zondag 28 oktober 2018

1409 Dictee zondag 28 oktober 2018 (4): dictee Oefendictee okt 2018 (3) √

Dictee - dictees [1409]

Oefendictee okt 2018 (3)

1. Het element borium [B] heeft een laag atoomnummer (5). Maladie sans maladie is spleen [ie], levensonlust, mal de siècle, weltschmerz, taedium vitae of verveling. Terugrijdend uit Heist-op-den-Berg naar huis volgde ik de BE-borden met Bergen-op-Zoom (!). Het blijft me fascineren: 2- à 3-duimsgat, 2 duimsgat (4 havoleerling = spatiewoord), maar tweeduimsgat, ook: 2-duims gat, tweeduims gat [bnw.]. Ik denk dat 24-karaats goud [VD, bnw.] en 24 karaatsgoud [à la 24 uursservice, ook: 24-uurs service] allebei goed zijn ... Let ook wel op de klemtoon! Hoe spreek je trouwens 'açaibessen' uit? [ah-saa-ie]. En 'adie'? [aa-die] De stratenmaker had een hele rij reien liggen. De ottava (alta) en ottava basso zijn termen uit de muziek, de ottava rima komt, verrassend genoeg, uit de letterkunde! Hij had tweeërlei gebrek: hij was amuzisch en leed aan amusie. In de abside (apsis) lag de uitleg van wat apsiden zijn.

2. NB Bh = bohrium, atoomnummer 107. Wat jij doet, is gênant: ik zou me generen! Pilo of fustein is bombazijn. Hoe spreek je bodhrán uit? [bau-rahn]. Hij droeg een C&A-pak, zij een ander C&A'tje. Mijn muziekcluppie is mijn alles. Een femcee is een vrouwelijke mc
[èhm-sie]
. Rotwoord: fenylpyrazool. Samenstellende delen wel in wdb.: fenyl = (chemie) organisch-chemische groep die ontstaat door aan benzeen een waterstofatoom te onttrekken en pyrazool = (chemie) verbinding met een heterocyclische aromatische vijfring die twee naast elkaar gelegen stikstofatomen bevat. De samenstelling (mv., internet) is de familie waartoe fipronil (ja, die!) behoort. Dat is een insecticide en acaricide [stof voor de chemische bestrijding van mijten]. Overigens is pyrazoline een dihydroderivaat van pyrazool en pyrazolon een pyrazoolring met een ketonfunctie, uitgangsstof voor de aanmaak van een gamma van koortswerende en pijnstillende middelen. Zo, nu bent u weer helemaal bij!


3. Op Goede Vrijdag is er de goedevrijdagviering en wordt het Goedevrijdagakkoord herdacht. O ja, had je toen een [letters] jarenzeventigideaal? Het chemisch element holmium, een lanthanoïde met atoomnummer 67 (symbool: Ho) is naar Stockholm – dat ook het noords Parijs heet – genoemd. Het Sipri is het Stockholm International Peace Research Institute (internationaal instituut voor onderzoek naar de vrede). Wat hebben trouwens het stockholmsyndroom [vereenzelviging met bijv. kapers], de osloconfrontatie [line-up] en het Jeruzalemsyndroom [godsdienstwaanzin aldaar] met elkaar te maken? Weinig; denk ook eens aan de toeristenziekte (het stendhalsyndroom). Vlak voor de nogal moeilijke K1-beklimming hadden ze nog een echt Japans K-1-gevecht geleverd. Met de honden aan de leisen zongen ze de nodige leizen. Bij het mottekasteel werd de mattentaart aangebroken.

4. Dat is toch geen gezicht: een mictie op je fixie. Wat zou jij schrijven: middle-of-the-road vertolking of middle-of-the-roadvertolking? Moddergooien is met modder gooien en ... de diepte ingaan kan ook de dieperik in gaan [en met het schrijven daarvan kun je gemakkelijk de mist ingaan] betekenen. Een girl next door is in het Nederlands gewoon een next door girl. Neenee, ik wil niet zo'n nee-neesticker! Naar luid van zeggen, naar verluidt, luidens zekere personen, althans volgens sommigen, is een luide oed thans gewoon een oetlullige luit, liefst te bespelen op een oets, een mallejan. De timmerman maakte met zijn ojiefschaaf een mooie ogief. Heb je de betreffende MAX-uitzending gemist? Hij is op end' op [op-en-top] zijn grootvader. Na die krachttoer waren ze op en tenden. In pais en vree droeg hij de peis [stenen] naar de paard-en-kar. Hij is echt parra, van top tot teen paranoïde.

5. Onder de pawpaw [au] werd de sawpaw [oh], de bapao genuttigd. Die sambal is wel erg pika. Kom, we dansen de csardas (tsardas). Psilocine en psilocybine moet je niet door elkaar halen. In een quattrowoning moet je je quant-à-moi bewaren, ook als je op een cuatro in een typico-orkest speelt. Die precieuses, waren dat religieuzes? Een snitsel [kinabastpijp] kun je bij het bereiden van een schnitzel echt niet gebruiken. Ook bij het schnabbelen wordt er wel gesnabberd. Sexcuses leiden vaak tot sekscapades met anderen. Sjwa [ə, toonloze e], sjwa's, sjwaatje, swa [kameraad], swa's, swaatje en sma [meisje, grietje], smas of sma's, smatje [als gatje] of smaatje [als gaatje] [uitspraak]. Soapies zullen niet licht tot het soepie behoren. In zeemanstaal betekent 'bezaansschoot aan': op naar de borrel. Een bezaan (bazaan) is het achterste gaffelzeil op een driemaster. Een bezaantje is een zuigkwal, een zekere schelp (breedlip) of een Portugees oorlogsschip (= een beruchte kwal!). Een schoota(a)n is bij de marine de dagelijkse borrel voor het maal.

