woensdag 13 september 2017

1160 Dictee woensdag 13 sep 2017 (1): dictee Oefendictee sep 2017 (11) √

Dictee - dictees [1160] 

Oefendictee september 2017 (11) 

1. Het savanna-effect is de uithuisplaatsing van kinderen zonder gedegen onderzoek. Een SCEN-arts [steun en consultatie bij euthanasie in Nederland] is een tweede arts bij euthanasie. De symfyse is de schaambeenvoeg. Schadenfreude is leedvermaak. Je kunt Sara zien en een sara krijgen. Hij is een satanskind, een volgeling van Satan. Je kunt je taal kruiden met Attisch zout [sal atticum: fijne geestigheid]. De tegenhanger daarvan is Italum acetum (Italische azijn). Een salmanazar is een wijnfles (9 liter). Met sint-salarius wordt de Heilige Salarius bedoeld. Salpeterkruit is [vero] zwart buskruit. In de sacoche zijn is in de pocket zitten. De Sacramentsdag is het sacramentsfeest. Hij was slaafgemaakt [VD]. De grote sabon is een 48 puntsletter (en de kleine telt 40 punten). Sackjacking: autoruit inslaan en tas pakken. Draagt Poetin weleens en rusleren jack? Die Simpelmans is daarenboven ook nog eens een saaimans. Witte de With had als bijnaam Dubbelwit. 

2. Wij zijn ruimbehuisd. Deze schoenen zijn van rundboks gemaakt. Een rumpie is een rup (rural professional: yup die op het platteland woont). Waar kun je betalen met rufiyaas? Hij zou zijn poot stijf houden. Een ruggie is een tapijtliefhebber (oosterse). Ze wilden een coup(je) ['koep', bij 'koe': couptje] plegen. De afkorting r.p. staat voor réponse payée. En 'rrrt' bootst het geluid na van iets dat snel wegrolt of -schiet. Wat is ruby voor port (en tawny?). Rug tegen rug is dos-à-dos. Wablief(t)? Mag ik 3 granny smiths (mv.)? Daar had ik half en half op gehoopt. Een hoodoo is een rotspilaar. Rouille is zekere knoflooksaus. Rouwkrip is zwart (crêpe). Zij was nog rosser, maar wie had het roste haar? Een rosbeier is een robbedoes, een ruwe klant. De rossby- en kelvingolven vind je in de oceaan. Het rostrum (de sneb) is het vooruitspringend gedeelte van de voorsteven van een schip. Een kohlpotlood accentueert de ogen. Dat is echt een must have! Rootsy van muziek is teruggrijpend op traditionele voorbeelden uit het verleden. Ropeskippen is touwtjespringen als sport. Ropijen zijn roepies. Otium is hetzelfde als odium. Het niveagehalte en -syndroom slaan op: niet in voor- en achtertuin (vgl.: nimby = not in my backyard). Genasjt: lekker gegeten.

 3. Een rond-point is een rotonde Het roentgenium heette vroeger unununium (atoomnummer 111). Anerytropsie is roodblindheid. De grote roerganger was Mao Zedong. Het woord 'rof' komt mogelijk van rough [jongerentaal: moeilijk, zwaar]. Een rokou [oo, au] is een orleaan. Een sinfonietta is een kleine symfonie. Hij is r.-k. geestelijke. Dat postume eerbetoon was voor hem! Hij speelt in jong Oranje. In WO II beluisterde je Radio Oranje. Onchocerciasis is rivierblindheid. Een ruisdaellucht verwijst naar Van Ruisdael, Jacob van Ruisdael. Rixari de lana caprina: ruzie maken om niets. Hij speelt in die brassband, zij in een bigband. Een rimpelroos is een zekere roos uit China (Rosa rugosa). Met de ringgit betaal je in Maleisië. Rikilt staat (historisch) voor Rijkskwaliteitsinstituut voor Land- en Tuinbouwproducten. Het RIKZ is in NL het Rijksinstituut voor Kust en Zee. Rilde korenstengels zijn slank. 

