tokeh is een pegapega [g van goal]. Ib betaal ik graag: hoe meer, hoe liever

7. Een yuzu is een Japanse citrusvrucht. Kende de Watersnoodramp een teveel aan water, een waternoodramp kent juist een tekort aan water. De Wrr is in NL de Wet Raadgevend Referendum. Een Talmoedhogeschool heet jeshiva, ook wel: jesjieve. Nieuwe stand Van Dale, medio oktober: 387.152 lemma's (was: 386.228). Een paraleipsis mag je ook paralipsis, praeteritio of pretermissie noemen. Het is vandaag 6 juno en over een maand 6 julij. Ik zou 'Engels drop' schrijven, maar GB en VD 'Engelse drop' [drop: GB de, VD de/het]. Een grampie is een growing retired active monied people in excellent state (welgestelde, gezonde oudere). Afgeleid van een Dordtse patriot is 'kees' een scheldnaam. Kinds worden is een vorm van 'verukking'. Een goudingot [ə] (!) is een baar (goud). Jan is een olijke klaas en Klaas is een jan van een bram. Een pignon is een conisch tandwiel. Een morph is een digitaal gemanipuleerde foto. Het knuffelhormoon is oxytocine. Is zij haar maagdom kwijt?

8. Een reishi is een paddenstoel in de oosterse geneeskunst. Het amoed [lessenaar voorganger – mv. amoedim] staat voor in de synagoge. Overigens: het kan zijn dat een chirurg ontmaagt. Spellingtechnisch wel leuk: crohn is een chronische darmziekte. Mooie betekenis van Pluto: Pipelines under the Ocean (naam van het olieleidingenstelsel waardoor tijdens WO II de geallieerde troepen in Frankrijk vanuit Engeland bevoorraad werden). Zij is een
qu'en-dira-t-onverkoopster, een praatjesmaakster. Een qui nil molitur inepte (die niets ondoordachts op touw zet) zul je bij de vrijbuiters niet vinden. Gooi die bayem [spinazie] maar in de majem [water]. Een ascot = een (zijden) sjaaltje in de open boord van een overhemd. De big five (grote vijf) zijn in Afrika leeuwen, olifan­ten, luipaarden, buffels en neushoorns. De Big Five (Grote Vijf) zijn de vijf permanente leden van de Veiligheidsraad, t.w. de Verenigde Staten, Groot-Brittannië, Rusland (Sovjet-Unie), China en Frankrijk.

 
 



zondag 27 oktober 2019

1754 Dictee zondag 27 oktober 2019 (6) dictee BeNeDictee 2019-10 √

Dictee - dictees [1754] 

BeNeDictee Schilde 2019-10

Het dictee moest geheel worden opgeschreven; alleen in de 84 vet, cursief en onderstreepte woorden konden fouten worden gemaakt.

Onze nieuwe woonomgeving (deel 2, auteur: Jozef Lamberts)

1. De zondag na Sacramentsdag [tweede zondag na Pinksteren, sacramentsfeest] was het in onze wijk feest voor de eerstecommunicanten [wel: eerste communie]. 

2. Wekenlang hadden ze ernaar toegeleefd [toeleven naar, GB: ernaar toeleven].

3. Voorwaarde om erbij te horen was wel dat men gehensd [henzen of hanzen: inwijden - gehansd] was.

4. Naar aanleiding daarvan had in de Maria-Tenhemelopnemingkerk [Maria-Tenhemelopneming, 15 augustus, Assumptie] hier vlakbij een eucharistieviering plaats.

5. Daar een appeelken [verzorgt de voorslag – de n uiteraard niet uitspreken] van het torenuurwerk stuk was, konden de kerkklokken niet geluid worden.

6. Na de intrede van de acolieten (misdienaars) en de celebrant [voorganger, priester voor de hoogmis] – die over zijn cingulum [wit koord om albe = lang wit miskleed] een kazuifel [opperkleed] droeg met het monogram I.H.S. [Iesus Hominum Salvator = Jezus, de redder van de mensen] – werd het (de) introïtus [intredezang] gebeden en werden Schriftuurlijke [m.b.t. tot de Bijbel, de Heilige Schift, bij een ander geschrift gewoon: schriftuurlijk] teksten voorgelezen.

