vrijdag 11 maart 2022

2629 Dictee zondag 13-03-2022 (2) – dictee Wekelijkse dicteetest 197 RL √

Dictee – dictees [2629]

Wekelijkse dicteetest 197 RL [elke zondag]

Welk van de 3 antwoorden is juist?

Oplossingen: hieronder!


Bron: Oefendictee (oud) 697


1. De ………. had veel weg van het ………....

a. sirenenzang                             sirenegeloei

b. sirenezang                               sirenegeloei

c. sirenezang                               sirenengeloei

2. Het meervoud van mikwa is mikwa’s (1) of mikwaot (2).

a. Alleen (1) is goed.

b. (1) en (2) zijn beide goed

c. Alleen (2) is goed

3. Het ……...stelsel is een ………...stelsel.

a. avoirdupoids                                 gewichts

b. avoirdupoids                                 gewicht

c. avoirdupoid                                   gewichts

4. Een uitgebreid koffiemaal is een ……………...

a. dejeuner dînatoire

b. déjeuner dînatoire

c. déjeuner dinatoire

5. Hij sprak ………… en …………….

a. Indo-iraans                               Plat-New-Yorks

b. Indo-iraans                               Plat New Yorks

c. Indo-Iraans                               Plat-New Yorks

6. Wordt ………… van de ………… gemaakt?

a. pineau                                    pinot noir

b. pinot                                       pinot noir

c. pineau                                     pineau noir

7. Ik schrijf soms requisitoir (1), soms rekwisitoor (2).

a. Alleen (1) is goed

b. (1) en (2) zijn beide goed.

c. Alleen (2) is goed.

8. Bij een ………. de soirée hoort een eau de ……..

a. toilette                                        toilettetje

b. toilet                                           toiletteje

c. toilette                                         toiletteje

9. Een ………….. is een …………..

a. slijsijzer                                  loet

b. sleisijzer                                 loet

c. sleisijzer                                 loed

10. Ze dronken een ……….. dan wel een ………...

a. sauternes                            advocateborrel

b. sauterne                             advocateborrel

c. sauterne                             advocatenborrel


Oplossingen [197]: zie hieronder.


--------------------------------------------------------------------


Oplossingen [197]

1a 2b 3a 4b 5c 6a 7b 8c 9b 10a

2. GB heeft mikwa’s, VD mikwaot. Beide ook: mikwe(s). Betekenis: ritueel joods bad of badhuis.

6. De pineau is een likeurwijn van cognac en geen blauwe druif!

7. Beide vormen in VD en GB!


Contact: leentfaarrein@gmail.com

 


donderdag 10 maart 2022

2628 Dictee zondag 13-03-2022 (1) dictee – Dictee van de dag (511) √

Dictee – dictees [2628]

Vragen en opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com

Oefendictee OUD 346, geheel herzien naar situatie 2022

Dictee van de dag (511)

1. Paillet (clairet) is een lichtrode, droge wijn. Een paillette (meervoud: pailletten) is een reepje gouden of zilveren folie als versiering van kledingstukken. Een inquilien is een commensaal, quisquiliën zijn prullen en het equilibre is het evenwicht. Dit willen we er bij de computercursisten inrammeien: de pc realiseert in real time, zeg maar: in no time, allerhande tasks en jobs. Dit zeg ik niet joci causa [voor de grap]. Een stel inseparabele parkieten wordt ook wel met 'inséparables' aangeduid. Een instantaneetje is een momentopname. In-situvitrificatie (van: in situ) is het ter plekke verglazen van verontreinigingen in de bodem. Qua woordbeeld heeft dat wel iets weg van in-vitrofertilisatie (reageerbuisbevruchting, van: in vitro, afkorting: ivf). Ken je hier echt alle ins en outs van? De volgende zin spreken we goed uit: realtime onderzoek kent toch andere nuances en finesses dan realtimeonderzoek. Het volgende is inside-information: de moslim riep: "Insjallah" en de christen repliceerde insidieus [gemeen, venijnig]: "O, je bedoelt: zo God wil?".

2. Instant messaging [IM] is direct en vlug, als je online bent. Instantkoffie is kant-en-klaarkoffie (kant-en-klare koffie) en er bestaan ook instanthuwelijken: wee de kinderen! Een instar montis equus is een paard zo groot als een berg. De interessesfeer van de interim-directeur van het interimkantoor is louter beperkt tot interimjobs, interim-adviezen en interim-aandelen (recepissen). Op ic's (intensivecareafdelingen) wordt intensive care verleend. Moet je tuttifrutti los schrijven of aaneenschrijven? Een intaglio is een gem met uitgesneden voorstelling (antoniem: camee; een tweekleurige is een camaieu). De ferryboot tussen Breskens en Vlissingen is een
niet-insulaire [van de aard van een eiland]. Het instructie-eskadron (ook: squadron) oefende in blind vliegen (instrumentvliegen). Het succes was een opsteker: ik had er veel tijd, geld en energie in gestoken. Het goudeerlijke drankgezelschap had als spraakmakende leuze 'in vino veritas' [iemand die dronken is, spreekt de waarheid].

