Dictee - dictees [1512]
Dictee 767 (DCCLXVII) Dictee Specialisten
(21-06-2014)
1.
Ze liepen bras dessus, bras dessous [arm in arm].
Brasilethout is onecht brazielhout en brasiline is de rode kleurstof in het
braziel. De eerste braspenning is door Jan zonder Vrees geslagen. Voorbeeld van
een apostrof aan een strijdmakker is 'brave crillon' [dappere
Crillon]. Voor zo'n braziliaan [topaas uit
Brazilië] moet je bij de juwelier zijn. Heb je voor een brazilian [verticaal geschoren streepje schaamhaar] per se
brazilian wax [harsmethode schaamstreek] nodig?
Een synoniem van 'toitoi(toi)' is 'break a
leg'. Breath-holding spells [kinderen stoppen met
ademhalen door emoties] kunnen levensbedreigend zijn. Breeches zijn een
rijbroek. Met inhout worden vooral ribben
en spanten bedoeld. Brechcokes is gebroken gietcokes. Brecciën zijn zekere
gesteenten. Breedlachend diende hij zijn breedgedragen voorstel in.
Oosterlengte is O.L. en noorderbreedte N.B. of N.Br., westerlengte is W.L. en
zuiderbreedte Z.B. of Z.Br. Wie wil er nou een breekse [door
onhandigheid veel brekend] barman, een soort van brekebeen? Is dat nou nepbreitschwanz?
2.
De breedtehang is de christusstand. De brei-juffrouw met haar breidelloze
driften was niet breilijk (te breidelen, te
beteugelen) meer. Met een breektiejijs [breekijzer]
kom je overal binnen. Hij is een brekespel, een
spelbreker. Hij is een brekebeen in de
orthopedie. Zij importeren bremersteen en Bremer groen. Ze runnen een
ertsbrekerij. Bretoenen of Bretons zijn inwoners van Bretagne. De breugelkermis is zo genoemd naar Pieter Bruegel. Zij ondergaat een herniotomie [breukoperatie]. Leg eens uit wat een Schuchardtbrevier [boek in
dichtmaat] is. Brevity is the soul of wit: kortheid is de essentie van
geestigheid. Wat hield de brezjnevdoctrine in [communistische landen helpen elkaar]? Het duurde
brief as woman's love, zo kort als de liefde van een vrouw. Briefschrijven is
brieven schrijven. Morgen is zijn briet mila (meervoud:
briet milot, brietot mila – besnijdenis joodse jongen). Zij zijn
brigadiers-majoors.
Een brigittines (birgittin) is lid van een
brigittenorde [1348. H. Birgitta].
3.
De antiterreurbrigade moest optreden. De meeste wc-potten zijn brildragend,
maar geen brildrager. Hij deed het met briljantie, brille. Zijn gevoeg doen is
brillen. Hij heeft altijd brillantine in het haar. Briller par son absence:
schitteren door afwezigheid. Schattig, zo'n brilzee-eend. De briouat [brie-waht] is een Noord-Afrikaans gerecht.
Britannia rules the waves. Britsen is met handdaggen [eindje
touw] op de rug en op de broek slaan [straf
schepelingen]. Bruto kun je afkorten met b., bto., bt., brt. of br. Het
broccatello [marmersoort]
was in brocatel [brokaatachtige
stof] verpakt. Het broedblad behoort tot het geslacht Kalanchoe
[oo-wee]. Een broedei is geen consumptie-ei.
Een brief aan de mannen broeders (mannenbroeders,
in den Here) in de kerkenraad begin je met 'Eerwaarde Broeders'. De
atletiekcrack is verreisd; zijn ster verrijst nu elders. Als Knap dood is,
krijg jij zijn broek [ironisch complement].
4.
Waarom wordt een koelzeil ook wel broek van Bertha genoemd? Geen idee. Een broekstuk wordt ook Y-buis genoemd.