7. De cantorij [kerkkoor] zong onder meer het kyrie eleison
[r.-k.: smeekbede na schuldbelijdenis] en het Agnus Dei [misgebed voor de nuttiging van de hostie - Lam Gods - Paaslam].


8. Vanop de kansel naast het beeld van [St.-]Anna-te-drieën [afbeelding van de Heilige Anna (de moeder van Maria) met een kleinere Maria, die Jezus (op schoot) draagt] predikte de kapelaan over de Emmaüsgangers, twee van Jezus’ discipelen aan wie Hij *, de Messias dus, na Zijn * verrijzenis verscheen.
* Leidraad GB, regel 16S: een naam voor een heilig persoon of een heilig begrip schrijven we met een hoofdletter. Deze regel heeft betrekking op namen voor God of een godheid, op voornaamwoorden die naar de godheid verwijzen, en op namen voor andere heilige begrippen waarvoor men respect of ontzag wil uitdrukken. Opgemerkt moet wel worden, dat de nieuwste NBV [Nieuwe Bijbelvertaling] gewoon kleine letters hanteert ... [Jes. 23:11] – de Heer steekt zijn hand over de zee ... en [Matt. 16:20] – Daarop verbood hij de leerlingen ook maar tegen iemand te zeggen dat hij de messias (!) was. 

9. Voor de communie opende de priester het uit sycomorenhout
[van vijgenboom: hard, grijsgeel, voor meubelen] gemaakte tabernakel, schoof het conopeum [gordijntje voor tabernakel] met de erop geborduurde cherubs [engelen van de tweede rang, na de serafijnen] opzij en nam er de ciborie [hostiekelk] met de geconsacreerde hosties uit.


10. De viering eindigde met het gebed des Heren, dat naar de eerste woorden ervan het Onzevader genoemd wordt.

11. Na de viering regende het wat, maar trotz alledem [ondanks alles] miezemuisde [tobben, miezeren, kniezen] niemand en vond op het kerkplein een gezellig samenzijn plaats, dat door een aanwezige weikoker [melkwei – arbeider in melksuikerfabriek] van Maleisische afkomst koempoelan [gezellig samenzijn] genoemd werd.

12. Aan de kinderen werden berlinerbollen [soort beignet, ook: boules de Berlin of boule de Berlins], koekebrood [met koekeboterhammen van de fijnste bloem], en biscotti di Prato of cantuccini [knapperige, tweemaal gebakken Toscaanse bitterzoete amandelkoekjes] uitgedeeld.

13. Een chichi madam [dame: chic, verwaand, snobistisch] in weidse [groots en prachtig, het woord 'wijds' bestaat niet! - wel: iets wijds] dos, een gris-perle [parelgrijze] japon en kortgeknipt haar gaf haar petillante [sprankelend van geest, bruisend] en flabbergasted [verbijsterd] dochtertje ostentatief [uitdagend] een 100 eurobiljet voor haar magot [spaarvarkentje].

14. Naar aanleiding van de herdenking van de slag der gulden sporen [VD, GB ook: Guldensporenslag – slag [GB echter: Slag om Arnhem, Slag bij Nieuwpoort] bij Kortrijk (11 juli 1302), waar de Vlamingen het Franse leger versloegen] op de Groeningekouter [sub lemma bij Guldensporenslag] bij Kortrijk werd hier op 11 juli een
kaas-en-wijnnamiddag
[één gebeurtenis, dus als: kaas-en-wijnavond, VD] georganiseerd.


15. Tot het ruime aanbod van welkomstdrankjes behoorden onder meer tawny port [bnw., geel- tot bruinrood, vaak mengsel rode en witte port, tawny ook znw., ruby alleen bnw.] en sambuca [Italiaanse anijslikeur].

16. Naast een fondue savoyarde [kaasfondue] kon men zich ook tegoed doen aan kazen als een Danish blue [schimmelkaas] en een mon chou [smeltkaas], terwijl een cinsault [rode wijn of rosé] uit de Languedoc [streek, langue d'oc = taal] en een côtes du Rhône [rhônewijn - mv. achteraan niks of s] uit de Ardèche [Frans departement] rijkelijk vloeiden.

17. Voor de vleesliefhebbers was er malse biefstuk stroganoff [zekere saus], maar het malste [niet: ss!] vlees was de stoverij, klaargemaakt door een jangort [keukenpiet] uit de wijk.

