woensdag 3 februari 2021

2088 Dictee vrijdag 05-02-2021 (1) dictee Dictee van de dag (110) √

Dictee – dictees [2088]

Oefendictee 747 OUD, geheel herzien naar situatie 2021

Dictee van de dag (110)

1. Opzoekkwesties (alle beginnend met 'sensu' +): allegorico [zinnebeeldig], bono [in gunstige zin], latiore [in ruimere zin], lato of latu [in ruime zin, s.l.], malo [in ongunstige zin], proprio [in eigenlijke, letterlijke zin], stricto [= stricto sensu, in beperkte zin, s.st.], strictiori [in engere zin] en strictissimo [in de engste zin]. Hij valt op: hij rookt señorita's. Separatio a toro et mensa (separatio quoad torum et mensam): scheiding van tafel en bed. Wordt er vaak een sepotje [oo NL, OM: zaak niet vervolgen] toegepast? Dat is dus gewoon in een depotje [oo], in de doofpot, stoppen. Dat staat vast: Thales behoorde tot de septem sapientes [de zeven wijzen – Z W fout VD2021 OK! – van Griekenland]. Zij zijn typisch b-boy en -girl [breakdancen, breakdansen]. Trouwens, verder met '*boy*': toyboy (jongere man als partner), tomboy (jongensmeisje), theeboy (theewagen), teddyboy (nozem), stamcel- en stadscowboy, pleeboy (voor wc-rollen), playboy (voor iets anders), lonesome cowboy, leer- of leatherboy, lover- of pooierboy, ladyboy (travestiet), glamourboy, gameboy (spelcomputer), fatboy (zitzak), fanboy en -girl en escortboy en -girl.

2. Verder: drum- en dressboy, coverboy (fotomodel), callboy (luxe prostitué die telefonisch wordt ontboden), beurscowboy (speculant) en beleggingscowboy (belegger die grote risico's neemt). Ik verzamel salamanders en heb zojuist een prachtexemplaar gevangen. Oculitus amare: liefhebben als zijn oogappel. De afkorting od staat voor overdosis, ODD voor oppositional defiant disorder (een gedragsstoornis) en o.d.a.m. voor om de andere maand. Hij is zonder septum nasi [neustussenschot] geboren. Een sequenza is een bijzonder virtuoos solowerk. Men moet 'sequeel' [ee – juridisch aanhangsel] en 'sequel' [sie – vervolg op speelfilm, boek, etc.] niet verwarren. Series implexa causarum: een ingewikkelde reeks van oorzaken. Een serir [uh ie] is een grindwoestijn. Een serow is een Japanse gems, een sero een staketsel van bamboe in V-vorm voor de visvangst op zee. Die oldtimer is een houbeestje [oude predikant, iets dat veel aan onderhoud kost].

3. De serosa is de buitenste laag van het darmkanaal. Sero sed serio: eerst met tegenzin, maar, eenmaal begonnen, met hart en ziel. De SRI is een serotonineheropnameremmer (serotonin reuptake inhibitor – antidepressivum). Een servitus personae is een persoonlijke dienstbaarheid. Een servum pecus is een troep meelopers, slaafse navolgers. Vergelijk ook: imitatorum servum pecus: kudde slaafse
na-apers. Servus observantissimus: (uw) gehoorzaamste dienaar. 'Hottentot…' behoort tot de sesquipedalia verba [niet goed voor je sesquipedalofobie]. Zo, last van de seven-year itch [neiging om vreemd te gaan]? Een sexcuus is snel gevonden. Zie je dat nou vaak, zo'n sezession [kunstrichting als afscheiding]? Zij lijdt aan sferocytose [vorm van bloedarmoede]: waar leidt dat toe? De sfragistiek is de zegelkunde. Kernexplosies geven S-golven. Golfclubs hebben een shaft [schacht]. Shamisens zijn driesnarige luiten. Waarin precies verschillen shakespeare- [= Engels sonnet: drie kwatrijnen en twee slotregels met gepaard rijm] en petrarcasonnet [= Italiaans sonnet, twee kwatrijnen en twee terzinen met het rijmschema abba abba cdc dcd of abba abba cde dce – bent u er nog?]?