6. Over Soedan en de Sudanezen zijn de wdb. het wel eens, maar GB schrijft soedanrood en sudanknoopwerk. Zijn er ook Tanganyikanen die taqiyahs [gebedskapje] dragen? Gezocht op *qi*: [GB alleen] qi gong [Chinese meditatie], [VD:] de lijst wordt steeds langer: lhbtqia's, lesbienne, homo, biseksueel, transgender, queer [soms man, soms vrouw], interseks [beide geslachten], aseksueel, QI (queteletindex) = BMI (body mass index), q.i.d.: op recepten, quater in die = viermaal per dag, qi dao = Tibetaanse meditatietechniek, waarbij een harmonische beweging centraal staat en xiang qi = Chinees schaakspel. Dat wist je vast niet: 'toch niet' kun je weergeven met ten doet maar ook met 't en doet. Toedeledokie en okidoki! Togati (enk.: togatus) zijn logischerwijze togadragers.

7. Een Curaçaose snackbar heet op de Antillen een snèkbar. Mag ik een whico? Neem er zelf ook een! Yolo: je mag de bloemetjes buitenzetten! Hij richtte zijn soaker op me. Dat karweitje met het karwijzaad was in een wibbussie gepiept. Waarin verschillen de Wolgaduitsers van de Sudeten-Duitsers? Juist: in de spelling! Laten we hem X noemen: X's vrouw ging vreemd. Dit stuk is in zesachtstenmaat. Mag ik nog een zijtje papier? Exemplaren van de soort zevengetijde [gmv] worden ook wel zevengetijdenklavers genoemd. Een zijdekimono mag je ook een zijden kimono noemen. In de zonnewendenperiode zal de zonnewendebloem (heliotroop) toch wel bloeien? Met die l-smoes [kleine L!] moet je niet meer aankomen. Hij zat in de labberente [narigheid]. In de VS valt Labor Day op de eerste maandag van september (soort Dag van de Arbeid). Een omschrijving van het dichten is laborum dulce lenimen (lett.: zoete troost voor zorgen). Hom wordt ook weekkuit genoemd.

8. Ook 'uitlaattuit' is wel een aardig dicteewoord, net als 'giettuit'. We dronken cappuccino en we aten cacciucco [vissoep]. Kan syfilis zich ook in de epididymis manifesteren? Als je 'fehlingsreagens' niet goed schrijft, is dat nog niet per se een fehlleistung. Na het freede/ikeetje nuttigden we freekeh [frie-kuh, geroosterde onrijpe tarwe]. Hier de ultieme lijst met 'petit': petits-beurres (biscuit), petites histoires (over bijfiguren), petites maisons (voor maîtresse), petitfours, petitfourtje (klein gebak), petit-gris (gmv - pelterij eekhoorn), petit-maîtres (saletjonker, pronker), petit mals = absence, petits points = kruissteek en petit(s) restaurants (eenvoudig, GB heeft 2 mv., VD (nog maar) 1). Denk ook aan: aux petits soins (attent), bon appétit (eet smakelijk!), en petit comité (in kleine kring, vertrouwelijk) en le petit caporal (Napoleon). Let op: pikeren bij naaien, piqueren bij biljarten, piqué = stof of bij biljart.

 
 


zaterdag 27 oktober 2018

1408 Dictee zondag 28 oktober 2018 (3): dictee Portaelsdictee 2018 √

Dictee - dictees [1408]

Tweede Portaelsdictee 2018 Vilvoorde

De liefhebbers moesten 89 groene woorden of woordgroepen invullen.
De specialisten moesten 85 rode woorden of woordgroepen invullen.
De toelichtingen staan in blauw [RL]. 

Leven en werken van Portaels, deel 1 (auteur: Jan Deroover)

1. Mogelijks [BE] bekruipt u een déjà-vugevoel [al eerder gezien ...] vermits [BE - aangezien] het dictee verder ingaat op het Portaelsdictee van elf maanden geleden. Er was begin 2018 bijna sprake van plagiaat en een dicteecoryfee raadde mij aan auteursrechten bij Sabam [auteursrechten BE] te vragen. Op 30 april in het jaar onzes Heren 1818 werd Jean François Portaels geboren als kind van
niet-consanguiene
[niet verwant in den bloede] ouders, zeer
rooms-katholiek
en kleinburgerlijk, in het Vlaams-Brabantse, toen nog dorpse Vilvoorde, nog geen kosmopolitische [wereldwijde] stad , maar een microkosmos [wereld in het klein]. Cultureel-maatschappelijk was het een welgesteld gezin met een zekere renommee [goede naam, par renommée = volgens het gerucht], geen huisje-boompje-beestjegezin waar naast het Frans ook het Vilvoords werd gesproken. De ouders betrokken een woning waar nu de stadsdiensten gevestigd zijn, in de schaduw van de Onze-Lieve-Vrouwekerk. Als autochtone [oorspronkelijke] Vilvoordenaars genoten zij van savooiekool, de schone van Boskoop [soort goudrenet], een paardenentrecoteje, een geuzelambiek en een karamelijsje, petits-beurres [biscuitje, mv. – anders: een ] en guimauves, [BE] gekleurde snoepjes in madonnavorm, en quissejes [quisse = kip en quiche – quicheje – is taart] van vrije-uitloopkippen.