3. Bij het achteruitparkeren moet je de insteekhaven goed insteken, tenminste dat is mijn insteek. Klotewijf is duidelijk een invectief [scheld-, schimpwoord], klotenbibber is dat zo te horen niet. Mindervalide bekt beter dan invalide. Extra-uterien is buitenbaarmoederlijk. Voor hij de koppeling helemaal intrapte zei hij, dat ik geen open deuren moest intrappen (Latijn: jugulare mortuos – doden vermoorden – oftewel actum agere – doen wat al gedaan is). Ik zei daarop, dat ik daar mooi niet zou in trappen. Wilde hij me soms de grond in trappen? Poep, daar kun je in trappen! Enfin, morgen op het veld zien we elkaar weer bij het intrappen. De internetextensie van Sint Vincent en de Grenadines is vc. Een internaut is een internetastronaut. In-vivofertilisatie is bijna-echt. Ik heb een ipodduim (ook: P) van het ipodden met iPodjes: ik had geïpod ook: geïPod [nee: ww. altijd kleine letter! – maar dit niet in GB/VD]. Als studenten een zeker lied zingen, heet dat dan io-vivatten [io vivat]? Dat zou er dik in zitten. De bijzitten moesten er wel warmpjes bij zitten.

4. Inzitten konden de inzittenden er niet mee. Geld, tanden, ruiten, de joker, een lap, een blik agenten en een lied kun je inzetten, maar je kunt er ook de pas in zetten. Een isohypsenverzameling: dat zijn gewoon hoogtelijnen! De rizofoor is de luchtwortelboom. De
ISO-landcode van Ierland is IE. Het IRC staat voor Internet Relay Chat (netwerk van babbelboxen op internet). Mijn ismeverzameling bevat onder andere: zenboeddhisme, zapatisme [gewapende verzetsbeweging in
Zuid-Mexico – Zapata], vers-librisme [vrije verzen schrijven], truïsme (waarheid als een koe), sisyfisme [arbeid om de arbeid], quadrupedalisme (vermogen om op vier poten te lopen), orfisme (genoemd naar Orpheus), keynesianisme [Keynes – economie], ietsisme (tegenover nietsisme), euhemerisme [goden beschouwen als verheerlijkte bijzondere mensen], eddyisme [gebedsgenezing volgens de christian science = leer, C S = beweging], bushisme [Bush – VS], brahmanisme [verering Brahma] en biblicisme [in alles baseren op de Bijbel, naar de letter]. De bloedmooie, beeldschone, feeërieke ischiaslijdster op de carnavalswagen charmeerde, fascineerde en magnetiseerde de voor haar irresistibele [onweerstaanbare] ironsides [ijzervreters – Cromwells leger].

5. Iridectomie is niet het snijden van zekere bloemen, maar het verwijderen van het regenboogvlies (iris). Heb je weer last van je irascibiliteit [prikkelbaarheid]? Kicken medici op iui (intra-uteriene inseminatie) en de ivf-behandeling [in-vitrofertilisatie]? De I Tjing is een orakelboek met hexagrammen uit de Chinese filosofie. De Pythische Spelen werden om de vier jaar in Delphi (daar huisde ook het pythisch orakel, het orakel van Delphi) gehouden, de Isthmische Spelen om de twee jaar op de landengte [istmus] van Korinthe in Griekenland. In Van Dale kom je 'Israëlieten' (inwoners – israëliet = jood, godsdienst) en 'Istanboel' tegen.

6. Hij vervaardigde een j'accuse [protestbrief of -pamflet] tegen de kernbom. Zelfs een uitgescholden jap kan wel een jab (punch in de vechtsport) uitdelen. De drank krambamboeli is (ook) punch. De vogelfamilie jaçana [jaa-saa-naa] wordt ook wel als jacana
[
jaa-kaa-naa] geschreven. Een jack-up is een versleepbaar booreiland. De jahilia is het voorislamitische tijdperk. Hier valt niks te jamaren! De jakob-evertsen [vis, vogel, persoon met uitpuilende ogen] keek letterlijk zijn ogen uit. Op Jakobsdag (25 juli) wordt de heilige Jacobus (sic!) herdacht. Het griottedoosje [mv. s] was pleite, kwestie van weg zijn. Aanhangers van Jacobus II van Engeland worden jakobieten genoemd. De pelgrim wees met zijn jakobsstaf naar de Jakobsstaf [drie sterren: Gordel van Orion]. De zitting vond januis clausis [met gesloten deuren, in geheime zitting] plaats. De jonggestorven Amerikaanse acteur James Dean is naamgever van het jamesdeaneffect [aantrekkelijk zijn, voortijdig aan je eind komen en een mythe worden]. Jan en Evert sloegen een jan-evert (een jandoedel, jenever) achterover en daar zou het niet bij blijven. Die kostbare herinnering is me bijgebleven.