4. Een shakuhachi is een traditionele lange Japanse bamboefluit. Een shebakia is een Noord-Afrikaans koekje met honing en sesamzaad. Kun je shiitakes (VD en GB ook: shiitake's) veilig eten? Eerst dat
shish-kebabgerecht [shish kebab] en dan de shishapen [rookpen, elektronische sigaret]. Hoewel shit happens, is dit, shitterdeshit, toch wel erg shitty. Ships that pass in the night: ter aanduiding van toevallige passanten. Hoeveel shinto-ryubeoefenaars [shinto ryu –
sjihn-too-rie-joe = Japanse vechtkunst met stokken en wapens] zijn er momenteel? Die artieste shinede (schitterde, straalde) als een ster. Shimeji's zijn beukenzwammen. Met shilingi's betaal je in Tanzania [TZSshilling ...]. Een shikara is een Indiase( )tempeltoren. De shoegaze [naar schoenen staren] is een Britse alternatieve rockstijl. Handkijkkunde is chiromantie [voor waarzeggen]. Wat is shogunaat [ambtsperiode shogun – veldheer die namens de keizer regeerde]? En spreken ze daar Shona [Bantoetaal, Zimbabwe]? Nee, dus. Heb je daar ook shop-in-shops [extern bedrijf in warenhuis]? Een shoppingcart is een winkelwagentje van een webwinkel. Wanneer treden die zogenaamde short squeezes [prijsopdrijving doordat handelaren hun shortposities moeten dekken op de beurs] op?

5. Met tribhanga wordt de S-houding [in de oud-Indische sculptuur] aangeduid. Waar is het woord 'shour' [sjoer] (vorm van magie) bedacht (het is Maghrebijns-Arabisch)? Die shrink (psychiater) liet me eindeloos naar een shubunkin (Japanse goudvis) staren. Het SI-stelsel heet voluit Système International d'Unités. De SI-eenheid van geleidingsvermogen voor elektriciteit (symbool: S) is de siemens (ook wel: mho – uitspraak: moo). Zijn hobby is sibbenkunde. Sibi manus inferre: de hand aan zichzelf slaan. Een siciliane is een achtregelige strofe. Mijn Marie is sicut lilium inter spinas: als een lelie tussen de doornen. Probeer eens een Stargardersidderhalsexemplaar [Stargarder sidderhals = duif] te bemachtigen. We doen het zus en zo, si en la. Sidrot (enk.: sidra) zijn de wekelijks wisselende Thoraperikopen die in de synagoge worden gelezen. Een siegwartbalk is hol [fabriek, cementijzer].

6. Sidoerim (enk.: sidoer) zijn dagelijksegebedenboeken [dagelijkse gebeden]. Een Siënees komt uit Siena. Een sierpot is een cache-pot. Zinkosiet komt uit de Sierra Almagrera, Spanje. Hebben ze in Sierra Leone ook siërra's [gebergte]? Dat zeilschip heeft een mooie sierra. In een siësta-economie maken ze zich niet druk. Het sigillum confessionis is het biechtgeheim. Is hij overgegaan op de e-sigaret? Heb je een plaatje van zo'n sikahert? In de Punjab leven sikhs. Hij is een sik: een single income with kids, alleenverdiener met kinderen. Zijn buren zijn diaks: double income and kids, tweeverdieners met kinderen. Trouwens, dinkies hebben double income, no kids. In het zeewezen kennen ze het sikkeblok. De werkzame stof in erectiepillen is sildenafil. Koolmonoxide (CO) en hepatitis B zijn silent killers. Op silvesteravond [oudejaar] drinken we altijd glühwein.

7. Op '*iere*': à la jardinière (met groenten opgemaakt), à la meunière (voor het bakken door de bloem gehaald), avant-première (voorpremière), blitzcarrière, bloed-hersenbarrière, caissière (kassière), condottiere (aanvoerder huursoldaten), consigliere (raadsman maffia), en arrière (achterwaarts, antoniem: en avant), gonfalonniere (burgemeester), gouttière (dubbele, parallel lopende haarlijntjes), hopfalderiere (hopsasa), pépinière (boomkwekerij), in zijn dooie piere eentje, Salpêtrière (groot oud gebouw in Parijs), schmiere (rondtrekkende troep toneelspelers van lagere klasse), sole à la meunière [tong], son et lumière (klank-en-lichtspel), tiereliere (gek, dronken) en triëre (oorlogsschip in de oudheid). Op '*iero*': hiero (hier, hierzo – en daarzo – ook: hiero en daaro), leggiero (muziek: licht, luchtig, zonder nadruk) en lusinghiero (lusingando: vleiend).