2. Snel werd duidelijk dat Jean François tekentalenten had en op zestienjarige leeftijd stelde hij reeds een eerste keer tentoon in Mechelen, de stad van de maneblussers [spotnaam] en Opsinjoorken [pop in vroegere processies]. Portaels had rêverieën [dromen] over de verhalen van Duizend-en-een-nacht en zijn gemoed stond op fernweh, een weemoedig verlangen naar vreemde landen, het Morgenland en de contreien errond. De reikwijdte van zijn interesse was dan wel niet wereldomvattend maar het ging wel om het ganse Middellandse Zeebekken. Op zijn achttiende trok hij naar Parijs, toen nog niet de lichtstad, want de elektriciteit was nog niet uitgevonden [fabeltje!; correct: de verlichting = tijdperk van rationalisme - VD]. Hij logeerde op een mansardekamertje [zolderkamertje onder mansardedak] in een etablissement in een banlieue [voorstad] waar kunstenaars toefden. Er stonden een récamier [soort rustbank, uitspraak vooraan: ee] en een gecapitonneerd [opgevuld, bekleed] canapeetje in Lodewijk XV-stijl.

3. Hij kon er zijn leergierigheid botvieren in de ateliers en maakte kennis met de laatste technieken zoals de trompe-l'oeil. Hij ontdekte er ook de Franse eet- en drinkgewoonten, zoals een deugddoende benedictine, een Franse kruidenlikeur, of een uitheems curaçaotje [likeur] en frequenteerde     kaas-en-wijnavonden [VD] avant la lettre [voordat het begrip als zodanig bestond], waar hij kaassoufflé apprecieerde naast cantal [kaas] in een à-la-carterestaurant en genoot van een margaux [bekende medoc], van een appellation contrôlée [erkenning van wat er op het etiket staat], geschonken in prachtige rodewijnglazen. In een cafeetje aan de Seine deed hij zich tegoed aan een bouillabaisse [vissoep, ratjetoe], authentieke     Provençaalse escargots [slakken], kreeft à la nage [in het kookvocht opgediend] en een poire belle Hélène [nagerecht met peren]. In 1842 participeerde Portaels in Antwerpen, de sinjorenstad, aan het admissie-examen [toelating] voor de Prijs van Rome. Portaels genoot als winnaar van een jaarlijkse rente van 25.000 Belgische frank, vier keer uit te betalen. De begrote reiskosten waren op een lager bedrag geraamd; de kans op een faillissement was veeleer klein en hij hoefde dus niet te lobbyen.

4. De reis naar de Eeuwige     Stad was geen kleine stap want het reizen verliep niet zoals in deze tijd waarin men een beroep kan doen op een touroperator. De wagons-lits [slaapcoupés] bestonden nog niet, hoewel Thomas Cook [touroperator] in Portaels' geboortejaar al
kant-en-klare
arrangementen aanbood. Hij vertrok op 6 juni 1843 via Duitsland, waar hij bij een tussenstop schwarzwalderkirschtorte nuttigde en schnaps [jenever] leerde kennen. Nadien ging de reis via Zwitserland naar Noord-Italië. Een tijdgenoot beeldde Portaels af in een corduroybroek [uitspraak: rohj], zittend tussen elsspirea's [sierstruik], met een braque      ariégeois [jachthond] aan zijn voeten, drinkend uit een alcarraza, een aarden kruik, die de drank koel hield tijdens zijn lange tocht. Meermaals had hij nuits blanches [slapeloze nachten]. Hij logeerde in herbergen en kloosters, waar in sommige tuinen een kindje-op-moeders-schoot [kinderplantje] bloeide, naast look-zonder-look, een soort knoflookkruid.


