Dictee – dictees [3426]
Dictee van de Dag 1048
1. Hij
had een gnatoschisis, een kaakspleet. De gnawa is een ritmische,
trance opwekkende muziekstijl van de Gnawa, afstammelingen van zwarte
slaven in Marokko, met een nadruk op percussie-instrumenten. Gnomici
zijn gnomendichters [die
n niet
uitspreken – gnome = zedenspreuk].
In de Italiaanse gnudi (mv.) herken je
gekookte balletjes van ricotta [kaas]
met griesmeel. De zon gaat te go [onder].
Ik wil een go, geen no-go! Er gaan twee vijfcentstukken of vier
gobangs (koperen
2½ centstuk,
twee-en-een-halve-centstuk = vierduit(en)stuk,
ook: plak, heel vroeger: flap) in een tiencentstuk. Ook tien
centstukken trouwens! Jan en alleman is in BE God en klein Pierke
[2023]. De godenschemering is de
götterdämmerung. Niet-seculier is regulier. Dat gastgezin is kedin
(= godin, veilig). Zeg het maar: godin,
godinne of godes. God lof is laus Deo, in gewone taal: godlof
(goddank, godzijdank, God(e)
zij dank, Deo
Gratias,
D.G.).
2. Wat de Godmens betreft, is godmenselijk [aan de Godmens eigen]. In canonisatieprocessen (die tot heilig verklaren en dus heiligverklaring kunnen leiden) staat de advocatus Dei [godsadvocaat] tegenover de advocatus diaboli (de promotor fidei, duivelsadvocaat). Een godsvogeltje is een gadotyo [uitspraak!]. Een godswoord is een Bijbeltekst, uit Gods Woord dus, het Woord Gods. Zoek maar eens op wat een godwin [geval waarin de wet * opgaat] is en wat de wet * van Godwin inhoudt [hoe langer een internetdiscussie, hoe groter de kans op een vergelijking met nazi-Duitsland]. Hij is een heuse pieuze god(s)vruchtige man. Een godzilla is een afschrikwekkend groot monster. God is de goedertieren Vader. Een goedmens of gutmensch is een policor [politiek correct (iemand) – ook: poco]. Zeeuwen zijn goedrond, ook: goed Zeeuws, goed rond; ook: goed rond, goed Zeeuws. Een goenoeng api is een vulkaan. Spreek goed uit: golauyoek. Een goldendoedel is een golden doodle [kruising: golden retriever en poedel]. Een golfelleboog betekent tendinitis. Gonokokken zijn bacteriën die gonorroe(a) veroorzaken. Goochemerds zijn slimmeriken.
3. Nu maar eens serieus naar gekeken: een googol = 10 ^ 100 [^, lees: tot de macht]. Zoals 10 ^ 3 =1.000 [duizend], een één met 3 nullen en 10 ^ 6 = 1.000.000 [miljoen], een één met 6 nullen heeft, heeft een googol dus 100 nullen (10.000. … . 000.000, honderd keer een 0 dus). Een googolplex is 10 ^ (10 ^ 100), 10 ^ googol, en dus een één met een googol nullen …[en – internet – een googolplexian = 10 ^ googolplex en googolplexianth = 1 / googolplexian]. Een Gooise inwoner, een Gooier dus, is afkomstig uit het Gooi [ook: Gooiland, vgl. De Gooi- en Eemlander, een regionale krant]. Het Rijk van Insulinde slingert zich als een gordel van smaragd. Een gopura is in Zuid-India een tempelingang. Simpel toch: gordelen is gewoon aan de Gordel [jaarlijks wandel- en fietsevenement in de Vlaamse gordel rond Brussel] deelnemen. De Gordel van Orion telt drie gordelsterren. Een embrasse is een gordijnophouder. Is dat nou een gore-tex jas of een gore-texjas? Medusa [haar aanblik deed mensen verstenen] was een van de gorgonische [ijzingwekkend] Gorgonen [drie gevleugelde monsters]. Van aver tot aver wordt meestal verbasterd tot: van haver tot gort [geheel en al, door en door]. Die gortenteller [gierigaard, krent] is zuinig op zijn gortepap [gortpap, gortebrij]. Een gothicaanhanger kickt op de gothic stijl.
4. Het fotomodel en de potentiële opdrachtgever hadden een go see [oriënterende ontmoeting]. Hospodar (ook: gospodar) is de vroegere titel van de vorsten van Montenegro, Moldavië en Walachije. Een gothic novel is een griezelroman. De rayonante gotiek heet ook gothique rayonnant [flamboyant, 1250-1400]. Het adjectief (adjectivum) bij ‘gotiek’ is ‘gotisch’. Hij droeg een goud(en) horloge. Onder die goudiep heeft hij gauw diep in het glaasje gekeken. Een pépite is een goudklomp of klomp goud. Ook die Goudkust [Afrika] is een goudkust [daar wordt goud gevonden]. Is dat nou een goudreinetteboom [èh] (reinette n/s) of een goudrenettenboom [uh] (renet – renetten)? Alleen op het zuidelijk halfrond is een Goudvis een Zwaardvis [vgl. goudvis]. Een gouffre is een onderaardse kalksteenkoepel en gougère een zeker luchtig hol gebak. Goût de contradiction is dwarsdrijverij. Gouverner, c’est prévoir: regeren is vooruitzien. Deze prijs kunt u a gouverno (ook: governo – richtsnoer) aanhouden. Omschrijf de (corporate) governance eens [maatschappelijk en financieel verantwoord een onderneming leiden]. Door het mobben is hij m.o.b. [met onbekende bestemming] vertrokken. Go with the flow: laat je meevoeren (volg de trend, de massa).