18. Met juicy [sappig] fruit zoals maracuja’s [passievruchten] en antruwa's [groente, verwant aan aubergine] en met bonnes bouches [lekkere hapjes - enk. bonne bouche] zoals hernhuttertjes [zekere zandgebakjes] en viennoiserie [luxebrood, koffiekoeken] gevulde tazza's [drinkschaal] werd het bourgondische [uitgelaten, uitbundig; B slaat op Bourgondië, zoals in: Bourgondisch geloof] lucullusmaal [heerlijk, overdadig] verdergezet [BE: voortzetten].

19. Kers op de taart was echter de [dus geen mv.!] met stijfgeklopt eiwit bereide île flottante [nagercht, bolletjes die drijven in een mengsel van melk en eierdooiers].

20. Entre chien et loup [in de avondschemering] werden door een danspaar de seguidilla [Spaanse volksdans] en de rigaudon [Provençaalse dans, verwant aan de bourree] gedemonstreerd en tot de petards [soort van vuurwerk met luide knal - ook: petardes] werden afgevuurd, werd er ongeremd feestgevierd.

21. We zouden zelfs kunnen zeggen dat er gehøkt [ww. høken: ongeremd feestvieren, uit zijn dak gaan] werd.

22. Voor de jongeren – van wie sommigen skinny jeans droegen met zowel vanboven als vanonder [beide aaneen!] smalle pijpen – was er een terrein waar ze konden skiken [op soort skeelers met luchtbanden = skikes voortbewegen - skaaj] en op het grasveld stond een lutjepotje [soort konijnenhok met matras] waarin ze zich konden uitleven.

23. Nadat ze daarin wat gepassediesd [passediezen = passedies spelen, een soort dobbelspel] hadden, vermaakten ze zich met bokjespringen [haasje-over] of bokstavast [de een gebogen, de anderen springen erover] spelen en het fluiten op hun syrinxen [pan(s)fluit].

24. En daarmee zijn we aan het einde van dit dociele [leerzaam, gedwee] dictee gekomen.
 
 
 
 


1753 Dictee zondag 27 oktober 2019 (5) dictee BeNedictee 2019-09 √

Dictee - dictees [1753] 

BeNeDictee Schilde 2019-09

Het dictee moest geheel worden opgeschreven; alleen in de 84 vet, cursief en onderstreepte woorden konden fouten worden gemaakt.

Onze nieuwe woonomgeving (deel 1, auteur: Jozef Lamberts)

1. Het heeft lang geduurd: niet zoals gepland in de week na laetarezondag [vierde zondag in veertigdagentijd voor Pasen] maar pas op de veertiende dag van de Mariamaand *, de naamdag van de ijsheilige Bonifatius, zijn we erdoor gekomen **.

* ijsheiligen, 11-14 mei – Mariamaand = mei [ezelsbrug M m gelijk] - de drie Gestrenge Heren = Pancratius/Servatius/Bonifatius, meestal niet: Mamertus. Let op: de mariamaand = oktober [ezelsbrug m o ongelijk]
** lemma GB: erdoor komen; in vele verbanden ook in VD, lemma 'doorkomen' lijkt weinig ruimte te bieden voor 'er doorgekomen'. 


2. Die dag werden de laatste verhuisdozen uitgepakt: die met de santons [gipsfiguur] voor de kerstkribbe en die met het bone china [porselein], het blanc de Chine [idem], het fritporselein [idem], het sèvres [idem Frans] en de art-deco- [art deco – jaren 20 en 30 van de 20e eeuw – strakke en eenvoudige vormgeving - afbreking!] en Koïsche [van Griekse eiland Kos] vazen.

3. Sindsdien wonen we hier in een cul-de-sac [doodlopende straat - ook: dito betoog] in De Zevenster, een fraai gelegen wijk met
cottages ornés [villa, landhuis] en reverbères [straatlantaarn], het shangri-la [Tibetaans paradijs] van Schilde, waarvan de inwoners het locofaulisme [scheldwoord voor bewoners bepaalde streek] rabauwen [ruwe schurk, landloper, etc.] opgekleefd gekregen hebben.


