maandag 30 oktober 2017

1191 Dictee maandag 30 okt 2017 (1): dictee Voorronde Dictee Rivierenland √

Dictee - dictees [1191]

Voorronde Dictee Rivierenland 2017

(geen titel, auteur: Ronald Giphart)

1. In een epistel uit 1904 schreef de Oostenrijkse scribent Franz Kafka met zijn gebruikelijke flux de bouche dat een werk van bellettrie een pikhouweel moest zijn voor het bevroren rivierenland van ons innerlijk, een weloverwogen citaat dat met veel aplomb werd geconfisqueerd door de aanhangers van de vermaledijde gedachte dat je van lezen een beter mens wordt, totdat evolutiepsychologen de afgelopen decennia Kafka's stelling echter pontificaal bevestigden in een wijd besproken discours over de correlatie tussen fictionele verhalen en empathie.

2. Mensen zijn sociale wezens, maar het adequaat functioneren in een groep kost ons nu eenmaal veel energie, en lezen kan een geweldige tool zijn in de strijd om het bestaan: verhalen en romans zijn een vereenvoudigde versie van de werkelijkheid, een manier om anderen beter te begrijpen en zodoende beter te functioneren in de complexe wereld buiten het boek.

3. In ons innerlijke rivierenland meanderen verschillende enigmatische gedachtestromen parmantig langs elkaar, totdat deze – dankzij het lezen van romans en poëzie – samenkomen en uitmonden in de cruciale vraag hoe we ons in de wereld ten opzichte van elkaar dienen te gedragen: lezen zal de wereld redden.

 
 



vrijdag 27 oktober 2017

1190 Dictee vrijdag 27 okt 2017 (5): dictee Specialistendictee Oegstgeest 2017 √

Dictee - dictees [1190]

Specialistendictee Oegstgeest 2017 (auteur: Ton den Boon)

De onderstreepte woorden moesten worden ingevuld.

1. Was de schrijver een Jan Stapallemachtig [maakt grote passen]? We weten het niet, maar in zijn romans stappen wel alter ego's rond met een voorliefde voor brunhildes [grote, forse blonde vrouw] met kallipygische [met mooie billen] partes posteriores [billen], die door de natuur al zo gul bedeeld zijn, dat ze geen calisthenics [zekere fitness] meer nodig hebben. Met zulke vrouwen liggen die personages met gusto [animo] voor – excusez le mot – Kaap Kont [met z'n tweeën in bed]. Lijsjes-albedil [bedilallen] en tobbetjes-even-rond [korte dikke vrouw] mogen zich doorgaans wat minder in hun mannelijke belangstelling verheugen, maar rendez-voustjes [afspraakjes] met wilhelmina's-vooruit [met grote boezem], uitgerust met plantureuze [weelderig m.b.t. lichaam] bombonella's [weelderige borsten], lijken Wolkers personages nimmer uit de weg te gaan.

2. Het juveniele donjuanisme [stelselmatig verleiden] eenmaal ontgroeid, verruilde de schrijver, wellicht uit een Elysisch [naar het paradijs] verlangen, Amsterdam, waar steeds meer grachtengordeldieren [bewoner grachten Amsterdam – met belangstelling voor kunst en cultuur] in kouweaardappelenbuurten [stadswijken waar men zich veel moet ontzeggen om de stand op te houden] gingen wonen, voor het idyllische Texel, zijn shangri-la [denkbeeldig paradijs]. Hij bezat er een weeldetuin, een ware hof(!) van Eden, vol schuimbeestjes, wiewouters [vlinders] en wellicht zelfs karwijrupsen [vreet aan karwij], herinnerend aan de Elysese velden [Griekse mythologie: Elysium]. In dat verrukkelijke oord, een waar elysium [verrukkelijk verblijf] dus, vlogen nog geen aedesmuggen [verspreiden dengue] rond en siksiyuru's [SR: zingende cicaden] lieten zich er begrijpelijkerwijs niet horen. Tussen het look-zonder-look [knoflookkruid], dat er kon stuivertje-wisselen met
mozes-in-het-biezen-mandje [kamerplant Mexico], kooltje-vuur [als sierplant gekweekte soort van adonis] en natuurlijk
suzanne-met-de-mooie-ogen [Afrikaanse slingerplant], vloog wellicht ooit wél een aglajavlinder [grote parelmoervlin­der] rond.
 




