donderdag 28 januari 2016

0855 Dictee donderdag 28 jan 2016 (1): dictee Column Het is niet zo bie vandaag √

Dictee - dictees [0855]

Het is niet zo bie vandaag

1. In deze betekenis is bie [bijwoord] in de spreektaal de afkorting van ‘bijzonder’, te weten als waardering. Let op: 'bijzonder' spreek je uit met 'ie' en niet met 'ei'. En 'bie' komt ook nog als znw. voor in de uitdrukking 'de bie steken' [afkomstig van 'bij'] = ervandoor, ertussenuit gaan.

2. Zo filosoferend kwam ik van 'bie' op 'mie' (homoman, met name verwijfde homoman; ook: Mies = meisjesnaam, verkleinvorm van Mie (vroeger dikwijls als roepnaam voor een poes); ook: Goeie Mie, de toenmalig bekende Leidse gifmengster). Denk ook aan: aap, noot, mies (VD, de eerste drie woorden van een leesplankje waarvan het derde plaatje een cyperse poes voorstelt ('uitdrukking' dus). GB: het
aap-noot-mies (znw. dus). Ook 'mietje' (znw.) treffen we aan: 1) homoman, m.n. verwijfde homoman, 2) overdreven precies, kleinzielig persoon, 3) watje = lullig kereltje, doetje, koekje, schuimpje, slappeling, 4) uitdrukking: laten we elkaar geen mietje noemen = laten we de dingen zeggen zoals ze zijn. En zo kwam ik ook nog op 'mi' = 1) derde toon van de toonladder als relatieve notennaam (de 'e') en 2)[stofnaam] soort van vermicelli = glasnoedels, vergelijk bami.


3. Als je zo aan het heen en weer rommelen bent in VD, GB, en op internet, weet je vaak niet meer waar je gebleven was. Daar zijn twee mooie ww. voor: wilfen = surfen op het internet waarbij men niet meer weet naar welke informatie men oorspronkelijk op zoek was (vervoeging: ik wilf, jij wilfte, wij hebben gewilft; het woord 'Wilf' komt van What was I looking for?) en in goed Nederlands: winozzen (vervoeging: ik winoz, jij winozde, wij hebben gewinozd; het woord 'Winoz' komt van Waar was ik naar op zoek?).

4. O ja, nu weet ik het weer: uiteindelijk wilde ik in deze column op zoek gaan naar alle woorden die eindigen op 'bi', in VD te vinden met zoeken naar '*bi'. Nou, daar gaat ie dan (50 trefwoorden, alleen de interessante en daar houd ik het bij, 5 voorbeeldzinnen – geven niks extra's en 146 voorkomens binnen artikelen – die sla ik over): 1) alibi, 2) anbi = algemeen nut beogende instelling, 3) babi (o.a. zwijn, mestvarken), 4) bambi: (liefkozend: jong hertje), 5) bi (biseksueel, znw. en bnw.), 6) bibi (spreektaal, schertsend: ik – bibi mag het weer oplossen, 7) birambi (SR = Sur. blimbing = zoete tot lichtzure vrucht = zoete blimbing, carambola, starfruit, stervrucht, 8) biribi = kansspel met 64 balletjes, die men uit een zak haalt, 9) chuchubi = op de Antillen tropische spotlijster, 10) combi, 11) dyumbi (SR: dwaalgeest), 12) ebi = extra beveiligde inrichting (gevangenis), 13) ecocombi = roadtrain, supertruck, XXL-truck, 14) fayalobi (sierheester), 15) fransmanbirambi (SR kleine boom, waaraan de carambola, stervrucht groeit), 16) Galibi (indianentaal Zuid-Amerika), 17) habibi (straattaal: schatje), 18) historia morbi = ziektegeschiedenis, 19) hodie mihi, cras tibi = heden ik, morgen gij en 20) holebi (znw. en bnw.: verkorting van homo, lesbisch of biseksueel).