8. De sansev(i)eria is naar prins Sanseviero genoemd. Citybag [grote boodschappentas] is een simili-Engels woord. Ja, die Simpelmans doet vaak te simpellijk. De oplossing was simple comme bonjour. Simplex munditiis: simpel en toch elegant. Simsalabim, et voilà. Zijn simsonsverzuchting werd niet gehonoreerd. Een glas orangeade, graag. Vroeger was een sinaasappeljood de Joodse Jan Modaal. Wat onderzoekt de sindonologie [Sindone = lijkwade van Turijn]? Sine causae cognitione: zonder kennis van zaken. Ik stel uitstel sine die (s.d.) [voor onbepaalde tijd] voor. Grappig: een singaporejasje heet ook atjehjasje [in Indië tot aan de hals dichtgeknoopte colbertjas met staande kraag]. Een singerie is een aperij (apenspel), een apenqueue een apenrij. Bij singelen speel je single, geen singel [dat is een weg langs de buitenzijde van een stadsgracht]. Aan een hazewindhond is hazenpeper [zeker gerecht, vgl. hazenpeper zonder haas] niet besteed. In de winkel van Sinkel is alles te koop. '*sms*': sms'en, sms-bericht, sm-seks, sms-parkeren, sms-roman, ketting-sms en sms-duim. NB Sms staat voor short message service.

9. Verder: alert (waarschuwingsbericht via sms), asap (as soon as possible), tot befs: tot we elkaar nog eens bellen, e-mailen, faxen, sms'en!, digiflirt(en), emoticon, EMS (enhanced message service), ff (effen), goeiemoggel, gsm (global system for mobile communications), idd (inderdaad), IMEI-nummer (international mobile equipment identifier-nummer), lol (laughing out loud), mms (multimedia messaging service), OMG (oh my God), sexting (versturen van seksueel getinte boodschappen), sms'en is sms'jes versturen, ik heb ge-gsm'd en
ge-sms't, spam is junkmail en texting of teksten (ww.) doe je met je mobieltje. Hij heeft verstand van g- en van V-snaren. Met een
gsm-elleboog heb je het cubitaletunnelsyndroom. Het jukbeen wordt ook wel zygoma genoemd. De sint-jansvlinder behoort tot de zygenen.

10. Hé, viezerds, viezeriken, hou daar eens mee op! Leeft de Sinn Féin nog? Met de goede sint wordt Sinterklaas bedoeld. De Haagse
Sint-Bureaucratius regeert. Welke heiligendag is aan Sint-Katrien gewijd? De coquille Saint-Jacques is de
sint-jakobsschelp. Het verhaal over de Sint-Elizabethsvloed werd gezet in de sint-elizabethsletter. Sint-George is de patroon van de Orde van de Kousenband. De
sint-laurenstranen zijn de Laurentiustranen (Perseïden). Het
sint-philippuskruis is naar de apostel Filippus genoemd. Sisyfisme: visieloos [arbeid om de arbeid]! Wat hoor je liever: een sirenenlied of sirenegeloei? Verschoon mij, si placet. Hoezo, rapamycine is sirolimus [groeiremmer, afstoting transplantaten tegengaan]?

 


dinsdag 2 februari 2021

2087 Dictee donderdag 04-02-2021 (1) - leerzaam! - dictee Dictee van de dag (109) √

Dictee – dictees [2087]

Oefendictee 748 OUD, geheel herzien naar situatie 2021

Dictee van de dag (109)

1. Het verrichten van sisyfusarbeid is Sisyphi saxum versare. Sitologie of sitiologie is voedingskunde en cytologie is celbiologie [celkunde]. Het situationisme is gerelateerd aan dadaïsme en Cobra. Sit venia verbo: met verlof gezegd. En wie zal er wel weer de sjaak [pineut] zijn? Spreek dat maar eens goed uit: sjadchen [bij joden: huwelijksmakelaar]. Is een paletotje [ookorte overjas] te combineren met een sjakootje [oostijf, hoog, van een klep voorzien militair hoofddeksel in de vorm van een afgeknotte kegel] (en het eten van sjalotjes – oh)? De verkoop van dat chalet is sjalet gezet (staat op losse schroeven). In een synagoge kosteren sjammesen. Dat zie je niet vaak: sjappies [sjappietouwer, baliekluiver, los sjouwerman] met sjampie [champagne]. Ze droeg nog een jack over haar sjek [loshangend vrouwenjasje]. 'Sjewijne' en 'asjeweine' zijn synoniemen. Die chic geklede chique dame kauwt toch geen sjiek [pruimtabak]? Een sjiiet gaat uit van de sjia, een soenniet van de soenna. Geef dat meisje eens wat sjok [chocolademelk].