4. De rilievo schiacciato is een Italiaanse reliëfstijl uit de 15e eeuw. Zij is zo ril [vreesachtig, schuw] als een hert. Je hebt terecht gesteld, dat hij nog steeds niet terechtgesteld is. Geef mij maar pruimeneau-de-vie. Een sonnettette is een snelsonnet: een gedicht bestaande uit een kwatrijn en een distichon, waarbij na het kwatrijn een chute volgt. Het rijke roomse leven is lang niet meer wat het geweest is. Een gouden rijder is een munt. Zij rijden (queueden) voor de gaarkeuken. Ook die rijkaard heeft een rijkaart. Een zoete jan is zoete koek of ook
jan-in-de-zak. Het geschiede zoals het ook vroeger geschiedde. Tympanie is windzucht. Het follikel van De Graaf, het Graafse follikel is een follikel aan de eierstok (eiblaasje). Van al die stress raak je gestrest. Een rietsomp is een rietzodde. Een dagobertstoel zoek je niet bij Donald Duck, maar in de middeleeuwen. Een exemptie is een uitzondering. Een faiseur de mots is een woordenkramer. Rollen maar met dat zorbje! Zit er een kluwen wol in die breipot? Een ramequin is een vuurvast ovenschoteltje (voor crème brûlée). Ik wens je mazzel en brooche: veel geluk! Hij draagt brogues. Ik vind jou een zeik- of schijtlijster. Ik heb slaap, dusdoende ga ik naar bed.

 
 
 

dinsdag 12 september 2017

1159 Dictee dinsdag 12 sep 2017 (3): dictee Oefendictee sep 2017 (10) √

Dictee - dictees [1159]

Oefendictee september 2017 (10)

1. De refugiee, zij werd goed geholpen. De worst werd in slijsjes geslijsd. De sloeharing en de noordzeegarnaal zijn geen Middellandsezeevissen. Hij liep over een haarbouclé tapijt (of was het: haar bouclétapijt?). Een slij(tje) is een zeelt, een ankh is een sleutelkruis. Eindelijk is tenslotte ten slotte (of omgekeerd!). Dit is gedrukt in lettertype elzevier. De Memisa was de Medische Missiesamenwerking. Daar moet een circumflexje op. Het is ont-hiv'en of onthivven, afhankelijk van de uitspraak. Een shop-in-shop is een zelfstandige winkel binnen een warenhuis. Een documentaire-theater speelt ware gebeurtenissen na. Is dat nou kort- of lang geleden? Een hemlockspar behoort tot de dennenfamilie. De twee kekuléstructuren van benzeen vormen een grensstructuur. Zij hebben een conto a metà. Blakaipesi (mv.) zijn eetbare zaden. Het ADP (adenosinedifosfaat) is een fosforylerend (veresterend) en energie leverend reagens in biochemische reacties. Brønstedzuren kunnen een proton afstaan aan een base. De oersted (Oe) is een niet-SI-eenheid van magnetische veldsterkte. Prieeltje, priëlen, financieel, financiële.

2. Shanghaaien is overhalen tot onaangenaam werk. Atimie is eerloosheid. Een loodslab vindt men in een schoorsteen. De oldskool staat tegenover de newskool. Vonkelwijn komt uit Zuid-Afrika en is mousserend. Een oudgelovige geloofde nog. Drie slag is uit (bij honkbal), bij dammen kennen we de dubbel- en drieslag. Met een slag- of valflouw vang je vogels. Bijgegoten koffie is slappe daan. Hij kneippte regelmatig. Je kunt in de knijp zitten. Met een klizeerschaaf schaaf je lijsten. Het OSAS is een obstructief slaapapneusyndroom. De baard van Mozes is het slaapkamergeluk. Je kunt iemand slaapwel wensen. Met sjok wordt chocolademelk bedoeld. Niet elke skiër is een skiester. SkijjØring is het zich laten voorttrekken op ski's. Aceetaldehyde is ethanal. Hij was alom bekend. De speeltijd is al om. Zijn rafblauwe ogen vertederden me. Noem orangeade gerust verfrissend. In de gelagkamer hing een lachspiegel. Hij leefde van uit Zweden aangevoerd wittebrood. De jager heeft geschoten: de kauw is uit de lucht.

3. Hij gaf het commando: staak het vuren! Daarna werd een
staakt-het-vuren overeengekomen. Heerlijk, die gazeuze drank. Ze speelden op flügelhorn en bugel. Beschikbaar was patchoeli- en kajapoet(ih)olie. Een seú is een oogstfeest op Curaçao. Shaolin kungfu werd oorspronkelijk beoefend door monniken. Scheeliet is een mineraal. Hij is schat- en schatrijk. Lapalissades zijn vérités de Monsieur de la Palisse (waarheden als een koe). Sero sed serio: eerst met tegenzin, maar, eenmaal begonnen, met hart en ziel. Als je een droge, witte loirewijn, bereid (!) uit sauvignon blanc wilt, moet je dat aangeven. Zijn er nog veel café billards? Hands-on bezig zijn is praktisch. De overvaller riep: "Hands up!". Dat heb ik al
ik-weet-niet-hoe-vaak gezegd. Een relâche betekent: geen opvoering. Ik was 3 seconden lang in beeld. Vomeronasaal betreft feromonen. Vroeger schortten zij hun lange gewaden.


