Dictee - dictees [1594]
BeNeDictee
2019-04
Alle 80
vetgedrukte en onderstreepte
woorden moesten worden ingevuld!
Toelichting in blauw.
Wilhelm
II (auteur: Bert Jansen)
1. De
komende tien minuten of daaromtrent wil ik in dit exposé [uiteenzetting] met u verwijlen bij Wilhelm II, de in 1918, aan het
eind van de Eerste Wereldoorlog – die affreuze guerre à outrance [oorlog op
leven of dood, tot het bittere einde] die veel weg
had [weg hebben] van een armageddon
[wereldbrand, ook: schaakpartij] – werd afgezet. Sinds twee en een half [ook: tweeënhalf] jaar ben ik
gids in het huis waar de in exil
[ballingschap] gestuurde keizer de laatste
twintig jaar van zijn leven sleet.
2. Al
bij zijn geboorte, op 27 januari 1859, ging het mis: hij kwam in het
geboortekanaal vast te zitten door cervixinsufficiëntie
[(baarmoeder)hals - onvoldoende werking]; het gevolg was een parese [motorische
verlamming] van zijn linkerarm. Zijn hele leven stond in het teken van
het camoufleren van zijn gehandicapte hand. Zijn moeder beschouwde zijn gebrek
als schandelijk en zum Kotzen [walgelijk],
en onderwierp de kleine Wilhelm aan een keihard regime van fysieke en intellectuele
oefeningen, inclusief elektroshocktherapie.
Als aristocraat moest hij leren paardrijden, niet op een suffe arabier [paard], maar op een sanguinische [vurig, driftig] lipizzaner [paard, voor dressur]. Als hij van zijn paard
viel, kreeg hij straf. Maar oefening baarde kunst: op den duur was hij zelfs in
reining [uitspraak: ee - dressuur in western style] bedreven. Na het
gymnasium ging hij in Bonn politicologie studeren. Zijn onzekerheid verborg hij
achter een façade van machismo
[tsj - hanigheid – t.o. = tgov. vrouwen].
3. Hij
trouwde op 22-jarige leeftijd met Augusta Victoria, een radicaalnationalistische adellijke dame. Bij hun huwelijk slibden [dichtslibben] de straten in Berlijn,
die met guirlandes [slinger] en vlaggen
rijkversierd waren, dicht met
belangstellenden. Hoewel het aanvankelijk een politiek huwelijk was,
ontwikkelde dit zich later tot een relatie waarin wederzijds respect en genegenheid
de boventoon voerden. Een en ander nam niet weg dat de roddels over zijn
homoseksuele geaardheid hardnekkig waren. Ja, menigeen was er zeker van dat de
keizer van Nigtevegt kwam. Zijn
vakanties naar de Noorse scherenkust
zonder vrouwen droegen daar ook aan bij. Kwatongen beweerden zelfs getuige te
zijn geweest van een
standje
Hollenkamp van de keizer met Bülow en een derde, ongeïdentificeerde
persoon. De keizer leed aan een sterke amoureuze veroveringsdrang en van caligynaecofobie
[niet in wdb., dat co hoort er m.i. niet bij – internet: angst voor mooie
vrouwen - VD wel: gynefobie - GB kalli?] kon de keizer evenmin beticht worden. Er zijn ook sterke
bewijzen voor zijn amoureuze tête-à-têtes
met motyo's [uitspraak: moht-sjoo – prostituee]. Tijdens de
oorlog was de keizer officieel opperbevelhebber, maar door zijn
onverantwoordelijke
alles-of-nietshouding
[a of n] zorgde zijn generale staf ervoor dat hij geen werkelijk belangrijke
beslissingen kon nemen. Mene tekels
[dreigende waarschuwing, Bijbel, Daniël 5:25 - begin zin - teken aan de wand]
werden door Wilhelm niet gezien of genegeerd. Sommige hovelingen waren ervan
overtuigd dat hij van zijn kabas was
[niet goed bij het hoofd]. Hij kon dan ook
op den duur niet meer rekenen op de byzantijnse
[slaafs, kruipend] ophemeling die voor hem een
conditio
sine qua non [noodzakelijke voorwaarde - c.s.q.n.]
was. Zijn predilectie [voorkeur, voorliefde] voor uiterlijk vertoon was
extreem te noemen. Zo verkleedde de ijdeltuit zich soms wel zes keer per dag!
