zaterdag 2 november 2019

1762 Dictee zondag 03-11-2019 (1) - dictee Wekelijkse dicteetest 074 RL √

Dictee - dictees [1762]

Wekelijkse dicteetest 074 RL [elke zondag]

Welk van de 3 antwoorden is juist?
Oplossingen: hieronder!
Bron: Oefendictee (oud) 574

1. Die .......................... (evangelische jongere) droeg een ................... , een morsschortje.
a. EVA                          eva'tje
b. eva                           evaatje
c. EVA                          evaatje

2. Ook Ezechiël is een Bijbelboek, net als ............... , ...................... en Filippenzen.
a. Ezra                     Filemon
b. Esra                     Filémon
c. Esra                     Filemon

3. Bij het meer van Gennesaret (NBV) heeft Jezus de ............ met de acht .............. gehouden.
a. bergrede                  zaligsprekingen
b. Bergrede                  zaligsprekingen
c. bergrede                  Zaligsprekingen

4. Deze jarige .............. is zo arm als .................. , hij heeft gans geen job (baan)
a. job                                   job
b. Job                                 Job
c. job                                  Job

5. We kennen Haman zelf van het Hamansfeest (Poerim) en op afstand van een ............. en de hamansoren (.........................).
a. Hamansfeest                     kiesjelisj
b. Hamansfeest                     kiesjelies
c. hamansfeest                      kiesjeliesj

6. De ................. (Jan en alleman) staan nog steeds in Van Dale.
a. krethi en plethi
b. Krethi en Plethi
c. krethi-en-plethi

7. Een ............... kreeg extra aftrek bij de inkomstenbelasting, de ...............
a. lucaskind                                      ib
b. Lucaskind                                     Ib
c. Lukaskind                                     IB

8. Er gaan drie .................. in een .........................
a. methuzalems                                melgior
b. methusalems                                melchior
c. metusalems                                  mèlchior

9. En trouwens ........................ in een ............................!
a. twee-en-halve                                  nebukatnezar
b. twee en halve                                  nebukadnesar
c. tweeënhalve                                    nebukadnezar

10. De moeder van ........................ is ............................
a. Ezau                                     Rebecca
b. Esau                                     Rebecca
c. Ezau                                     Rebekka

Oplossingen [074]: zie hieronder.

-----------------------------------------------------------------------------------------

Oplossingen [074]
1b 2a 3b 4c 5c 6b 7a 8b 9c 10c

Contact: leentfaarrein@gmail.com
 



1761 Dictee zaterdag 02 november 2019 (1) dictee Groot Radio Dictee 2019 √

Dictee - dictees [1761]

Groot Radio Dictee 2019

Boeren, burgers en buitenlui (auteur: Wim Daniëls)

1. "Het moet me van het hart: we worden beschimpt en geschandaliseerd, terwijl we nota bene 's lands belangrijkste maaltijdbezorgers zijn", zei een boer uit een Zuidoost-Noord-Brabants dorp geagiteerd tegen me.

2. "Daarenboven hebben we een kolossale bijdrage geleverd aan het Nederlandse vocabulaire", brieste hij voort.

3. Inderdaad zijn duizend-en-een woorden dankzij de boerenstand in de Nederlandse taal terechtgekomen, bijvoorbeeld: tractor, boerenperziken, gewasbesproeiing, vollegrondteelt, rood- en zwartbont en mond-en-klauwzeer.

4. Daarbovenop zijn er tientallen boerenzegswijzen, waaronder 'op z'n janboerenfluitjes' in de betekenis 'langzaamaan, rustig aan', en 'de boer zijn hemd' voor het vel op gekookte melk, dat sommige warmemelkdrinkers zo fraai over de balustrade van hun melkmok weten te draperen.

5. Velen wijzen heden ten dage naar de boeren als degenen door wie de biodiversiteit teloorgaat en ook als de ultieme stankverspreiders, terwijl er geen punt wordt gemaakt van dreumesen die ongegeneerd hun wegwerpluiers volpoepen, noch van notoire schetenlaters en evenmin van goedgekapte [VD!] jongeren en bejaarden met hun verstikkende eau-de-colognegeur.