4. Een grande bouffe is een schranspartij. Hij heeft geschwalbd. Zij volgt de cesartherapie. Een calorimeter meet calorieën. Eolisch is met of door de wind. Een schotel-op-steeltje is een schotelkluifzwam. Ik deed hbs B. Hij is mijn behuwdzoon. Schoorsteenvegen is de schoorsteen vegen. Waar is het dossier-Dutroux? Hij reedt mee aan dat schip. Schoentje lap is slofje-onder (slofke jagen, een kinderspel). Een schismaticus is een scheurmaker in de kerk. Een scheveninger hoeft bij weer verliezen niet opnieuw een rondje te betalen. De schicksalsstunde is het noodlotsuur. Een sembah is in Indië een gebaar van aanbiddende verering. Ze aten scheepsspek, maar het leek wel scheepspek. Een conchylioloog bestudeert schelpen. Conchiglie [uitspraak!] is schelpjespasta. Is wolframaat sterk? In de woestijn kun je je richten op het Scheepskompas. Een hippopotamus is een nijlpaard of log persoon. De hypothalamus zit onder de thalamus. Hij jammerde aan één stuk door.

 
 


1158 Dictee dinsdag 12 sep 2017 (2): dictee Oefendictee sep 2017 (9) √

Dictee - dictees [1158]

Oefendictee september 2017 (9)

1. Een heckler verstoort debatten of voorstellingen. Een kechie of kuchie is een bo. In een hôtel garni kun je niet eten, in een gewoon hotel wel. Ik blijf 'ju-ju spelen' een rare schrijfwijze vinden (naast juju als voorwerp met magische eigenschappen). Snijdsel is haksel. Van creperen komen crepeergevallen. Contrastief tegenover niet beschouwd staat wel beschouwd. Wil je een Engelse, een berliner-(!) of een Bossche bol? Hij is tae-bo- en tai-chifanaat. Wanneer is die vrouwelijkecommandantenbijeenkomst? Schund is minderwaardige literatuur (GB ook: tt). 'Petit restaurant' heeft in GB 2 meervoudsvormen. Waar het Jan Contant is, is jantje-contantje welkom en is het handje contantje, boter bij de vis. Colorfieldpainting is een stijlrichting in de abstracte schilderkunst. Een soera is een hoofdstuk van de Koran (114 stuks) en en surah is een zwaar (kunst)zijden weefsel.

2. De drie -yaki's zijn: suriyaki, teriyaki en teppanyaki. Hij kwam om in een thermieteninferno. Een oesie is een olifantenbegeleider in Myanmar en een uzi is een machinepistool. Wat is de exdatum hiervan? Hij is oud-gereformeerd en nu oudkatholiek. We hebben zukke leuke buren. We zijn het eens, zulle? [tw. BE]. Een kodkod is een nachtkat. Van vulgate [als standaard aanvaard, erkend] teksten mag je niet afwijken. Zág, kaerel, loop eens deur ... Cosas de España: een buitenstaander begrijpt daar niets van. Ben jij echt van de proapartheid? Wazzup? [jongerentaal]. Kijk, dat zijn echt een paar buma's [burgerman]. Kaurikopal is hars van de kauri, een kaurikoopal is een houthandelaar. We kennen kob- en kapmeeuwen. Discant en baskant zijn orgelregisters. Zij vormen een dissidentencollectief van dissidentes. Niemand zal haar met haar missprijzen nog misprijzen Een kniller is een gewezen soldaat bij het KNIL. De feiten logenstraffen zijn bewering. Die loochening (dementie, desaveu, negatie) bleek onjuist. Je kunt iemand een dementi geven (van leugens betichten).

3. Hij heeft niet eens (geeneens) goedendaggezegd. Ik kreeg de benefit of the doubt (het voordeel van de twijfel). Hoe ziet een bernardtiti (bernhardaapje) eruit? Qua (Maas)water is Rotterdam de vieste stad. Bij warmtekracht denk ik aan de warmte-krachtkoppeling. Zie het apengapen van die apen! Alleen vrouwen verbleven er in het artiestenverblijf. Een scooper is een zekere machine voor grondverzet (zwenklaadschop). Zij staan bekend om hun sekscapades. Sereh [èh] is citroengras. Een kweester is nachtvrijer. De traktatie werd op een kabaret geserveerd. Een kylix is een ogenschaal. Hij bekleedt de overstenrang. Hebben wij nog zo'n alt-A-hypotheek? Ayahuwasca
[aa-jaa-wahs-kaa] is een Zuid-Amerikaans geestverruimend plantenbrouwsel. 18-karaats goud is goud van 18 karaat. Uit het magdalénien? Wil je het gereedleggen? De Académie française moet je niet verwarren met het Théâtre-Français. Bij 'crypte' moet je het mv. maar niet gebruiken! Hij werd veel en vaak geprezen (en is dus veel- en vaakgeprezen). Zijn zij vrij- of oudkatholieken? Hij heeft het meegeratst.