4. Toen
de keizer op 9 november 1918 zijn hoofdkwartier in Spa bezocht, werd de revolutie
uitgeroepen; hij kon niet meer terug naar Duitsland en hem werd politiek asiel
verleend in Nederland. Anders dan de heden
ten dage voor veel vluchtelingen geldende
bed-bad-broodregeling werd onze Wilhelm riant gehuisvest in
het kasteeltje van graaf Godard van Aldenburg Bentinck in het idyllische [herdelijk, landelijk] Amerongen. Op de dag dat hij daar arriveert, op 11
november 1918, zwijgen de kanonnen en gaat het staakt-het-vuren [znw. - opdracht: staak het vuren] in. Langs de zwaar gegalonneerde [met galon = weefsel versierd] portier trad de keizer de
rijk gestoffeerde hal binnen, waarna hij naar zijn
historische, gelambriseerde [met houtwerk beschoten - ww. beschieten] vertrek,
waar ooit nog Lodewijk XIV had geslapen, geleid wordt. De wanden waren bekleed
met pompadoer [stof voor decoratie en bekleding - wel: Madame de Pompadour],
een bont geweven stof uit de Vogezen, in de ebbenhouten kasten
waardevolle bibelots [snuisterijen].
5. Aanvankelijk
zou de keizer drie dagen gastvrijheid krijgen op het kasteel van de vicomte [burggraaf],
maar dat werd uiteindelijk anderhalf jaar. In die periode zijn er verscheidene
pogingen ondernomen de keizer te ontvoeren dan wel te vermoorden. Alle [zaak!] zonder resultaat. Op 28
november voegde zijn gemalin zich bij hem en abdiceerde [ook: abdiqueerde,
andere uitspraak - afstand doen van de troon/kroon o.d.] de gevallen keizer, op aandrang van zijn
vleugeladjudant Von Ilsemann. Het drong nu ten volle tot hem door dat een
terugkeer naar Duitsland ten enenmale
een gepasseerd station was en dat hij serieus naar een permanente huisvesting
moest gaan omzien. Hij googelde
[ook: googlede - GB] daartoe niet, zoals wij dat in de 21(st)e eeuw
gewoon zijn, evenmin werd er door hem gewhatsappt [whatsappen - met WhatsApp -appen, whappen] of
ge-sms't [sms'en]. Maar hij had
wél zijn personeel, en na zes maanden nijver zoekwerk vond hij Huis Doorn, een
statig herenhuis met 50 hectare grond. Voor een half miljoen [vgl. kwart miljoen] Hollandse guldens verwisselde het van eigenaar.
Een halfjaar [VD; GB ook: half jaar] werd er
gerenoveerd: er kwam een cv-installatie,
de plafonds werden opnieuw gestuukt
[VD, GB ook: gestuct - ww. stuken en stuccen] en hij liet een bordestrap bouwen om zijn nieuwe kruip-in [klein huis, mv. kruip-innen] wat meer allure te geven. Daartoe liet hij uit Waals-Brabant quenast
[soort porfier = fijnkorrelige granietsoort]
komen, uit het land dus dat mede op zijn bevel door francs-tireurs [gewapende
burgers] en yperiet [GB, VD ook: ypriet, andere uitspraak - mosterdgas] in een woestenij
was veranderd.
stante pede [op staande voet, onmiddellijk] overeind en maakten de dames een reverence [buiging], terwijl de heren met hun hielen klakten. De tuin had hij laten inrichten met rododendrons [rodo's - plant], eschscholtzia's [plant] en nipa's, een moeraspalm die ook wel atappalm genoemd wordt. Als buitenmens vertoefde hij daar graag. Hij hield zich het liefst onledig met houthakken. Ook zat hij graag op zijn zadel in zijn studeerkamer, schrijvend aan zijn stipo [schrijfmeubel]. In zijn bibliotheek stonden boeken over uiteenlopende wetenschappelijke onderwerpen, maar ook lichtere kost, zoals spyfi's [fictie met spionage als thema - spy fiction] en scifi's [sciencefiction, sf]. Op Huis Doorn kwam tussen 1920 en 1941 een gemêleerd [gemengd] gezelschap over de vloer. De gasten werden ontvangen op de bel-etage [eerste verdieping], waar zich ook de mooiste kamer van het huis bevindt: het met scagliola [de g hoor je niet - marmer] beklede cenakel [zaal voor avondmaal, formeel: Laatste Avondmaal]. De dinertjes werden steevast muzikaal omlijst met fumu [= muzak, achtergrondmuziek functionele muziek] en de maaltijden werden opgediend in
famille-roseserviesgoed [famille rose - Chinees porselein]. Er kwamen dan ook exquisiete gerechten op tafel, zoals gekaramelliseerde [karamel, verhitte suiker, bruine kleur] siepels [ui] met yuzu [Japanse citrusvrucht] en pikant gekruide kolbaszworstjes [Hongaars, sterk gekruid]. Erbij werd geregeld kweepeereau-de-vie [bandewijn, beter: kweeperen - eau de vie] geserveerd. Als dessert was croquembouche [toren van soesjes, nagerecht] favoriet. De keizer, kat' exochen [bij uitstek, per definitie] een epicurist [genotzoeker], gezeten aan het hoofd van de tafel, was steevast gekleed in tenue de soirée [avondkleding]. Behalve deze eetzaal zijn er nog elf andere kamers in Huis Doorn te bezoeken. Ik zal er graag eens jullie gids zijn.