5. Verder: 21) koolrabi, 22) kubi (SR: zekere ombervis), 23) lesbi (znw. lesbienne, bnw. lesbisch), 24) marabi = Afrikaanse muziekstijl, 25) mobi = mobiele telefoon, 26) nabi = profeet van Allah, 27) nil (ook: nihil) conscire sibi = zich van geen kwaad bewust zijn, 28) obi (japanse gordel of sluitband judopak), 29) rabbi = rabbijn, 30) renminbi = yuan = Chinese munt, 31) sbbi = sociaal belang behartigende instelling, 32) urbi et orbi = zegen van de paus  = aan de stad (Rome) en aan de (gehele) wereld, 33) vbi = vrijgestelde beleggingsinstelling (belasting), 34) wabi = op de Antillen peuldragende boom uit de mimosafamilie, 35) wabi-sabi = op het zenboeddhisme berustende kunstopvatting die uitgaat van de schoonheid van vluchtigheid en imperfectie en die zich veelal manifesteert in sobere vormen, 36) wahabi = wahabiet = aanhanger van het wahabisme = streng orthodoxe stroming binnen de soennitische islam, gebaseerd op de ideeën van Abd al Wahhab, met veel aanhangers in Saudi-Arabië en 37) wasabi = Japanse hete groene mierikswortelpasta.

6. Nou hoop ik maar dat u zegt: deze column was toch best wel bie …
 


woensdag 27 januari 2016

0854 Dictee woensdag 27 jan 2016 (1): dictee Ska √

Dictee - dictees [0854]

Ska

A. De ska is uptempo [= in rap tempo gespeelde] muziek, ontstaan uit een vermenging van traditionele Jamaicaanse muziek met jazz en
rhythm-and-blues, met een sterke afterbeat [= (het spelen van) het accent op de tweede en vierde tel, m.n. door begeleidende instrumenten; synoniem: backbeat]. Ook 'ska-achtig' staat in VD. 


B. Zijn er veel woorden die met 'ska' beginnen?

C. Antwoord: nee. We zoeken op 'ska*'.

1) skaat = een zeker Duits kaartspel, tussen drie personen gespeeld met 32 kaarten.

2) skai (znw.) = een soort kunstleer en skai (bnw.) = kunstleren: skai bekleding, een skai bank. Let op bij skai bekleding (klemtoon op bekleding) is skai een bnw. en bij skaibekleding (klemtoon op skai) is skai een znw.

3) Skal = in NL Stichting Keurmerk Alternatieve Landbouw (organisatie die gemachtigd is het EKO-keurmerk toe te kennen).

4) skald = oud-Noorse hofdichter, die gewoonlijk de lof van een bevriende vorst bezong of dichtte over de daden van de helden van vorige geslachten.

5) skate = verkorting van rollerskate [rolschaats] of inlineskate [rolschaats met een aantal (meestal vier) achter elkaar geplaatste wieltjes, synoniem skee­ler].

6) skateboard = plank op twee achter elkaar staande paren wieltjes, synoniem: = plankschaats, rolschaatsplank, schaatsplank.

7) skateboarden = op een skateboard rijden.

8) skaten = skateboarden, rolschaatsen of inlineskaten. Het ww. wordt nog als Engels aangevoeld en dus als volgt vervoegd: ik skate, jij skatet, wij skaten, jij skatete, wij skateten en jullie hebben geskatet. Een persoon is een skater en de bezigheid is het skating.

9) Verder noteerde ik nog: skatebroek, skate-off [extra, beslissende selectiewedstrijd bij het schaatsen], skatepark, skatingrink [baan voor het rijden op rolschaatsen], skateboardachtig en skateboardrage, skatecontest (battle, wedstrijd), skatedemonstratie, skatekamp, skatemagazine, skatemarathon, skatemode, skateparadijs, skateruimte, skateschool, skateshow, skatetijdschrift, skatewereld en skatezone.

10) Uit de voorbeeldzinnen van VD meld ik nog: downhill skaten en de slag in het Skagerrak (ska … !).

11) Binnen artikelen komt 'ska*' 60 keer voor. Interessante treffers: a) asfaltschaatser, b) backflippen, c) bussurfen, d) downhillen en uphillen, e) flyboarden (achter een vlieger), f) halfpipe, g) kickflip, h) kiteskaten (bijv. met luchtbanden over het strand achter een kite = een grote met twee lijnen bestuurde matrasvormige vlieger, waaraan men zich staande op een board of skates of zittend op een buggy laat voorttrekken] en i) een ollie = sprongetje in de lucht met het skateboard. 

