1e online BeNeDictee 2021-01 – Trui Gonnissen
De 80 cursief en onderstreepte items (+ in shoot-out 15 items) moesten worden ingevuld
1. Lieve conculega-dicteeschrijvers [zo gelezen, anders ook: -a's],
2. Dit groentje in de orthografiearena beleeft heel wat spoetnikmomentjes [beseffen van grote achterstand op de anderen] tijdens de spellingspelletjes, maar is blij en dankbaar tot het cenakel [(besloten) lit(t)eraire kring - doe bij dictee 1 t] der dicteeschrijvers te mogen behoren. Nóg happyer ben ik omdat jullie kennis willen maken met de rocamboleske [fantastisch, ongeloofelijk - of!] avonturen van mijn redelijk jonge leven.
3. Dat begon in het West-Vlaamse stadje Tielt, waar ik opgroeide in een gezin met 2 kinderen. Moeder stond haar hele leven voor de klas, vader was eenpitter [iemand met eenmaszaak, zzp'er]. Mijn madiwodo [agenda] stond als kind al eivol. Muziekschool, jeugdbeweging, kinderkoor ... Van alles wat, maar mijn hart lag bij de sport. Ik oefende hard op de arabesk(e) [danshouding], de plié [knieën buigen bij ballet en dans], de arabier [bij gymnastiek de radslag] en de achterwaartse handstand-overslag oftewel flikflak [ww. flikflakken]. In het vijfentwintig- of vijftigmeterbad zwom ik honderdmetercrawlwedstrijden [crawl = zekere zwemslag] op een al niet meer zo kinderachtig niveau. Bij trampolinespringen [mv. s] ging de fliffis [tweevoudige salto met schroef] me goed af.
4. Ik was
een jongensachtig meisje dat op haar trottinette
[step - trottinetje, trottinettetje]
wegsjeesde na een potje belletje trekken [wel: belletjetrek], voor het
eerst zoende op – godbewaarme [ook:
God bewaar me, God beware] – een houtenjassenpark [kerkhof],
met tegenzin naar school ging, vastberaden ongemake-upt
[VD: ww.
make-uppen] rondliep, stevig puberend stiekem blikjes bier dronk en sigaretjes rookte. Gelukkig ging mijn geëxperimenteer met wiet en andere smeerlapperij niet verder dan een enkele keer een jonko
[joint].
5. Toen
ik hakken-over-de-slootgewijs
[denkbaar:
-sloots-],
na een toch wel lastige en turbulente sturm-und-drang
[puberteit/pubertijd,
Sturm und Drang = stijlperiode]
mijn humanioradiploma had behaald, namen mijn ouders de verstandige
beslissing hun petulante
[bruisend, onstuimig] dochter 'op kot' te sturen.
6. In
Gent volgde ik een taalkundige opleiding die perfect bij mij paste.
Trui was helemaal uitgesogd
[ww.
soggen
= studieontwijkend
gedrag
vertonen];
het contrast met de middelbareschooltijd kon niet groter zijn. Deze
taaljunk moest en zou een kaïd [bolleboos,
crack] worden in de vertaalkunde Frans en Spaans en was
vastberaden het apodictische [onweerlegbaar]
bewijs te leveren dat "traduttore traditore"
[een vertaling geeft het oorspronkelijke werk
nooit precies weer] niet klopt. Te midden van complexe zinnen
voelde ik me helemaal senang en ik beet me vast in zogezegd
onvertaalbare teksten. Hongerig stortte ik me op vertaal- en
tolktechnieken, werd groot Spanjeaficionada [fan]
en ging me uitermate interesseren in de Franse, Spaanse en
Nederlandse bellettrie
[schone
letteren].
7. Het derde jaar van mijn studies heb ik grotendeels gevolgd aan de universiteit van de schitterende Spaanse studentenstad Salamanca, met haar churriguereske [barok, met overdadige versiering] Plaza Mayor. Ik werd à la minute [meteen] verliefd op het land en op de cultuur, en heb mijn tijd daar dan ook al salsaënd [ww. salsaën - GB, muziek en jazz], bacootjes [baco = Bacardi + cola] drinkend, maar vooral hard studerend doorgebracht. Ik beheerste de Spaanse taal al snel tot in de finesses. Mijn persoonlijke Spaanse dongiovanni [= donjuan] Lorenzo had daar natuurlijk zijn aandeel in.
8. Een onomkeerbare fernweh [weemoedig verlangen naar verre, onbekende landen] was in mij gewekt. De combinatie met oneindige interesse in en liefde voor taal dreef me, toen het masterdiploma in de sacoche [sj tas - mv. n] was [uitdr.: gelukt zijn], naar de universiteit van Moskou voor een intensieve cursus Russisch. Dat was wel heel spannend in het begin. Ik kende en begreep er helemaal niemand, had het ijskoud en werd geplaagd door heftige aporie [radeloosheid] toen mij werd gevraagd een huurcontract te ondertekenen waar ik geen tittel of jota [tittel, Hebreeuws: puntje (op de i), jota: letter Griekse alfabet – hele uitdr.: helemaal niets] van snapte
9. Uiteindelijk bleek het heel gezellig tussen de Russen en de kakkerlakken op mijn shabby [sjofel, armoedig] kamertje in het imposante stalinistische universiteitsgebouw, waar ik trouwens vaak hopeloos verloren liep [verdwalen].
