zaterdag 21 juli 2018

1359 Dictee zondag 22-07-2018 (1) - dictee Wekelijkse dicteetest 007 RL √

Dictee - dictees [1359]


Wekelijkse dicteetest 007 RL [elke zondag]

Welk van de 3 antwoorden is juist?
Oplossingen: hieronder!
Bron: Oefendictee (oud) 507

1. Piet, die van het ww. sleeën houdt, .......... gisteren en Karel, die van het ww. sleden houdt, .......... eergisteren.
a. sleede          sleedde
b. slede            slede
c. sleedde        slede. [rood = later gewijzigd]

2. Een slijmbeurs bevat .......... vocht (gewrichtssmeer).
a. synoviaal
b. sinoviaal
c. synovyaal.

3. Hij wil .......... knijpen.
a. ertussenuit
b. ertussen uit
c. er tussenuit.

4. Zij traden als getuigen-deskundigen op bij het .........., het kort geding [NL].
a. referé
b. reféré
c. référé.

5. Ik hoorde par .......... (bij geruchte) dat zijn .......... (reputatie) een behoorlijke deuk heeft opgelopen.
a. renommée          renommé
b. renommée          renommee
c. renommé            renommée.

6. Een .......... heet ook wel een .......... [van: roll on, roll off].
a. rij-op-rij-af-boot            roro-boot
b. rij-op-rij-afboot             roroboot
c. rij-op-rij-afboot             roro-boot.

7. Welk tijdperk is ouder, het .......... (dat!) of het ..........?
a. saalien          emien
b. salien            eemien
c. saalien          eemien.

8. Bij dat woordspel .......... je, speel je ..........
a. scrabbel          scrabble
b. scrabbel          scrabbel
c. scrabble          scrabble.

9. Die .......... koude laat mij ..........
a. Siberische          siberisch
b. Siberische          Siberisch
c. siberische           siberisch.

10. Die .......... is een .......... (mislukkeling).
a. goser          looser
b. gozer          loser
c. gozer          loozer.

Oplossing [007] 

-----------------------------------------------------------

Oplossing [007]:
1a 2a 3a 4c 5b 6b 7c 8a 9a 10b

Contact: leentfaarrein@gmail.com



zondag 15 juli 2018

1358 Dictee zondag 15 juli 2018 (2): dictee Oefendictee juni 2018 (2) √

Dictee - dictees [1358]

Oefendictee juni 2018 (2)

1. Heb jij weleens een killdeerplevier [ih ie] gezien? Manillen is manille spelen, een zeker kaartspel. Zijn r.f.s.v.p. (réponse favorable s’il vous plaît) kon niet onbeantwoord blijven. Hoe groot is een groot, een denkbeeldige (reken)munt? Wel, een pond Vlaams of een pond groot is [VD lemma 'Vlaams'] 20 schellingen van 12 groot en ook nog 6 gulden. Ergo: 240 groot = 600 centen, dus (delen door 60): 4 groot is 10 cent, 2 groot is 5 cent (een stuiver dus) en 1 groot is 2,5 [= tweeënhalf, twee en een half] cent, twee en een halve cent, tweeënhalve cent, een
twee-en-een-halvecentstuk [ook: 4 duitenstuk, pasmunt: een duit was 1/8 van een stuiver!] of een halve stuiver. Voilà! De bodhiboom of Indische vijgenboom is de heilige boom van de boeddhisten (Ficus religiosa). Die uitdrukking staat niet in de wdb., maar 'huisje ruim op' of 'huisje-ruim-op' [Hoeksche Waard, Dordrecht] betekent zoiets als 'huis aan huis': de folders werden huisje ruim op, huis aan huis, verkocht (huis-aan-huisverkoop); aan die dijk hadden ze huisje ruim op, huis aan huis, griep.


2. Een Italiaans sonnet is een petrarcasonnet, een Engels sonnet is een shakespearesonnet. Een klinkdicht is een sonnet en een coda een aan een sonnet toegevoegde regel of strofe. Een sonnettette of snelsonnet is een gedicht bestaande uit een kwatrijn [strofe van 4 regels] en een distichon [tweeregelig vers dat een volledige zin vormt, m.n. een vers dat bestaat uit een hexameter en een pentameter], waarbij na het kwatrijn een chute [volta, val, wending] volgt. Logisch toch: ingénues hebben iets ingénu's. De BBD is de Barbadosdollar en de BDT de taka van Bangladesh. Met mijn compagnon de voyage ging ik naar het cimetière des arts [museum]. Het ban-de-bomteken , dat ken je wel. Op het Malagassische Madagaskar spreken ze Malagasi. Een raout is een rout (avondpartij).