D. En hoe zit het met 'sca'?

E. We zoeken op 'sca*'. Daar geeft VD 76 trefwoorden, 14 voorbeeldzinnen en het komt 214 keer voor binnen artikelen [2015!]. Ik noem alleen een paar interessante trefwoorden: a) scabiës = schurft en scabieuse = schurftkruid, b) scag = Surinaamse heroïne, c) scala caeli = jakobsladder, d) scanning tunneling microscopy = microscopie op moleculaire schaal, e) scapham scapham dicere [k] = het kind bij de naam noemen, f) scarabee = soort van (vroeger in Egypte: heilige) mestkever, g) scaramouche = hansworst, grappenmaker, g) scarlatina = roodvonk en i) scatten [èh] = in de (bebop)jazz improviserend betekenisloze lettergrepen zingen [voorbeeld van een scat: heybaberiebah].
 


dinsdag 26 januari 2016

0853 Dictee dinsdag 26 jan 2016 (1): dictee Groot Gomarus Dictee 2016 √

Dictee - dictees [0853]

Groot Gomarus Dictee 2016 Gorinchem

(geen titel, auteur: de heer Bot)

1. "Tijdens mijn oratieplechtigheid in de aula van het academiegebouw van de TU Delft wil ik u meenemen naar de wereld van de mug, een vliegend insect uit de orde tweevleugeligen.

2. Een mug is een primitieve versie van een vlieg en heeft een klein en fragiel lichaam, zes dunne pootjes, meestal twee veerachtige antennes waarmee zeer goed geur waargenomen kan worden en een kleine kop met vaak zichtbare zuigsnuit.

3. Deze irritante insecten kunt u bestrijden met chemische insecticiden of doodslaan met een opgerolde krant, maar u kunt ze gek genoeg ook elimineren.

4. Het gaat dan natuurlijk niet om de eerdergenoemde vervelende vampiristische wezens, die in Egypte verantwoordelijk zijn voor de beruchte westnijlziekte(!), maar om een zespotige, op afstand bestuurbare robotmug, de zogeheten Flexbug (komt voor in Kinderdictee Den Haag 2010).

5. Hij maakt extreem realistische zoemgeluiden en kan echt vliegen, zonder te pletter te slaan tegen allerlei obstakels, dankzij ingenieuze geluids-, bewegings- en lichtsensoren.

6. Als je hysterisch wordt van het gezoem om je hoofd moet je als de wiedeweerga het aan-uitknopje zoeken of wachten totdat hij zijn accuutje heeft leeggevlogen.

7. Ik weet niet hoe ik mijn inaugurele rede over muggen moet vervolgen", verzuchtte de hoogleraar, krabbend aan zijn zwemmerseczeem, terwijl hij aan een ovale picknicktafel onder een eik zat en er rustige muziek uit zijn minuscule mp3-speler kwam.

8. Hij besloot eerst richting de Zuidas van Amsterdam te gaan, om – na een chique kapper bezocht te hebben – in zijn vierkamerappartement relaxed zijn actie te vervolgen.

9. 's Avonds wandelde hij nietsvermoedend het ogenschijnlijk ongevaarlijke woud in om een handvol geleedpotigen te bemachtigen voor de soep, die zijn vrouw zou serveren als voorafje bij een luxueuze stapel met siroop overgoten pannenkoeken.

10. Hij waande zich eerst in een jungle, waar hij als orang-oetang of chimpansee moest meewerken aan geavanceerde sciencefictionfilms, maar al snel voelde hij zich apetrots op het ingenieuze onderzoek naar muggen.
 


zondag 24 januari 2016

0852 Dictee zondag 24 jan 2016 (1): dictee Shoot-out Voorburg 2015 √

Dictee - dictees [0852]

Shoot-out dictee Voorburg 2015

1. Oude kost, oude koek natuurlijk: crambe repetita, crambe bis cocta of crambe recocta, want dat dictee is allang (al lang) achter de rug. Vanavond kreeg ik echter een ingeving die ik de lezer niet wil onthouden.