6. Het is wrang dat een beroepsgroep die dagelijks tafeltje-dek-je mogelijk maakt zo verguisd wordt, terwijl we allemaal tijdenlang boer zijn geweest toen we van jagers-verzamelaars evolueerden in landbouwers met een huisje-boompje-beestje-ideaal.

7. Anderzijds valt niet te loochenen dat anno nu vooral de intensieve veehouderij, al dan niet in de vorm van bio-industrie, het milieu schade berokkent.

8. Maar toch: hoedt u zich voor al te veel gejeremieer over boeren.

9. Wij allen zorgen voor milieuschade, als carnivoor, automobilist, motorrijder, vliegende globetrotter, afsteker van vuurwerk op oudjaarsavond en in de nieuwjaarsnacht, enzovoort.

10. Om de milieuproblemen het hoofd te bieden, moeten we gezamenlijk onze verantwoordelijkheid nemen en vooral één ding doen: ons boerenverstand gebruiken.

 
 



vrijdag 1 november 2019

1760 Dictee vrijdag 01 november 2019 (3) dictee Dictee Boekenbeurs 2019 √

Dictee - dictees [1760] 

Dictee Boekenbeurs Antwerpen op 30 2019

Victors dilemma (tekst: Bruno Lowagie)

1. Victor is een vaste klant van de afdeling 'nieuwe aanwinsten' in de Hollebeekse bibliotheek. Hij maakt er een punt van eer van elk nieuw jeugdboek aan een consciëntieuze inspectie te onderwerpen. Een ongerept boek doorbladeren bezorgt hem een genot dat zijn leeftijdsgenoten amper kunnen vatten.

2. Als de blurb [korte aanbeveling op omslag boek] hem bevalt, is Victor de eerste die een nagelnieuwe aankoop ontleent. Geen enkel kleinood dat aan de collectie bellettrie voor 14+-lezers [veertienpluslezers] wordt toegevoegd, ontsnapt aan zijn aandacht. Hij kent de hele catalogus uit het hoofd en kan het niet hebben als er ook maar één werk verkeerd in de kast staat.

3. Het hoeft dus niet te verwonderen dat de diehard al van ver merkt dat er iets niet pluis is in de rij van Veronica Roth en J.K. Rowling. Er is een verstekeling tussen de dystopische Divergentreeks [geen streepje] en de fabelachtige Harry Potterkronieken [hijzelf ...] verzeild geraakt.

4. Victor laat zijn hand over de kleurrijke ruggen glijden tot hij het hem onbekende boek bereikt. Hij legt zijn wijsvinger op het kapitaalbandje van de hardcover en trekt de dikke pil uit het gelid. 'Rovtic' [anagram van Victor] leest hij; meer informatie geeft de mariablauwe [denk ik ... internet] kaft niet prijs. Gefascineerd slaat Victor de band open en hij gelooft niet wat hij ziet. De tekst begint als volgt:
[In dit verband is de volgende hoofdletter zeer verdedigbaar na dubbelpunt – ook verderop.] 

5. Op 6 december 2019 vond Victor een mysterieus boek in de bibliotheek

De rest van het dictee is wegens tijdgebrek niet meer aan de orde gekomen!

6. Dat is zijn naam; vandaag is het sinterklaasdag 2019 en hij heeft inderdaad net een geheimzinnig boek ontdekt. Victor kijkt schichtig om zich heen alsof hij zich betrapt voelt op het lezen van verboden lectuur, maar niemand let op hem. Hij knippert eens met zijn ogen en herleest de eerste zin. Er staat wel degelijk wat hij dacht dat er stond. Hij leest verder: 

6. Het anagram van zijn naam op het voorplat [voorzijde boekband] intrigeerde hem. Zodra hij het boek opensloeg, overviel hem het vreemde besef dat hij zijn levensverhaal in handen had. Op de een of andere manier wist hij met onbetwistbare zekerheid dat het magische opus [werk] profetieën bevatte die de rest van zijn leven voorspelden. Victor stond voor een dilemma. Zou hij de pagina omslaan en verder lezen, benieuwd naar wat komen zou? Of klapte hij het boek onmiddellijk dicht en nam hij zijn leven zoals het kwam? 