7. Het ene slachtoffer raakte in coma, het andere is bij gebleven. Geüniformeerde NSB'ers [Nationaalsocialistische Beweging] werden wel als janhagel aangeduid. Het zijn net Jut en Jul: Jan Stapallemachtig en Jantje Stapnetjes. De jantje-lacht-en-jantje-huilt is een kaatsbal. De jansenisten waren volgelingen van de Ieperse bisschop Jansenius. De javamens is niet van deze tijd, de neanderthaler ook niet. Een jens [klap, mep, beuk] geeft geen beukennootjes. Ik heb me het ik-weet-niet-wat (je-ne-sais-quoi) gestudeerd! Met '*wc*' vinden we ook enkele bijdragen aan onze woordenschat: YWCA (Young Women's Christian Association) naast de YMCA (Men’s), het WCT (World Championship Tennis), de wc (watercloset) met wc-bril, -borstel en -deur, trek-duwcombinatie (veelal uit losse rijtuigen of uit bakken samengesteld voer- of vaartuig), lowcarbdieet (waarbij men slechts in beperkte mate koolhydraten tot zich neemt), flowchart (stroomschema), newcomer, narrowcasting (zie VD: tv voor beperkte doelgroep), crewcut (mannelijke haardracht opvarenden Amerikaans oorlogsschip), cowcatcher (aan auto), chowchow (keeshond), en btw-carrousel.

8. De werken van J.S. Bach worden internationaal aangeduid met BWV (Bach-Werke-Verzeichnis), gevolgd door een nummer. Met '*f?c*' vinden we onder andere: accommodatiecoëfficiënt,
adjudant-onderofficier, a dream of perfect bliss (een droom van volmaakte gelukzaligheid), de Afscheiding van 1834, afschminkcrème, à la façon (de Venise), alfa-effect, analysecertificaat,
aspirant-verificateur, artificial intelligence (afkorting: AI), bandwagoneffect (in de politiek – meeliften met succes van een ander), beneficiarius, butterfly- en borrelnootjeseffect, de breidel afschudden [opstandig worden], cific (cost, insurance, freight, interest, commission), de jure et de facto (rechtens en feitelijk), elephantum ex musca facere (van een mug een olifant maken), façade [voorgevel, schijn], face-à-main [voor dames: lorgnet aan een handvat], face-off [ijshockey], face-to-face-enquête (van: face to face), fâcheux troisième [storende derde aanwezige], factoryoutlet, factum illicitum (onrechtmatige daad), faculté maîtresse [belangrijkste vermogen], fdc (first day cover) en FDC (munten – fleur de coin – nog niet in omloop geweest).

9. Om te vervolgen met: geofictie [bedenken en ontwikkelen van een fictieve geografische eenheid], de g-factor [dwarsversnelling vaar-, vlieg- of voertuig], de G-kracht [zwaartekracht], googlificatie [niet in wdb.], in aere aedificare (luchtkastelen bouwen), in pontificalibus (in feesttooi, in priesterlijke ambtskleding), lex imperfecta (rechtsregel zonder sanctie), liquefactie (vervloeiing), lymfocyten (witte bloedcellen), Magnificat (lofzang van Maria), na-ijl- en mozarteffect, motherfucker, non-fictie, nullificeren [tenietdoen], een officier à la suite (in het gevolg), een officier-arts, de Pacific (Stille Zuidzee, Grote Oceaan),
peper-en-zouteffect, placebo-effect, potloodfeces, pro aris et focis (voor kerk en vaderland), quantum sufficit (zoveel als voldoende is, als vereist wordt – q.s., ook quantum satis), het RIT (Rampenidentificatieteam), reïficeren [tot een zelfstandigheid maken], re infecta (onverrichter zake), re-infectie (herinfectie), resusfactorpositief, roll-on-roll-offschip (rij-op-rij-afschip), salva ratificatione (s.r. – behoudens bekrachtiging), een traktaat ratificeren, softcore [van erotica: vrij onschuldig, geen details tonend, tgov. = t.o.: hardcore], soft focus [foto met vervloeiende lijnen = flou artistique], special effects, species facti (de voorstelling of uiteenzetting van het genoemde), substituut-officier, superficies (recht van opstal), ter benefice van (ten voordele van), T-lymfocyten (T-cellen), het
uurtje-factuurtje [afrekening per gewerkt uur], het V-effect (vervreemding), vivificatie (omzetting in levende stof),
volte-face (ommezwaai), x-factor, yuppificatie, zijeffect en zijinstromers. De rest laten we maar zitten. Nog wel vandaag in 'Onze Taal' een mooi dicteezin(s)deel [GB, VD] gelezen: de ontvreemde fiets was ontframed.