10. Het
cyrillisch [c – schrift, geen
taal!] kreeg ik vlot onder de knie en mede dankzij mijn
taalkundige rugzak, kon ik al snel brood en pirosjki
[pasteitje] bestellen op de markt. Alle
toegangspoorten naar de Russen en hun cultuur zwaaiden open en ik
voelde me gauw thuis ... Het land van de sjasliek
[GB
ook: sjaslik - stukjes vlees],
de kwas
[alcoholhoudende
brooddrank, ook: kvas],
de matroesjka'
[set houten
poppetjes] en de sjaukelende [heen
en weer bewegen bij gebed] dametjes in de schattige kerkjes
bracht me totaal in vervoering. Wat een avontuur. Ik had het
privilege om ook het land, putje winter
[hartje
winter],
grondig te leren kennen via de trans-Siberische
spoorlijn. Van Moskou tot Vladivostok, met hier en
daar een uitgebreide tussenstop, dwars
door zeven tijdzones, keek ik mijn ogen uit naar
dit eindeloos uitgestrekte land. Zes weken lang leefde ik van
zakoeski [borrelhapje] en
van parboiled [snelkokend]
noodles, gekookt in water uit de samowa(a)r
[toestel
voor theezetten].
11. Ook Igor de Wit-Rus, een van mijn coupégenoten [mv. s], zal me altijd bijblijven. Bij elke halte stapte hij uit en deed zijn stretchoefeningen op het perron in de vrieskou, barrevoets en gekleed in een broek van tinneroy [ribfluweel, manchester] en een marcelleke [mouwloos onderhemd, singlet].
12. Toen
ik mijn cursus af had, wilde ik weer wat anders, en trok in
tegenovergestelde richting voor een jaartje in
het
Zuidwest-Zuid-Amerikaanse land Chili. Ik
reisde het hele land door, van Arica tot Punta Arenas, en vergaarde
hier en daar wat centjes, meestal als tolk voor de Belgische
ambassade, om in mijn onderhoud te voorzien.
13. Op
mijn reis door Peru en Bolivië vroeg ik Quechuasprekers
[taal Andesgebied] de pieren uit de neus
[alles willen weten] over hun taal terwijl we samen pisco sour [zekere
cocktail] dronken.
14. Toen wilde ik wat stabiliteit in mijn leven brengen, dus ging weer naar huis, en vond werk in de privésector. Zodra ik de kans kreeg, echter, ging ik op reis; het bleef continu krieuwelen.
15. Een
paar jaar later zat ik op een avond, mijn ziel onder de arm, in een
Gents café. Ik was niet poepeloerezat hoor, maar had
toch stevig gesjaskeld [sjaskelen
= zuipen, pimpelen] met een vriend, en we hadden het over de
zin van ons leven. Ja, dikke Harry
[bekijk
het maar!],
bedacht ik, 26 jaar jong, het is nu of nooit; ik ga op wereldreis.
16. Dat moesten ze thuis wel eerst even goedvinden. Er verscheen een diepe groef in de glabella [vlakke plek boven de neus - mv. ae] van mijn moeder, maar mij weerhouden was geen optie; het avontuur lonkte. Ik vroeg mijn C4 [ontslag(brief)] aan, verkocht mijn aftandse Ferrarirode kever, zei [ook: zegde] mijn appartementje op en sloeg mijn magotje [spaarvarken] aan diggelen. Zomer 2002 vertrok ik, samen met mijn rugzakje. Toen nog Facebook- en iPhoneloos, maar wel met oldskool reisoutillage [uitrusting] zoals naaigerief, een rolletje ducttape [textielplakband], een paar tiewraps [kabelbinder] en een kodak [handcamera met rolfilm].
17. Dat avontuur begon in Thailand en ging down-under verder tussen de aussies en de kiwi's [Australiër resp. inwoner Nieuw-Zeeland] . Nieuwjaar en kerst vierde ik, trankilo [Antillen: rustig, muziek: tranquillo, tranquil, tranquillamente], onder de wuivende palmbomen van een Frans-Polynesisch strand. Daarna spoorde ik de VS door, van Flagstaff naar New York, en in februari 2003 was ik blij weer in Latijns-Amerika te zijn. Ik vierde carnaval in Rio de Janeiro, leerde alle uithoeken van Argentinië kennen en stak vanuit Buenos Aires de Río de la Plata over voor een bezoek aan Uruguay.
18. Van
eind 2003 tot in 2009 heb ik met plezier bij een en hetzelfde
bedrijf gewerkt dicht bij huis. Ook hier plakte ik plezierreisjes
vast aan mijn zakenreizen en bezocht in elke vakantie al dan niet
verre oorden. Zo heb ik, samen met mijn knapzakje, al een flink stuk
van de wereld gezien, waarvoor ik in saecula saeculorum
[tot in de eeuwen der eeuwen] dankbaar
ben.