7. Victor staart verbaasd naar de eerste bladzijde. Hij bedwingt de reflex die hem het blad wil doen omslaan. Hij weet van zichzelf hoe nieuwsgierig hij is, maar als hij nu aan zijn nieuwsgierigheid toegeeft, zal voortaan niets in zijn leven hem nog verrassen. Dat kan zowel een zegen zijn als een vloek. Hij wikt en weegt, zorgvuldig elk voor- en nadeel in beschouwing nemend. Uiteindelijk komt hij tot een besluit: hij doet het boek dicht en opent het meteen weer op de laatste pagina. Hij wil enkel het einde kennen:

8. Na een lang leven vol avonturen die zelfs zijn stoutste dromen hadden overtroffen, sloot Victor de ogen. Hij wist zich omringd door zijn liefhebbende familie en fluisterde: '"Het is mooi geweest. Als ik alles moest overdoen, ik zou ik net dezelfde keuzes maken." Met die gedachte blies hij zijn laatste adem uit. Dat is alles wat Victor moet weten. Hij sluit het boek, plaatst het terug in de kast, en loopt de rij uit. Hij beseft het nog niet ten volle, maar het is de wijste beslissing die hij kon maken. Woorden weten immers niet alles; sommige dingen moet je beleven.
 
 


1759 Dictee vrijdag 01 november 2019 (2) dictee Grote Dwarsdictee 2019

Dictee - dictees [1759]

Het Grote Dwarsdictee 2019

Pyramus en Thisbe: een oude liefde (auteur: Patricia Stoop)

1. Als ik mijn hart niet verloren had aan fraaie handgeschreven historiën over veertiende-eeuwse koene paladijnen, hun veelgeplaagde trawanten en hun weergaloze queesten, en aan de literaire eloquentie van laatmiddeleeuwse mystici, monniken en nonnen-auteurs, zou ik me te allen tijde hebben laten verleiden door de ovidiaanse [Ovidius, vgl. bv. Hooft en hooftiaans, Rousseau en rousseauïaans] liefdesvertellingen uit het Middellandse Zeegebied. Wie raakt niet ten diepste geëxalteerd door de verzengende clandestiene liefdessmachten en amoureuze fantasieën die de enigmatische Babylonische schone Thisbe [uitspraak: ee] en haar gracieus geklede hartenprins Pyramus in welhaast religieuze extase tijdens hun dagdagelijkse halfuurtje uitentreuren heen en weer fluisterden door de spelonk die ze in de muur tussen hun beider huizen hadden geëxcaveerd [excavatie = uitholling].

2. Wie wordt niet ontstellend geëmotioneerd door de tragische speling van het Oudlatijnse misverstand? Hoezeer keerde niet ten droeve hun verhaal toen de oriëntaalse geliefden, vertrouwend op
Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Liefde [alleen streepjes vooraan, vgl. dito 'van Afrika', van 'La Trappe', etc., VD!] , die in hun tijd nog Venus of Aphrodite heette, in een nazomernacht afspraken bij een verafgelegen moerbeiboom onder een rijkgeschakeerde sterrenpracht. Neergevlijd bij een feeërieke lommerrijke bron te midden van de brousse ontdekte Thisbe naar verluidt een leeuwin, waarop de exotische schone op haar vieve vrouwenvoeten terstond vluchtte naar een gecamoufleerde grot, haar karmozijnrode sluier achterlatend in het veld.


