Dictee – dictees [2562]
Oefendictee jan 2022 (2)
1.
Vandaag (6/1) gehoord op tv: ze niet alle 24 in het kratje hebben
(=
kennelijk: ze niet allemaal op een rijtje hebben). Een
nachtpit is vaak ‘s nachts aan het werk, een nachtkat is een
kodkod, een echte kat. Met een opus mallei wordt een stippelgravure
bedoeld. Een orant is een leeuwenbek, een orante een figuur in
biddende houding, met ten hemel opgeheven armen. Als een kwestie
contentieus [betwistbaar] is, kan contentieuze rechtspraak uitkomst bieden. Denk
ook aan de afdeling contentieux van de Raad van State. Een junkie kan
aan craving [onbeheersbaar verlangen naar verslavende middelen] lijden. Een cravate noire is een black tie en geen gewone
kravat [GB ook: cravate], stropdas (het
komt van Kroaat!).
Trump heeft heel wat cronies: makkers door dik en door dun.
2. Een cromlech is een dolmen (grafmonument - mv. beide + s). Voor cobolamine mag je ook nog cyano- zetten [vitamine B12]. Het damaststaal is bedoeld voor Damascener klingen [zwaard]. Een filippie was tien gulden. Dat hele maal was helemaal niet te vreten. Het gebeurde niet kortgeleden, maar lang geleden. Ik lees iedere dag trouw Trouw (of: Trouw trouw). Van God alleen: a Deo solo. Een acrosolium is een booggraf. Tot uw orders: à vos ordres. Er werd heel wat afgefilosofeerd. Mijn collega-filosoof gaf een college filosofie. Ook die Kosovaarse komt uit Kosovo. Met *oxo*: [VD] doxologie (lofprijzing), loxodroom (kromme lijn op aarde snijdt alle meridianen onder eenzelfde hoek), Oxonian (student, geleerde aan de uni van Oxford(iaan)), oxo: -azijnzuur, boter-kaas-en-eieren en toxoplasmose.
3. Uit de
scheikunde: 2-oxopropaanzuur, 4-oxo-4-fenylbutaanzuur en
4-oxopentaanzuur. 1,2-dihydro-4-methoxy-1-methyl-2-oxonicotinonitril,
dat is ricinine! Een pos is een zeedonderpad, geen zebrapad! Op
*oyo*: [VD] boyo (ovengerecht),
coyote (prairiewolf + scheldwoord voor lid
minderheidsgroep), toyotisme (voor
productiebedrijven - maximale productiviteit), troyounce (ounce),
gameboyoplader en mangoyoghurt. Een jezuïet is lid van de door
Ignatius van Loyala gestichte orde. Een krugerrand is een gouden munt
(met een gehalte van één troyounce goud).
Perinde ac si cadaver: (gehoorzaam als een
lijk -
vgl. kadaverdiscipline). Een ignatiaanse retraite duurt 30 dagen op basis van de
Geestelijke Oefeningen van S(in)t.-Ignatius
van Loyola (ook in verkorte vorm).
4. Dunne
sojasaus uit Japan heet shoyu. Hij housed/te
in zijn housecoat: peignoir met rits. Staat die DVD [Dikke Van Dale] echt op één
dvd [digital versatile/video disk]? Regionaal kun je makkers, genantjes hebben. Wat gênant is,
vertoont gêne en een genan(t) is een
naamgenoot (zelfde voor- of doopnaam).
Een aya is een Koranvers. Een predikant heeft achter zijn naam
V.D.M., verbi
divini minister,
bedienaar van Gods Woord. Raasdonders zijn o.a. kapucijners. Ruziën
(geruzie) is ruziemaken
(ruziemaker, ruziemakend) of ruzie
zoeken (ruziezoeker, ruziezoekend).
Vergelijk: ruzie krijgen en ruzie hebben. Een daverende, knallende,
fikse, knetterende, kletterende, hoog(op)lopende, slaande, krakende,
hooggaande ruzie. Was dat een café- of burenruzie? Eerder een cao-ruzie
[collectieve arbeidsovereenkomst]!