5. De voertaal in de kloosters was, hoe kan het ook anders het Kloosterlatijn [taal, dit woord ook groen -- liefhebbers!]. In de kloosterslaapkamer lag er op zijn nachtkastje uit avodiré, een tropisch hout, een boek met Schriftuurlijke [klooster --- > Bijbel] verhalen. Hij leerde panna-cottapuddinkjes proeven, radicchioslaatjes [It. rode sla], cassata-ijs en maraskinotaartjes [maraskino = marasquin = kersenlikeur]. Op 22 december 1843 was hij de invité [man, anders: invitee] van de consul-generaal in Jeruzalem. Hij arriveerde er witgehandschoend en getooid in een colbertjasje met gepikeerde [doorgenaaide, piqueren = bij het biljarten] revers [omgeslagen rand, ook mv.]. In de tuin zoomden dwergcipressen een pad af waar verder op een nordmann [zilverspar, populair als kerstboom] stond, naast suzanne-met-de-mooie-ogen [Afrikaanse slingerplant uit de akantfamilie] en een echeveria, een vetplant met bladrozetten en
rood-oranje
[twee kleuren, niet: roodachtig oranje, dan aaneen] bloemen. Hij at er fettuccine [lintpasta] en charoset [zoet gerecht voor de joodse sederavond = paasfeest, niet in december!]. De exquise [uitgelezen] wijnen stonden er in dame-jeannes, ook demi-johns [beide: grote mandflessen] genoemd. In het Heilige Land [Israël] leidde hij een seminomadisch [half zwervend, semifinale aaneen, maar demi-finale met koppelteken] bestaan, niet altijd in volstrekte rust want er waren spanningen tussen druzen [droezen, religieuze sekte in Libanon en Syrië] en maronitische christenen [zekere kerk in Syrië].


6. Hij werkte aan zijn opdracht als laureaat [bekroond kunstenaar] en produceerde gouaches [met dekkende waterverf], aquarellen [met
niet-dekkende waterverf]
en lithografieën [steendruk] en ook verdiepte hij zich in de antieke meesters. Hij maakte ontwerpen voor genre-, historie- en religietaferelen, naast pittoreske [schilderachtige] scènes met heterocliete [ongelijksoortige] decors, met zijn etsstift. Op 28 december 1843, Allerkinderen [ook: allerkinderendag],
onnozele-kinderendag
[ook: Onnozele-Kinderen] woonde hij een eredienst bij in de geboortekerk in Bethlehem. In 1847, vier jaar na zijn vertrek, arriveeerde onze eerste Syriëganger weer in Vilvoorde, waar hij à bras ouverts [met open armen] werd verwelkomd.


7. In 1849 huwde hij Navez' [*** accent was in te vullen - kennelijk is de uitspraak 'naa-vees', zou het 'naa-vee' zijn, dan wordt het Navezs] dochter en kreeg bij haar meerdere kinderen, van wie er twee jong overleden. Hij konterfeitte een drieluik voor het hoogkoor van de
Onze-Lieve-Vrouwekerk
[tweede keer in dit dictee!], gelegen vlak naast zijn ouderlijke woning. Hij [hem] werd gevraagd op het Koningsplein het fronton [driehoekige bekroning van klassieke gevel] boven het Romeins peristilium [ook peristilum, andere uitspraak], met Korinthische zuilen, te beschilderen. Hij was leraar teken- en schilderkunst aan het Belgische hof, en onderwees de zus van de latere vorst, Leopold II, Marie-Charlotte. In 1863 werd hij benoemd tot docent aan de Academie en startte hij zijn 'atelier libre', gesitueerd aan het einde van de Sint-Appolonia-impasse [doodlopend steegje, hoort niet bij de eigennaam], een steegje waar hij alle a priori's [a: Italiaans] overboord gooide en befaamde leerlingen begeesterde en opleidde. Tussen 1865 en 1885 nam zijn bekendheid toe en was er sprake van geschwärm [gedweep], een overdreven bewondering, mede uitgelokt door de prijzen die hij behaalde, waaronder de gouden medaille in Crystal Palace [Londen].

*** Zie mijn blog nummer 1216, 1e Portaelsdictee 2017, zin 4: Navez [vees] - BE.

8. Queen Victoria behoorde tot zijn klandizie en kocht een portret voor de prins-gemaal. Overal ter wereld tussen Dublin en Sydney hingen zijn werken. Hij was de invité [zie eerder bij de specialisten, cadeautje dus!] van de beau monde [high society]. In Boedapest werd hij vergast op een borsjtsjfantasietje [rodebietensoep] en wodka en genoot hij van succulente [sappig, vochtrijk] sneetjes van een mangalitza, een
Oost-Europees varken. In Turkije vergastte de Ottomaanse vorst hem in zijn serail [harem, paleis], op gerechten opgediend in
famille-roseserviesgoed [famille rose is zeker Chinees porselein]. Portaels gedroeg zich steeds salonfähig [beschaafd]. In die periode werd hij ook vereeuwigd op een zwart-witfoto. In 1869 maakte hij de opening mee van het Suezkanaal, gelogeerd op een stoomschip waar hij naast de piramides ook de sterrenhemel kon bewonderen met de Voerman, de Kleine Leeuw en de Jachthonden. In 1883 werd een overzichtstentoonstelling aan hem gewijd met de werken van twintig oud-leerlingen.


9. De koning en de koningin vereerden de tentoonstelling met hun aanwezigheid. In 1895, zijn schicksalsstunde, zijn noodlotsuur, overleed Portaels, geëerd als estheet, oud-Oriëntreiziger, die zijn tijd verreisde in gans Europa en Noord-Afrika. Hij ligt begraven met zijn schoonvader en twee van zijn kinderen onder een epitaaf, een grafsteen uit Escosijnse steen [blauwe arduin, uit de groeve van Ecaussinnes], een variant van de blauwzwarte [blauwachtig zwart] van Doornik [Doornikse steen].
NB Als je het dictee van vorig jaar bestudeerd had, leverde dat hooguit 2 of 3 extra goede antwoorden op. Bij kleine verschillen in de uitslag toch de moeite waard!
 