3. Waar blijft 'vader de man' naast 'moeder de vrouw'? Is het nu: "Heeft Artis een groeiende Cobra-collectie" (CoBrA is aardiger, niet in wdb.), "Heeft Artis een groeiende cobracollectie" of "Heeft Artis een groeiende cobracollectie"? Champagne is een mousserende wijn [schuimen, opbruisen door vrijkomend koolzuurgas]. Jij ook zin in een mousserend wijntje? Wat wil je: asti spumante [Italiaanse stad Asti (Piemonte)], belletjeswijn [schuimwijn], berkenwijn [Duits, gemaakt met het voorjaarssap van de berk], cava [Spaans, gemaakt volgens de méthode champenoise = in de champagnestreek, op fles 2e gisting – vgl. ook: champagnebier; Duitse wijn volgens die methode is sekt], champenoise = schuimwijn, stille champagne [schuimt niet], roze champagne, champagnekurk, chenin blanc [wijnstok en witte wijn uit de Loiresteek] en clairette [witte wijn en wijndruif; clairet = rood!].

4. Verder: crémant [licht mousserend, Frankrijk], fluit [drinkglas mousserend wijn – flûte], kefir [zuurachtige melkdrank uit de Kaukasus, aftreksel uit kefirkorrels], méthode traditionnelle [als de méthode champenoise, maar dan buiten de champagnestreek], moussoir (moser, champagneklopper), prosecco [wijnstok, druif en wijn], sabreren [fles openen door met een sabel de kurk en een deel van de flessenhals weg te slaan], schuimwijn (bruiswijn), scroppino: spoom van citroenijs, wodka en mousserende witte wijn (spumante of prosecco), spuitwijn (champagne), valpolicella (Italiaanse, licht mousserende rode wijn, geperst van o.a. de corvina, geteeld langs de zuidelijke hellingen van de Alpen), vinho verde (frisse, licht mousserende Portugese wijn van druiven die vroeg in het seizoen geoogst worden) en vonkelwijn (Zuid-Afrika).

5. Hij was kat' exochen, bij uitstek, egregiously an ass, een ezel dus. Een ovule is een vaginale zetpil. Het derde breakpoint was het echte breekpunt in de tenniswedstrijd. Dat is een livre de bonne foi: een te goeder trouw geschreven boek. Heeft een flegmatica last van flegmasie [kraambeen]? Is dat niet een heuse contradictio in terminis: boosaardig? Boos + aard + ig = een boze aard hebbend ... Stalle = paardenpis. De (Verheven) Porte was de regering van het Ottomaanse Rijk. Ik heb je wat urdimeel gestuurd! Kan Urdumail ook? De circe droeg haar versierring. De sos (socialist) en zijn sosie (sosius, dubbelganger) zonden een SOS (Save Our Souls) uit. Een coronita is een kleine corona (sigaar). Voor lesbienne, homo, biseksueel, transgender, queer [qua sekse niet in een hokje], interseks of aseksueel noteren we lhbtqia. Tempé dient als vleesvervanger. Ik gun mezelf te weinig me-time.

6. In Oefendictee 580 (oud) kondigde ik aan, dat de uitspraken van Petronius en Phaedrus later zouden volgen. Beter laat dan nooit, dus bij dezen. Petronius bedacht: ab acia et acu [lett.: van de naald en de draad]: tot in het kleinste detail, haarfijn, in geuren en kleuren, cujus [Latijn: cuius] pluris erat unguis, quam tu totus: iemand wiens pink meer waard is dan jouw hele persoon, cum insanientibus furere [lett.: tekeergaan met de krankzinnigen]: huilen met de wolven in het bos, curioso felicitas: gelukkige taalwending(en) of stijl die berust(en) op toewijding van de schrijver, zo heer, zo knecht, zulke heren, zulke knechts: ondergeschikten gedragen zich naar het voorbeeld van hun superieuren (zo de abt, zo de monniken) [Latijn: qualis dominus, talis est servus], manum de tabula: de hand van het schilderij af, d.w.z. werk er niet langer aan, het is nu genoeg en modo sic, modo sic: nu een zus, dan weer zo.