4. De contouren van een middeleeuwse wüstung [verlaten nederzetting] zijn hier nog steeds herkenbaar.

5. Onze buren zijn van diverse pluimage. Links woont een man die zichzelf een zytholoog [bierkenner] noemt, die het malthusianisme [geboortebeperking] bepleit en het verzamelen van ballotins [pralinedoos] als hobby heeft.

6. Op latere leeftijd is hij getrouwd met een graciele [fijn, slank en teer] douairière [weduwe van adellijken huize] met blauw bloed in haar aâren [aderen], die in Zweden een slöjddiploma [ontwikkeling kind: karton, klei, hout] behaald heeft en [een] basiskennis van het Volapük [kunstmatige wereldtaal] bezit.

7. Hun dochter, die een kleur heeft als een bellefleur [appel], draagt gaarne lacs d'amour [mv., ineengevlochten banden, vorm: ∞]. Ze doet ingenieursstudies en 's zaterdags balletteert [balletdanden] ze.

8. Hun zoon is een kungfufanaat [kungfu, Chinese vechtsport], doet aan hathayoga [lichaamsoefeningen, adembeheersing] en studeert Inuktitut, de taal van de Inuit [mv. zelfde of + s,  Inuk = enkelvoud, Eskimo, geen mv.].

9. Hij heeft een uitgesproken filosofische overtuiging, maar hierover laat hij nooit zijn slont [achterste van de tong] zien.

10. Een soussie [inwoner Soussgebied Zuidwest-Marokko – uitspraak oe!] vervult bij hen de functie van tuinman.

11. Als man van Zuid-Afrikaanse origine voelt hij zich in Schilde toch in zijn element.

12. Hij leeft de Hadith [uitspraken en handelswijzen Mohammed – inhoudelijk - studie ervan = hadith] na.

13. Hij is vorige maand een berg-Schot [Hooglander] opgevolgd en verzorgt onder meer hun purperrudbeckia's, araceeën [uit de aronskelkfamilie] en gaultheria's [bergthee].

14. In een siervijver zwemmen koikarpers tussen shubunkins [Japanse goudvis] en claresses [zoetwatervis, wit vlees].

15. Wat verder bevindt zich de woning van Yanina Wickmayer, een kallipygisch [met mooie billen] tennisicoon [icon: andere uitspraak] met bobbed [van vrouwen: kortgeknipt] haar.

16. Ze heeft me eens uitgelegd wat een bye [zonder spelen naar volgende ronde] is, wat we onder een bagel [instinker: set met 6-0] verstaan (niet de hardgebakken bagel die je bij de bakker vindt [gat in midden]), wat een deuce [stand 40-40 in game] is, wat de betekenis van een qualifier [in hoofdtoernooi na voorronde] is en waarvoor de abbreviatie WTA [abbreviatie = afkorting, WTA = Women's Tennis Association] staat.

17. Zich fit houden doet ze met behulp van callanetics en calisthenics [beide: fitness].

18. Haar eegade is als cytoloog [celbiologie] verbonden aan een sevesobedrijf [produceert gevaarlijke stoffen] dat pyrofore [snel oxiderend en verbrandend] stoffen opslaat en een zeventigtal [70-tal] arbeiders tewerkstelt.

19. Rechtover [t.o., tgov.] ons hebben we een uit Lobith [daar komt de Rijn Nederland binnen] afkomstig gezin met twee kinderen, soms gotspieuze [brutaal - vgl. gotspe - NL: onbeschaamde brutaliteit] ossaarts [kwelgeest].

20. De aan lymeborreliose [lyme, ziekte van Lyme, infectieziekte] lijdende vader, een ex-cabinetard [lid van kabinet minister of staatssecretaris BE], combineert steevast een pochetje in de borstzak met een bellbottom [lange broek, wijde pijpen].

21. Een tijdlang was hij ook accapareur [opkoper] van quincaillerie [huishoudelijke artikelen].

22. De moeder is een naaister die bedreven is in het passepoileren [omboorden].

23. Hun zonen staan bekend als copoclefielen [verzamelaar sleutelhangers] maar ze zijn ook bijzonder sportief: geregeld doen ze aan deadliften [powerliften, halter in één beweging boven hoofd] en trainen ze hun rugspieren met chin-ups [kin optrekken tot hoogte stang].