 

donderdag 25 oktober 2018

1407 Dictee zondag 28 oktober 2018 (2): dictee Goede Doelen Dictee Goirle 2018 √

Dictee - dictees [1407]

Goede Doelen Dictee 2018 Goirle

Groots Goirle (auteur: Jeroen van Heemskerck Düker)

1. Bereid u voor op een tekst over het excellente dorp Goirle, waar ondernemers, bedrijven en sportievelingen zich elk jaar beijveren om in de kerstperiode duizenden euro's op te halen voor het goede doel.

2. Dit jaar is dat [Nationale Vereniging] de Zonnebloem: de stichting, niet de felgele heliant [kleine zonnebloem] die via fotosynthese CO2 omzet in zuurstof en 's zomers de weidse akkers rondom het dorp kleurt.

3. In onze natuurgebieden, zoals de Regte Heide [eigennaam], vind je naast die zonaanbidder een ongekende variëteit aan planten, zoals eschscholtzia, vergeet-mij-nietjes [ook me, maar dat spreek je anders uit] en bilzekruid.

4. En laten we de veldtjakkers, rexkonijnen en reeën niet vergeten, waarvoor zelfs een heuse faunapassage wordt aangelegd met entrees aan weerszijden van de Turnhoutsebaan [eigennaam].

5. Over het milieu wordt dan ook uitentreuren gedebatteerd in het college van B en W, door ambitieuze VVD'ers en lokale partijbonzen die weliswaar nu en dan ruziën, maar elkaar ten slotte [uiteindelijk] altijd vinden in het belang van duurzaamheid.

6. Ook in het sociaal-maatschappelijk beleid vind je duurzaamheid immers terug als missionstatement; met niet-aflatend enthousiasme wordt geïnvesteerd in vreedzame co-existentie tussen 65+'ers [vijfenzestigplussers, 65-plussers] en whatsappende jongeren.

7. Nochtans leidde in het verleden het politieke gekissebis [ook: gekizzebiz – met bijna dezelfde uitspraak] weleens tot affreuze toestanden, waarvan de verandering van twee- in eenrichtingsverkeer en vice versa in het centrum getuigt.

8. Uiteindelijk vinden Goirlese inwoners van alle gezindten elkaar in thema's die iedereen aangaan; zo trok de thema-avond over alzheimer – met een college over het eiwit amyloïde – vele geïnteresseerden.

9. Ook het jaarlijkse MidZomerfestival [eigennaam] wordt volop gezamenlijk gevierd: de jeugd breakdancet er op trashmetal; senioren jiven op semimoderne ouwelullenmuziek.

10. Enfin, ook buiten de carnavalstijd blijft Ballefruttersgat [carnavalsnaam Goirle] – de naam refereert aan de fabricage van kaatseballen [ook: kaatsballen] – een levendig dorp waar het goed toeven is!

 

 
 


woensdag 24 oktober 2018

1406 Dictee zondag 28-10-2018(1) - dictee Wekelijkse dicteetest 021 RL √

Dictee - dictees [1406]

Wekelijkse dicteetest 021 RL [elke zondag]

Welk van de 3 antwoorden is juist?
Oplossingen: hieronder!
Bron: Oefendictee (oud) 521

1. Wil je iemand .........., dan moet je hem de voet............
a. dwars zitten          dwarszetten
b. dwars zitten          dwars zetten
c. dwarszitten           dwars zetten.

2. Een zekere organisch-chemische groep is ............
a. piridyl
b. pyridyl
c. pyridil.

3. Een aandoening verzinnen voor je kind om zelf aandacht te krijgen is het ............
a. münchhausen-by-proxysyndroom
b. münchhausen by proxysyndroom
c. Münchhausen by proxysyndroom.

4. Van de regen in de drup komen is van ............ in .......... komen.
a. Scylla          Charibdis
b. Scilla           Charybdis
c. Scylla          Charybdis.

5. Bij .......... (voorttrekken op ski's door paard of auto) moet je een warm .......... dragen.
a. ski-jøring          ski-jack
b. skijøring           ski-jack
c. skijeuring          skijack.

6. De drie ............ zijn de ...........
a. Gestrenge Heren          ijsheiligen
b. gestrenge heren           ijsheiligen
c. Gestrenge Heren          IJsheiligen.

7. Het ............ vliegt weer, er is geen ............ meer aan de lucht.
a. kauwtje           koutje
b. kautje              koutje
c. kauwtje           kouwtje.

8. Het antoniem van .............. is .......... (confectie)
a. haute-couture          prêt-à-porter
b. haute couture          prêt-à-porter
c. haute couture          pret-à-porter

9. De medisch student studeerde .......... op de .............
a. ellenlang         ellenpijp
b. ellelang           ellepijp
c. ellenlang          ellepijp.

10. Bij de ............ (uitbraak bij sport) kreeg hij een .......... (tijdelijk verlies van bewustzijn).
a. break-out          black out
b. break out          black-out
c. break-out          black-out.