1189 Dictee vrijdag 27 okt 2017 (4): dictee Groot Schiedams Dictee 2016 [gecanceld] √

Dictee - dictees [1189]

Groot Schiedams Dictee 2016 [gecanceld]

Schiedammers maken ... (auteur: Monique Speelman)

1. Ambachtelijk Schiedam begint in de middeleeuwen met de visserij waar lakenhandelaren, touwslagers en zeilmakers drie eeuwen lang acte de présence moesten geven als er haring werd gevangen – de omstandigheden waren achenebbisj en de stadschirurgijn, gespecialiseerd in wondheelkunde en flebotomie, zorgde voor de dagelijkse behandeling van de zieken besmet met cholera, pest, tyfus of pokken.

2. In de tijd dat er nog lang niet werd ge-e-commercet waren alle bedrijfstakken parastataal georganiseerd in gilden met als oudste discipline de zakkendragers die bij het luiden van de klok in het zakkendragershuisje, dat betekent dat er lading was, in allerijl naar het gildehuis raceten en dobbelstenen gooiden om het werk te verdelen, ook wel smakken genoemd.

3. Gênant genoeg zorgde de stilgevallen drankimport uit Frankrijk in de [cijfers] 18(d)e eeuw tezelfdertijd op machiavellistische wijze voor de opkomst van de moutwijnstokerij met behoorlijk wat vacante metiers tot gevolg: van brander tot distillateur, van mouter tot verschieter en van wijnroeier tot ouwetijer.

4. De graanjenever, oude jenever en korenwijn, ook wel aquavit genoemd, werden gebotteld in vierkante, buikige, met halsstempels getooide, authentiek gecapsuleerde of met lak verzegelde flessen waar glasblazers voor nodig waren die ook de demi-johns ofwel grote mandflessen maakten – zij lieten zich overigens niet koeioneren.

5. Wie herinnert zich, in een periode waarin nog niet werd
ge-i-bankierd, het geluid van de scheepswerven veroorzaakt door het geklop van de breeuwhamer, het slaan van spijkers in spanten en huidplanken en de klinknagels op ijzeren scheepswanden, dat niet interimair was en waar je ternauwernood aan kon ontsnappen?


6. Absoluut geen van-negen-tot-vijftypes waren de velerlei kunstenaars die Schiedam rijk was en die ware chef-d'oeuvres (ook: chefs-d'oeuvre) construeerden, renaissancistisch, surrealistisch of expressionistisch, van allegorie tot anaglief, met acrylverf of airbrush, in geen enkel geval mag je het dilettantenwerk noemen, dat is loborig en getuigt van weinig luciditeit.

7. Schiedam telde ooit [cijfers] 24 molens waar mout, rogge en mais – de grondstoffen voor de moutwijn – werden gemalen en waarvan er nu nog vijf over zijn; geprivilegieerd als we zijn, mogen we dit de grootste molens ter wereld noemen waarover veel geblogd wordt wat er vervolgens voor zorgt dat Schiedam vaak geliket wordt.

8. [RL] Dictee klaar! Pennen neer! De juryuitspraak zal – behoudens een shoot-out – klip-en-klaar zijn. Uw bêtises zullen flink uitvergroot worden en u zult met oepsvragen [VD] geconfronteerd worden. Het mistte misschien in uw hersenpan, maar nu is alles kant-en-klaar. Er is maar één [letters] winnaar en die zal met eeuwige roem geschminkt worden!
 