2. In Voorburg eindigden 3 deelnemers ex aequo met 0 fouten. Wie, en wie er won, is totaal onbelangrijk: er werd tot een faire uitslag gekomen en er is niets oneerlijks gebeurd …

3. Normaal is het bij dictees zo, dat als er een shoot-out is, die uitgevochten wordt op het gebied van de spelling. De
ex-aequodeelnemers worden niet vlak bij elkaar aan een tafeltje geplaatst en moeten (bijv.) 5 (super)moeilijke woorden of uitdrukkingen opschrijven. Wie de minste fouten heeft (max. 1 per woord of uitdrukking), wint de shoot-out. Vergelijk het maar met strafschoppen na een voetbalwedstrijd. Het verschil met het dictee is, dat je wel tegelijkertijd woorden kan laten opschrijven, maar dat het nemen van 2 strafschoppen tegelijk – het kan wel natuurlijk – nogal omslachtig is … Is er dan nog geen beslissing, omdat 2 of meer deelnemers hetzelfde laagste aantal fouten hebben, dan komt er steeds 1 woord of uitdrukking bij, totdat er een beslissing verkregen is.

4. In Voorburg had men iets anders bedacht. De 3 deelnemers moesten de volgende vraag beantwoorden (het was nov 2015, meen ik): wat was het gemiddeld aantal fouten van de Nederlandse prominenten bij het Groot Dictee der Nederlandse Taal in de Eerste Kamer in december 2014? Het antwoord was overigens 31. Eerst mocht kandidaat A een getal noemen, daarna B en daarna C. Achteraf is dat niet (helemaal) eerlijk. De eerste kandidaat moet 'in the blind' een aantal noemen, de tweede gaat eronder of erboven zitten en de derde kandidaat heeft ook zijn beperkingen omdat er al 2 getallen genoemd zijn. Het is buitengewoon moeilijk uit te maken, welke kandidaat in het voordeel is: A, B of C. Dat hangt wellicht ook van de genoemde getallen af. Wie het dichtst bij het gezochte getal zat, won. In Voorburg was dat kandidaat C: verder onbelangrijk.

5. Hoewel de uitslag fair en niet oneerlijk was, heb ik er toch altijd een onbevredigd gevoel bij gehouden. En wat ikzelf ook nog het meest vreemd vind, is dat ik nu pas – maanden later – bij ingeving, toen ik toevallig aan dat dictee dacht, tot de juiste oplossing kwam. Kijk, die strafschoppen kun je niet (gemakkelijk) tegelijk nemen, de woorden opschrijven wel.

6. En zo is het ook met het antwoord op de genoemde vraag. De enige 100% correcte oplossing was geweest, de 3 kandidaten niet na elkaar een antwoord laten geven, maar ze gelijktijdig dat antwoord te laten opschrijven. Dan is er geen enkele onderlinge beïnvloeding of sturing en is de wedstrijd volledig eerlijk.

7. Ach, waar maak ik me druk om: (:))?
Toch vond ik het gewoon leuk om de ingeving openbaar te maken.
Ter lering ende vermaak …
 


donderdag 21 januari 2016

0851 Dictee donderdag 21 jan 2016 (1): dictee Sjolem (Oefendictee februari) - uitleg √

Dictee - dictees [0851]

Woordenlijst – Sjolem – februari 2016

Dit is de uitleg bij blogpost [0850]

A. 1) sjolem = tussenwerpsel: gewone begroetingsformule: goedendag, hallo, dag, 2) wohltemperiert = goedgeluimd, 3) filosemieten = vrienden van de Joden, 4) Joodse = het volk betreffend (ze deed nergens meer aan, dus het volk, niet de godsdienst = joodse), 5) fiancee = verloofde (man: fiancé), 6) vader-Jood = kind van een Joodse vader en een
niet-Joodse moeder, 7) (dubieus) ex-Aramese, oud-Aramese, voormalig Aramese, 8) doordesemd = geheel doortrokken; desem = zuurdeeg, 9) pan-Arabisch = strevend naar vereniging van alle gebieden waar Arabieren wonen of gewoond hebben in één groot rijk (panarabisme) en 10) mansoir = mannelijke erfgenaam.