7. En van Phaedrus [o.a. vermaard Latijns fabeldichter] hebben we: asinus ad lyram [lett.: een ezel bij de lier]: zo geschikt voor iets als een ezel tot het bespelen van een lier, praecepto monitus: gewaarschuwd door een goede raad, ranus in fabula: de kikker in de fabel (die zich opblies om even groot als de koe te worden, maar ten slotte barstte) [vgl. een opgeblazen kikker = een blaaskaak], rumpitur invidia: hij barst van nijd (naar Martialis, die de uitdrukking ontleende aan Phaedrus' fabel van de gebarsten kikker en de os – of koe dus), societas leonina [ook: leonina societas] [lett.: overeenkomst met een leeuw]: verhouding van mensen die iets samen delen, waarbij de een alles krijgt en de ander niets en varietas delectat [lett.: afwisseling verheugt]: verandering van spijs doet eten.

8. Zorg wel voor een goede uitspraak. 1) Bert kwiste graag, hij verkwistte er veel tijd mee. 2) Bert quizde graag, hij verquizde er veel tijd mee. Hier wat treffers op *jut*: coadjutor (hulpbisschop),
hoofd-van-jut (kop-van-jut, kermisattractie), jut (juttepeer, boom, stranddief, jutter, juut = agent, malle vrouw), Jut(te) (Jut en Jul = raar stel, ook: iedereen, van Jutte naar Jenne sturen = van de een naar de ander, staan als Jut voor (bij) het hek = beteuterd staan, ook: staan als Jut voor de kaakmand = mand voor gekaakte haring), de kop van Jut zijn = de zondebok zijn en een Jut kan ook een Jutlander zijn, iemand uit Jutland [bnw. Juts], een jutezak is een juten zak [VD ook: jute zak], jutlandisering = economische stagnatie door geïsoleerde ligging, etc. en sint-jut(te)mis [ad calendas graecas, nooit: dan dansen de kalveren op het ijs].

 
 

vrijdag 13 juli 2018

1357 Dictee zondag 15-07-2018 (1) - dictee Wekelijkse dicteetest 006 RL √

Dictee - dictees [1357]

Wekelijkse dicteetest 006 RL [elke zondag]

Welk van de 3 antwoorden is juist?
Oplossingen: hieronder!
Bron: Oefendictee (oud) 506

1. Een chemicus gebruikt soms een .......... met 2 of meer halzen.
a. woulfles
b. woelfles
c. woulfefles.

2. Hij is zo zat als een .......... en heeft een baard als een .........…
a. zwitser          Zwitser
b. Zwitser         zwitser
c. zwitser          zwitser.

3. De afkorting van 'sine prole' (zonder nakomelingen) is ..........
a. S.P.
b. s.p.
c. sp

4. De .......... is de Stichting Ideële Reclame.
a. SIRE
b. Sire
c. sire.

5. Zoals hij sjiekte (tabak pruimde), dat was geen ..........     ...........
a. chickige     chicheid
b. chiquige     chiqueheid
c. chiquige     chicheid.

6. De .......... zongen hun eigen ..........
a. bacchanten          skolion
b. Bacchanten          scolion
c. bachanten            skolion.

7. Hun .......... huis werd verkocht aan een ..........
a. ouders'          zielepiet
b. ouders           zielenpiet
c. ouders'          zielenpiet.

8. Vanuit de .......... (rubberboot) keken we naar de .......... (dierenriem).
a. zodiak          zodiak
b. zodiac          zodiak
c. zodiak          zodiac.

9. Een .......... is de staf van Mercurius.
a. Caduceus
b. caduceus
c. kaduceus.

10. In .......... hebben ze .......... idealen.
a. zwart Amerika          zwart-Amerikaanse
b. zwart-Amerika          Zwart-Amerikaanse
c. Zwart Amerika          Zwart-Amerikaanse.

Oplossing [006]

----------------------------------------------------------------

Oplossing [006]:
1c 2a 3b 4b 5c 6a 7c 8b 9b 10a

Contact: leentfaarrein@gmail.com




zaterdag 7 juli 2018

1356 Dictee zondag 08-07-2018 (1) - dictee Wekelijkse dicteetest 005 RL √

Dictee - dictees [1356]

Wekelijkse dicteetest 005 RL [elke zondag]

Welk van de 3 antwoorden is juist
Oplossingen: hieronder!
Bron: Oefendictee (oud) 505

1. De godin .......... komt uit het ..........
a. Walküre          Oud Noors
b. Walkure          Oudnoors
c. Walküre          Oud-Noors.