4. Een caret is een weglatingsteken. Die oud-keel-neus-oorarts bezit een GB. Een rijsscherm is van rijshout. Een ritsstamp gebruikt de smid voor hoefijzers. Het was een plezante plaisanterie. Alsjeblieft, geef me nog één sauternes ... Werkende weg ontstond een mooi resultaat. De paarden leden aan de surraziekte. Hij woont in Emmer-Compascuum. Hij werkte ooit bij de rijkswacht. Dit is een regelrechte succes(s)story [GB]. Een geksspel is een narrenbijeenkomst. Een ronggeng is in Indië inheems dansmeisje. Een tiktaalik is een uitgestorven dier. Daar was een tweederde-Tweede Kamermeerderheid voor te vinden. Een snorrebot is een hor. Met helleniseren wordt Helleens maken bedoeld. In een kiptandoorimenuutje zit kip tandoori. Bij een snèk [eettentje, Antillen] kun je snacks kopen. Ze speelden snip-snap. Hij heeft een snor(ren)baard. Een sneeuwbes heeft roderoze bloemen. Het Hoge Noorden kan het hoge Noorden van Europa zijn. Wit- of zwartwerk? Mag ik die au-bain-mariepan lenen? Zij is het promiscuest [meest promiscue] van al. 

 


1157 Dictee dinsdag 12 sep 2017 (1): dictee Oefendictee sep 2017 (8) √

Dictee - dictees [1157]

Oefendictee september 2017 (8)

1. Ik ben het spuugzat, het is nu spuuggenoeg. Stableford is een soort golf [niet op zee!], een stambha is een zuil, pilaar, gedenkteken. Een stampede [stèhm-pie:t] is een stormloop. Een standee [èh, ie] is een levensgroot reclamebord. Zij is stapelzot (stekezot). Een stas is een staatssecretaris. Wat is een statiefloep? De stavaza is de stand van zaken. Een staycation is een vakantie thuis. Die steekklamp is kapot. Die mossel heeft byssusdraden. Is dat nou een een pl-lamp of een
QL-lamp? Zijn haar is gestyled. Een hairstyler is een stijltang (ook: steiltang). De grote ster van Afrika en de Ster van het Zuiden zijn diamanten. Een stichomythie (om en om) is niet per se een stichisch gedicht (aaneenschakeling van verzen). De Stimezo werd later StiSAN. Een stobá is een stoofschotel op de Antillen. Maak die stomppuntige berlicummers even klaar, wil je? Beeldenstormers doen aan beelden stormen. Er zijn korte- en langetermijnvoorspellingen. Soms rookte hij een strootjessigaar. Structures vivantes [geen es uitspreken] zijn mobiles [mobiels], mobielen.


2. Stats zijn statistieken. Stunde null is (van) scratch. Wat omvat de sub-Sahara? Hij is substituut-officier van justitie. Een verkorting van het syndroom van Sudeck is sudeck. Waar ligt de Sun Belt? Antwoord: in Texas! Met de super-G wordt de super-giant [skiwedstrijd] aangeduid. Een godverlaten oord is zeer slecht. Hij is van God en alle heiligen verlaten. Een softshell is een zekere jas. Ik zat op de hbs, de hogere burgerschool, zij op de middelbare meisjesschool. Sousies zijn sausjes. Hij dronk een whiskygrog. Hoeveel abo's heb jij wel niet? Ik seisde vaak op dat schip. Het ligt niet hiero, maar daaro. Je loopt licht een soaatje op. Het woord 'soedah' (laat maar) komt niet uit het Soemerisch, wel uit het Maleis. Met Oud Europa wordt West-Europa bedoeld. Hij heeft nog wel contact met zijn exgenote. Een still is een filmfoto. Forumen doe je op een forum en een frownie is een somber(e) emoticon.