 


woensdag 9 maart 2022

2627 Dictee zaterdag 12-03-2022 (1) dictee – Dictee van de dag (510) √

Dictee – dictees [2627]

Vragen en opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com

Oefendictee OUD 347, geheel herzien naar situatie 2022

Dictee van de dag (510)

1. Vieren Zimbabwanen ook oudjaar en Nieuwjaar, oud en nieuw, het
oud-en-nieuwfeest? Onderdelen van een drumstel kunnen de hihat [haaj-hèht] [twee met een pedaal tegen elkaar beweegbare bekkens] en de snaredrum [snèhr-druhm] (caixa [kahj-sjaa] – met snaren eronder – ook: snaardrum) zijn. Het nirwana was het hoogste doel van de Indiase goeroe. Hersenen is een typisch geval van plurale [mv. pluralia] tantum, politie en ijs zijn voorbeelden van singularia [enk.: singulare] tantum. De vingers van de lepralijdster zworen langzamerhand af [afzweren, afvallen, letterlijk]. De verrader zwoer zelfs zijn eigen vader af [afzweren met eed]. Vgl.: de vinger zweerde of zwoer, hij zwoor een eed. In het hondenhok van de twee bon(s) vivants zaten alleen twee whippetjes [windhond]. Komt het jeu de boules uit Frankrijk? Ik heb nu mijn buik al vol van dat gejeu-de-boul. Het spel is trouwens (heel erg) verwant aan la boule lyonnaise, la boule de fort en petanque. Het meervoud van woordenspel is jeux de mots. Jeunes premières [+] zijn vrouwelijke hoofdrolspeelsters in een stuk met een liefdesintrige. Een jezuïetencollege is per definitie jezuïtisch. Die iezegrim [brompot – ijze(r)bijter, beisponem, uitbijter, mopperaar] had veel weg van een stalen jezus.

2. Mag hij nog ik-weet-niet-hoeveel bloopers maken? Ik wist het woord niet meer voor, je weet wel, een naakte man. Die loopt in z'n blote
je-weet-wel. Die heeft een je-weet-weloutfit. Het is waar: het werd op JIMtv verteld. Kunnen ninjutsuers ook jiujitsuen? Moest u bij jodenkers ook meteen aan jojodenkers ([!] hun jojo-effect komt van het jojoën; ze hebben dan gejojood) denken? Jammer, dat dicteenomaden daar geen streepje mogen zetten … Krijg je met jodhpurs eerder rijbroekanesthesie (het caudasyndroom)? Joh toch, is het waar dat mensen met joie de vivre [levensvreugde] vaak 'joechei' roepen en geobsedeerd zijn door de joik, een ingehouden Laplandse (Lapse) zangstijl? De jonge turken waren geen derdegeneratieallochtonen. Jolie-laides [aantrekkelijk lelijke vrouw] hebben vaak veel jolijt, ook op Jom Kipoer. De joint venture had een aanzienlijk jointventurekapitaal. De voetbalclub Juventus trekt vooral spelers aan die in hun juventus [jeugdige volwassenheid, 25-40 jaar] zijn (en liefst ook juveniel – jeugdig).

3. De junta [ch] had enkele junior managers in dienst. Jumelles [mv.] is de naam voor een toneelkijker. Zou in het Jurassische gebergte (daar wonen Jurassiens) nog iets te vinden zijn van het jurassische tijdperk? Kan je van daaruit de junonische [trots, majestueus, godin Juno] buurplanetoïde [tussen Mars en Jupiter] zien? Sommige Jordaanbewoners (Jordanezen) beheersen het jordaanvibrato. De
JP-norm [balkenendenorm] geldt hier niet. Het is daar Joris en Trijn [soms liefde, soms ruzie], al is hij een domme joris en zelfs een
joris-goedbloed. Klein Jobje met zijn joppie zal wel weer Joppie zijn [kind van de rekening]. Hollanders zijn maar kaaskoppen. Kun je met een kabas [armkorf, hengselmand] kabassen (niet meer in VD: listig stelen)? In een Israëlisch kabinet kan zelfs de kabbala [geheime leer en mystiek van de joden in de middeleeuwen] een rol spelen. Het kabuki is een specifiek mannelijk en traditioneel Japans toneel. Bij het kwartetten kwamen we de kaardrog [zekere rog] tegen. Kaapstatters [uit Kaapstad] drinken als regel kaapwijn (Kaapse wijn) en gebruiken als toetje vaak Kaapse wolken en geen Kaapwolken, want dat zijn twee extragalactische sterrenstelsels in de zuidpoolstreek van de hemel, die uit een menigte telescopische sterren en nevelvlekken bestaan.