Oplossing [021]

-----------------------------------------------------------

Oplossing vorige week [020]:
1c 2b 3a 4c 5b 6a 7a 8b 9b 10c

Contact: leentfaarrein@gmail.com
 



1405 Dictee woensdag 24 oktober 2018 (1): dictee The Netherlands Club - New York - 2018 √

Dictee - dictees [1405]

Dictee The Netherlands Club – New York – 2018

Geen jip-en-janneketaal maar appeltje-eitje voor slimmeriken (auteur: Merijn de Boer)

1. Het chronischevermoeidheidssyndroom waar veel
expat-Nederlanders in Manhattan mee kampen, wordt vaak te lijf gegaan met een cappuccino in een achenebbisj etablissement waar een derdegeneratieallochtoon wellicht een déjà-vugevoel krijgt en waar je de joie de vivre te allen tijde kunt laten accelereren door het innemen van een goudgeel gerstenat of een oud-Hollands advocaatje.


2. Na het koffie opschenken, koffiedrinken en het uitbrengen van een toost in het à-la-carterestaurant zijn alle breinen weer geback-upt om te zijner tijd achter in een Amerikaanse koek-en-zopie een in bearnaisesaus gedrenkt sukadelapje al savourerend richting het
maag-darmstelsel te transporteren.


3. Nochtans kunnen vanwege het trumpisme onoorbare anglicismen als geüpdatet of packagedeal beter vermeden worden. Bij een
tête-à-tête op westers territorium van drie neerlandici werd er verbaal getirailleerd op ouwehoerende nouveaux riches die Engelse woorden gebruiken in ge-sms'te kattebelletjes.


4. In plaats van deze Philip Freriksachtige [hijzelf] toestanden had u mogelijkerwijs, na het horen van dit linguïstische samoeraizwaard, een seance in een teppanyakirestaurant met een
koningin-Beatrixlookalike, een tochtje op een mississippiboot met een petomane [ziekelijk geïnteresseerd in winden] chinchilla of een salmonella-infectie op de tektonische San Andreasbreuk geprefereerd. Evenwel, als u vermoedt tekortgeschoten te zijn en het liefst linea recta en haastje-repje met paard-en-wagen huiswaarts galoppeert, denk dan maar aan de spiritualiën na afloop.

 
 



dinsdag 23 oktober 2018

1404 Dictee dinsdag 23 oktober 2018 (1): dictee Derde Groot Wijdemeers Dictee 2018 √

Dictee - dictees [1404]

Derde Groot Wijdemeers Dictee 2018

(geen titel, auteur: Herman Stuijver)

1. In de vijf dorpen, die gezamenlijk de gemeente Wijdemeren vormen, staat voor velen dezer dagen de vraag centraal of een annexatie door Hilversum deugddoend is, aangezien het fuseren van deze vermaledijde provinciestad met de petieterige dorpen een attaque zou vormen op de eeuwenoude identiteit.

2. Vol lof spreken experts over de natuurlijke schoonheid van de
blauw-groene parel van Midden-Nederland waar de plassen zich aaneenrijgen en waar het aangeharkte parklandschap van de gerenommeerde buitenplaatsen de suggestie wekt dat we midden in de ongerepte natuur zouden existeren, met diepgroene rododendronvalleien en mysterieuze eiken uit de middeleeuwen.


3. De grutto is vrijwel uitgestorven door het plasdrasbeleid van een landelijke natuurorganisatie, waardoor het bloemrijke weidelandschap in het gedrang komt, hetgeen nefast zou kunnen werken op de habitat van flierefluiters en kievi(e)ten, tureluurs, kemphanen en scholeksters, waarbij anderzijds het provinciale orgaan bepaalde weilanden heeft gekwalificeerd als beschermd faunagebied wat weer een increment van diverse species zou kunnen betekenen.

4. Bij de extensieve debatten over een coöperatie van diverse gemeenten in deze contreien wordt de ontstentenis van bestuurskracht telkenmale te berde gebracht, de ambtelijke staf zou niet voldoende geëquipeerd zijn om gecompliceerde taken te effectueren, waarbij primair het gebruik van de digitale programmatuur niet up-to-date zou zijn wat onder meer behelst dat de computers op het gemeentehuis uit het stenen tijdperk zouden stammen.

5. Bij een eerdere fusie was er ook weerstand, doch die tijd met gênante scènes van onbarmhartige wederzijdse haatcampagnes ligt gelukkig decennia achter ons, maar de sentimenten over de authenticiteit van het dorp zijn geenszins gepareerd, hoewel de chardonnay drinkende pensionado's pico bello co-existeren met de nijvere tweeverdieners die geen van-negen-tot-vijfmentaliteit kennen.

6. Het ideaalbeeld van één coherente Gooise gemeente lijkt een incarnatie van bestuurders die talen naar een samenwerking van dit wormvormig aanhangsel van Noord-Holland tegen een oprukkende grootmacht als Amsterdam dat met zijn grijpgrage tentakels de infrastructuur en economie van deze regio ziet als een voortuin van de metropool.

7. "Aan mijn lijf geen polonaise", riep de maestro toen hij ten slotte op kalligrafisch verantwoorde wijze zijn laatste woord van dit dictee had neergekalkt [lemma 'neer', VD], zo uitgeput dat hij toe was aan een pot ecstasy of een goed glas saint-émilion.