3. De leeuwin, die juist haar maaltijd van verse kalfskarbonade verorberd had, verscheurde Thisbe's luxueuze niemendalletje met haar bebloede muil. Pyramus, te elfder ure aangesneld met gezwinde pas, concludeerde bij het zien van de leeuwinnensporen dat zijn geliefde geattaqueerd en opgeschransd was. Hij stortte zich pijlsnel in zijn vlijmscherpe zwaard. Thisbe, ooggetuige van dat al, knielde naast hem in zijn pak van goudlamé en nam op haar beurt een tenhemelschreiend besluit.

4. Maar gelukkig voor diepgewortelde mediëvisten als schrijver dezes overwint de Liefde [personificatie denkbaar, bij officieel dictee: kleine l] door één manipulatieve pennentrek op miraculeuze wijze de Dood [idem, kleine d]: als een ware deus ex machina voerde Helios de geliefden onder begeleiding van cimbalen en schalmeien naar de hemel en plaatste hen voor eeuwig samen aan het flonkerend firmament.




1758 Dictee vrijdag 01 november 2019 (1) dictee Grote Dwarsdictee 2018 √

Dictee - dictees [1758]

Het Grote Dwarsdictee 2018

(Geen titel, auteur: Jens Meijen)

1. Mijn schoonbroer werkt als verkoper van hightech geluidsapparatuur [ook: hightechgeluidsapparatuur]. Regelmatig zuipt hij zich compleet naar de pleuris onder begeleiding van een likje bossanova [dans] en de live-cd van een geoefend jazztrompettist. Op een van zijn hysterische escapades brak hij een volière, en liet zo peperdure fluorescerende kaketoes ontsnappen. De eigenaar, een vileine ornitholoog, diende een klacht in. Hij had al een flinke lijst overtredingen geaccumuleerd, zodat zijn oversten [alleen als 'n' ook gelezen is!] onze crapuleuze [gemeen] kompaan op het matje riepen.

2. Hij betrad een kitscherige, stilistisch archaïsche vergaderzaal die gewoonlijk de communautaire en plenaire colloquia van de ambassadeurscommissie accommodeert. In de zaal zaten hoge piefen die in de jaren tachtig (80) notoire bungabungafeestjes hielden en hem vergastten op zwezeriken. "Ik doe aan bingedrinken", gaf hij weifelend toe, vrezend voor represailles. Zijn bazen wisten die no-nonsensehouding wel te appreciëren. "Zo'n tweewekelijks bacchanaal heeft in se [in wezen] een therapeutische werking", knikten ze – en de klacht werd, ondanks het ethische dilemma, geseponeerd.

3. Na het evaluatiegesprek walste hij een frituur binnen met een overdosis sprezzatura [quasiachteloze virtuositeit], de Ouditaliaanse [taal] vorm van swag [jongerentaal: cool, coewl]. Hij bestelde een mexicano [snack] met andalouse [niet in wdb., saus ... ook: andalousesaus], maar was in de lokale pannenkoekenbakkerij beland. Dientengevolge kreeg hij de crêpes met crème fraîche en een latte macchiato geserveerd. Gelukkig was hij in een billijke bui en had hij geen zin in dat gekrakeel en geheibei, waardoor hij het debacle vlug vergat. Zijn lactose-intolerantie was hij echter ook vergeten, waardoor hij pijlsnel in zwijm viel, zelfs vooraleer hij enig socialmediabericht [Eng., ook: socialemediabericht, NL] over zijn vermeende anafylactische shock kon opstellen.

4. In zijn dromen zag onze compagnon visioenen van druïdes en monniken in hawaïhemden en met mocassins die buitenissige rituelen uitvoerden op een pekingeend om het dier in filet americain [BE: preparé] te veranderen. Wat later, in het ziekenhuis, bekritiseerde hij pseudo-intellectuele slampampers die moeilijke woorden in hun tekst proppen om indruk te maken op voluptueuze dertig- tot drieëndertigjarige [30- tot 33-jarige] vrouwen. Hij jeremieerde ook over de ontpitte perziken die hij als ontbijt kreeg, maar de verpleegsters riepen, dat hij moest stoppen met zaniken. Na een zware ruzie werd hij stante pede ontslagen uit het ziekenhuis, waarna hij extatisch terug naar zijn nine-to-fivejobje [9-to-5-jobje] skatete.