B. 11) manoir = groot Frans landhuis met bijgebouwen en grond, 12) klokvrij = gezegd van Joden die niets meer doen aan hun religie, 13) radicaalsjwarts; sjwarts = (van joden) orthodox, 14) peies = haarlokken, slaaplokken, 15) talliet katan = (bij joden) klein gebedskleed, 16) Sefardim = Sefarden = de Spaanse en Portugese Joden, 17) sjidoech = het arrangeren van een huwelijk, 18) ketoeba = huwelijkscontract, 19) sjadchen = huwelijksmakelaar en 20) kalle = bruid.

C. 21) bomma = grootmoeder, 22) -pa (samengetrokken van bompa!) = grootvader, 23) commilitones (enkelvoud: commilito) = wapenbroeders, 24) der jüdische Selbsthass = de haat van de Joden jegens zichzelf, 25) ik ben geen klaagmuur = ik ben niet bereid je klagen eindeloos aan te horen, 26) de Kristallnacht = nacht van 9 november 1938 waarin de SS in Duitsland een grootscheepse pogrom hield tegen de Joden, 27) het Neurenberger (= Neurenbergse) proces = proces(sen) die na WO II in Neurenberg tegen oorlogsmisdadigers van het Derde Rijk werden gevoerd, 28) de Endlösung = algehele uitroeiing van de Joden, besproken op de Wannsee-Konferenz van 20 januari 1942, 29) Holocaust = Shoah = de massale moord op de Joden in WO II (uitroeiing in het algemeen 2x met kleine letter!) en 30) david(s)ster = zespuntige ster gevormd door twee gelijkzijdige driehoeken die elkaar kruisen, als symbool van het Joodse volk (ook in de oorlog: Jodenster).

D. 31) antisemitisme = racisme gericht tegen de Joden = Jodenhaat, 32) gesjmad: sjmadden = dopen, tot het christendom bekeren, 33)
niet-Messiasbelijdend: een Messiasbelijdende jood = een jood die aan de joodse wetten en gebruiken vasthoudt, maar tegelijkertijd Christus als de Messias erkent, 34) sjabbat = sabbat, sjabbes = 'de joodse zondag', 35) sjikse = christenmeisje als dienstmeisje, 36) sjabbesgoj = bij Nederlandse joden: niet-Jood die op de sabbat vuur en licht in joodse huizen verzorgt, 37) dude (Engels, niet in wdb. - 2020 wel!, uitspraak: d(j)oedd(uh)) = kerel, vent, 38) bar mitswa = feestelijk gevierde, godsdienstige meerderjarigheid van de joodse jongen aan het eind van zijn 13e levensjaar; hij heeft van dan af de plicht de positieve geboden na te komen en het recht in de synagoge de Thora voor te lezen, 39) moheel = mool = besnijder (verwijderen voorhuid) bij de joden en 40) sjokkel = schatje.

E. 41) chickie = meisje, 42) clitoridectomie = verwijdering van de clitoris, m.n. als (bij ons: verboden) besnijdenisritueel, vergelijk circumcisie, VGV = vrouwelijke genitale verminking, 43) bat mitswa = bar mitswa voor een meisje, 44) Pascha = Pesach = herdenking van de exodus (uittocht) uit Egypte, 45) seideravond (ook seder) = elk van de eerste twee avonden van het israëlitisch paasfeest (bij liberale joden en in Israël alleen de eerste avond van het paasfeest), wanneer de huisvader te midden van zijn gezin de betekenis der plechtigheden van die avond verklaart of voorleest tijdens de rituele maaltijd, 46) blintses = kleine pannenkoeken, 47) fleisjig(e) = met vlees bereid en daarom apart te houden van melkgerechten en milchig(e) = met melk bereid, 48) sjuchten = ritueel slachten, 49) hechsjeirem (ook: hechsjers, enkelvoud: hechsjer) = koosjerverklaringen (koosjer = volgens de orthodox-joodse godsdienstige voorschriften geschikt en bereid; rein, antoniem = treife) en 50) Poerim = Hamansfeest = Lotenfeest = joods feest op 14 en 15 adar (Hebreeuwse maand, bij ons in februari of maart; in hun jaartelling is het nu al 5776), ter herinnering aan de redding van de Joden door Esther, die Hamans opzet verijdelde alle Joden in Perzië te vermoorden (Esther 6 – 9).