3. Kijk de penoze reigen naar buit. Een rijer is een rijdende camera. De Ecofin-raad is de raad van ministers van Economische Zaken en Financiën. Zymotisch is gistend. Duh, dat snap jij zelfs. Ducttape is waterdicht, zeer sterk plakband van textiel. Een dumbbell is een korte halter met gewichten. Een reier is een eindje eindje lijn, een uithaler. Een donna komt uit Italië, een doña uit Spanje. Een dodeman vind je in de trein. Een djinn zit tussen mensen en engelen in. Een domestique is in de wielersport een knecht. Volgens VD logeerde de Dominicaanse (geen dominicanes) in een dominicaner klooster (dominicanenklooster; met dominicanermonniken uit de dominicanerorde). De uitvaartondernemer had baardragers in dienst. Mooi, die ladyamherstfazant! Dat geldt ook voor het paterdavids- of ezelshert. Je kunt daar veel lad- of dick-, dan wel chicklit kopen. Diss is een verkorting van dissrap. Bij gymnastiek is de disloque het dislokeren. Een prévôt is een kandidaat-maître. 2-, 3- en 4-pyridyl ontstaan uit pyridine. Een quine is een worp van 2 vijven bij het dobbelen. Een peer komt uit Londen (Engelse Hogerhuis). De monnik was pijloos verzonken in peilloze diepten. Dat rotterdammertje kun je drinken.

4. Met proletkult [oo, ee, oe] wordt een proletarische massacultuur in het vroegere Rusland bedoeld. Met cult wordt een levensstijl van jeugdgroepen aangeduid. De Eeuwige Stad is het eeuwige Rome. Thuiswijzen is in BE thuisbrengen. Delisten is van een lijst afhalen. Pagud is bang in het Bargoens. Een paean is een overwinningslied. De belle werd verreden met veel belles onder de toeschouwers. Hij zont vaak. Zythologie is bierkunde. Ze zouden de Alpen overtrekken. Een rallypeper is een snipperjacht. Dat is een RAL-kleur. In Ethiopië heb je tefffarms. De Savooiaard moest de tank vol doen en de kosten voldoen. De windrichting was W.t.N. (west ten noorden). Lekker: paling in 't groen! Een patjakker is een smeerlap, een fielt. Een
pied-de-mouche is een alineateken. Hij woont in die koudekarbonadebuurt. De katjangs (peulvruchten: tjina, tanah en goreng) waren verpakt in kadjang (palmbladeren; geen mv.).

 
 


zondag 10 september 2017

1156 Dictee zondag 10 sep 2017 (3): dictee Oefendictee sep 2017 (7) √

Dictee - dictees [1156]

Oefendictee september 2017 (7)

1. Als voorbeeldig lid van de Orde van de Goede Tempelieren dronk hij geen druppel. Het kaenozoïcum [aai] is gelijk aan het neozoïcum. Een trinitaris of trinitariër is een derdeordeling. Tertii gaudentes zijn lachende derden. Het ww. terugbevragen kent alleen de onbepaalde wijs. Voor dat concert heb ik een een m-ticket. Tiens, wat maak je me nu! Zij was een leuk tiepje, typeje, typetje. Tethering is het (mobiel) met internet verbinden van apparatuur zonder eigen internetverbinding. Zij is daar tewerkgesteld. Een Nepalese thangka is een zeker boeddhistisch banier. Hij is theatercriticus. De osloconfrontatie gaat met een doorkijkspiegel. Het Jeruzalemsyndroom is zekere acute godsdienstwaanzin. Bij het stockholmsyndroom ontstaat sympathie voor je bedreiger. De tibbenhaters houden niet van doopsgezinden. Een voorbeeld van de tic convulsif is het syndroom van Gilles de la Tourette (gillesdelatourette(syndroom), tourette(syndroom)). Het leek daar wel een sodom en gomorra: er werd getieteld en geswaffeld. Een tighremt is een Berberkasteel: hoe schrijf je dat in het Tifinagh?

2. Een tiercé [tj] is een trio bij het gokken op paarden. Tieretein is een stofnaam. Een tiesjebof is een lang en lelijk persoon, Tiesjebof is Tisja Beav [joodse vastendag ter herinnering aan de verwoesting van de tempel]. De getijen wisselen elkaar af. Laat die pasteienbakker maar even betijen. Meneertje Tijdgenoeg mag ook met een kleine t. Een tijdlang hadden ze ruzie. Een tik-op-de-schaal was een oneerlijke kruidenier. De tiktaalik is een uitgestorven dier. Met tileen wordt polyethyleen bedoeld. Hou jij ook zo van tilsiter, Tilsiter kaas? Dat waren goed getimede acties. Hij bezat timmergerei en gerij. Een timon is een misantroop. Het tinderen doe je met Tinder. Een rare tinus is een slapjanus. TNv'tA is (de Maatschappij) Tot Nut van 't Algemeen. Een toeloop [too-loep] is een cherryflip [bij kunstrijden]. Tom, Dick and Harry zijn Jan en alleman (Jan, Piet en Klaas). Een toneeltruc is een jeu de théâtre. De buutreedner treedt op tijdens het carnaval. Een toognagel is een klamppin. Hij heeft een topjob.