 


1188 Dictee vrijdag 27 okt 2017 (3): dictee Groot Zeister Dictee 2016 (gecanceld) √

Dictee - dictees [1188] 

Groot Zeister Dictee 2016 [gecanceld]

Van Eritrea naar Zeist (auteur: Jan Sjöcrona)

1. De Hollandse rhythm-and-blueszangeres fêteerde de gevluchte Eritreeër giechelend op lauwwarme gruttenbrij.

2. Hij kon niet ontveinzen dat haar culinaire kwaliteiten hem bevreemdden.

3. Maar politesse is zijn signatuur.

4. En als oud-diplomaat is hij gelukkig een salonfähige kosmopoliet met brede smaak.

5. Ook over zijns inziens merkwaardige stamppot met flauwe jus zwijgt hij chic.

6. Hij is geenszins een hautaine pseudo-intellectuele eigenheimer die enkel zijn eigen Afrikaanse keuken verafgoodt.

7. Wel mijmert hij geregeld over de mediterrane cuisine die, naar verluidt, preventieve werking biedt tegen cardiale aandoeningen.

8. Maar in de noodopvang bij het azc in Kamp van Zeist wachten hem enkel opwarmmaaltijden uit de magnetron.

9. Diëtisten die consciëntieus joules tellen en heilzaam knäckebröd verordonneren, ontbreken wegens budgettaire perikelen.

10. Eigen pecunia heeft hij niet meer.

11. Zijn in allerijl door nijvere criminelen georganiseerde migratie kostte hem namelijk al duizenden euro's.

12. En het corrupte regime in Eritrea heeft zijn overige bezittingen geconfisqueerd.

13. Vluchtnoodzaak was evident; er bestond reële vrees voor zijn executie.

14. En plein public had hij namelijk de machthebbers bekritiseerd wegens hun voodoopraktijken.

15. De barre zeetocht naar Europa overleefde hij ternauwernood.

16. Die reis had geënsceneerd kunnen zijn door Alfred Hitchcock.

17. Thans plagen hem hallucinatoire beelden van Zuid-Franse stranden onder een strakblauwe hemel en van biologisch-dynamische shoarmabroodjes.

18. Hij vindt onderwijl steun door hartverwarmend vrijwilligerswerk.

19. Ook apprecieert hij de ruimdenkendheid van Nederland dat divertissement biedt door bezoek aan moskeeën, boeddhistische tempels en rooms-katholieke gebedsruimten te faciliteren.

20. Hoe de toekomst eruitziet kan hij niet bevroeden.

21. Wichelarij gelooft hij niet in. Maar wel in zichzelf. Nu Nederland nog.
 
 


1187 Dictee vrijdag 27 okt 2017 (2): dictee Oegstgeester Dictee 2017 √

Dictee - dictees [1187]

Oegstgeester Dictee 2017

(geen titel, auteur: Rolien Paulus)

De onderstreepte woorden moesten worden ingevuld.

1. Het jaar 1925 was het geboortejaar van een memorabele, balorige en bij tijd en wijle excentrieke inwoner van Oegstgeest: Jan Wolkers, wiens naam gegrift staat in het geheugen van zowel de fine fleur der vaderlandse literatoren [GB ook: tt] als dat van Jan en alleman. Zijn poëtische en prozaïsche nalatenschap kenmerkt zich door een alleszins beeldende taal, waarin de gerenommeerde schrijver zonder iets te bagatelliseren, zich consciëntieus rekenschap geeft van wat zijn leven bepaald heeft.

2. De condities voor de schrijver in spe waren tenslotte sterk aanwezig: het orthodox-christelijke biedermeiermilieu waarin hij opgroeide, stond garant voor een gedegen educatie in de tale Kanaäns, waarbij farizeeërs en schriftgeleerden [bij joden, dus: s] een niet te veronachtzamen rol speelden. Zij beïnvloedden met hun apocalyptische gedachtegoed, waarin sombere toekomstvoorspellingen de boventoon voeren, op onappetijtelijke wijze de jeugd van Jan.