4. De kaddisj is een joods gebed [zeg maar kaddisj: zand erover]. Verwante termen zijn: doxologie, laudatie en laudatio. Is er verschil tussen de kajapoet- oftewel kajapoetiholie [lichtgroene etherische olie] en de neroli(olie) [uit oranjebloesem]? Kaisoi, paksoi en tatsoi [Chinese sla] zijn verwante (of juist niet-verwante?) Chinese bladgroentesoorten. Het kaizen is een Japans managementsysteem. De kadushi is een zuilcactus op de Antillen en leverancier van vruchtvlees voor heerlijke soep. Katjangs [peulvrucht: erwt, boon] kun je in kadjangs [gedroogde bladeren als emballagemateriaal] wikkelen. Ach toe, ram mij niet met je rammei [= stormram]. De kakadoris [kwakzalver, ook: kakkedoris] had aan de wand een Japanse kakemono [schilderij] hangen met een kaketoe [papegaaiachtige] erop. Hij wilde de kakies voor de behandeling wel graag cash ontvangen. Een blotevoetendokter loopt soms zelf op zijn blote kakkies. Een markies heeft een markizaat, een kalief een kalifaat. Het wordt stilaan tijd, dat je het wat kalmpjes aan (kalm aan) gaat doen: geniet van je kalissedrop en van de kalmoes [waterplant]. Komt het 'to kalon k'agathon' (het mooie en het goede) soms uit het Kalmuks? Het Griekse cultuurideaal vatten we samen met 'kalos k'agathos' (schoon en goed), ook wel: 'kalokagathia'. Wil je gebakken kaketoe-eieren? Ik heb zelf de sluipschutter kaltgestellt [uitschakelen, VD, GB: kaltgesteld]. De kanaalzwemmer gaat van kanaal naar kanaal (met een kanaalkiezer), de Kanaalzwemmer van kust naar kust (met zwemvliezen). De knautia wordt ook honingbloem, scabiosa of schurftkruid genoemd. Op de Kanaänitische bruiloft (te Kana) werd water in wijn veranderd. Schrijf je Kamper steur, kampersteur, of beide? Op het kamerbrede tapijt van de Eerste Kamer werd de motie over de NS kamerbreed aangenomen.

5. Kikkererwten zijn kekers. Met kandijsuiker kun je canderen. Het jongste hoofdtijdperk van de geologische tijdschaal wordt naast kaenozoïcum ook wel neozoïcum genoemd. Het was kantje boord, de kantjil onderging een kantjeboordredding. Een canticum, een kantiek, is een kerkgezang. Een dicteetijger is een lettervreter en een kommaneuker. Een loodlijn is een kathete oftewel cathetus. Je kunt een dreun op je kanis, je harses, krijgen! Kun je met cassonade [bruine keukensuiker] een kanonnade uitvoeren? Ze maakte een reverence, een knicksje. Het kandidaat-Kamerlid werd door de journalist kapotgeschreven. Cimbaloms zijn citers. Cembalo's zijn trouwens klavecimbels. De kapsoneslijer belandde uiteindelijk in het kapucijner klooster. Het kaposisarcoom herken je aan pijnloze roodblauwe of – bruine huidvlekken. De karakoelschapen zijn genoemd naar een dorp in Oezbekistan.

6. Jan karde weg met zijn bromfiets, Piet kartte weg met zijn skelter (gocart). Het Japanse karoshi [dood door te hard werken] is een heel andere manier van heengaan dan een kamikazeactie. Zie het (de) karonje [feeks] in heur karikel [licht tweewielig voertuig]! De karetschildpad pieste – doet hij dat dan? – tegen de kariatide [vrouwenbeeld als steunpilaar]. Kastelozen zijn paria's van het kastensysteem. Het kasparhausersyndroom [jong niet leren praten, oud ook niet] is genoemd naar Kaspar Hauser. Waar gebruiken ze kastanje-eek voor? Als je kassiewijle bent, ben je kassie-zes. Cashewnoten groeien aan de kasjoeboom. De kasgeld-bv richtte zich nu op kasjmieren handtassen uit Kasjmir. De schreeuw ging door merg en been: door karyocyten (beenmergcellen) dus? Het kasjroet is het geheel van de joodse spijswetten. Zoeken op '*bq*' geeft alleen: barbecue (afkorting: BBQ) en becquerel (afkorting: Bq). Zoeken op '*dq*' geeft: schuldquote en vin délimité de qualité supérieure – aanduiding op Franse streekwijn die de plaats van herkomst garandeert (afkorting: V.D.Q.S.). Zo geeft '*gq*': belastingquote, haringquota, dragqueen en de afkortingen van de internetextensie en de ISO-landcode van Equatoriaal-Guinee, respectievelijk: gq en GQ.