3. Ze hadden een topgeheime afspraak. Toppende vol is boordevol. Toppiejoppie is nog geweldiger dan toppie. Zij is toppezot, stapelgek. Een toren van Babel komt meestal niet af. De mp voert vaak torentjesoverleg. Pahoehoe is touwlava en de palulu is in SR een plant. Ze moet er de fouten uit halen. De trac is [BE] plankenkoorts. Tracking en tracing is het volgen en opsporen van pakjes. Fruges consumere nati zijn nietsnutten. De Sobriëtas is een rooms-katholieke vereniging. Socii individui zijn onafscheidelijke genoten. Hij had geen sodemekraai te makken. In het Maleis is soedah al klaar: hoeft niet meer. Soekot is het feest met de soeke (mv. soeka, loofhutten). Soirees zijn de soirée musicale en de soirée dansante. Een soft focus is een flou artistique. Zij is een Soemerische vrouw. Solo e pensoso is alleen en in gedachten verzonken, solutis curis is ontslagen van alle zorgen.

4. Bij het machiavellisme heiligt het doel de middelen. Somma (ook: summa) sommarum is alles bij elkaar (financieel). Een son et lumière is een klank-en-lichtspel. Een spanjolet dient voor de sluiting van deuren en ramen. Die zijn spatgelijk. De COPD- [chronic obstructive pulmonary disease, longziekte] en ptca-specialist [percutane transluminale coronaire angioplastiek. dotteren] gingen samen eten. Een (speed)pedelec is een elektrische fiets met hoge snelheden. Je kunt spelevaren, spelerijden en spelemeien. De spetsnaz was een sabotage-eenheid in het Russische leger. Hij liep daar in zijn spierenakie. Een spiesbok is een beisa. Spijers zijn (ge)dijers: kinderen die spugen, groeien het best. Naar Spijkerborn gaan is in de gevangenis komen. De sprawl is de bebouwing rond een grote stad. Eloquentie is elocutie. Daar gaat mijn hele spullenboel. Hij spreekt Hebreeuws voor mij (ik begrijp er niets van). Sprezzatura is quasiachteloze virtuositeit. Met der springende Punkt wordt het punt waarop alles aankomt, het kardinale punt, bedoeld (punctum saliens). De bezaansschoot is een zeker touw bij het zeilen. Met een spudgun kun je aardappelen wegschieten.
 
 


1155 Dictee zondag 10 sep 2017 (2): dictee Oefendictee sep 2017 (6) √


Dictee - dictees [1155]

Oefendictee september 2017 (6)

1. De transalpiene spoorwegen gaan van een cis- naar een
trans-Alpijnse locatie. Een treillijn is een trek- of jaaglijn. Wanneer vond de Grote Trek van de Boeren plaats? Antwoord: bij hun verhuizing uit de Kaapkolonie over de Oranjerivier (1835-1837). Een trekkie is een idolate fan van Star Trek. Hij drinkt liefst caffè [ee] latte. Een fit-o-meter is een trimbaan. De gesleede afstand was opvallend lang. De bestede gelden waren ditmaal wel goed besteed. Hij heeft een goedbelegde boterham: hij heeft zijn vermogen goed belegd. Papa's kindje is een typisch papa's-kindje Triskaidekafobie is de ziekelijke vrees voor het getal 13, het ongeluksgetal. Met de trits der Bevalligheden worden de drie Gratiën bedoeld. Een baktrog is een kneedtrog. Myringitis is trommelvliesontsteking. Allegro ma non troppo is in de muziek snel, levendig en vrolijk. Dat trottinettetochtje (VD n/s, GB s) beviel ze wel. Een troupier (officier) is nu eenmaal geen stoepier (verkoper op de stoep).