2. De seinmeester kan aan de .......... het sein '..........' geven.
a. brand-meester          brand-meester
b. brandmeester           brandmeester
c. brandmeester           brand meester.

3. Van druiven van de ..........     ................... gemaakt.
a. sémilon            wordt sauterne
b. semillon           worden sauternes
c. sémillon           worden sauternes.

4. Een .......... heeft niet altijd succes.
a. sequel
b. sekwel
c. sequelle.

5. Een .......... vind je in het leger.
a. sergeant-één
b. sergeant-een
c. sergeant 1.

6. De grijze .......... profiteerde van de .......... wind.
a. wouw          wouwe
b. wauw          wauwe
c. wouw          wauwe.

7. .......... u zich tot de directeur. Wanneer .......... ge u daarvan bewust?
a. Wend           werd
b. Wendt          werdt
c. Wendt          werd.

8. Staan in .......... ook de ....................?
a. who's who           wie met wietjes
b. who's-who           wie-met-wietjes
c. who's who           wie-met-wietjes.

9. Geef haar een glas ..........; anders blijft ze maar ..........
a. sjok          voortsjokken
b. choc         voortsjokken
c. sjok          voort sjokken.

10. Een .......... is een Japanse goudvis.
a. shubenkin
b. shubunkin
c. shubankin.

Oplossing [005]

--------------------------------------------------

Oplossing [005]:
1b 2c 3c 4a 5b 6c 7b 8c 9a 10b

Contact: leentfaarrein@gmail.com

 


woensdag 4 juli 2018

1355 Dictee woensdag 04 juli 2018 (1): dictee Oefendictee (oud) 568 √

Dictee - dictees [1355]

Preview van het gereviseerde Oefendictee (oud) 568  

Dictee 568 (DLXVIII) Specialistendictee (13-12-2012)

1. Wist je dat met de Zijde de Hollandse Noordzeekust aangeduid wordt? Het zijdeaapje heet ook ouistiti of sagoïentje. Zijdecultuur en seri(ci)cultuur zijn synoniemen. Speelt de zijde-eik daarbij een rol? Akon is zijdekapok. Hij wreef het zijdenhemdje (appel, jeruzalemmer, pigeon, genoemd naar Sydenham, Devonshire) langs zijn zijden hemdje. De pestvogel behoort tot de zijdestaarten, een familie van zangvogels, in het hoge Noorden van Europa en Amerika. Behoren zijden producten tot het zijdewerk? Neervlijen is eleganter dan neerzijgen. Zijkolsem is het zijzaathout, toch [zware balk, scheepsbouw]? Door de zijingang kwam die zijige ouwe sok naar binnen. Daarmee zal hij goed af zijn. Onderwijs ontvangen is docents kennis tot de jouwe maken. De ratio essendi is de zijnsgrond. Zijpe wilgentenen zijn van vocht doortrokken. Die kleding is boho [in zigeunerstijl – Eng.: bohemian]: hoezo? Een zijspanrijder is een bakkenist. Een A4'tje heeft twee zijtjes [ook: zijden/s]. Het zijzwaard [van een schip: eivormig schild van zware planken] leek verdacht veel op een echt Z-ijzer.

2. Zilverazide is explosief. Een mico is een zilveraap, een mike [maaik] iets heel anders [microfoon]. Het lijfje [kledingstuk] was met zilverbrokaat belegd. Wie heeft dit jaar de Zilveren Camera gewonnen? Goud zal wel te duur zijn … Zilverhoudend is zilver bevattend. Dat is een zilverlakense krokus [bloem donkerpaars met wit: Crocus versicolor]. Staniol (stanniool) is bladtin. Zilverschub is psoriasis [huidziekte]. Een zilverstad is o.a. Schoonhoven. Argyrie is zilververgiftiging. De Rio de la Plata wordt soms wel Zilvervloed genoemd [grens Argentinië en Uruguay]. De Zilvervloot werd veroverd door Piet Hein. Altijd is Kortjakje ziek … Ze drijft een goud- en zilverwinkel. Kende men in het Shona [Bantoetaal, Zimbabwe] en het Venda [Bantoetaal Zuid-Afrika en Zimbabwe] (die spreken de limbo's zeker niet in Limbabwe) de zimdollar al [Zimbabwaanse dollar, momenteel: ZWL]? Een voorbeeld van een zinnespel is Elckerlijc. Op hoeveel zines [ziens] (vgl. magazine) ben je geabonneerd? De zinfandel [wijnstok] brengt blauwe druiven voort. Ik heb zo-even opgezocht wat een zoïlus is: niks positiefs daarover [vitter]! Je zult maar op de zuloschool [zeer uitgebreid lager onderwijs] zitten [benaming Piet Vroon voor wo NL].