19. In
deze periode — beter laat dan nooit — kwam een Nederlandse
teddybeer mijn leven binnengewandeld. Matthijs houdt het ondertussen
al bijna 16 jaar met mij uit. In 2006 ging ik inwonen bij deze
handige harry, deze grappige, charmante man die
werkelijk savvie [verstand, ook: sappie]
heeft van alles en ik vind het niet zo erg ondertussen
al flink verkaasd [= vernederlandst] te zijn.
20. Dat kan ook niet anders, want eind 2009 schudde ik andermaal mijn leven op. Ik zei de privésector vaarwel en stapte over naar het onderwijs. Na een jaartje bikkelen aan de Gentse universiteit voor mijn lerarenbevoegdheid kon ik direct aan de slag op een middelbare school in het Zeeuwse Terneuzen. Een totaal andere, maar erg leerzame en dynamische wereld die me nog geen moment heeft verveeld, zeker niet in deze tijden van corona. Ik ben zowaar al een afstandsonderwijssavvy [savvy = eigenlijk bnw.: handig, slim] geworden.
21. Dat jaar 2009 was in nog meer opzichten bewogen. We wilden graag kinderen, maar dat ging hosternokke niet van je holadijee [zonder tegenslagen]. Ik vertrok — alleen en ten langen leste zwanger — naar Ushuaia voor een droomreis. Uitgerekend op het moment dat het kleine ijsversterkte cruiseschip via de Drake Passage de zuidpoolzee wou op varen * richting Antarctica, brak de natuur mijn eerste, zo gewilde zwangerschap af. Ik was zum Tode betrübt [diepbedroefd]. Toen kwam Camille, een sympathieke Parisienne en tot op vandaag mijn mattie, de tweepersoonshut binnengestapt en deed de zon weer schijnen, de hele, prachtige reis lang.
* Bedoeld was waarschijnlijk: de zuidpoolzee op varen en
daarna opvaren richting (= naar) Antarctica.
22. Tot onze grote vreugde en stomme verbazing ging alsnog — spontaan — een koningswens in vervulling. Een prachtig jongetje, Sam, zag het levenslicht in 2011 en zijn zusje Lieve maakte het plaatje compleet in 2015. Ze staan met stip bovenaan op mijn lijstje leermeesters.
23. We
zijn als gezin neergestreken in een dijkhuis in Philippine(,)
of all places. Ik ben perfect gelukkig als ik op mijn hardlooppata's
[sportschoen] rondren door de Zeeuwse
polders of als Lieve en ik samen loomen [armband
met gekleurde elastiekjes maken] of
wc-rolletjes
omtoveren tot pi(e)mpampoentjes
[lieveheersbeestje]. Vol bewondering en
trots kijk ik naar mijn zoon, als hij behendig rummikupt
[spel is rummikub]
of moeiteloos een houten modelbouw-V8-motor in mekaar zet.
24. SARS-CoV-2, waag het níét om ons feestje te versjteren!
25. Bedankt voor jullie aandacht en vele hartelijke groetjes.
26. Tota tua, [geheel de uwe of jouwe]
27. Trui Gonnissen
Shoot-out
1. Verbluft zat ik naar een keelzanger te luisteren in zo'n traditionele vilttent nabij Ulaanbaatar.
2. Op Rarotonga, waar we tot mijn verbazing een tussenlanding maakten, moest een Cookeilander [VD] me vertellen waar ik was.
3. Matthijs had drie paniekerige slapeloze nachten toen hij al ettelijke dagen niks van mij hoorde.
4. Allemaal dyugudyugu [drukte] om niks want ik bleek vrolijk rond te stappen in de Venezolaanse llano's.
5. Oehs en ahs schoten me tekort tijdens de fishspa [visjes knabbelen aan je huidschilfers - voeten] in Tel Aviv nadat ik dagen achtereen flink had gewandeld.
6. Mijn schutsengel deed altijd goed zijn werk op al die reizen, maar één keer brak het zweet me uit, toen ik 's avonds op een Braziliaans strand werd achtervolgd door zo'n choller/chòler [junkie, bedelaar] en het geritsel van charivari's [siervoorwerpjes armband] en breloques [hangsieraad] steeds dichterbij kwam.
7. Wat was Sam een prachtige baby. Woepie! Er kwam nog een meisje bij.
8. De tijd mag van mij stil blijven staan als ik met mijn gezin het kubbspel [blokken omgooien met stokken] doe op een winderig Zeeuws strand.
9. Wisten jullie dat /melluk/ een svarabhaktivocaal [toonloze e] bevat?
10. Deze wordt ook wel anaptyxis genoemd.
11. De
technologische vooruitgang heeft voordelen — VoIP
[Voice over
Internet
Protocol =
internettelefonie] is goedkoop en kwalitatief meestal goed —,
maar ook nadelen; er wordt te pas en te onpas gephubd
[phubben:
doorgaan met smartphone tijdens gesprek of in gezelschap].
12. Hoeveel kudo's [compliment, mv. verplicht, anders ook: kudos = alleen enkelvoud] zou ik krijgen voor mijn dicteetekst?