Dictee –
dictees [2882]
Vragen en
opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com
Oefendictee
OUD 180, geheel herzien naar situatie 2022
Dictee
van de dag (677)
1. Een
lapalissade is een waarheid als een koe [vgl.
vérités de Monsieur de la Palisse], een palissade [omheining
met palen] in Leiden is iets
anders. De lapdance [lapdans] of het
lapdansen is de schootdans, c.q. schootdansen. Lapis causticus is
potas en de lapis philosophorum
is de steen der wijzen. Die gemene Laplander is een laplander
(schelm, bedrieger
– kan andersom ook!)! Het paard
is la plus noble conquête de l'homme [de
edelste verovering van de mens].
Vergeef mij mijn lapsus calami [schrijffout].
Het larghetto
[langzaam en gedragen muziekstuk]
werd larghissimo [zeer
breed en langzaam] gespeeld. Daar
ligt larikshout. Een lark is een zeer plat en breed open zeilbootje
met cattuig [zonder
kluiver voor kleine scheepjes met ver naar voren geplaatste mast,
toch?]. Is statistiek louter
l'art de grouper les chiffres? Dit is nog het larvenstadium.
Wat heb je met die lasagnekoker [persoon
– Italiaans
ovengerecht]? Die lazerstraal
werkte met laserstralen. Hebben ze daar lassakoorts [een
dodelijke, zeer besmettelijke infectieziekte]?
Een lassie(hond)
is een Schotse collie. Hij heeft me lastiggevallen. Het lifoprincipe
bij computergegevensbestanden houdt in: last
in, first
out.
2. Van
Deventer latten [lange
smalle en dunne Deventer koek = latkoek]
kun je lekker smullen. Een laterna magica is gewoon een
toverlantaarn.
3. De
paso doble is [mv. s of ‘s] een
latindans. Daar is geen woord Frans, visserslatijn of latin de
cuisine [keukenlatijn]
bij.
4. Er was
een latten plafon(d)
(lattenplafon(d)).
De latuw is een plant, lauan is bleekgeel tot roodbruin hout van
enkele Aziatische bomen.
5. Rond
12 augustus komen de Laurentiustranen (Perseïden
– vallende sterren)
weer. Laurierolie is reumatiekolie. De uitdrukking laus Deo staat
voor God lof. De titel van het bekendste werk van Desiderius Erasmus
luidt Laus Stultitiae en dat betekent Lof der Zotheid.
Het begrip in algemene zin gebruikt, is: laus stultitiae of lof der
zotheid. De dichter was gelauwerd en gelouterd. Een lavallière is
een gestrikte das. De lavas is de maggiplant, een lavement is een
klysma en een lavementspuit is een klisteerspuit. De eau de lavande
is het lavendelwater.
6. Een
lavoschool is een school, een leaoschool ook. Een law
is een langeafstandswandelpad,
de LAW is de bijbehorende organisatie.
De lawaaipapegaai vloog uit naar rustiger oorden, waar law-and-order
[geen mv.] hoogtij vierde. Lawn is linon
[weefsel van
linnen] en lawrencium
[Lr, 103]
is een kunstmatig bereid chemisch element. Heb je dat Wener
laxeerwater al ingenomen? In goed Nederlands is de
lay-out de
mise-en-page. Wat, je het apelazarus
schrikken, als je lazarus [dronken]
bent? Die lapis lazuli [lazuursteen]
wordt in de lazuren, diepblauwe, zee weerkaatst. De libra, het
Engelse pond, is minder dan vijf ons. Het LD
is een soort staal, Linz en Donawitz.
Een lcd-scherm is voluit een liquid
crystal display.
Die lebemann [rijk,
leeft zich uit in zinnelijke genoegens]
kan het lebbes [leplazarus,
schompes] krijgen! Met het
leblancproces maak(te) je soda. Lechajim
is Joods voor proost. Waarvan ken ik lecithine [versterkend
middel] en het leclanché-element
[zekere batterij]
ook (al)weer?
Hoor jij nu ook al bij die ledeboerianen [Ledeboer,
orthodoxe stroming binnen de protestantse kerk]?
7. De
onderhuid is de hypodermis. Een ledesteen komt uit de buurt van
Aalst. De term lee [watering – ook: lede,
lei] vind je terug in Leerdam en Ter Lede. Het leefloon wordt
door OCMW [in BE:
Openbaar
Centrum
voor Maatschappelijk
Welzijn]
uitgekeerd. Het flo is het functioneel
leeftijdsontslag.
Voor het fust (Belgisch-Nederlands:
leeggoed) heb je vaak statiegeld
betaald. Bij leegstand gaat het om het leegstaan van huizen. Wat is
de leemteverzameling van deze wet? Een
leen is een feudum. Er heeft dan terleengeving plaatsgevonden. De
Leen- en Pachtwet rept niet van felonie (leenbreuk).
Bij zoiets als een leenwoord (aliënisme)
is er overduidelijk leentjebuur gespeeld.
8. Was me
dat leebraken, ploeteren! Hij leefde la vie de bohème [ongebonden,
onconventionele levensstijl]. Een
lazzarone is een Napolitaanse bedelaar. Willen jullie eens wat
bijbestellen? Het poerlood [lood
aan een peur, vislijn] is
namelijk abrupt [opeens]
op!
9.
Volgens schrijver dezes schrijf je echt: één fait accompli, zegge
en schrijve twee faits accomplis
of fait accompli’s
en een klein fait accomplistje. De kat
en muis speelden samen een kat-en-muisspel.
10. Met
zeven personen kun je een zevengesternte vormen. Ik zal je naar 't
Zevengesternte wijzen [voor
de mal houden]! Onze souschef,
onze adjunct-chef, huist in het souterrain.
Dat was nou keispijtig.
11.
Consommé en velouté zijn lekkere soepen, het granité is echter een
ijssoort. Hij studeerde in België en wel pol
en soc [politieke
en sociale
wetenschappen]. Daar sta je dan
met je type 2-diabetes. De
jip-en-janneketaal hebben we te danken aan
Jip en Janneke. Er werd terecht gesteld, dat terechtgestelden toch
mensen zijn. De collies droegen colliers. Zullen we de kat een
kattenbelletje aanbinden [en
dat op een kattebelletje
noteren]? Een eiken kast en eiken balken, die maak je van
eikenbomen, eikentakken of eikenstammen, maar niet van een lindeboom.
Een überbrettl is een verouderd café chantant. Bekende afkortingen
zijn StuBru voor Studio
Brussel, a.s.
[zeg: aanstaande,
etc.] voor aanstaande,
e.g. voor eerstgenoemde,
d.e.t. voor daarentegen,
Stct. voor Staatscourant,
bnw. [ook:
bn.] voor bijvoeglijk
naamwoord
en ten slotte znw.
voor zelfstandig naamwoord
[ook: zn.]. Het is: één
deux-pièces,
twee deux-pièces en een deux-piècesje.
De winkelier ontwaarde gisteren de
opgewonden cliënt en ontwaardde diens
tegoedbon [voucher].