 
 



woensdag 30 oktober 2019

1757 Dictee woensdag 30 oktober 2019 (2) dictee Het grote BE-dictee √

Dictee - dictees [1757]

Het grote BE-dictee (auteur: Rein Leentfaar)

1. Vooraf: be = België (internet), be- is een voorvoegsel, Be is beryllium (atoomnummer: 4), BE (ISO-landcode België), Bé (schaal van Baumé: concentraties van oplossingen) en bè (geluid van een schaap). Ik maakte de volgende (beperkte) selectie: groen nummer (0800-nummer), 100 dagenfeest (Chrysostomos), 11 novemberviering [Wapenstilstand], 1e korporaal-chef, 1e meester, 1e soldaat, etc., 1 euromaaltijd [lagereschoolkinderen], 3V [Veilig Verkeer Vlaanderen], 2pk (deux-chevaux, 2cv [VD: 2CV]), AAP (onderwijs: assisterend academisch personeel), adjudant-chef en -majoor, etc., een ad fundum (studententaal), ajuinenstad (Aalst), a.l. (alternerend leren), allee (komaan, vooruit), alpijns skiën (alpineskiën), amai (tjongejonge, nounou), ambetanterik (vervelend persoon), ambras (drukte, ophef).

2. Verder: ancien (oudgediende), APA (algemeen plan van aanpak – ro, ruimtelijke ordening), apenjaren [pubertijd – ook puberteit], ARAB (Arbowet), Arbitragehof (nu: Grondwettelijk Hof), Arteveldestad (Gent), asbo (aanvullend secundair beroepsonderwijs), aso (algemeen secundair onderwijs), assisenhof (hof van assisen), asv (algemene en sociale vorming), bgv (beroepsgerichte vorming), awoert (boe), een babelse spraakverwarring, babelutte(n) (karamelachtig snoepje – 'te' niet uitspreken), Bachten [achter] de Kupe: het tussen de IJzer en de Franse grens gelegen deel van West-Vlaanderen, bain de soleil (zonnejurk), ballodroom (kaatsbaan), Bankcommissie, bao (basisonderwijs), BAP (bijzonder academisch personeel), bavet [slabbetje], bbo (buitengewoon basisonderwijs), BD (Bestendige Deputatie), begot (in hemelsnaam, verdorie), belgicist (unitarist), bepijlen (bewegwijzeren), bevak (beleggingsfonds met vast kapitaal), bib (bieb), bibi (ik), bic (balpen), bilan (balans), bin (buurtinformatienetwerk), BIS (Begeleid Individueel Studeren) en biv (belasting op inverkeerstelling). Die vrouw is een vreselijke blètster.

3. Ook nog: bobonne (oma), BOB (Bewakings- en Opsporingsbrigade, vgl. GDA –gerechtelijke dienst van het arrondissement), bo (bijzonder onderwijs), buo (buitengewoon onderwijs), Bloso (vero: Bestuur Lichamelijke Opvoeding en Sport in de Openlucht), boeleke (baby), boni (batig slot, antoniem: mali), bolwassing (schrobbering), bomma en bompa (oma en opa), boulet (gehaktbal), BPA (bijzonder plan van aanleg), Bretoen (NL: Breton), bruis(water) (spa rood), brosse (broskuif), bs (basisschool), bsbo (basisschool voor buitengewoon onderwijs), bso (bijzonder secundair onderwijs, beroepssecundair onderwijs), bubao (buitengewoon basisonderwijs), bulo (buitengewoon lager onderwijs), busbo (buitengewoon secundair en beroepsonderwijs), buso (buitengewoon secundair onderwijs), bvl (beroepsvoorbereidend leerjaar), bw (beschutte werkplaats) en C4 (ontslagbrief).