2. Dicteetrouvailles zijn eyeopeners. Wie gaat de trouwbijbel overhandigen? De gesmede plannen vielen in duigen. Een truïsme is een waarheid als een koe, een gemeenplaats. Dat is toffe truk: goede waar. Een truqueuse is een kunstvervalsster. Met de Nieuwe Truttigheid wordt een sarcastische benaming voor een bepaalde 'kneuterige' bouwstijl in de jaren 70 van de twintigste eeuw bedoeld. Een tugra [toe-raa - geen g] is een gekalligrafeerd monogram van een sultan. Een tunch is een lunch met high tea. Een fête champêtre is een tuinfeest. Een Twentenaar is een tukker. Tuiles du nord zijn zekere dakpannen. Een tuimelrijn wordt in de molenbouw toegepast. Een tulpplug is een cinchplug De turista is de reizigersdiarree. Curcumine is turmeric, gesnopen? Zij zijn tweeds geworden op het voetbaltoernooi. Twerken [uh] is een zekere manier van dansen. [SR] Tyapar [tjaa-pahr] is taugé. Omschrijf de Zuidelijke Nederlanden, niet de Noordelijke dus. Hij stak een mentholsigaret op. Hij grossiert in platitudes [ah]. Hiephoi, er klonk een hard gelach. Taxi's lijden aan uberisering.

3. Uchiki kuri's zijn pompoenen. Meissener porselein is kostbaar. Een oelebord heet ook wel ulebord, uilenbord of zwanenbord. Een uite kachel brandt niet. De café-uitbater stopt ermee. De auto-uitlaat is kaduuk. Sliepuit, sliepuit, alle kinderen lachen je uit! Wanneer zeg je schertsend tegen iemand: toontjes uitgaansdag? Het ultima Thule is onbereikbaar. Met de Geünieerde Provincies werd de republiek (17e eeuw) bedoeld. Een utrechtenaar is een homo. Doe niet zo zielenpieterig! Wees geen sullenpiet. Tetraïdriet is vaalerts, toch? Hij is vaandrig-ter-zee 2e klasse. Dat is het spie-eind. Hoe is het met Vader Rijn (Jan Peter: en met vadertje Rein)? De Heilige Vader is de paus. De Vader des Vaderlands was Prins Willem I. Wie was de eerste vader? Antwoord: Adam. Wat zijn nephuis-aan-huisbladlezers? Die tête-à-têtejes vielen wel op. Hij is zo goed als bankroet. Je kunt volstaan met het tweede deel. De feestzaal zou vol staan met bloemen. Mag ik die blu-ray-dvd?

4. Geen combinatie: hasjiesj en sjasliek [GB ook sjaslik]. Hij, eenmaal in de cel beland, ging de bewaker te lijf. Zij probeerde met gevlei bij hem in 't gevlij komen. Dat noem ik nou kat-uit-de-boom-kijkerij. U aller genen zijn meestal verschillend. Uw allergenen zijn stoffen die allergie kunnen veroorzaken. Crack en crag zijn niet krek hetzelfde. Je moet die cheques checken. Het is alles toetmem! Süsser Pöbel: lief gepeupel. Zij heeft me getaart met een quichetaartje. Ik ben gek op synth en gotisch smeedwerk. Dit is een mengvorm tussen gotisch en romaans (bouwstijlen). Een Gotisch woord kan in gotisch schrift worden weergegeven. Het Gallo-Romaans is een Franse tak van het Romaans. Een taatstol is een draai- of zettol. Wat zit er in die tabakszak? Een tabby is een kat met cyperse tekening. We zullen er wel uit komen!

5. Het tableaux de la troupe is een lijst van optredenden. Tableaux vivants bestaan uit een reeks onbeweeglijke figuren. De Tadzjieken wonen in Tadzjikistan. Hij kijkt bij Onze-Lieve-Heer op tafel. Het woord 'taffia' is een verkorting van 'ratafia'. Takahe's zijn niet-vliegende vogels. Met takatoekaland wordt een exotisch land bedoeld. Tallolie is ontstaat bij de fabricage van cellulose uit dennenhout. Geef mij die kiptandoorischotel maar! Hij was Tanganyikaan Een taqiyah is een kapje dat moslims bij het gebed dragen uit respect voor God (Allah). Tats zijn tatoeages. Høken is uit je dak gaan. Hij komt temee. De TBD is de Tick-Born Disease: tekenencefalitis. Hij werkt in de telco, het telecommunicatiebedrijf. TCDD is 2,3,7,8‑tetrachloordibenzo‑1,4‑dioxine. Een voorbeeld van een tenstreek is noord ten oosten, N.t.O (noord ten oosten).
 