3. Een centrale plaats in Wolkers’ oeuvre neemt de sleutelroman Terug naar Oegstgeest in. Het boek verscheen in 1965, niet lang na zijn debuut Serpentina's petticoat. Het is een trefzeker, eerlijk portret van een onherroepelijk voorbije wereld van kroepketels en korsetten met baleinen. In alle boeken van Wolkers tref je een santenkraam van saillante personages aan die al dan niet in de agglomeratie van Oegstgeest gewoond hebben, zoals het rooms-katholieke vriendinnetje Ans en de NSB'er Van Grouw.

4. Een dominerend en tenhemelschreiend motief in het autobiografische werk van Wolkers is de verhouding tussen de adolescent Jan en de Bijbelvaste vader, een steile calvinist, die pretentieus een wekelijkse kerkgang, een dagelijkse lezing in de Heilige Schrift en uiteraard een christelijke school decreteerde en die ervan overtuigd was dat God de mens uit liefde kastijdt. In deze burgerlijke omgeving wordt de agressie van de hoofdpersoon ten opzichte van de vader steeds pregnanter. Hij kan jeremiëren wat hij wil, zijn chagrijnige [ook: sacherijnige] vader blijft een pietje-precies op het punt van de Statenbijbel. In deze machtsstrijd trekt de hoofdpersoon altijd aan het kortste eind zonder een verguisde zielenpiet te zijn.

5. Desalniettemin bestaan er tezelfdertijd [ook: terzelfder tijd] ook wederzijdse gevoelens van liefde tussen de ik-figuur en de vader. Wanneer het slecht gaat met de comestibles- en delicatessenzaak vanwege een gebrek aan klandizie in crisistijd, rent de ik-figuur naar de concurrent om de eigen winkel te foerageren. 

6. Ook tussen de 'ik' en zijn oudere broer bestaat jammer genoeg een haat-liefderelatie. Hij verafgoodde zijn broer, maar keerde zich soms ook faliekant tegen hem. De 'ik' ontvreemdt op een bepaald moment alle foto’s uit de portefeuille van zijn broer. Ook al zaten daar geen staatsieportretten in, toch vindt de 'ik' zijn daad achteraf gênant als zijn broer in de Tweede Wereldoorlog overlijdt aan difterie.

7. Oorzaken van frustraties zijn in Jans romans in ruime mate aanwezig. Het minderwaardigheidscomplex van de 'ik' wordt gesymboliseerd door het litteken op het voorhoofd, ontstaan door de bovengenoemde kroepketel die toentertijd [ook: toendertijd] bij baby’s gebruikt werd. Erik, de hoofdpersoon uit Kort Amerikaans, ervaart dit uiterlijke kenmerk als kaïnsteken; het weerspiegelt zijn eenzaamheid en isolement.

8. De reikwijdte van zijn interesses was bijkans onbegrensd. Voordat hij verhalen en essays schreef, volgde Wolkers al een opleiding tot schilder-beeldhouwer. Zo werd hij onder meer geïnviteerd door de Franse regering om een jaar in Parijs bij Zadkine te werken, die hem de finesses van het vak bijbracht. Hij beeldhouwde onder andere het beeld 'Moeder en Kind', dat in Het [hoort bij eigennaam] Plantsoen in Leiden te bewonderen valt.

9. Daarnaast was Jan gefascineerd door de natuur en hij vermeide zich naar hartenlust in de lommerrijke contreien van Poelgeest en Endegeest, die een voedingsbodem vormden voor zijn encyclopedische kennis van flora en fauna. Over de spelling van namen van dieren en planten hoefde hij niet te prakkiseren (ook: prakkeseren) : sliptong, ganzeriken, fluitenkruid, berenklauw, dovenetel, guichelheil en przewalskipaard vormden absoluut geen spellingkwesties voor hem. Kortom, Jan was een natuurvorser van jewelste (GB ook: vanjewelste en van je welste)!