24. Naast hen heeft zich een Surinaams echtpaar gesetteld dat dit jaar een bigiyari [lustrumfeest] vierde.


25. Naar aanleiding van dat feest hadden ze ons vergast op toastjes met tayerblad [tayer = bladgroente SR], vervolgens kwikwi [vis met beenplaatjes] met mango en als dessert bacovepannenkoeken [bacove + VD: n/s, GB: s – rauwe banaan] die ze op een antiek eenpitsstel [kooktoestel met één pit] klaargemaakt hadden.

26. Terwijl de kinderen parkour [= freerunning] speelden en kidlit [kinderlit(t)eratuur - doe bij dictee 1 t] lazen, kwamen we te weten dat hun moedertaal het Saramaccaans [taal SR, Saramaccaners spreken die, Saramacca = district SR - GB] is en dat ze in hun thuisland veel gebaarsd [baarzen = met hengel op baars vissen] hadden.

27. De clepsydra [wateruurwerk] in hun woonkamer is een souvenir van hun reis naar Egypte, de foto met een dipylon [hoge, grote grafvaas] van die naar Griekenland.

 

 

 
 



1752 Dictee zondag 27 oktober 2019 (4) dictee Tweede Goirles Dictee 2019 √

Dictee - dictees [1752]

Tweede Goirles Dictee 2019

Te hei en te gras (auteur: Jeroen van Heemskerck Düker)

1. Het edele voetbalspel stond dit jaar volop in de schijnwerpers. In Riel applaudisseerden voetbalaficionado's voor Oranjespeelster Jackie Groenen. De oehs en ahs waren niet van de lucht toen zij de halvefinalepartij tegen Zweden besliste. 'O, wat een souplesse!' verzuchtte eenieder. Jammer genoeg kon de ex-judoka, die onlangs de waza-ari's verruilde voor hattricks, in de finale niet het verschil maken.

2. Terzelfder tijd vierde tweedeklasser VOAB [Van Onderaf Begonnen] in Goirle het negentigjarig bestaan. De quasiprofessionele interland tegen de Salomonseilanden ging ondanks briljante een-tweetjes en hilarische schwalbes verloren, maar nadat iedereen gedoucht had, werd er vrolijk geswingd op rock-'n-rollmuziek.

3. Ook de gemeente vierde het feestje naar hartenlust mee. De nieuwe kliko's kregen een kek blauw-oranje verfje. Nochtans vroegen velen zich af of die raadsleden van lotje getikt waren. Naar verluidt hebben diehard-GSBW'ers [Goirlese Sportvereniging Blauw Wit] inmiddels zelf de deksels overgeverfd.

4. De burgemeester en zijn proactieve wethouders hebben wel andere sores. Zij komen twee en een half miljoen euro tekort. Het debat daarover werd een welles-nietesspelletje; zij gingen van de hei in de fij [van het ene uiterste tot het andere]. De een wilde het basis- of muziekonderwijs korten, de ander de ozb, oftewel de onroerendezaakbelasting, verhogen et cetera. Zelfs de nieuwbouw van het Mill Hill College [middelbare school Goirle, plaats dictee], waar u nu in hanenpoten dan wel gekalligrafeerd schrift uw dictee neerpent, kwam in de gevarenzone.

5. Misschien zouden de bestuurders zich bij tijd en wijle moeten terugtrekken op onze Regte Heide, om te midden van de heggenmussen, grauwgorzen en frankolijnen tot een salomonsoordeel te komen. Pas daarna mogen zij zich ontspannen met een relaxed partijtje tikitakavoetbal.

 
 



zaterdag 26 oktober 2019

1751 Dictee zondag 27 oktober 2019 (3) dictee Schiftingsproef BeNeDictee 9 +10 √

Dictee - dictees [1751]

BeNeDictee 9/10 – 2019

Schiftingsproef

Deze proef was niet nodig voor de eindstand, maar is voor de aardigheid en pro forma na afloop nog gehouden voor alle deelnemers.

De 12 vet en onderstreepte woorden moesten worden ingevuld.