F. 51) gremzelisj = bepaald pesachgebak, 52) kiesjeliesj = hamansoren = gefrituurd dun deeg in ruitvorm dat bij Poerim wordt gegeten, 53) Chanoeka = Gannek = Hanukka = Inwijdingsfeest = Lichtfeest = herdenking inwijding van de tempel, 54) Loofhuttenfeest = Soekot = zevendaags joods feest, gevierd in oktober, ter herdenking van de tocht door de woestijn na de uittocht uit Egypte, toen het volk in hutten leefde, 55) afgedavvend: davvenen = bidden, 56) -geprakkeseerd ('af' is weggelaten; ook 'prakkeseren' bestaat echter, mag dus ook zonder streepje), prakkeseren (prakkiseren) = piekeren, 57) mazzeltof = tussenwerpsel: gelukgewenst, 58) bemazzeld = mazzel, geluk hebbend, 59) begeind = in een vrolijke bui verkerend en 60) schlemiel = pechvogel.

G. 61) cheider = school voor orthodoxe joden, 62) Talmoedhogeschool = jesjiva = jesjieve – Talmoed = interpretatie van en aanvulling op de Misjna; tussen 200 en 500 na Christus ontstaan verzamelwerk, waarin al die aanvullingen op het O.T. (Oude Testament) te vinden zijn, die het maatschappelijke, burgerlijke en godsdienstige leven van de israëlieten regelen, 63) schriftgeleerden: niet de Bijbel, dus kleine letter, 64) rooms-katholiek: neofiet = persoon die pas in een monnikenorde is opgenomen = novice, 65) jehoedem (of jehoedes, enkelvoud: jehoede) = Joden, 66) sjachariet (meervoud: sjachariets) = ochtendgebed, 67) mincha (meervoud: mincha's, minchot) = namiddaggebed, 68) maäriev (meervoud: maäravim) = avondgebed, 69) mezoeza = fragment uit het Oude Testament, op een rolletje perkament geschreven en in een busje aan de deurpost bevestigd, bij vrome joden en 70) moutse(s) = stukje brood of zegenspreuk daarbij.

H. 71) matse(s) = ongezuurd brood, 72) reb (meervoud raboisai) = meneer, 73) sjivve zitten = de rouwperiode van zeven dagen – na de begrafenis van een familielid – in acht nemen, waarbij thuis op lage krukjes of op de grond wordt gezeten, 74) misjpooche = familie, en vandaar bij elkaar horende groep personen, 75) sjelosjiem = rouwperiode van dertig dagen, 76) sjnoderen = een gift toezeggen voor een goed doel, 77) de Rode Davidster = de Joodse (!) pendant van het Rode Kruis, 78) gojim * (ook: gojims, enkelvoud: goj) = niet-Joden en 79) splendida vitia = mooi schijnende zonden.

* Dat is VD, mv. van GB zijn gojem en gojiem. 

I. PS Nul fout in dit dicteetje?

J. 80) Nou, mazzel en brooche dan: vergeet je brogues niet! 

 
 


zaterdag 16 januari 2016

0850 Dictee zaterdag 16 jan 2016 (1): dictee Oefendictee februari 2016 √

Dictee - dictees [0850]

Oefendictee februari 2016

NB Uitleg in blogpost [0851]
 

Sjolem!

1.Wees welkom, wohltemperierte filosemieten! Mijn Joodse fiancee – haar vader was vader-Jood en haar moeder ex-Aramese, doordesemd van het pan-Arabische gedachtegoed; zij had vrouwenoren en hij ook nog ander mansoir (en hij woonde ooit in een manoir) – praktiseert het joodse geloof niet meer en is dus klokvrij. Ze vertelde: ik ben wel joods opgevoed, mijn opa was radicaalsjwarts (mét peies en talliet katan!) en mijn oma van moederszijde – ze behoorde tot de Portugese Sefardim – werd aan hem gekoppeld – duidelijk geval van sjidoech met ketoeba – via een sjadchen; daardoor werd ze kalle. Die bomma en -pa waren uitgesproken commilitones in der jüdische Selbsthass.