4. Vervolgens: canapébenoeming (na omhoogneuken), capot (motorkap), caractériel [een rechtlijnig figuur], carrément (ronduit), cassant (scherp), cc (cultureel centrum), cbo (cursorisch beroepsonderwijs), cecemel (chocoladedrank GB: cécémel!), chouchou (lieveling), chipoteren (dwarsliggen), chichi (bekakt), chape (ondervloer, slijtlaag), cic (crisisinterventiecentrum), cité (woonwijk werknemers), civisme (burgerzin), CM (Christelijke Mutualiteit), cob (centrale openbare bibliotheek), colère (woede), constatatie (constatering), corbillard (lijkwagen), cornichon (augurk), corrida (stratenloop), covaartest (cognitieve vaardigheidstest), crapuul (gespuis), cumulard (heeft veel cumuls, nevenfuncties), curieuzeneus, curieuzeneuzemosterdpot, cutiproef [krasjestest], dactylo (typiste), daim (suède) en damar (dame de la marine).

5. Daarnaast: dbso (deeltijds beroepssecundair onderwijs), decujus (erflater), dekenij (decanaat), denkpiste (denkspoor), deputé (gedeputeerde – NL: Limburg), derde-betaler (in sociale wetgeving), derdenationaler (sportploeg), dirco (directeur-coördinator), dirju (directeur judiciaire), DIV (Dienst Inschrijvingen Voertuigen), dko (deeltijds kunstonderwijs), d'office (vanzelf, automatisch), dopgeld (werklozensteun), druivelaar (wijnstok), duimspijker (punaise), duts (onnozel mens, doetje, sukkel), eau de javel (bleekwater), edito (hoofdartikel), echel (bloedzuiger), eba of evba (eenmansvennootschap met beperkte aansprakelijkheid), efkes (eventjes), ejt (eindejaarstoelage), enkwest (enquête), eot (echtscheiding door onderlinge toestemming), fakbar [café van een faculteitskring (verkorting fak)], deca (decafeïné), fijnkost (charcuterie), fit-o-meter (trimbaan), flou artistique (vaagheid), fluostift (markeerstift), fond de teint (foundation), fouille (fouillering), een Fransonkundige Engelsman en GAS-boete (gemeentelijke administratieve sanctie).

6. Ook nog: gazet (krant), hij komt van Geel (is gek), gejost en gesjareld (te grazen genomen), gelule (capsule), genster (vonk), geco en gesco (gesubsidieerde contractueel), giscorrectie (bij meerkeuzevragen), goesting (zin, lust), hij lijdt aan het griepaal syndroom [hij is gegripeerd!], guimauve (gekleurd snoepje in vorm madonna), handelaarsplaat (Z-plaat), hbso (hoger beroepssecundair onderwijs), helaba (hé, jij daar), Pietje de Dood (Magere Hein), herval (na ziekte), hobu (hoger onderwijs buiten de universiteit), hob (halfopen bebouwing), hokt en holt (hoger onderwijs van het korte (lange) type), de hoofdvogel afschieten (hoofdprijs winnen), hso (hoger secundair onderwijs), icc (internationaal cultureel centrum), inox (roestvrij staal), insz (identificatienummer sociale zekerheid), isomo (piepschuim), Blijde Intrede (Blijde Inkomst), je-m'en-foutisme (onverschilligheid), join de culasse (koppakking), k.a. (koninklijk atheneum), kafkatoets (naar bureaucratie) en kasseienslijper (straatslijper).

7. En ken je deze: ketje [Brusselaar], kine (kinesitherapie), op de koffieklets gaan, kortteken (paraaf), kotstudent (woont op kamers), Krijgshof (vero, thans Militair Gerechtshof), kwatong (lasteraar), KWB (Katholieke Werkliedenbond), labo (laboratorium), lait russe [koffie verkeerd], LEIF-kaart (LevensEinde InformatieForum – plastic kaartje inzake euthanasie, uitvaart, orgaandonatie), LIM (Limburg), loyauteit (loyaliteit), Manoesj (lid van de Sinti – vs. Roma), MAP (mestactieplan), mazout (stookolie), min 18-jarige (18-minner), moto (motorfiets), mughelikopter, naverkoopdienst, nefast (funest), nieuwkuis (stomerij), niknakje (klein koekje), nobiljon (notabele), nonkel (oom), occasie (koopje) en oostfrontstrijder.