De showy (de aandacht op zich vestigend, m.n. door uiterlijk vertoon; opzichtig) geiman * (bestuurder van de kraan bij het lossen van ertsschepen) is een uit zwart Afrika ** (het deel van Afrika dat ten zuiden van de Sahara ligt en van oorsprong een zwarte bevolking heeft, Sub-Sahara) afkomstige bornagain christen (wedergeboren christen), die kennis heeft van het Tamazight (Berbers) en het Shona (Bantoetaal, een van de belangrijkste talen in Zimbabwe). Op zijn linkerarm is een tiereteintje (tjiftjaf) getatoeëerd, op zijn rechterarm een baillet (boomvalk). Hij kan zich verkneukelen in screwballcomedy's (ouderwetse komische film met excentrieke personages en onwaarschijnlijke, lachwekkende verwikkelingen) en als muziekliefhebber houdt hij van shoegaze (Britse alternatieve rockstijl ***), baithak gana (traditionele Hindoestaanse volks- en dansmuziek) en alt.country (moderne, door country geïnspireerde muziek). 

* gei = takel

** wel: zwart-Afrikaans

*** ook: ww. shoegazen




vrijdag 25 oktober 2019

1750 Dictee zondag 27 oktober 2019 (2) dictee Derde Portaelsdictee Vilvoorde 2019 √

Dictee - dictees [1750]

Derde Portaelsdictee Vilvoorde 2019

De 58 rode woorden moesten door de Specialisten worden ingevuld, de 89 groene door de Liefhebbers. [Blauw] is toelichting.

Portaels portretteert Vilvoorde (auteur: Jan Deroover)

1. Wij zien Portaels, dit keer niet geschilderd, maar op een
zwart-witfoto, een daguerreotype [lichtbeeld via fotografie op zilveren platen] trois-quarts [half van voren, half van opzij] afgebeeld, niet gekleed in een sjamberloek [kamerjapon voor heren], wel in een zwart jacquet met lange panden boven een hemd van renforcé [dunne gebleekte katoenen stof voor hemden] met buttondownknoopjes [aan beide zijden vast te knopen] aan de overhemdsboorden en een lavallière, een gestrikte das, zwarte suède [fijn leer, uiterlijk van fluweel] herenschoenen en gamaschen [enkelstuk tussen schoenen en broek].


2. Na gedurende een paar decennia Europa en het Middellandse Zeegebied doorkruist te hebben was hij het verreizen van zijn tijd moe.

3. Vilvoorde was sedert het begin van de negentiende eeuw herrezen als een feniks [mythische vogel, uit zijn as herrezen] na een lange periode van verval en een van de eerste steden op het continent die konden genieten van de industriële explosie, na de verdieping van het verbrede kanaal tussen Brussel en de Rupel in 1830 en in 1835 de opening van het eerste spoortraject met de trein, van Britse makelij, op het Europese vasteland, tussen Brussel en Mechelen, tweede reden van de heropbloei.

4. Vermoedelijk was onze toen zeventienjarige schilder in zijn geboortestad, waar hij schoolging, getuige van de eerste stop van deze trein, want locomotief de Olifant moest water opslaan om stoom te produceren en mogelijk deed dit hem dagdromen om ooit van dit stalen ros gebruik te maken bij latere reizen.

5. Portaels' ouderlijk huis, brouwerij De Sterre, was opgebouwd uit tien traveeën [gewelfveld tussen gordelbogen], met centraal een fenêtre à terre [naar binnen openslaande deuren met Frans balkon] met raamwerk vervaardigd van doussié [afzelia, hout van gelijknamige boom] en bijbehorend bordes. Het was niet-onbelend [niet zonder aangrenzende huizen] en grensde aan de rooms-katholieke kerk van Onze-Lieve-Vrouw van de Goede Hoop [eigennaam] uit 1384.

6. Hoe frequent zou hij dit gebouw op de dag des Heren betreden via de narthex [voorhal, portiek] en genieten van het prachtige koorgestoelte?

7. In 1852 schenkt Portaels een triptiek aan de kerk: drie schilderijen met links Johannes de Doper in inkarnaatrood [vleeskleurig] ijzeroxiderood [rode verfstof], in het midden de Heilige Maagd Maria en rechts de apostel Petrus. Eerder hing het werk aan het hoofdaltaar, bij het chevet [koorafsluiting]. De triptiek is nu mooi hersteld, want voordien was die zwaar gecraqueleerd [vol kleine barstjes].

