zondag 15 juli 2018

1358 Dictee zondag 15 juli 2018 (2): dictee Oefendictee juni 2018 (2) √

Dictee - dictees [1358]

Oefendictee juni 2018 (2)

1. Heb jij weleens een killdeerplevier [ih ie] gezien? Manillen is manille spelen, een zeker kaartspel. Zijn r.f.s.v.p. (réponse favorable s’il vous plaît) kon niet onbeantwoord blijven. Hoe groot is een groot, een denkbeeldige (reken)munt? Wel, een pond Vlaams of een pond groot is [VD lemma 'Vlaams'] 20 schellingen van 12 groot en ook nog 6 gulden. Ergo: 240 groot = 600 centen, dus (delen door 60): 4 groot is 10 cent, 2 groot is 5 cent (een stuiver dus) en 1 groot is 2,5 [= tweeënhalf, twee en een half] cent, twee en een halve cent, tweeënhalve cent, een
twee-en-een-halvecentstuk [ook: 4 duitenstuk, pasmunt: een duit was 1/8 van een stuiver!] of een halve stuiver. Voilà! De bodhiboom of Indische vijgenboom is de heilige boom van de boeddhisten (Ficus religiosa). Die uitdrukking staat niet in de wdb., maar 'huisje ruim op' of 'huisje-ruim-op' [Hoeksche Waard, Dordrecht] betekent zoiets als 'huis aan huis': de folders werden huisje ruim op, huis aan huis, verkocht (huis-aan-huisverkoop); aan die dijk hadden ze huisje ruim op, huis aan huis, griep.


2. Een Italiaans sonnet is een petrarcasonnet, een Engels sonnet is een shakespearesonnet. Een klinkdicht is een sonnet en een coda een aan een sonnet toegevoegde regel of strofe. Een sonnettette of snelsonnet is een gedicht bestaande uit een kwatrijn [strofe van 4 regels] en een distichon [tweeregelig vers dat een volledige zin vormt, m.n. een vers dat bestaat uit een hexameter en een pentameter], waarbij na het kwatrijn een chute [volta, val, wending] volgt. Logisch toch: ingénues hebben iets ingénu's. De BBD is de Barbadosdollar en de BDT de taka van Bangladesh. Met mijn compagnon de voyage ging ik naar het cimetière des arts [museum]. Het ban-de-bomteken , dat ken je wel. Op het Malagassische Madagaskar spreken ze Malagasi. Een raout is een rout (avondpartij).

3. Waar blijft 'vader de man' naast 'moeder de vrouw'? Is het nu: "Heeft Artis een groeiende Cobra-collectie" (CoBrA is aardiger, niet in wdb.), "Heeft Artis een groeiende cobracollectie" of "Heeft Artis een groeiende cobracollectie"? Champagne is een mousserende wijn [schuimen, opbruisen door vrijkomend koolzuurgas]. Jij ook zin in een mousserend wijntje? Wat wil je: asti spumante [Italiaanse stad Asti (Piemonte)], belletjeswijn [schuimwijn], berkenwijn [Duits, gemaakt met het voorjaarssap van de berk], cava [Spaans, gemaakt volgens de méthode champenoise = in de champagnestreek, op fles 2e gisting – vgl. ook: champagnebier; Duitse wijn volgens die methode is sekt], champenoise = schuimwijn, stille champagne [schuimt niet], roze champagne, champagnekurk, chenin blanc [wijnstok en witte wijn uit de Loiresteek] en clairette [witte wijn en wijndruif; clairet = rood!].

4. Verder: crémant [licht mousserend, Frankrijk], fluit [drinkglas mousserend wijn – flûte], kefir [zuurachtige melkdrank uit de Kaukasus, aftreksel uit kefirkorrels], méthode traditionnelle [als de méthode champenoise, maar dan buiten de champagnestreek], moussoir (moser, champagneklopper), prosecco [wijnstok, druif en wijn], sabreren [fles openen door met een sabel de kurk en een deel van de flessenhals weg te slaan], schuimwijn (bruiswijn), scroppino: spoom van citroenijs, wodka en mousserende witte wijn (spumante of prosecco), spuitwijn (champagne), valpolicella (Italiaanse, licht mousserende rode wijn, geperst van o.a. de corvina, geteeld langs de zuidelijke hellingen van de Alpen), vinho verde (frisse, licht mousserende Portugese wijn van druiven die vroeg in het seizoen geoogst worden) en vonkelwijn (Zuid-Afrika).