5. De partneruil deed aan partnerruil. Boete doen (boetedoening): ik doe boete. Een lariks is een lork of lorkenboom, vgl. sporkeboom. Met een oude automobilistenlist (automobilismelist, automobiellist?) ging hij de andere voertuigen voorbij. Hij kreeg automobiellessen. In hun auto’s hingen mobiles [moo-biels] (en hij belde met zijn mobieltje). De vis medicatrix naturae is medisch het natuurlijk genezend vermogen van het lichaam. Toujours perdrix: zelfs het beste gaat vervelen als je er te veel (een teveel) van krijgt. Rixari de lana caprina: ruziemaken om niets. In rixa is bij een twist. Consolatrix afflictorum: troosteres der bedrukten [epitheton van Maria]. De ars artium omnium conservatrix is de de kunst die alle andere bewaart, t.w. de boekdrukkunst. A (À) tout prix is tegen elke prijs, koste wat kost (coûte que coûte].
6. De
quaestrix en de ex-rectrix (niet:
de oud-rectrix) gingen akkoord en gooiden het op een
zouteloos akkoordje. Een ecart is een
koersverschil (ook: swing), een grand
écart is een spagaat. Met een preëminentie heb je een bevoorrechte
positie. We kennen de afko Z.Em. voor
Zijne Eminentie,
maar Hunne Eminenties heeft geen afko. Gezocht op *nolet*: [VD]
espagnolet = 1) stof, 2) spanjolet (draairoede),
pecunia = vermogen, geld – (pecunia)
non olet: (geld) stinkt niet, spagnolet
= zekere [het] flanel of zekere [het]
molton. Was die spagnolet [stof] om de
spanjolet (espagnolet) gewikkeld? Hora
subsicivae zijn snipperuren. In ‘algoritmen/s’
ligt de klemtoon op ‘rit’. De- en (des)activeren
(zoals
op een link klikken) zijn allebei goed.
7. Bungeejumpen is elastiekspringen. Een ghostbike of gedenkfiets herdenkt een omgekomen fietser. Ghosten/ing is iemand op sociale media geheel negeren. Een GIW-garantie is in NL een garantie van het Garantie-instituut Woningbouw. Een glamgirl is een glamourpoes. EV (eV) staat voor elektronvolt, EV voor electric vehicle en E.V. voor en ville (alhier). Met levs of leva's betaal je in Bulgarije (= 100 stotinka). Gezocht op ‘uitdrukking’: 15 minutes of fame, aargh (argh) en acta est fabula (het spel is ten einde). A horse! A horse! My kingdom for a horse! In Rusland: akmeïsme = adamisme [stroming in Russische dichtkunst]. Zo waarlijk helpe mij God almachtig! Après nous le déluge (na ons de zondvloed). Tja, Barbertje moet hangen [er moet een schuldige zijn]. Ken je de grapes of wrath [de druiven der gramschap] en the great Unkwown [de/het grote onbekende]?
8. Been
there, done that. Big Brother is watching you. Brittannia
rules the waves. Cash is king. Correct me if I’m wrong. Das war
einmal. Der frische, fröhliche Krieg. Et in Arcadia ego (heimwee
naar verloren geluk). Et tu, Brute (tu
quoque, Brute – tu quoque, fili mi). Finis Poloniae. Good
old Adriaan. Iets op insta zetten [instaën], slaat op Instagram. La mort sans
phrase (iets volstrekt verwerpen). Less
is more. Licence to kill. Mamma mia. No hard feelings. Non possumus
(onmogelijkheid iets te doen). O sancta
simplicitas! Over the
counter
= otc.
Rumpitur invidia: hij (de kikker)
barst van de nijd. Tomtidom, pomtidom [klankweergave]. Liever Turks dan paaps. De
voraussetzungslose Wissenschaft, heeft die afgedaan? Vorrei e non
vorrei (twijfel uitdrukken).
9. Zijn
Kronstadt halen (twijfelen aan politieke
overtuiging).
Gezocht op ‘spreuk’: ad (in) majorem
Deo gloriam
(= A.M.D.G.). Ad patibulum
(naar
de galg)! Aforisme = zinspreuk. De mortui nil nisi bene
(over
de doden niets dan goeds). Ora et labora: bid en werk. Het
tafeltje-dek-je. Een zeisel is een zeispreuk, een gezegde, een
zegswijze. Gezocht op ‘spreekwoord’: make love, not war. The
proof of the pudding is in the eating. Gezocht op ‘gezegde’.
C’est le ton qui fait la musique. Danser sur un vulcan. Le mot de
Cambronne
[vloek, krachtterm]. Beheers je echt the art of making enemies?