2. Ze hebben WO II (herdacht op Jom Hasjoa) nog meegemaakt (maar ze waren geen klaagmuur) en weten alles van vernietigingscommando's, de Kristallnacht, het Neurenbergse proces, de Endlösung, de Holocaust (typisch geval van een shoah), david(s)ster en het antisemitisme. Maar ze zijn erdoorheen gekomen en haar ouders hebben een goede jeugd gehad. Ze waren zeker niet gesjmad en niet-Messiasbelijdend; op sjabbat hadden ze een sjikse en een sjabbesgoj, die het licht aandeden. Toen haar broer, typische dude, dertien af werd, was het bar mitswa. Besneden? Ja: door de moheel of mool! Gelukkig hoefde haar zus – een sjokkel, een echt kippetje van een chickie – nooit een clitoridectomie te ondergaan, wel vierde zij, toen ze dertien werd, bat mitswa.

3. Rituele feesten waren er te over: Pascha of Pesach: herdenking van de exodus uit Egypte, dat paasfeest werd begonnen met seideravond (lekker die blintses; fleisjige en milchige producten werden goed uiteengehouden – denk ook aan sjuchten, de hechsjeirem waren belangrijk!), Poerim of Hamansfeest, ook wel Lotenfeest genoemd, met gremzelisj of pesachgebak (dat ten onrechte, want dit hoort bij seideravond!) en kiesjeliesj of hamansoren en Chanoeka (Gannek, Hanukka, Inwijdingsfeest, Lichtfeest of chanoekafeest), waarbij de inwijding van de tempel herdacht werd (het Loofhuttenfeest, Soekot, blijft verder onbesproken).

4. Er werd wat afgedavvend en -geprakkeseerd tijdens die feesten! Ik heb een onbezorgd bestaan geleid met veel mij toegeroepen 'mazzeltof'. Ik was bemazzeld en voelde me begeind en was mijns inziens nooit de schlemiel. Als kind bezocht ik de cheider, later zat ik op de Talmoedhogeschool (jesjiva, jesjieve) met veel schriftgeleerden, maar daar ben ik afgehaakt, want zo'n monnikenbestaan als neofiet en novice was tenslotte niets voor mij (Ik was duidelijk in de war met het rooms-katholicisme!).

5. Zij is daarna in de Jodenbuurt terechtgekomen en via de omgang met veel jehoedem, waaronder een albertibasvertolker, heeft ze mij toen leren kennen. Voor het sjachariet, mincha of maäriev moet u dus niet bij ons zijn, noch voor de mezoeza. Wij eten nog wel moutses en matses en men zegt nog wel reb tegen mij; we zitten zo nodig sjivve en steunen misjpooche met sjelosjiem, wij sjnoderen de Rode Davidster, maar ten diepste zijn we nu echt gojim met splendida vitia.

PS Volgens mij gaat mijn verhaal ergens de mist in, maar zonder complete stamboom van mijn familie zal dat buitengewoon lastig te achterhalen zijn …
 


donderdag 14 januari 2016

0849 Dictee donderdag 14 jan 2016 (2): dictee De muzikante (uitleg)

Dictee - dictees [849]

De muzikante (uitleg)