5. Hij was kat' exochen, bij uitstek, egregiously an ass, een ezel dus. Een ovule is een vaginale zetpil. Het derde breakpoint was het echte breekpunt in de tenniswedstrijd. Dat is een livre de bonne foi: een te goeder trouw geschreven boek. Heeft een flegmatica last van flegmasie [kraambeen]? Is dat niet een heuse contradictio in terminis: boosaardig? Boos + aard + ig = een boze aard hebbend ... Stalle = paardenpis. De (Verheven) Porte was de regering van het Ottomaanse Rijk. Ik heb je wat urdimeel gestuurd! Kan Urdumail ook? De circe droeg haar versierring. De sos (socialist) en zijn sosie (sosius, dubbelganger) zonden een SOS (Save Our Souls) uit. Een coronita is een kleine corona (sigaar). Voor lesbienne, homo, biseksueel, transgender, queer [qua sekse niet in een hokje], interseks of aseksueel noteren we lhbtqia. Tempé dient als vleesvervanger. Ik gun mezelf te weinig me-time.

6. In Oefendictee 580 (oud) kondigde ik aan, dat de uitspraken van Petronius en Phaedrus later zouden volgen. Beter laat dan nooit, dus bij dezen. Petronius bedacht: ab acia et acu [lett.: van de naald en de draad]: tot in het kleinste detail, haarfijn, in geuren en kleuren, cujus [Latijn: cuius] pluris erat unguis, quam tu totus: iemand wiens pink meer waard is dan jouw hele persoon, cum insanientibus furere [lett.: tekeergaan met de krankzinnigen]: huilen met de wolven in het bos, curioso felicitas: gelukkige taalwending(en) of stijl die berust(en) op toewijding van de schrijver, zo heer, zo knecht, zulke heren, zulke knechts: ondergeschikten gedragen zich naar het voorbeeld van hun superieuren (zo de abt, zo de monniken) [Latijn: qualis dominus, talis est servus], manum de tabula: de hand van het schilderij af, d.w.z. werk er niet langer aan, het is nu genoeg en modo sic, modo sic: nu een zus, dan weer zo.

7. En van Phaedrus [o.a. vermaard Latijns fabeldichter] hebben we: asinus ad lyram [lett.: een ezel bij de lier]: zo geschikt voor iets als een ezel tot het bespelen van een lier, praecepto monitus: gewaarschuwd door een goede raad, ranus in fabula: de kikker in de fabel (die zich opblies om even groot als de koe te worden, maar ten slotte barstte) [vgl. een opgeblazen kikker = een blaaskaak], rumpitur invidia: hij barst van nijd (naar Martialis, die de uitdrukking ontleende aan Phaedrus' fabel van de gebarsten kikker en de os – of koe dus), societas leonina [ook: leonina societas] [lett.: overeenkomst met een leeuw]: verhouding van mensen die iets samen delen, waarbij de een alles krijgt en de ander niets en varietas delectat [lett.: afwisseling verheugt]: verandering van spijs doet eten.

8. Zorg wel voor een goede uitspraak. 1) Bert kwiste graag, hij verkwistte er veel tijd mee. 2) Bert quizde graag, hij verquizde er veel tijd mee. Hier wat treffers op *jut*: coadjutor (hulpbisschop),
hoofd-van-jut (kop-van-jut, kermisattractie), jut (juttepeer, boom, stranddief, jutter, juut = agent, malle vrouw), Jut(te) (Jut en Jul = raar stel, ook: iedereen, van Jutte naar Jenne sturen = van de een naar de ander, staan als Jut voor (bij) het hek = beteuterd staan, ook: staan als Jut voor de kaakmand = mand voor gekaakte haring), de kop van Jut zijn = de zondebok zijn en een Jut kan ook een Jutlander zijn, iemand uit Jutland [bnw. Juts], een jutezak is een juten zak [VD ook: jute zak], jutlandisering = economische stagnatie door geïsoleerde ligging, etc. en sint-jut(te)mis [ad calendas graecas, nooit: dan dansen de kalveren op het ijs].

 
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten