Dictee - dictees [1744]
Oegstgeester Specialisten Dictee 2019
(Geen titel, auteur: Ton den Boon)
1. Hoewel hij veeleer een aficionado was van acid jazz, doowop, gipsyjazz,
malagueña en soukous dan van de commuine britpop die hij nu aan het spotifyen
was, zat de weerman met de kenmerkende dalísnor genoeglijk mee te croonen op de
boxcalfsleren kuipstoel in zijn deux-chevaux, onderweg naar het intieme
überbrettl in zijn geboortestad, die hij dit keer niet voor het vlöggelen
bezocht, maar waar hij Deo favente in de lokale koempoelan voor jongelingen in hun sturm-und-drang een lezing
zou gaan geven over zijn pas verschenen clifi over de onstuitbare
klimaatverandering.
2. Onderweg, met zijn cache-nez nog om de ranke hals, nuttigde hij een
Caraïbische stobá in een à-la-carterestaurant in een cul-de-sac waar je kon
appparkeren; daarbij permitteerde hij zich een glaasje blanc de noirs en een
glas medoc. Tijdens de copieuze maaltijd zette hij zijn pince-nez op om, nu en
dan hinderlijk afgeleid door het postintensivecaresyndroom dat hem bij lichte stress
overviel, het climacterisch opgebouwde betoog nog eens door te nemen;
apocalyptische vergezichten zou hij speels afwisselen met platmakertjes die
misschien een tikje unzeitgemäss waren, maar waarmee hij het publiek in elk
geval bij de les kon houden.
3. Welaan, het was tijd om te gaan, maar terwijl hij naar zijn lelijke
eendje liep, kreeg hij een pauluservaring en realiseerde hij zich in een split second dat hij, de Biltse klimaatfanaat, zelf een CO2-vervuiler van de eerste orde was en dat het normen-en-waardenpatroon
in zijn klimatologische roman haaks stond op de praktijk van zijn eigen leven.
Trillend liep hij de weg op, zocht in zijn broekzak de gejailbreakte
smartphone, die hij vervolgens uit de sleeve nam om als de eerste de beste
smombie de weg op te lopen. Daardoor miste hij de op landbouwdiesel rijdende
janallemachtig [excavateur,
zandgraafmachine], die hém evenwel niet miste.