Mazzel [= ook brooche!] en broge met je nieuwe
brogues [brooks – gaatjesschoen]. Zij is
blut, broke [brook]. Dat is het nieuwe
oud-maakt-nieuwsysteem. Hij heeft al enkele bromances [mannen,
niet-seksueel] achter de rug. Dat kind zou brommes moeten krijgen [berispt worden]. Ook in de bronstijd kende men de
bronsttijd al. Met het hemels brood wordt het Woord Gods, met het brood der
Engelen het manna of de hostie bedoeld. We eten vaak eigengebakken brood. Wat
voor indicator is broomthymolblauw? Het heeft te maken met zuur-basetitraties. Bij Thespis' brozen [de toneelspeelkunst] draait het niet alleen om
cothurnen [toneellaarzen]. Een brougham [broo-wuhm – 4 wielen, 2 personen] wordt getrokken
door één paard. In de brousse [rimboe] kun
je meestal geen brouilly [een beaujolais uit de gelijknamige
plaats] krijgen. De natuurkundeterm brownbeweging of brownse beweging is
naar de Schotse botanicus Robert Brown genoemd.
5.
De bruchharsch is een bevroren harde bovenlaag op verder zachte sneeuw. De
originele Brug der Zuchten ligt in Venetië. Een tuatera
of tuatara is een brughagedis. Met de bruid der
zee wordt Venetië bedoeld. Voorbeelden van bruidstranen [drank, kaneelwijn] zijn hip(p)ocras
en boerenjongens. Dat kan Bruin(tje) niet
trekken. Bruinharthout is geen hardhout. Ik vind die bruinhart
tafel (bruinharttafel) erg
mooi. Hij valt op brunetjes (brunettetjes)
en brunhildes [grote, forse blonde vrouw].
De godin Brunhilde is een van de Walkuren [uu] (en een walkure
is ... een forse struise vrouw). Bruschetta [broes-kèh-taa]
is zeker geroosterd brood. Geert Wilders is een honourable man, ik heb niets
met die brutus [verraderlijk mens]. Ze waren
behoorlijk bruyant [luidruchtig, lawaaiig] met
dat bruyère [roodachtig bruin hout]. Is die
buy-out [overname van alle aandelen van een
vennootschap] geslaagd? Het aboutalisme [decentraliseren
sociale overheidstaken] is naar Ahmed Aboutaleb [2019:
burgemeester van Rotterdam] genoemd. Amarilhout is smergelhout.
6.
Gezocht op '*down*': breakdown (instorting),
coolingdown (tegenover warming-up), hij ging
drie down [drie slagen minder dan geboden - bridge],
syndroom van Down (downsyndroom, daaraan lijdt een
downie), downdaten (van vr.: met lagere
opleiding of sociale status), downhill skaten is niet moeilijk, wel
gevaarlijk, Downing Street, downplayen (bagatelliseren),
downstart (bij schaatsen), down the drain:
gezegd van iets dat verloren gaat (door het putje),
down-to-earth: met beide benen op de grond staand, praktisch, nuchter, de downtown
(de binnenstad), down-under: (informeel) in Australië, Nieuw-Zeeland of de
Stille Zuidzee, dropdown (uitklapbaar keuzemenu op
beeldscherm), knockdown (bij boksen),
meltdown (bij kernreactor), shakedown (zwaar verhoor), sitdownstaking, top-down, touchdown
(American football, rugby),
trickledowneffect: indirect positief effect en ups-and-downs (ups en downs).
7.
Gezocht op '*out*' (1852 hits – 2019: 2822): Zoutzee (de
Dode Zee), de zoutte van iets, zoutevis (labberdaan),
youtuben (!),
work-out (intensieve conditietraining),
voutenkamer (opkamer),
vermout, venkelhout (sassafras), veloutésaus
(met roux), try-out, tout mon possible, tout
le monde, tout court (zonder meer, kortweg),
tout comme chez nous [net al bij ons], three
strikes out (drie slag – honkbal – is uit –
veelpleger levenslang bij de derde keer), time-out, touche-à-tout (bemoeial), tout à toi (t.à.t.
– geheel de jouwe), tout à vous (t.à.v. –
geheel de uwe), stouterdje, teak- en sycomorenhout,
stobbehout
spin-out (startende
onderneming), soutas (soutache – garneerband
of crêpeweefsel op dameskleding), sorbenhout
(en sporkehout en lorkenhout), sjouter (politieagent),
shake-out [zwakke ondernemingen uit de markt],
side-out [volleybal] en shoot-out [bij dictee], sans atout (sans,
SA), s'amuser à la moutarde: zijn tijd met futiliteiten verdoen, routier
[vrachtwagenchauffeur], router [tomtom voor computerverkeer], schout-bij-nachtsschip, rout (raout -
avondpartij), rebel without a cause [dwarsligger
uit hogere kringen] en ras el hanout (kruidenmengsel).