10. Later ontvluchtte deze flamboyante rauwdouwer [ook: rouwdouwer] de Oegstgeester microkosmos en ontpopte zich als een
non-conformistische
bohemien, die zich, desnoods gehuld in adamskostuum, een prominente plaats verwierf in de hoofdstedelijke avant-garde. Nee, hij was geen brave hendrik, geen
negen-tot-vijftype. Integendeel: hij was een bon vivant, die een literaire [GB ook: tt] escape uit het burgermansmilieu zocht in de onttaboeïsering van de seksualiteit. Scabreuze scènes als in Turks fruit choqueerden [ook: shockeerden] menig opvoeder in de jaren zestig terwijl de contemporaine middelbareschooljeugd er stiekem wel pap van lustte en besmuikt applaudisseerde voor dit enfant terrible van 's lands letteren.

 
 


1186 Dictee vrijdag 27 okt 2017 (1): dictee Groot Harderwijks Dictee 2017 √

Dictee - dictees [1186]

Groot Harderwijks Dictee 2017

De rode woorden moesten worden ingevuld door de Specialisten, de blauwe door de Liefhebbers en de groene door beide categorieën.

De policor [politiek correct, bnw., znw., BE: poco] en zijn geluidsdecor (auteur: René Dijkgraaf)

1. Op een oude Ermelose grafsteen wordt een overleden bestuurslid van 'De vereeniging tot opvoeding en verpleging van idioten en achterlijke kinderen' geëerd. Idioot en achterlijk waren destijds normale termen, maar in de loop van de jaren werden ze als kwetsend ervaren. Mensen met een verstandelijke beperking werden daarom zwakzinnig genoemd of mentaal geretardeerd. Die termen werden op hun beurt óók weer beladen, dus raakte 'geestelijk mindervalide' in de mode, en later maakten bijdehante jan-weetals [2020] er achtereenvolgens zwakbegaafd, geestelijk gehandicapt, verstandelijk gehandicapt en verstandelijk beperkt van. Deze caleidoscopische naamsvernieuwing is het onderwerp van vanavond; ik ga ervan uit dat u er geen thelalgie [tepelpijn], kwijnziekte of heautoscopie [waarnemingsillusie waarbij men het eigen lichaam a.h.w. buiten zichzelf ziet] aan zult overhouden ...

2. Het continu vernieuwen van etiketten is een interessant fenomeen, dat zich voordoet als mensen een eigenschap hebben die als ongemakkelijk of minderwaardig kan worden ervaren. Dat geldt bijvoorbeeld voor de werkster, die we interieurverzorgster m/v zijn gaan noemen en voor mensen zonder baan, die geen werkloze mee-eters of janpappelepappen [daar heeft men niets aan] zijn maar 'op zoek naar een nieuwe uitdaging. 'Het geldt a fortiori [des te eerder] voor het mijnenveld aan labels voor ras en seksuele voorkeur.

3. Minderheden, van de interieurverzorgster m/v tot aan de lgbt'er [lesbian, gay, bisexual, transgender; NL: lhbt - lesbienne, homo, biseksueel, transgender; vgl. holebi], ervaren nog steeds pijnlijke vooroordelen en discriminatie. Deze chronische aantasting van hun menselijke waardigheid dient krachtig bestreden te worden. Of een trukendoos vol nieuwe benamingen daarbij helpt, is echter de vraag, want het betreft waarschijnlijk hooguit markeringen van de heersende moraal. Die moraal leidt er bijvoorbeeld toe dat het voorheen normale woord 'neger' in diskrediet raakt, waardoor mensen inmiddels vaak weifelen hoe zij een zwarte Afrikaan moeten aanduiden. (Cabaretier André Manuel stelt 'gebroken wit' voor, beeldt u zich eens in!). Iedereen begrijpt dat de evolutie niet spontaan slaven opleverde, maar tegenwoordig moeten we 'slaafgemaakten' zeggen. Voor
niet-heteroseksuelen bestaat zelfs een regenboog aan etiketten, waaronder nicht, gay, holebi en een waslijst aan acroniemen [letterwoord].