7. Met '*lq*' vinden we: pulque (in Mexico uit het sap van de agave bereide alcoholische drank), differentiaalquotiënt, decalqueren (verouderd voor calqueren), calque (overgenomen tekening). De oogst voor '*mq*' is: unum idemque (unum et idem: een en hetzelfde), tamquam in speculo (veluti in speculum: als in een spiegel), tamquam alter idem (als een tweede ik), spemque metumque inter dubii (zwevend tussen hoop en vrees), quocumque nomine (onder welke naam ook), quocumque modo (op welke manier dan ook), mq (internet: Martinique), MQ (ISO-landcode), limquat (dwergcitroentje, nauw verwant aan de kumquat), kumquat (zure, op sinaasappel lijkende vrucht), in utrumque paratus (op alles voorbereid) en in utramque partem (aan beide kanten). Met '*pq*' is de schrale oogst: S.P.Q.R. (Senatus Populusque Romanus, senaat en volk van Rome). Met '*uq*' zochten en vonden we: bouquet (in verband met wijn en likeur het geheel van geur- en smaakeigenschappen), bouquet garni (bosje kruiden om bouillons te aromatiseren), bouquetreeksboek (GB, VD nog: B – volgens VD bestaat de Bouquetreeks uit bouquetromans) (damesroman), bouquiniste (verkoper van tweedehands – GB:
2(d)e-hands
boekenook: tweedehandsboeken) en consilio manuque (met raad en daad). Een truqueur en truqueuse vervaardigen namaakantiek.

8. De oogst voor '*xq*' is: exquis(iet) (uitgelezen, voortreffelijk) en cadavre exquis (taalspel waarbij de spelers volgens zekere regels een tekst produceren). '*yq*' levert ons: yquem (een witte bordeauxwijn). Een paar hits vinden we voor '*tq*': de afkorting e.t.q. (e tutti quanti – en alle(n) die erbij behoren), de afkorting GTQ (genormeerde valuta-aanduiding voor de quetzal van Guatemala), hinc atque hinc (van weerskanten), hodie atque heri (nog maar sinds korte tijd), lichtquant (foton), de afkorting t.q. (tutti quanti – allen van dat slag), TQM (total quality management), trente-et-quarante (uitbreiding van het kansspel rouge-et-noir met twee velden: couleur en inverse) en unus atque idem (een en dezelfde). Bruikbare dicteetermen met '*rq*' zijn: turquoise (adjectief: turkooizen), het turquoise (znw. = tafweefsel), satis superque (genoeg en meer dan genoeg), retorqueren (iemand met eigen woorden bestrijden), remarquabel (opmerkelijk), perquisitie (huiszoeking), marquise (markiezin – markies, markizaat), marqueterie (mozaïek van gekleurd hout of marmer), marquee [ie] (lichtkrant op beeldscherm), marque (gedenkteken), marqué toneelspeler-verrader), demarqueren (synoniem: markeren), bifurqueren (een bifurcatie vormen) en barquette (bakje van bladerdeeg voor ragout).

 


2626 Dictee vrijdag 11-03-2022 (1) dictee – Dictee van de dag (509) √

Dictee – dictees [2626]

Vragen en opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com

Oefendictee OUD 348, geheel herzien naar situatie 2022

Dictee van de dag (509)

1. De combinatie '*sq*' belooft een redelijke oogst aan bruikbare termen: ab ovo usque ad mala (van het begin tot het einde), absque causae cognitione (zonder kennis van zaken), absque hoc (zonder het genoemde), absque ulla conditione (onvoorwaardelijk), ad nauseam (usque) (tot walgens toe), amicus usque ad aras (iemand die bereid is zich voor zijn vriend op te offeren), arbeidsinkomensquote (afkorting: aiq.), a solis ortu usque ad occasum (van zonsopgang tot zonsondergang), bal masqué, beroepsquerulant, bisque (soep), bisque de homard (bisque d'homard, kreeftensoep), confisqueren en confisqueerbaar, de afkorting c.s.q.n. (conditio sine qua non), demasqué (ontmaskering) en demaskeren, desquamatie (afschilferen), en dextra fidesque (ik geef er mijn hand op), esquire (beleefdheidstitel in Engeland: weledelgeboren heer), een flatsquare [bnw.] beeldscherm, fresquiste (frescoschilderes), gants mousquetaires (+ handschoenen met grote kap), integer vitae scelerisque purus (van onbesproken levenswandel en vrij van schuld) en je-ne-sais-quoi (ik-weet-niet-wat).