8. Brouwerij De Sterre werd in het midden van de twintigste eeuw met de grond gelijkgemaakt en ruimde het veld voor het administratief centrum van de stad.

9. Eind april 2018 werd een triptiek met een moderne tekening onthuld ter hoogte van de zijgevel en is er een verwijzing naar onze stadsgenoot met name. De triptiek boven op de kerk op de Coudenberg is reusachtig qua afmetingen en gebruikmakend van een zeer vernieuwende techniek, de wasserglastechniek [variant op de frescotechniek met een laagje glazuur op het beschilderde oppervlak].

10. In deze kerk hangen twee zeer grote werken van zijn hand, twee keer een staurolatrie [kruisaanbidding], doeken met Bijbelse voorstellingen van de dood van Jezus de Nazarener, Koning der Joden, waarop Portaels volop gebruikmaakt van zijn opgedane kennis uit zijn Oriënttijd [in het Oosten] en zijn reizen in het Heilige Land.

11. De moderne triptiek toont de meester in een Japans kostuum met een katana, een samoeraizwaard [licht gebogen] in de hand, een gedamasceerde [gebloemd, gevlamd] dolk en shinto ryu [Japanse vechtkunst met stokken en wapens] beoefenend.

12. Portaels gidst ons, gezeten op zijn vélocipède [een van de eerste modellen fiets] nu naar het Nouvel Quartier, aangelegd in de jaren 1870 voor de Vilvoordse bourgeoisie [gevestigde burgerij, bezittende klasse] en de hogere staatsbedienden, die de trein namen om in Brussel te gaan werken en in Vilvoorde resideerden [wonen, verblijf houden].

13. Aan het einde van de Stationlei staat het station uit 1887, waar in 1897 een prachtig standbeeld werd geplaatst, kort na de dood van onze gids.

14. Het monument verbeeldde de schilderkunst. Een zittend naakt met een schilderspalet [plankje voor verf en met een gat voor de duim] in de linkerhand, met eronder een medaillon [sieraad met inwendig een portret] van Jean François Portaels en daaronder drie water spuitende vissen in schelpvormige bassins.

15. In 1988 werd het beeld verplaatst naar de Portaelsschool, een kunstacademie, waar het als het ware gedumpt werd en onttrokken aan het oog van de burger.

16. Portaels gidst ons verder naar het klooster van de ongeschoeide karmelietessen [nonnen], van de orde van de antieke observantie [kijk bij lemma 'observantie' in VD: karmelieten van de strenge observantie], klooster met een barokkerk uit de zeventiende eeuw, waar zich het miraculeuze beeld van Onze-Lieve-Vrouw van Troost [eigennaam] bevindt, beeld, rondgedragen in de processie drie weken na Pasen, op de dag waarop nu ook de Troostkermis plaatsvindt en dit sedert 1852, tegelijk met de beroemde jaarmarkt.

17. De jaarmarkt is een gebeuren met koeien en paarden, galopperend, steigerend of in piaffe [draf op de plaats], opgezweept met een chambrière [rijzweep] op hun derrière [achterwerk] en en nage [geheel bezweet] onder hun sjabrak [rijkversierd paardendekkleed]. Er staan ook Brabantse trekpaarden, met gecoupeerde [afgesneden] staart, geniqueteerd [staart omhoog door doorgesneden spieren], maar geen rossinanten, geen lipizzaners, geen koniks of mecklenburgers, ook geen volbloedprzewalskipaarden, westfalers of genetten, Spaanse rijpaarden.

18. Onze Vilvoordenaar begeleidt ons naar de Grote Markt met het neoclassicistische stadhuis, waar Egide, Portaels' broer tussen 1871 en 1879 als burgemeester resideerde.

19. Hier hangen werken van onze gids, onder andere een schilderij over de samoen [ook: samoem], die siroccoachtige     zuidwestenwind.

20. Kamelen en dromedarissen, liggend op de grond, zoeken bescherming tegen deze wind.

21. Het werk getuigt van een prachtig coloriet [kleurschakering], gris de lin [lila-achtig blauw], Berbervrouwen in boernoesen [vrouwenmantel], lange Arabische mantels in louisine [madapolam = grof gekeperd katoenen weefsel], onder dekens van flausch, een duffelse wollen stof.