3. Een zuwe [looppad] loopt door een moeras. Een pomodoro is een pruim- of romatomaat. De zondeval is wel mede maatstaf geweest voor het doodzondenbesef (!) in de rooms-katholieke kerk. Eindigen deze woorden op 'li' of 'lie': advocatus diaboli (advocaat van de duivel – naast advocatus Dei), aioli (koude knoflooksaus), achylie (geen maagsap), alibiali, amelie (missen van ledematen), asystolie (hartstilstand), alkali, belie (sukkelachtige vrouw), boilie (aasbolletje sportvissers), Checkpoint Charlie (vroegere grens Oost- en West-Berlijn – ik was daar: been there, done that), Bengali [taal, Bengalees], blusheli, cilie (trilhaar), bouilli (soepvlees), deltiofilie (prentbriefkaarten verzamelen), grand (!) en demi-plié, genuaolie, broccoli, dyscalculie, foelie [dun bladtin] en folie [voor verpakking], buis van Torricelli [eenvoudige barometer], isocefalie [bij afbeelding: hoofden op één horizontale lijn] en ithyfallie [lid omhoog, ook: vers met – – –: lang, kort, lang, kort, lang, lang] carnaroli (soort rijst), jansalie [slapjanus], kasterolie [van bevergeil, ook: castorolie], casus belli (onmiddellijke aanleiding tot oorlog), kopalolie [kopal = harssoort], kwalie (babbelaarster), cuivre poli (gepolijst geel koper), leliënolie, mielie (mais, BE: maïs) en nigerzaadolie [van gingellikruid, ook: negerzaad].

4. Verder: culi (foodie), deli (tabak), nimfkruidfamilie, Divali (lichtjesfeest), oublie [chocola] en oblie [wafel], faex populi (het gepeupel), ollie (bij skateboarden – sprongetje in de lucht), palie (bolster, kaf), paralalie [onbedoelde klanken] en parallellie [overeenkomst], fait accompli [voldongen feit], frustra Herculi (vechten tegen de bierkaai), poelie (riemschijf, snaarschijf), fusilli (pasta), polypolie (markttype), pyrolyseolie (bio-olie), hallali (kreet van jagers), resedafamilie [plant], ricinusolie [wonderolie], rien appris ni rien oublié (niets geleerd en niets vergeten), ikan bali (Indonesisch visgerecht), de scheuchzeriafamilie [plant], in anima (corpore) vili (van proeven en experimenten: uitgevoerd op dieren, overledenen en eertijds ook wel op slaven, gevangenen etc.), schalie(gas) (term uit geologie), schoelie (schoelje - schoft), in omni scibili (van alle markten thuis), in originali (in handschrift, origineel), sint-jakobslelie [plant], Sint-Jansevangelie, in thesi generali (in het algemeen), jali (griot) en nog jus soli (territoriaal recht op burgerschap – tegenover jus sanguinus – i.v.m. de afstamming).

5. Ook nog: spermacetiolie [uit schedelholten van potvissen, ook: spermolie], krambamboeli [punch, jenever], lapis lazuli (lazuursteen), loco sigilli (formule op oude documenten – l.s. vervangt lak- of waszegel), lultali (veldtelefoon), mali (deficit, tekort, tgov. boni), stagtalie [op schip], mali exempli (als een slecht voorbeeld dienend), marli (stijf gaasachtig weefsel), muesli [Zwitsers ontbijt], neroli (uit oranjebloesem gedistilleerde olie), ocelli (pauwenogen), oculi (vierde zondag voor Pasen), omnibus credere et nulli (allen en niemand geloven), pakoeli (geelhart), patchoeli (tot de lipbloemen behorend aromatisch kruid), superplie [koorhemd] en daarnaast syndactylie [vergroeiing vingers of tenen].