4. Deze tredmolen van naamsvernieuwing lijkt symbool te staan voor onze machteloosheid discriminatie de baas te worden. Het is zelfs mogelijk dat negatieve effecten ervan overheersen: zoetklinkende, maar felomstreden, nieuwe labels geven ons bijvoorbeeld ten onrechte het geruststellende gevoel goed bezig te zijn. Daardoor loopt de daadwerkelijk aanpak van achterstellingen vertraging op. Daarenboven lokken deze benamingen eindeloos en energievretend gebakkelei uit over woorden, waardoor het zicht op daden belemmerd wordt. Instandhouding van de oude, schurende benamingen zou zelfs weleens kunnen hélpen, omdat we achterstellingen – en de noodzaak daar wat aan te doen – dan scherper zouden voelen. Natuurlijk zou het aantal door woorden gekwetsten toenemen als we verzachtende termen achterwege laten. Maar moeten we echt hun hemdsslippendragers zijn? Soms wordt [ook: word!] je bijvoorbeeld verzocht 'geachte dames en heren' door 'beste mensen' te vervangen. Dan zou je daar minder wachoachtig [watje + macho], laconieker, op kunnen reageren, bijvoorbeeld door grinnikend op te merken: 'interessant hoor, wil je nog koffie?' Deze gedachtegang moet u warm houden! Zeker, woorden kunnen kwetsend zijn, maar in wezen zijn het niet meer dan trillende luchtmoleculen, dan wel pixels op een scherm. Woorden hebben geen natuurlijke macht over ons. Woorden hebben slechts zo veel macht als wij ze zelf geven. Toch kunnen velen hun boosheid niet opzijzetten als ze geteased [prikkelen] worden: beledigingen via de sociale media [ook: social media] zijn als thyllen [uitgroeisel planten] het kernhout van onze beschaving binnengegroeid. Wat is er toch met de cofferdam [klein droogdok] van onze tolerantie, ons incasseringsvermogen en onze solidariteit met anderen gebeurd? (De kortte van dit betoog verhindert uitweiding over deze interessante gedachte.)

5. De monoklonale [van één kloon]     eufemismendiscussies middels breed geapp en privégefacebook zijn zinloos. Heisteren [jagen, jachten] hoeft niet en gescheld hoort achter de koepdeur [SR: hok onder trap] onder de trap: we moeten niet met bilzekruid [dolkruid, malwillempjeskruid] of cleistogamen [planten zonder bloemen] reageren op een verkeerd woord, maar met verbale boeketjes pensees [viooltje] en aloëetjes [uit de leliefamilie]. Er zal dan energie vrijkomen voor de práktische bestrijding van vooroordelen en achterstellingen. Het thans veel te hoge 'sociale hellmanngetal' [strengheid van winters] zal dalen en de ergerniswekkende nieuwe etiketten zullen vanzelf verdwijnen, want het zijn slechts sociale randverschijnselen. Het hoeft echt niet rats-boem en à grands frais [met grote kosten] te gaan, u zult ook niet in een grandguignol [poppenkast] belanden. Eropuit dus: vraag via het COA een oudewetter te eten, word taalmaatje, of trek uw portemonnee en neem een verstandelijk beperkte met een
Wajong-uitkering [NL: Wet Arbeidsongeschiktheidsvoorziening Jonggehandicapten] in dienst.


6. Respectvol     contact met mensen buiten uw vertrouwde omgeving is de sleutel. Face to face en niet de stercore Ennii [uit de mesthopen van Ennius: dichtwerk], of om u in de picture [GB: in the picture, maar bij lemma picture: de picture ...] te spelen. Kinderen zouden daar van jongs af aan in getraind moeten worden. Als volwassenen kunnen ze dan, zonder in platitudes [platheid] te vervallen, zoeken naar overeenkomsten met anderen, zonder per se jootsie [gelijk] te willen hebben.

7. Dames en heren, interieurverzorgsters m/v, gebroken witte medemensen, mensen tussen twee banen ... excusez-moi ... Beste mensen!