2. Maar dat is niet alles: kaasquiche, kennisquiz, kiesquotiënt (kiesdeler), lansquenet (thans niet meer gespeeld kaartspel), manibus pedibusque (uit alle macht, met hand en tand), marasquin (soort van kersenlikeur), masqué (bij het biljartspel door een ervoor liggende bal niet bereikbaar), mesquinerie (bekrompenheid), misquote (misplaatst citaat), mosquito (piepkastje), mousqueton (musketon, soort van karabijn), pasquinade (paskwil), plusquamperfectum (voltooid verleden tijd), premier-risqueverzekering, profil en trois-quarts, quisquiliën (prullen), quousque tandem? (hoe lang nog?), remis velisque (velis et remis: met de meest mogelijke spoed), secundis temporibus dubiisque rectus (in voorspoedige en in onzekere tijden standvastig), sesquipedalia verba (ellenlange woorden), sesquiterpeen (organische verbinding zoals farnasol), short squeeze (prijsopdrijving), squaleen (acyclische onverzadigde koolwaterstof), squameus (schubachtig), squaredansen, ik heb gesquasht, squatter (kolonist), squaw (indiaanse vrouw), status quo, toties-quotiesaflaat [toties quoties], trois-quarts (van een gezicht), usquam terrarum (ergens ter wereld), usque ad aras (tot de offerdood), usque ad mortem (tot in de dood) en verbruiksquotum.

3. Wat levert '*aq*' op? Onder andere: AQ (landcode Antarctica), veel aqua zoals aqua destillata (gedestilleerd water), aquaduct, aqua et igne interdictus (verbannen: water en vuur ontzegd), aquafitness, aqua fortis (sterkwater) [aaneen!], aquamanile (kan water voor priester), aquam a pumice postulare (iets onmogelijks willen), aquam infundere in cinerem (de put dempen als het kalf verdronken is), aqua pompa (aqua pumpaginis, pompwater), aquariaan (aquarist), aquarobics (aerobics in het water), aquatel (drijvend hotel), aqua vitae (brandewijn), aquifer (ondergronds waterbassin), aquilae senectas (een krachtige ouderdom), attaque, attaqueren, blonde d'Aquitaine, caquelon (kookpotje), chapeau claque (gibus), craqueleren (craquelé vertonen), demaquillagecrème (voor afschminken), eau de labbaraque (bleek- en vlekkenwater, mond- en gorgelwater), incorrupta fides nudaque veritas (niet te verbreken trouw en de naakte waarheid), jaquemart (staande figuurtjes op een klok) en witlaquéboekenplanken [laqué als znw., anders evt. .met laqué als bnw. wit laqué boekenplanken of zelfs witlaqué – vgl. witgelakt aaneen – boekenplanken].

4. Verder troffen we ook nog aan: maquis (verzetsgroep, leden: maquisards), maquiladora (assemblagefabriek), Nasdaq (schermenbeurs in New York), plaque (op tanden; GB en VD ook: tandplak, GB ook nog: tandplaque), plaquettepenning,
praesta-quaesumus (priester die alleen de mis leest), raquette (sneeuwschoen), rastaquouère (exotisch heerschap), taquineren (lastigvallen), tourner casaque (de huik naar de wind hangen), utraquist (calixtijn, aanhanger van een zekere richting der hussieten) en vaquero (cowboy, Mexicaans veedrijver te paard).

5. Ook '*eq*' verzekert ons van een rijke oogst, (een selectie): adequaat (geschikt voor het beoogde doel), aequa lance (onpartijdig), aequo animo (kalm), ars aequi (de rechtspraak), atletiekequipe, bonum et aequum (wat recht en billijk is), chef d'équipe, co-equipier, EQ (emotionele-intelligentiequotiënt), equalizer, equatie-uurwerk, equerre (trommelkruis), equinoctium, equinox [equinoctiaal, equinoxiaal], equivoque, equivocatie [taalkunde], equus publicus (iemand die zich – in schijn dan wel werkelijk – uitslooft ten algemenen nutte), ex aequo et bono (naar recht en billijkheid), exequatur (goedkeuring van de aanstelling van een consul in een vreemd land door de regering aldaar), exequiën (uitvaartplechtigheden), gedesequilibreerd (uit zijn evenwicht), haud passibus aequis (van navolgers: ver achterblijvend bij hun voorbeeld), hongermannequin, inadequatie (ontoereikendheid) en inconsequent (onlogisch).

6. Om te vervolgen met: instar montis equus (een paard zo groot als een berg), intelligentiequotiënt (afkorting: IQ), judo-equipe, letteren requisitoriaal (juridisch: ambtelijke opdrachten of verzoeken), mannequinage (beeldhouwwerk aan gebouwen), messa da requiem (requiemmis), non sequitur (ongerechtvaardigde gevolgtrekking), obsequium (obediëntie, kloostergehoorzaamheid), olie-equivalent (rekeneenheid voor energieverbruik), partibus aequalibus (met of in gelijke delen, afkorting: p.aeq.), per consequentiam (bijgevolg), perequatie (vereffening), postcheque-en-girodienst [1918-1986: PCGD, niet in wdb.] en plus aequo (meer dan billijk, dan nodig).

7. De afronding van deze serie is: prequel (film of aflevering die laat zien wat aan een serie voorafging), private equity (het beleggen in
niet-beursgenoteerde bedrijven
), private-equityfonds, quasi umbra persequi (iemand volgen als zijn schaduw), requisitoir (eis van OMOpenbaar Ministerie), sauve-qui-peut (algemene ordeloze vlucht), sequel (vervolg op een succesvolle speelfilm), sequenza (bijzonder virtuoos solowerk in de moderne muziek), sequitur (daaruit volgt), sequoia (reuzenpijnboom), tequila (sunrise), warmte-equator (isotherm die de plaatsen met de hoogste jaartemperatuur met elkaar verbindt) en ten slotte: zichtcheque.

8. '*oq*' geeft veel min of meer bekende woorden; een selectie daaruit is: alloquium (aanspraak, apostrof), bilboquet (vangbekertje), bloque (biljart: een rechtuit, met forse stoot te maken of gemaakte bal), breloque (hangsieraad), cacoëthes loquendi (praatzucht), chloroquine (een antimalariamiddel), choquant (aanstootgevend, ook: shockerend), coq-à-l’âne (wartaal), coq au vin (gerecht, gestoofd in wijn), coquero (cocakauwer), coquette (behaagziek meisje), coquille (schelp), coquille Saint-Jacques (jakobsschelp), croquis (schets), eloquentie (welsprekendheid), epoque maken (vergelijk ook: belle époque, epochemachend), equivoque (ondubbelzinnig), evoqueren (evoceren, voor de geest roepen), furor loquendi (spreekwoede, praatzucht), hoquetus (muziek: 13e-eeuwse compositietechniek) en hora locoque consuetis (op de gewone plaats en tijd).

9. De slotserie voor genoemde combinatie is: leptoquark (theoretisch elementair deeltje), loquomanie (praatzucht), magniloquentie (grootspraak), maroquinerie (marokijnwerk), moquant (schertsend, bespottend, honend), moquette (fluweelachtig trijp: een moquette gangloper [VD] – ook: moquettegangloper: VD en GB), pendeloque (hanger van edelgesteente), reciproque (omgekeerde in de rekenkunde zoals 11/7 en 7/11, x en 1/x), roquefort (sterksmakende(!) Franse schapenkaas), studium immane loquendi (geweldige drang om te praten), suffoqueren (stikken, smoren), toque (genitaal beschermstuk), toqueren (manier van schilderen), troqueren (ruilhandel drijven), tu quoque, Brute (tu quoque, fili mi: et tu, Brute, ook gij, Brutus?), usus loquendi (spraakgebruik), ventriloquiste (buikspreekster), moqueca (traditioneel Braziliaans visgerecht) en colloquium doctum (toelatingsexamen universiteit).

10. Een kathaar is een middeleeuwsesekteketter. Een kaugek is een zeezwaluw, een kauwgek is dol op kauwen. Een kauri (kinkhoorntje) is een schelp. Het katrienerad is een huidziekte. Had ik met deze
kat-in-de-zak, een soort linnen, een kat in de zak gekocht? Of was het juist kat in 't bakkie? Het woord 'katjoesjaraket' wordt vaak fout geschreven. De kauw vind je bij ons in torens
(torenkraai!), de wouw alleen op trektocht. Heeft dit apparaat de Kema-keur [Kema: Instituut voor Keuring van Elektrotechnische Materialen]? Kelkkafjes staan aan de voet van aartjes. Het werd een keizersnedebevalling. Zullen we gaan keet schoppen of kebab eten? Het kemalisme is genoemd naar de grondlegger van de moderne Turkse republiek [Mustafa Kemal Atatürk]. Hij droeg een kekke [vlot, modern] outfit. De kawina is creools-Surinaamse dansmuziek. Nou vooruit, nog een uitsmijter dan: hippopotomonstrosesquippedaliofobie (ziekelijke angst voor lange woorden). Lange woorden, dat zijn sesquipedalia verba.