6. Ten slotte: vigilie [nachtwake], pessimi exempli (verderfelijk), pilipili (zekere exotische specerij), pulli (of pull), tsarenfamilie, ravioli (Italiaans gerecht), reli, thanatofilie [suïcidedwang], tijmolie, res mali exempli (iets dat tot een slecht voorbeeld strekt), wanttalie [op schip], zullie (taal van oud-corpsleden uit Leiden), salus populi (het welzijn van het volk), scala caeli (jakobsladder), vetiverolie [uit tropische grassoort], sedes belli (strijdtoneel), spirelli (pasta), zoöfilie [dierenliefde, bestialiteit], teakolie, sub tecto coeli (onder de blote hemel), wijolie, tali (koord, snoer), wheelie [motor, vgl. stoppy], tripoli (polijstaarde), ugli (citrusvrucht), welie (palingfuik), xenofilie [welgezindheid vreemdelingen], tachylalie [te snel en daardoor onduidelijk spreken], vali (of wali: gouverneur), victualie [proviand, victualiën] en vox populi (stem des volks). Citybag is een simili-Engels woord [imitatie, nagemaakt]. Met doussié wordt afzeliahout bedoeld. Neem drie dragees [versuikerde tablet] per dag. Een drôle de guerre is een schemeroorlog, een phoney war. Zelfs op Drievuldigheids(zon)dag zat de CEO [sie-ie-oo] nog pontificaal in de driver's seat [leidinggevende positie].

7. Een drôlerie is een bepaald komisch beeldje in middeleeuwse kerken. Droschken zijn vigilantes. Dr. Strangeloves [geschifte wetenschapper]: voor mij is een er al meer dan genoeg. Het drugsbeleid moet op de schop. Het meisje met acne (acne's zijn vetpuistjes) at eendenpaté. Dat was in de tijd van de hagenpreken. Sla je in je cerebellum [de kleine hersenen] op, hoe je 'flabellum' [waaier in processies naast de paus] schrijft? In een interbellum [periode tussen oorlogen] worden geen parabella [parabellum = lugerpistool] gebruikt. In statu quo ante bellum, zo is de politieke toestand van een staat vóór de oorlog. Hoe kom je aan een zwitserlevengevoel? Met een tekstverwerker met drag-and-dropfaciliteiten kun je gemakkelijk
knip-en-plakwerk verrichten. Het draculagebit [met grote hoektanden] was drabkleurig. Wat is een draai-ijzer [koevoet voor huiden]? Een soort van snijijzer [ook]? In India heb je vijftigpersoonscellen. Die droge klaas kende niet eens het subtiele verschil tussen 'drooggelegd' en 'droog gelegen'. Het duifje zonder gal [onschuldig, naïef, lief meisje] zag nergens kwaad in. Dukaten: in het museum [oude gouden munt]!


8. Duh [nogal wiedes], zelfs die sjonnies en anita's [ordinaire types] snappen het. Houdt u zich erbuiten, ik herhaal: hou(d) u erbuiten. Drie kwart van de bevolking draagt een driekwartbroek en eet vaak
drie-in-de-pan. Hij dribbelt en tackelt dat het een lieve lust is: zijn dribbels en tackles zijn oogstrelend. Hij woont vierhoog-voor. Hij kocht drie vijftigsten van het lotenboekje met 50 lootjes. Voor de lotenverkoper wogen de laatste lootjes (!) die hij verkocht, het zwaarst. Met z'n beidjes waren ze blij met de gevangen bleitjes [vis]. De daarvoor nog blijde stad doorstond de blijdenaanval [werpgeschut met grote lepel]. Blindekoe [blindemannetje] kun je spelen. Ze liet het kind na de koude douche achteloos bloot staan. Instrumentvliegen is nu eenmaal geen blind vliegen. Ken je de Bloedprocessie van en in Brugge? Bloed zuigen, dat doet een bloedzuiger. Mij een bloody mary, graag. Wat was de BOB [bee-oo-bee] in België? Bewakings- en Opsporingsbrigade. Ik veroordeel de blokkadeactie. Een bobijn [spoel] zit in het garen, een bobine [spoel van een inductieklos] zit in de auto.