22. Op de markt stond ooit een lakenhal, want de lakennijverheid was in de middeleeuwen een grote bron van inkomsten.

23. Nu staat er een houten staketsel [rij palen], een verwijzing naar dit verdwenen gebouw, uit de tijd van de invoer van Engelse wol, voordat er sprake was van de brexit. 

24. Portaels en de zijnen waren bemiddeld, bijna puissant [zeer] rijk.

25. Jaarlijks verdiende Portaels ruim 10.000 Belgische franken, een loon waarvoor een kantwerkster 133 jaar moest werken, een slavenbestaan, want hun dagloon bedroeg 25 centiemen!

26. Hij was een welkome gast aan het Belgische hof, maar ook koning Willem III, onze noorderbuur, was zijn gastheer in Paleis Het Loo, waar zij samen biljartten!

27. Hij konterfeitte [afbeelden] meermaals koningen, prinsen en bekende tijdgenoten, onder wie keizerin Charlotte, gekleed in een jurk van satin duchesse [soort van satijn] met heel wat valenciennes [soort van kloskant], een Vlaamse kant met grote mazen, opaline [kostuumstof voor heren], getwijnd [twee of meer draden ineendraaien] kamgaren met imprimédessins [bedrukt] en inslagfluweel , verder getooid met een achttienkaraats gouden halscollier en een ferronnière [voorhoofdssieraad met edelsteen in het midden] in haar gevlochten haar.

28. Naar aanleiding van silvesteravond [oudejaarsavond] nodigt onze stadsgenoot ons uit bij De Kuiper, een paardensteakrestaurant uit 1859.

29. Met paardenvlees van de paarden van het legergarnizoen of de paarden die de schuiten trokken aan de kanaaloevers.

30. In dit etablissement geen rundvlees, want dat is gevaarlijk omwille van de mogelijke overdracht van de boviene spongiforme encefalopathie, de gekkekoeienziekte, verwant aan het
creutzfeldt-jakobsyndroom [vergelijk scrapie en kuru].


31. Buiten vriest het en aan de hemel staat Pegasus, het Paard, naast het Veulen [sterrenbeelden]. Binnen in het restaurantje met felgekleurde toile cirée [tafelkleed van wasdoek *] op de tafeltjes met thonetstoeltjes [Wener stoelen gemaakt door M. Thonet], is het heerlijk warm. 
* Enkelvoud of meervoud? RL, voorkeur: enkelvoud – stofnaam = wasdoek, VD. GB kent het onderscheid tussen de stofnaam (wasdoek) en de tafelzeiltjes (van wasdoek) niet en geeft – net als VD in die betekenis, van de tafelzeiltjes zelf dus – twee meervouden: toile(s) cirées. Die kun je dus beter niet gebruiken; dan ook nog: hebben beide vormen verschillende uitspraak?

32.Er is genoeg keuze: uiteraard paardenvlees – Vilvoordenaars zijn pjeirefretters (paardenvreters) – naast ribeye, een tournedostje met stroganoffsaus, koninginnenhapjes en pâté de foie gras [ganzenleverpastei], frietjes met mayonaise en dijonnaise en met als toetje bombes glacées [halfbol ijsgerecht in twee kleuren] met fraise [aardbeikleurig] aardbeien en bigarreaus [harde Franse kers om te konfijten], naast boerderijijs met oblies [dun, rond wafeltje]. 
* RL: m.i. meervoud, anders beter: een (!) bombe glacée, VD. Het enkelvoud bombe glacée is echter niet voor 100% uit te sluiten.  


33. Portaels voert ons mee naar de Correctie, ooit het grootste gebouw van de stad, duidelijk herkenbaar op de kaarten van de Oostenrijkse Nederlanden van Ferraris uit 1779, gebouwd binnen een tijdspanne van vier jaar en gebruikt voor alle doeleinden, uiteraard als gevangenis, kazerne, jeugdlokalen en in 2002 door de stad verworven en nu deels gebruikt als hotel met daarnaast andere multifunctionele ruimtes.

34. Op de terugweg merken wij het Mattenkot op, destijds een klooster van de ruig gepijde dominicaner monniken.

35. Er werden kokosmatten gemaakt in de sparterie [mattenfabriek].

36. Portaels veegt zijn voeten af aan de matten en nodigt ons uit om in 2020 terug te komen voor het vierde Portaelsdictee ...