5. De GPOe [voorloper OGPOe] en de OGPOe (staatspolitie SU 1923-1934, voorloper KGB) hoef je niet nader te benoemen [te moeilijk]. De GROe is de Russische militaire inlichtingendienst. Hij is geen BA, bachelor of arts, maar MA, master of arts [geesteswetenschappen]. De graaf/prins van halfvasten is een soort van Sinterklaas [beter: r.-k. – midden van de vasten]. Een gravis of graaf is bij drukkers een accent grave. Ik vrij graag, ik ben vrijgraag. Graanbouillon is jenever. Hij dacht: goddank, grâce à Dieu. Hij is een graculus inter musas, een kraai onder de muzen. In klas 3 had ik een graeca [lerares Grieks], in klas vier een graecus [dito leraar]. Wat is het verschil tussen graham- [zonder gisting] en allisonbrood [zonder vet en met weinig gist]? De kleur van grain de lin is gris de lin. Gramineeën zijn gramineae. Een grampie komt, zoals je weet, van growing retired active monied people in excellent state (welgestelde, gezonde oudere). Die grana-padanofantasie [kaas] smaakte verrukkelijk. De meervoudsvormen van grand opéra zijn: grands opéras en grand opéra’s. Een granman [ah, n niet uitspreken] is in SR stamhoofd bij bosnegers (ook als titel).
6. Een granmorgu is een itajara [zeer grote zaagbaars], toch? Granol [zekere pleister voor de muur – ww. granollen] kun je niet eten, granola [lijkt op muesli] wel. Zo’n grassrootsdemocratie [uit de burgers zelf, niet opgelegd] lijkt ideaal. Gedijen grassavannebewoners ook als zandsteppeverblijvers? Grauwak of grauwacke is kiezelzandsteen. Het is daar botertje tot de boom (= bodem – er heerst voorspoed en welvaart + goede verhoudingen). De vroegere naam voor aids was GRID = gay related immune deficiency. De balken lagen grieks en scheef [schots en scheef] dooreen. Die twee grieken [homo] komen van Nigtevegt en gaan naar de griek [restaurant]. Die grienster en griener zijn grieners [huilen]. Die sinaasappels daar liggen voor de griepgrap, gribbelgrabbel, voor de grijp [om mee te pakken]. Wel grote griet [bastaardvloek]! We moeten elkaar geen Grietje [vaker: mietje – niks wijsmaken] noemen. De grijsjes en grijskoppen [oudere, senior] doen het nog goed. De grime [griem(uh)] slaat op schminken, de grime [graajm] op een zekere stijl in de popmuziek. Een serir is een grindwoestijn. De rechtbank behandelde een geval van grober Unfug [verstoring van de rust en orde of aantasting van de eerbaarheid]. Groenblindheid is deuteranopie. De sturmia is de groenknolorchis.
7. Een vocktail is een groentecocktail. De groep-Wilders heeft behoorlijk wat aanhang. Een groufie is een groepsselfie. Een groepstal is een grupstal [met goten voor de mest]. Een groepsvordering is een classaction. Neem dat grove, die grove belediging terug! Een nest- is geen bodembroeder [grondbroeder]. De lucht-luchtraket [luchtdoelraket vanuit luchtvaartuig] trof doel. Hij heeft grondkwekwe [een hypotheek] op zijn land (… en tseetseevliegen). De jongen had een maar wat groze [groots, trots] grootvader. De Grote Heer, de Grote Turk is de sultan van het Ottomaanse Rijk en het grote leger was dat van Napoleon. Je kunt iets brood- en groot nodig hebben. Een grote bank [kaartspel] is aas en een andere figuurkaart, een kleine bank is aas en tien. Het Grootboek der nationale schuld vermeldt de schuld(en) van het Rijk. Blague is grootdoenerij (door een blagueur – opschepper, zwetser). De groothertog van Luxemburg woont in het Groothertogdom Luxemburg. De Orde der Vrijmetselaren kent groothofmeesters. Ze kennen ook de Provinciaal Grootmeester. Een ridder-grootkruis draagt het Grootkruis van de Nederlandse Leeuw.
8.
In de Staten van Holland zaten de Edel Grootmogende Heren Staten. Ze
spelen allebei hun rol: mokum en mediene [stad
en platteland, de provincie].
De Russische kroonprins was de
grootvorst-troonopvolger. Je hebt
groovejazz en acid jazz. Het is grovelijk overdreven, dat hij grozig
[groots,
trots]
was
op zijn petekind. Je kent toch die hop-of-gruitkwestie: wat was er
eerst? Gruit
= kruidenmelange, vóór de hop.
Met
grumus merdae laten dieven hun stront- of esseteehoop achter.
Grunniken [knorren,
gnuivend lachen],
ja, dat deed mijn oud-leraar wiskunde. Wel grote grutten nog an toe
[uitroep
van verbazing]!
De gebitselementen werden tot gruzelementen geslagen. Let op: het is
daar gsm-parkeren
[met
mobiele telefoon – global
system
for mobile
communications].
Met een gsr-kit
toon je een gunshot
residue
aan. De eetbare groengele vrucht van de guave is de djamboe bidji. De
slag der gulden sporen is de Guldensporenslag. De gutfeeling is het
(onder)buikgevoel.
Gympen zijn gympies, maar een guimpe of gimpje draag je om de hals.
Een gz-psycholoog
is een gezondheidszorgpsycholoog.