9. Mooie bloemkransen! Zou de Bodo (GB) een luchthaven in Noorwegen zijn? Of wellicht het bodofeest in Suriname, ik probeer maar wat. Waarom heet het ademhalingsorgaan bij spinnen en schorpioenen boeklong [met lamellen als de blaadjes van een boek]? Een boel [overspelige] kan natuurlijk wel boelen … [overspel bedrijven]. Zijn er nu nog erkende boerdenvertellers? In Zuid-Nederland koop je bij de Boerenbond boerenbont. De boerenbuiten is in Vlaanderen het platteland. Bij de Boerenkrijg (Boerenoorlog – Zuid-Afrika) was er veelal sprake van een boerenopstand. Koeien staan met de achterpoten in de boezen [enk.: boes]. Van boezel [zekere stof] maak je boezels [boezelaar]. Alle bollandisten hangen een zekere Bolland aan. Een bonhomme vertoont bonhomie [vriendelijke wellevendheid]. Ik heb mezelf uitgelaten, ik ben nu erg uitgelaten. Deze paragraaf kun je beter eruit laten. Zo-even vroeg hij, of hij er zo even tussendoor mocht. In Suriname vond de Binnenlandse Oorlog plaats, een van vele binnenlandse oorlogen. Is de pd (plaats delict) binnens- of buitenshuis?

10. Het binnenruimtegebruik was onvoldoende. Wat is een binnenvader [woonde zelf in het gesticht]? Met de afkorting bd wordt
biologisch-dynamisch bedoeld. Met birambi wordt blimbing [zure vrucht] bedoeld. Slangen kunnen bissen [ih], studenten bissen [ie]. De bitawiristruik – deze geeft een enigszins bittere bladgroente – heb ik kunnen traceren, maar daarmee is het woord 'bitawiri' uit GB nog niet verklaard (gewoon die bladgroente dus). In bitter lemon proef je de limoenen. Wat stop je in een black box [diversen]? De Black Power heeft, althans volgens Van Dale, de leus 'Black Power' (GB: beweging met hoofdletters, leus met kleine letters). Een dicteetijger moet ook 'black metal' [muziek, zekere heavy metal], 'blackjack' [kaartspel, ook zekere koude drank] en 'black-out' [tijdelijk verlies van div.] goed kunnen schrijven. Daar is een bladgroentebuffettafel.

 
 


dinsdag 3 juli 2018

1354 Dictee dinsdag 03 juli 2018 (1): dictee De Sluise ambtenarij √

Dictee - dictees [1354]

De Sluise ambtenarij

1. Allereerst zij opgemerkt dat 'ambtenarij' in VD de kwalificatie 'minachtend' meekrijgt. Het betekent 'bureaucratie' en wat neutraler: de gezamenlijke ambtenaren, het ambtenarenapparaat. Op '-narij' vond ik overigens alleen nog: duivelskunstenarij (zwarte magie), geweldenarij (daad van geweld), kunstenarij (ongunstig: kunstjes, trucjes), minnarij (buitenechtelijk!), rekenarij (rekenwerk) en tovenarij (magie, toverkunst). Het woord 'ambtenarij' heeft dus een pejoratieve (= ongunstige, Latijn: in malam partem) betekenis, zoals bijv. 'lekker wijf' een melioratieve (= gunstige, Latijn: in bonam partem – nee, niet: (Napoleon) Bonaparte!) betekenis heeft – 'wijf' los is natuurlijk wel ongunstig. Ik had ook het pejoratieve 'ambtenarendom' kunnen gebruiken, maar ja, dat klinkt ook weer zo dom ... Vergelijk overigens: christendom, heidendom, homodom, lutherdom (de lutheranen), papendom (r.-k.) en doperdom (de doopsgezinden). Overigens nog een weetje: in samenstellingen met –achtig, –schap en –dom doen we alsof dat zelfstandige naamwoorden zijn: beambtenschap (alleen mv. op n), ambtenarendom en lindeachtig (mv. op n,s).

2. De reden van dit artikel? Wel, mij kwam ter ore, dat de Sluise ambtenarij het bnw. 'Sluise' met dubbel-s schrijft (Sluisse): dat is echt fout. De uitleg volgt. Dat laat onverlet dat ik aanneem dat de Sluise ambtenaren hun ambtenaarschap (één s) naar eer en geweten vervullen. Overigens vond ik niks op '-sschap', tenzij die tweede s al in in het samenstellende deel zat: baasschap, bosschap, commissarisschap, pausschap en secretarisschap.