 
 



zondag 21 oktober 2018

1403 Dictee zondag 21 okt 2018 (2): dictee BeNeDictee 2018-10 √

Dictee - dictees [1403]

BeNeDictee 2018-10

(auteur: Bert Jansen – 20-10-2018 – Heist-op-den-Berg)

De 67 vet en onderstreepte woorden of woordgroepen moesten worden ingevuld.

Men kan wel dansen, al is het niet met de bruid ... 
[rode rest spreekwoord moest geraden worden, indien goed: 1 bonuspunt]

1. In dit dicteetje wil ik u – teneinde u de beslommeringen van dit efemere [kortstondig, eigenlijk één dag durend] ondermaanse bestaan even te doen vergeten – meenemen in de wereld van het divertissement [vermaak, ontspanning], meer precies naar de wereld van de dans en de muziek. U voelt nu de bui al hangen en vreest allerlei bizarre dansen, zoals bailefunk [ritmische popmuziek], capoeira [Bra­zi­li­aan­se zelfverdedigingstechniek die ele­men­ten van
ge­vecht, dans en acro­ba­tiek in zich ver­enigt
], de dos-à-dos [bijw., dans, rug tegen rug, vgl. rug-aan-rug] en de écossaise [Schotse dans] te moeten neerpennen, maar dat valt reuze mee.


2. De choreografie is de kunst van het noteren van de dansbewegingen (niet te verwarren met de chorografie, de beschrijving van de landstreken en hun uiterlijke gesteldheid); de term is gemunt door een zekere Feuillet, een dansmeester uit Parijs. Het behoeft geen betoog dat de dans an sich veel ouder is. De troglodiet [primitief mens, holbewoner] had, getuige tal van inscripties, die we heden ten dage als graffiti [spuiten op muren - sgraffito] zouden betitelen, al een sterke drive om zich in de dans te uiten. Op de wanden in menige grot zijn dansposities afgebeeld die een elasticiteit vereisen waarvoor menig dicteetor, hier verenigd, pootaan moet spelen [flink aanpakken] om die te imiteren.

3. De dansen uit de Gallo-Romaanse tijd laten we hier voor wat ze zijn, en we maken een sprongetje naar de twaalfde eeuw, toen de gigue [Engelse dans in trippelmaat, ook: muziek] en de gaillarde [dans, suite] hun intrede deden. De eerste, een zeer snelle dans, dankt zijn naam aan het Italiaanse woord voor viool, scilicet [= te weten] 'giga'; de tweede – eveneens van Italiaanse origine – is een levendige renaissancedans die zich na 1400 in Frankrijk verbreidde en populair was in tal van Europese hoven. In de met trompe-l'oeils [natuurgetrouwe afbeelding, lijkt echt] versierde zalen, gestoffeerd met meubels, zoals gueridons [bijzettafel] en chiffonnières [ladekast] en een keur aan marqueterie [mozaïek van gekleurd hout of marmer] kwam deze uitbundige dans uitstekend tot zijn recht. Het contrast met de sjofele kruip-ins [eigenlijk: kruip-innen - klein, eng huisje] van het Krethi en Plethi [mv., Jan en alleman] buiten de paleismuren, dat niets te makken had [geen invloed/geld hebben], kon niet groter zijn.

4. In de zeventiende eeuw was bij de Franse adel ook de gavotte [muziek en dans, 2/2 maat] populair, niet te verwarren met de garrot [ijzeren band - wurgen, ww. garrotteren] , want dit in de tijd van Franco populaire moordwerktuig behoort geenszins tot de wereld van het vermaak. Gelukkig heeft de folterpaal nu nog slechts museale waarde.

5. Van een heel ander niveau is de bourree [dans, muziek], wat vrij vertaald uit het Frans 'boertig' betekent. Deze dansen hebben dan ook een nogal robuust en ritmisch eenvoudig thema. Ze worden in rijen van paren gedanst en de muziek is in tweekwartsmaat; in driekwartsmaat gedanst, worden het montagnards [ook: bergbewoners] genoemd. Ook de csardas [VD ook: tsardas - Hongaarse volksdans, ook: muziek] is een parendans die zijn oorsprong vindt in de lage cultuur; de letterlijke betekenis is dan ook 'de dans die men in de herberg danst'. De etymologie van de flamenco is even problematisch als interessant. Eén lezing houdt het op 'van Vlaamse afkomst'; de betekenisontwikkeling van Vlaming naar zigeuner ontstond doordat men dacht dat de zigeuners uit het noorden kwamen. Volgens een andere lezing stamt het woord uit het Arabisch en betekent het 'rondreizende landbouwer'.

6. De dans wordt begeleid door de cajon, een handtrommel zonder vel maar met houten membraan. Dit percussie-instrument is uit armoede ontstaan. Tijdens de lange overtocht naar Zuid-Amerika, niet met een transatlantieker [oceaanstomer] of een snebschuit [puntige voorsteven, snebschip], maar met een galjoot [kleine galei], waren meestal geen muziekinstrumenten aan boord, maar wel al dan niet lege kisten. Tegenwoordig wordt zo'n kist vaak gecombineerd met een hihat [2 bekkens op drumstel]. De bespeler zit op zijn instrument en bespeelt dat met beide handen, en soms ook zelfs met de hakken. Aan de flamenco is de malagueña [Spaanse dans] verwant, een dans die verwijst naar de mooie vrouw uit Málaga.