8. Verder: rail-routevervoer, poutrel (stalen balk), platinizout – niet genoemd naar de
voetballer, peper- en zoutvaatje, peper-en-zoutstel, passe-partout, pay-out [dividend], palmyrahout, outre-tombe (postuum), out of bounds [verboden
terrein bij golf], out-of-competitioncontrole [op doping],
intro's [inleiding] en outro's [uitleiding], out of Africa [kleding van daar], out of line [ongepast], out of pocket [niet
afzonderlijk begroot of gespecificeerd], out of the blue [plotseling], out of the box [buiten de gebaande paden], opting-out [bedrijven terugtrekken uit collectieve regeling],
much ado about nothing [veel drukte om niets],
mouton retourné (lammy(coat)), moutons de
Panurge [makke schapen die de eerste over de dam
volgen], moutse challetjes: kleine gevlochten broodjes, mazout (stookolie), malgré tout (ondanks
alles), een mahout of kornak begeleidt een olifant, lock-out [wegzenden werknemers tegen werkstaking], lindehout, le goût de la perfection qui stérilise: het
onvruchtbaar makende verlangen naar volmaaktheid, leestenhout, lateihout, lifo (last in, first out), la grande règle de toutes
les règles: een toneelstuk moet voor alles in de smaak vallen.
9.
Voorts: le tout Breskens, knock-out, knock-outtoernooi,
je-m'en-foutisme [BE: onverschilligheid], IJslandroute [omzeiling btw], een argument dat houtsnijdt, is
houtsnijdend, houtje-touwtje(jas), ins en
outs, houtenjassenpark [kerkhof], heinhout [heining], haute couture [exclusieve
mode], hang-out (hangplekcafeetje), hand-out [na lezing of toespraak], guerre à
outrance: oorlog op leven en dood, tot het bittere einde, guajakhout (pokhout), grouten (waterdicht
maken), gouttière (dubbele, parallel lopende
haarlijntjes), goutte militaire (druiper),
goûter (vieruurtje), FSC-hout (Forest Stewardship Council – gecertificeerd,
duurzaam), fouta [oe] (hamamdoek),
pernambukhout, fausses routes (van katheters),
fall-out [radioactief], fade-out [langzaam verdwijnend beeld, outfading], everything
you always wanted to know about een dicteegoeroe, envoûtement (voodoobezwering), en-tout-cas (zowel kleine paraplu als parasol), en route (onderweg, ook: en cours de route), dug-out [trainer, reservespelers] en egoutteur (wals om te egaliseren in de papierindustrie, net als de
heelgoedhollander).
10. Ten slotte: dt-fout, drop-out [outcast], je betaalt daar met de Djiboutiaanse
Djiboutifranc [DJF], na de hecatombe [slachting, bloedbad] volgde een déroute [verwarde vlucht], de haut goût (sterk gekruid), degout [afkeer,
walging] en degoutant, de coutume (naar
gewoonte), en croûte gebakken [met knapperig korstje], coûte que coûte [koste wat kost], compagnon de route (reisgenoot of fellowtraveller), coming-out (outing – homoseksuelen), chill-out(ruimte) [rustige dancemuziek], chief-scout (hoofdleider bij de boyscouts), campêchehout,
bukshout [buxus], bruyèrehout, brazielhout,
brasilethout, brijnzout [zo zout als brijn = pekel]
is niet goed voor het brein, bonne à tout faire: meisje voor alle voorkomend
werk, bail-out(fonds) [financiële reddingsoperatie],
bailefunk [baaj-luh –
Zuid-Amerika] of favelafunk, aloëhout, agouta (solenodon),
a deed without a name [een daad zo erg dat er geen
naam voor bestaat], break-out [sport:
uitbraak, counter] en burn-out(syndroom) [uitputting door overbelasting
op het werk].