 



1154 Dictee zondag 10 sep 2017 (1): dictee Oefendictee sep 2017 (5) √

Dictee - dictees [1154]

Oefendictee september 2017 (5)

1. Bij chiromantie speelt de hand en gyromantie spelen cirkels een rol. Met de rial betaal je in diverse landen, met de riyal in Saoedi-Arabië (Saudi-Arabië). Een kwalitaria staat niet in de wdb. Hij is de sjaak (de pineut). Sjaak van Buren: kan me niets (geen drol) schelen. Heel stiekem en onaangekondigd kreeg hij een klap voor zijn kanis (ponem). Dat was geen porem! Die drandus is populair. Foto's waar hij op staat, zijn zeldzaam. Penalty's brachten de beslissing. Ken je de 3, 4 en 5-steek (denk aan Pythagoras). Daarover bestaat een
10-10-10-analyse (minuten, maanden, jaren). De [cijfers] 65-plusser was qua partij een 50PLUS'er [donorprincipe]. GB: 2cv is  deux-chevaux, VD: 2CV is 2pk en 2 pk is twee paardenkrachten. Decrypten is decoderen. Je kunt de dieperik in gaan en de bietenberg opgaan. Ze moeten wel samenleven. Samaritaans doneren is een orgaan afstaan aan een onbekende. Viscose is een kwestie van viskeus zijn. Hij droeg een lederhosetje. Een repasse [uitspraak mag zonder 'uh'] is een complete tweede maaltijd. Hij spreekt vakbargoens.


2. Sinds 2012 bestaat in NL de Nieuwe Vakbeweging. In BE is vake een vleinaam voor vader. Vale betekent vaarwel en valete vaart (?) wel! In België heb je de Rode Valken (socialistische jeugdbeweging). Een valkenet is een falconet [zeker veldstuk]. Een valreepsscepter zit aan de valreep. Waar vindt men het Groot Gemeneland van Arkel? Een bavette is een zeker stuk vlees. Vaneigen (vaneigens, vaneiges) is vanzelf. Met zijn zwerende vinger zwoer hij bij varkenszwoerd. Hij is nu vastbenoemd. Een vates is een ziener. Het Tweede Vaticaans Concilie is het 21e oecumenisch concilie oftewel Vaticanum II. Het wordt kerst, het wordt Kerstmis! V.D.Q.S. is vin délimité de qualité supérieure. Een VSOP'tje is very superior old pale (tussen VS en VVSOP in). Zijn dat nou Martiaanse marsmannetjes?

 3. Een andere naam voor Venus als Avondster is Vesper. Is dat plaquetteontwerp al klaar? Een spritzer is een drankje. De dikke bertha heeft veel aan status ingeboet. Een antruwa is verwant aan de aubergine. Een deux-pièces, twee deux-pièces, drie deux-piècesjes. Een d.j.u. is een doctor juris utriusque [meester in beide rechten]. Hij was zedeloos en wezenloos. Zij is refugiée en werd onwel. Han en Hans broer gingen eropaf. Hans en Hans' zuster waren (twee-eiige) tweelingen (en ook Tweelingen). Ik zie u al hardop (!) denken: "Zoiets is toch een zeugma?". Een mijdspreuk is een eufemisme. De soldaat zou zich dood vechten. Piet en zijn vechtgenote trouwens ook. Een veellingskristal is het resultaat van vergroeiing. Veense bonen komen uit de Veenstad (tuinbouwgebied tussen Amsterdam en Leiden). Met [letters] veertien-achttien of [cijfers] ’14-’18 wordt de Eerste Wereldoorlog aangeduid. Een velocipedist zit op een vélocipède.

4. Een venia aetatis (mv.: veniae aetates) zijn meerderjarigheidsverklaringen. Een venndiagram kom je in de verzamelingenleer tegen. Een venusbeeldje [VD] is een moedergodin. Huizen kunnen rug-aan-rug staan. De Verantwoordingsdag is de gehaktdag [Tweede Kamer]. Hij is eufemismenkenner bij uitstek. De opschriftstelling komt eraan. Hij bezit een verboze verbositeit (woordenrijke woordenrijkdom). Bij de taal is flexie gewoon inflectie. Die wijk is helemaal verchineesd, gesinificeerd. De troonrede vindt plaats in de verenigde vergadering van de (der) Staten-Generaal. Fuck, wat kan het mij ook verfukken, we gaan gewoon fukkiefukkie doen. Lest we forget: opdat wij niet vergeten. Errare humanum est: zich vergissen is menselijk. Een fehlleistung is een freudiaanse verspreking. Een tract (vero, BE) is een pamflet. Traduttore traditore: een vertaling geeft het oorspronkelijke werk nooit precies weer. Trèfle is bij het kaartspel klaveren. De Metro is onder andere een metrokrant!