7. Denkend aan Spanje, kan ik de merengue [po­pu­lai­re dans in de Domi­ni­caan­se Re­pu­bliek en Haï­ti met Spaan­se en Afri­kaan­se elementen] niet ongenoemd laten. De dans heeft een valse vriend [false friend], zoals dat in de taalkunde heet, en wel de meringue, het gebakje van stijfgeklopt eiwit en suiker als belangrijkste ingrediënten. Op menige menukaart staat dit niet bepaald [klemtoon op bepaald - anders: niet-bepaald] caloriearme toetje verkeerd gespeld. Ik mag dan graag, ietwat malicieus, de serveerster vragen om een dansje.

8. Hier moet ik ook – zij het (à) contrecoeur [met tegenzin] – de danse macabre noemen, al was het alleen maar omdat deze al eeuwenlang een centrale rol speelt in de westerse cultuur. De mens moet zich steeds bewust zijn van de onvermijdelijke dood. In de schilderkunst wordt dat verbeeld door de dood, ofwel Magere Hein. Deze leidt op menig schilderij de stoet met zijn zeis. Ook in de getijdenboeken ontbreekt de finale dans niet.

9. Tot nu toe bespraken we de dans als emotionele expressie, maar de dans kent ook een spirituele vorm. Daarvoor maken we een reis naar het Verre Oosten, naar Japan, het land van de rijzende zon, om precies te zijn. Wie denkt dan niet ogenblikkelijk aan de Japanse gastvrouw die haar clientèle [cliënteel] vermaakt met haar
flux de paroles [woordenvloed, radheid van tong, welbespraaktheid, flux de bouche], maar ook met zang en dans. Bijvoorbeeld met de butoh, de zeer gestileerde Japanse dans waarbij de geisha's [gastvrouw in Japanse theehuizen, etc.] met witgeschilderde gezichten door middel van bewegingen de cirkelgang van leven en dood uitbeelden. Opvallend zijn haar kunstige pruik en opvallend versierde ripsen [van rips = ribbetjesgoed] kimono of zijden kleed, waaromheen een netsuke [gordelknoop] geknoopt wordt. De shamisen, een met groot plectrum bespeelde driesnarige luit, is het begeleidingsinstrument van de gastvrouw. Zij is ook degene die de chado, de theeceremonie verzorgt. Ook het kabuki- en notheater [net als nospel - kabuki: Japans toneel, mannen - notheater, nospel:
klas­siek he­roïsch Ja­pans to­neel­spel en -werk]
kent voor haar geen geheimen. Geisha's [eerder al invulwoord!] werden en worden vaak geassocieerd met prostitutie – in de regel ten onrechte, hoewel het recht van defloratie [ontmaagding] kan worden gekocht.


10. De dans leidde ons de halve mappemonde [wereldkaart] over, maar omdat wij nu in Heist-op-den-Berg zijn – velen van ons voor het eerst van hun leven – ben ik even in de petite histoire [mv. s s - geschiedenis van de bijfiguren] van dit ruim duizend jaar oude dorp gedoken. En in de oude leggers van een lokaal krantje vond ik een pikant verhaal van een lijsje-albed(r)il [wil alles regelen en besturen - vgl. lijsje-albedrijf] die haar overbuurvrouw, een van de bijstand levende demi-vierge [alles toelaten, behalve consummatie], wier talenten niet zozeer op het terrein van de boolealgebra [booleaanse algebra] lagen, ervan verdacht zich liggende staande te houden – en haar bij de autoriteiten verlinkte. De arme vrouw werd zo de kop van Jut [zondebok] van Heist. Ze werd als lid geroyeerd van de bocciaclub [soort jeu de boules], een zware straf voor iemand die graag
jeu-de-boult [ww. jeu-de-boulen = jeu de boules spelen]. Vanachter de persiennes [zonwering – enkelvoud kan hier ook!] van haar
Vinex-woning [NL - verkorting van Vier­de No­ta Ruim­te­lij­ke Or­de­ning Ex­tra] hield zij haar buuf in de gaten. Het verhaal deed mij denken aan juffrouw Janssen in Vreeswijks lied De nozem en de non. Wat zich precies in de voutenkamer [opkamer] afspeelde, zal wel nooit bekend worden: haar bezoekers zwegen – weinig verrassend – als het spreekwoordelijke graf. Wel werd bewezen dat zij een [in cijfers] 24 uursservice [GB, VD] bood. Bij een inval in haar huisje werden vreemde valuta gevonden, zoals nakfa's [Eritrea, ERN] en birrs [Ethiopië, ETB], waarvan de herkomst niet verklaard kon worden. Sterkedrank werd er in haar huisje niet gevonden; kennelijk schonk zij haar gasten slechts wijn van Jan Langarm , water [uit de pomp] dus. Twee weken op water en brood in het 'rasphuis' [tuchthuis], luidde de strafeis destijds.


11. Enfin, er is nu heel wat afgeluld [VD, lemma af 2 - aflullen]. Tijd voor de borrel!