8. De legendarische John Cleese kondigde ooit relaxed Tina Turner aan. Hij vroeg plataf: "U heeft een beetje vreemd accent, bent u toevallig zwart?" En nadat ze dit beduusd bevestigde: "Prachtig! Zwart en ook nog een vrouw!" Ze respecteerden elkaar zeer en niemand nam aanstoot aan hun conversatie.

9. Zo moet de wereld eruitzien! Vergeef daarom verbale onhandigheden en bel nooit het alarmnummer van de taalpolitie, maar pak een chablistje [oesterwater; bij uitgesproken s geen t!] of desnoods een serestaatje [kalmeringspil]. Kort gezegd: ontspan, doe een helderklinkende lach horen, en verlaat de tredmolen van het eufemisme. Vooruit gaat het dan, van komsa en zonder veel epizeuxes [enk.: epizeuxis – herhaling: Leiden, Leiden is ontzet] ten langen leste! Ik wens u tenslotte een hartelijk L.D.S.P. [laus Deo salus populo: Gode zij lof en het volk heil] tot aan onze bigiyari [SR: lustrumfeest]!

10. Over en uit.

 
 


woensdag 25 oktober 2017

1185 Dictee woensdag 25 okt 2017 (3): dictee Groot Goois Dictee 2017 √

Dictee - dictees [1185]

Groot Goois Dictee 2017

(Geen titel; auteur: Raymond Serré)

1. Inwoners van Noord-Holland houden net zoveel van het Oranjehuis als Cubanen uit Havana van een echte havanna, als een Eskimo of Inuit [juist is: Inuk, enk.] van een eskimohond en een Eskimohut en als een Ajacied van Ajax. Dat blijkt bijvoorbeeld op Koningsdag als zij naar hartenlust a capella het Wilhelmus zingen in a-capellakoren.

2. Noord-Hollanders zijn leuk, wel een beetje would-beacteurs, maar ook echte feestvierders met een heerlijke ammehoela- (ook: amehoela-) en ammenooitnietmentaliteit, altijd vrolijk, of ze nou een kopje earlgreythee drinken of een amsterdammertje of een pikketanissie achteroverslaan.

3. Modern zijn ze ook: e-mailen, twitteren, facebooken en instagrammen, jong en oud heeft iedere dag wel ge-e-maild, iets geliket en menig oudere retweette weleens met een pittig antwoord.

4. Talenwonders zijn het ook: Aussie-Engels (GB) [ook aussie-Engels - ten onrechte - goed gerekend] spreken ze met een Mokumse tongval, ze zijn Duitstalig als Van Gaal en kwetteren Frans, alsof je de heer Macron hoort, die een dobermannpincher aan zijn kruis heeft hangen.

5. Noord-Holland is qua natuur ook schitterend en pittoresk. Het natuurschoon doet je af en toe van bewondering achteruitdeinzen. Groene agglomeraties, weidse wijde weiden met
kop-hals-rompboerderijen, het Gooi [VD heeft sub lemma alleen 'het'; toch is 'Het Gooi' als aardrijkskundige entiteit verdedigbaar: beide goed gerekend; Wikipedia: Het Gooi] met sporen van de gletsjers uit de ijstijd en de gerenommeerde polders met een mêlee aan sloten en kanalen. Cultuur is er te over in de provincie. Van Lodewijk XV-stijl tot aan de Cobra-beweging [net als Benelux-land], van de kaasmarkt in Alkmaar tot het Westfries Museum [zo als eigennaam op internet: bonuspunt indien goed - zie ook www.wfm.nl en kijk naar de voorgevel op de foto!] in Hoorn.



6. Bijna alles is goed in Noord-Holland, er is alleen gezeik over het plassen. Mannen blijken geen sjoege te hebben van de problemen onder de vrouwen. Zij zijn de schlemielen van de urinoirs. Jeetjemina, je zal maar nodig moeten en dan van een krankjorume rechter horen dat je een hink-stap-sprong mag maken op een herentoilet. Terecht dat deze juridische hobbyist in alle media is afgezeken.