3. Eerst algemeen: bij bezitsvormen komt er een s achter een bnw.: Annie, Annies fiets (Annie haar fiets, Annie d'r fiets), Piets huis, Miekes speelgoed, Sarahs (!) bikini, oma's jurk (i.v.m. de uitspraak), Romeo's verdriet en Sara's (!) driewieler. Let nog op: Venlo's burgemeester (bezittelijk: van Venlo), maar een Venloos huis (bnw.). Nog een leuke – Van Dale heeft het zelf over Van Dale's Groot Woordenboek der Nederlandse Taal, die keuze mogen ze maken om de naam beter uit te laten komen, maar correct is alleen maar 'Van Dales ...'.

4. Lastiger wordt het, als we een bezittelijke vorm maken van een bnw. dat op een sisklank eindigt. In dat geval komt er een apostrof achter: Agnes' overtuiging (van Agnes), Marx' theorie (die van Marx) en Joyce' (schrijfster) laatste roman (van Joyce).

5. Nog even een tussendoorweetje: Bussum, Bussumer, Lopik, Lopiker, Loppersum, Loppersummer, Hilversum, Hilversummer, Blaricum en Blaricummer. Hoe zit dat nou weer? Wel, daar is een aparte regel voor: bij 2 lettergrepen wordt de klinker niet verdubbeld, bij 3 of meer lettergrepen wel. Iemand uit Medemblik is dus een Medemblikker, maar iemand uit Ulrum dus een Ulrumer.

6. Maar nu Sluis ... VD is duidelijk: bnw. Sluis(e) (stellende trap), Sluiser(e) (vergrotende trap) en meest Sluis(e) (dus niet: Sluist(e)!) (overtreffende trap). Zo is het ook Goese en Maassluise (en ook Goereese – aan die eigennaam mag je niks veranderen – wel farizese (farizee bestaat niet) en Pyrenese (Pyrenee bestaat niet)).

7. Let dus goed op als u post vanuit Sluis krijgt; goed is: Sluise grillen en grollen, het meest Sluise tintje dat je eraan kan geven en tenslotte Sluis' burgemeester en Sluis' college (van Sluis) van B en W (dus niet: B&W).
 
 



zaterdag 30 juni 2018

1353 Dictee zondag 01-07-2018 (1) - dictee Wekelijkse dicteetest 004 RL √

Dictee - dictees [1353]

Wekelijkse dictee

test 004 RL [elke zondag]

Welk van de 3 antwoorden is juist?
Oplossingen: hieronder!
Bron: Oefendictee (oud) 504

1. De .......... soep werd in de al .......... rivier gegooid.
a. verzouten          verzouten
b. verzoute            verzouten

c. verzouten          verzoute.

2. Hij heeft een .......... afkomst.
a. Midden-Oosterse
b. Middenoosterse
c. middenoosterse.

3. Verklikkers in dienst van de SD waren ..........
a. V-mannen
b. V-Mannen
c. v-mannen.

4. De Latijnse term voor overmacht is ..........
a. vis major
b. vice major
c. vis maior.

5. Dat zij niet meer zou .........., dat moest er nog ..........!
a. bijkomen          bijkomen
b. bij komen         bij komen
c. bijkomen          bij komen.

6. IJzel leidt veelal tot .......... en ..........
a. ge-etter          ge-eikel
b. geëtter           geëikel
c. ge-etter          geëikel.

7. Dat van Delphi is het ...........     ...........
a. Pythisch orakel
b. Pythisch Orakel
c. pythisch orakel.

8. .......... is ...........
a. instrumentvliegen          blind vliegen
b. instrumentvliegen          blindvliegen
c. Instrumentvliegen          blind vliegen.

9. .......... kan tot geestelijk heil ..........
a. Lijden          leiden
b. Leiden         lijden
c. Lijden          lijden.

10. Zonder .......... geen ...........
a. Vriezeman          Elfstedentocht
b. vriezenman        elfstedentocht
c. vriezeman          Elfstedentocht.

Oplossing [004]

------------------------------------------------

Oplossing [004]:
1c 2a 3b 4c 5c 6b 7c 8c 9a 10c

Contact: leentfaarrein@gmail.com