8. Ten slotte: optieker (opticien), ok (operatiekwartier), oxo (spel, vgl. boter-kaas-en-eieren), pagaddertoren (Antwerpen), peda (tehuis voor (meisjes)studenten), pedalo (waterfiets), rapte (gauwte), pillamp (zaklamp), recup (inhaalrust), Rijksregister (bevolking), sacoche (tas), niemand is sant (profeet) in eigen land, de snel-Belgwet, sparadrap (hechtpleister), stiel (vak, beroep), stock américain (dump), teleferiek (kabelbaan), tew (toegepaste economische wetenschappen), tjeven [christendemocraten] vertonen tjeverij, toile cirée (wasdoek), Unizo [Unie van Zelfstandige Ondernemers], vake (vader), vei (zeer vruchtbaar), velo (fiets), wgc (wijkgezondheidscentrum), ZAP (zelfstandig academisch personeel), zona (gordelroos), zo zat als een zwitser (erg dronken, beledigend), zwartzak (WO II – collaborateur), zondagpastoor (helpt in het weekend), ZIV (Ziekte en Invaliditeitsverzekering) en patati en patata (= enzovoort, enzovoort).

 




1756 Dictee woensdag 30 oktober 2019 (1) dictee Hondsmoeilijke zaken √

Dictee - dictees [1756]

[Juweeltje, nummering uit Dossier 2018 – in wording]

Dictee 041 Hondsmoeilijke zaken (auteur: Rein Leentfaar, met dimcertificaat)

1. Mijn genant [ook: genan, naamgenoot met voor- of doopnaam] Rein was mijn oomszoon. Die oom was zelf een fils de famille [zoon van goeden huize], zeg maar gerust: fils à papa [rijkeluiszoontje]. Toen Rein de gênante [pijnlijk, beschamend] wens uitte om van mijn persoon voor zijn dies natalis ['verjaardag' – stichtingsdag] een hond te krijgen, gingen mijn gedachten eerst uit naar elke zoon van het Hemelse Rijk [Chinees] die aan de Zoon des hemels [keizer van China] eerbiedige deferentie [achting, eerbied, ontzag] verschuldigd is, alsmede hormat [eerbetoon, passende eerbied] aan een Indonesische meerdere. Die mag beslist niet illotis pedibus et manibus ingredi = zonder de vereiste eerbied binnenkomen. Hij betoonde veel egards [bewijs van achting], een vriendelijk nijgen [buigen], pace tanti nominis = pace tanti viri [met alle verschuldigde eerbied (uitgesproken)]. Om wat dichter bij huis te blijven: die genant was ook zoon der Kerk (een katholiek). En passant (terloops) noem ik verder nog: Tells zoon [Wilhelm Tell, pijl, zoon met appel op hoofd], de Allergetrouwste Zoon der Kerk [eretitel van de voormalige Portugese koningen, door paus Benedictus XIV in 1748 verleend], de Zoon des Mensen [Christus], een Franse dauphin [kroonprins, 1349 tot aan 1830], het enfant prodigue (Bijbeltaal – verloren zoon), een hoerenzoon [buitenechtelijk], een Fortunae filius (gelukskind, zondagskind), tel père, tel fils (zo vader, zo zoon), tu quoque, fili mi (ook gij, mijn zoon – et tu, Brute) en (VD!) een politikon zoön (= zoön politikon = sociaal dier!), maar wel policor en (BE) poco [politiek correct].