1. Burkina Faso staat wel in de wdb., zijn hoofdstad Ouagadougou niet.
2. Bratsch: driesnarige altviool met een vlakke kam, waardoor de snaren tegelijk kunnen worden aangestreken (contra, zigeunerviool).
3. Caixa: Braziliaanse snaredrum.
4. C-klarinet: niet-transponerende klarinet met een buislengte van 52,5 cm. Van transponerende instrumenten is de partituur in een andere toonhoogte genoteerd dan die wordt gehoord, bv. de altsaxofoon en de besklarinet.
5. Cornet-à-pistons: ook wel piston (verkorting), koperen blaasinstrument met ventielen.
6. Guiro: klein slaginstrument.
7. Buza-maffia: Ministerie (instelling, niet het gebouw) van Buitenlandse Zaken. Wegens de verkorting (én de hoofdletter(s)) komt er een koppelteken.
8. Refugié, man, refugiee, vrouw; betekenis: vluchteling(e).
9. Expatriate: expat (langere tijd werkzaam in buitenland) of vluchteling.
10. Dp: displaced person = persoon die (ten gevolge van oorlog of onderdrukking) geen domicilie meer heeft.
11. Stowaway = verstekeling.
12. Passevolant (Frans: verstekeling, iemand die zich kort ergens ophoudt): iemand die het vereiste getal moet volmaken, maar geen deel uitmaakt van de troep. Niet duidelijk is of de vrouwelijke vorm gebruikt mag worden.
13. Cabotage = kusthandel, kustvaart.
14. De term 'el caballero de la triste figura' (Spaans: de ridder van het droevige gelaat) wordt gebruikt voor de ridder van de droevige figuur, met name Don Quichot.
15. Miguel (de) Cervantes schreef het boek Don Quichot (van La Mancha). Zijn dienaar was Sancho Panza, zijn strijdros Rocinante en zijn geliefde Dulcinea. Daarom in onze taal opgenomen: een dulcinea (ironisch: beminde), een rossinant (slecht paard, knol), een donquichot (iemand die blindelings ijvert voor hersenschimmige idealen) en een donjuan (naar: Don Juan) is een hoffelijke vrouwenverleider (vrouwenjager = casanova); deze komt niet voor in 'Don Quichot'.
16. Occitanië = het deel van Frankrijk dat de provincies Gascogne, Languedoc en Provence omvat), het taalgebied van de langue d'oc (daar is 'oc' 'ja', in het taalgebied van de langue d'oïl is 'oil' 'ja').
17. Marianne = de verpersoonlijking van de Franse Republiek.
18. Volgens VD is le paysan du Danube: een ruwe kerel die ongegeneerd de waarheid zegt (letterlijk: de boer van de Donau).
19. Wüstung = in de (late) middeleeuwen door de bewoners verlaten nederzetting of dorp, waarvan de contouren nog in het landschap herkenbaar zijn.
20. Doesoen = in Indië een desa (één s!) of dorp.
21. Hafa = een harmonie en fanfare, een hafabra heeft ook nog een brassband (ss!).
22. Bigband (aaneen!) = een groot jazzorkest.
23. Cheerleader = een persoon die bij sportwedstrijden het publiek voorgaat in het aanmoedigen en toejuichen van de eigen club.
24. Het werkwoord encourageren betekent: aanmoedigen.
25. Het werkwoord twilliciteren betekent: solliciteren via Twitter.
26. Iets oudmodisch = ouderwets.
27. De fonopost = gelegenheid tot het opnemen en verzenden van gesproken brieven op grammofoonplaten.
28. Het bnw. epistolair(e) verwijst naar brieven, de kunst van het briefschrijven.
29. Kassavie (kesavie, kassaaf) is een brief.
30. Aide-mémoire is een kort (diplomatiek) briefje; ook wel: geheugensteuntje.
31. Supplicatie is een smeekbede (ook: verzoek(schrift)).
32. Kyrie eleison = (de muziek voor) een gezongen of gesproken smeekbede.
33. Met 'répondre en Normand' (letterlijk: antwoorden in het Normandisch) wordt bedoeld: een ontwijkend antwoord geven.
34. Met 'le mot de Cambronne' wordt eufemistisch (= verzachtend, verbloemend, verhullend) een vloek of krachtterm bedoeld.
35. Het werkwoord supprimeren = onderdrukken (ook: achterwege laten).
36. Een postillon d'amour = een overbrenger van minnebrieven, tussenpersoon bij liefdesaangelegenheden.
37. Het werkwoord eclipseren = verdwijnen.
38. Urias- of bellerophonsbrief = een brief die de overbrenger in het verderf stort (hij of zij kon omgebracht worden). Uria komt uit de Bijbel: 2 Samuel 11:14-17 en Bellerophon was een mythische figuur.
39. Cold shoulder = een afwijzing, een repulsie ook, net als een refutatie, maar dan vooral in juridische zin.
40. Het RPhO is het Rotterdams Philharmonisch Orkest, HZO is Het Zeeuws Orkest en HBO is Het Brabants Orkest.