2. Enfin, hij wilde dus een hond (Canis familiaris). Van het zoeken ben ik hondsmoe geworden. Eerst naar het katten- en hondenasiel geweest. Daar wezen ze op de Trekhondenwet, voor het geval ik ... Ook daar kreeg ik het laatste man-bijt-hondnieuws en weet ik inmiddels dat perichondritis (!) kraakbeenvliesontsteking is, dat ze ook nog een
sint-bernardshond en een rijst-met-krentenhond (dalmatiër of dalmatiner of Dalmatische hond) voor me hadden, een puckhond [mopshond], een Appenzeller of Berner sennenhond, een niet-zieke rode hond, dat de Jachthonden [sterrenbeeld] hier soms op het noordelijk halfrond wel te zien is, evenals de Kleine Hond, maar de Hondsster, Sirius, onderdeel van de Grote Hond niet [zuidelijk halfrond!]. De hyena- of steppehond hadden ze niet, net zo min als honderd-en-een andere honden. Ook een eskimohond, blindengeleidehond en alpenhond (dhole) konden ze niet leveren, laat staan een bulhond, buldog of christenhond [scheldnaam].


3. Ik heb ik-weet-niet-hoeveel species (speciën - soorten) bekeken: de basset als jachthond, de beauceron [herdershond] uit Midden-Frankrijk, de boerenfox [gladharig, niet-erkend ras] en de boxer [lijkt op buldog]. Ook menige brak (drijfhond) passeerde de revue: denk maar aan de braque d'Auvergne en de braque ariégeois. De bul- en de pitbullterriër vormen een hoofdstuk apart. Van de Deense, Duitse en Ulmer dog bevallen mij de oren niet. Wel mooi vond ik de elandhond, kruising tussen kees- en poolhond. Die kleine jack russells, bijgenaamd jackrussellterriërs, konden mij ook bekoren. Ook de labrador-retriever [kruising] scoorde hoog. Een mastino (napoletano) [grote Italiaanse vechthond] leek me niks. Pur sang honden zijn rein en raszuiver. Er is contact geweest met Samojeden over een samojeed. Een door mij gezien vlinderhondje kon het goed vinden met een vosbelg [voskleurig paard van Belgisch ras]. De whippets [klein, kortharig] waren wel in voor een wipje. En de hazewind blonk weer uit door zijn snelheid.

4. Maar natuurlijk, dat was het: een chihuahuaatje [kleine hond, korte pootjes, Mexico]! Een levensecht handtas-, mini- of schoothondje dus. Het had evengoed een dwergpinchertje of een boomer (kruising van bijvoorbeeld een chihuahua en een maltezer) kunnen zijn. Dus geen bolognezer of Bolognezer hond, noch een Mexicaanse hond: dat is helemaal geen hond [maar het geluid van een genererend radiotoestel!]. Ook een vliegende hond (kalong) is geen hond, maar een vleermuis. Voordat ik mijn aanwinst met 20 eurobiljetten (twintigeurobiljetten – series van twintig euromunten) betaalde, heb ik toch nog maar een blik in de Dikke Van Dale geworpen: een angstbijter, apporte (bevel aan hond – haal, breng hier!), een bastaardhond (een niet-raszuivere hond), een bouvier [Vlaamse koehond] , een cairnterriër [kleine Schotse jachthond], cave canem (pas op voor de hond!), Cerberus of Kerberus (de Helhond), een corgi [hond met korte poten, Wales] op een cynodroom (hondenrenbaan), een Finse harrier [brak of lopende – geen staande dus – hond voor de hazenjacht], een hasjhond [spoort hasjiesj op], een hondstrouwe hond, een Schotse collie of lassie [langharig, Schotse herdershond], kynofobie (angst voor honden), kynologie = kennis van (het fokken van) rashonden, de Mexicaanse en de Chinese naakthond, een pointer [gladharige staande hond voor de korte jacht], een Rhodesian ridgeback (leeuwhond, pronkrug), rottweiler [kortharig, politiehond], savannevos [wilde hond in beboste streken], setter [langharige Ierse of Engelse staande hond], sledehond, schnauzer [middelgrote, ruwharige hond, met spitse (gecoupeerde) oren en korte (gecoupeerde) staart], spaniël [ook: épagneul, afhangende oren], stabij (Friese staande hond), een woefwoef (kindertaal) en een zwartblaffer of -poeper [geen hondenbelasting betaald].