2. Joodse, Bargoense of aanverwante zaken: sjechita (enk.: joodse rituele slacht), sjed (vijand, politie), sjeitel (pruik gehuwde vrouw), sjekel (munt – ILS – Israël), sjelosjiem (rouwperiode van dertig dagen), sjema jisraël (belangrijk joods gebed), sjemita (sabbatsjaar), sjidoech (arrangeren huwelijk), sjikse (christenmeisje als dienstmeisje), sjiva of sjivve (rouwperiode van 7 dagen bij de joden. Shiva is trouwens de goddelijke Vernietiger in het hindoeïsme), sjlachmones (lekkernijen met Poerim), sjlemazzel (pech), sjleppen (moeizaam lopen), sjmadden (dopen), sjniggel (snikkel: klein stukje), sjnoderen (uhgift toezeggen voor een goed doel), sjocheet (joodse rituele slachter), sjochten (ervandoor gaan), sjoechem (antwoord, vergelijk: sjoege), sjoecht (troep, sliert), sjoel (synagoge), sjoera(cratie), sjofar of sjoufer (ramshoorn), sjolem: hallo, goedendag, een sjonniebak [oude opzichtige auto, waarin mensen uit een laag sociaal milieu soms rijden] en een sjoof (gulden, mv.: sjofen).

3. Bij pleintjesvoetbal wordt er veel gesjot [sjotten = schieten]. In
Oost-Europa heb je nog sjtetls [kleine joodse gemeente] en sjtreimels (bonthoed chassidische joden). Hoe extreem orthodox is een versjwartster nar [dwaas, idioot]? Een skelter is een gocart of kart. Wat vind je van die skifflegroup [primitieve, zelfgemaakte instrumenten]? Voor skijøring heb je een auto of paard nodig [voorttrekken op ski's]. Een skike [skaajkski + bike] is een soort skeeler. Tijdens de training draagt zij een skinpak [nauwsluitend aerodynamisch sportpak, bv. voor schaatsers en skiërs], maar thuis skinny jeans [zeer smalle pijpen, vanboven en vanonder]. Een skrei [paaiende kabeljauw] vang je 's winters voor de Noorse kust. Gebruikt hij nog steeds skuff [Nederlandse hasj]? Bij tarot [oh/oo] [kaartspel] hoor je 'skus' [uh] (excuse: kaart die noch kan nemen, noch genomen kan worden). Hij is idolaat van skûtsjesilen [oe]. Het slaapapneu is OSAS [obstructief slaapapneusyndroom]. Het slaapkamergeluk is het vredesmosje of baard van Mozes [plantje]. Wist je het nog: die hoofdstad heet Phnom Penh [Cambodja, munt: riel, KHR]. Ik heb gisteren nog geslacklined [balanceren op gespannen elastische band]. Een drieslag bij dammen is geweldig, drie slag bij honkbal is een stuk minder (tenminste – althans – voor de fielders) … Pleien is slagduitje spelen [kiskassen]. Een slagflouw: steeknet [kreu, slaghaam].

4. Bessen en frambozen behoren tot het klein fruit. Een ouroboros [oe] is een staartbijtende slang. Hij is dan wel geen adderengebroed, maar wel onder de Slang geboren. Massageolie plus ketjoeboengolie geeft snakeoil (slangenolie) tegen reumatiek. Schrijf je señor [sihn-johr] met een slangetje? En canyon [kèn-juhnook cañonkahn-john]? Een slapstick kent veel gooi-en-smijtwerk. De Slavenkust is dat gedeelte van Afrika's westkust, dat tussen de Goudkust en de delta van de Niger ligt. Bij een bv tref je soms een sleeping partner aan. De kinderen gaan sleetje rijden en bokjespringen. Met een slaraak (sleg, slegge) kun je de paal niet missen. Het achtvoetige paard van Odin heet Sleipnir. Een sleis is een rakelijzer. De clavicula is het sleutelbeen. Raceauto's hebben slicks. Een contorsionist is een slangenmens. De esculaap is een doktersslang, maar wat is bajesslang [èh onbegrijpelijke taal]?

5. Trouwens, slangetjeswoorden zijn: cañon (kahn-john), coño
(kohn-joo – schoft), cosas de España: ingewikkelde zaken, voor een buitenstaander niet te begrijpen, doña (eretitel van een dame in Spanje), dueña (bejaarde gezelschapsdame van meisjes uit de aanzienlijke stand), El Niño (opwarming zeewater), malagueña (aan de flamenco verwante muziekstijl), mañana (morgen, met sint-juttemis), piñata (met snoep gevuld voorwerp van papier-maché), señora (ihmevrouw), señorita (ih juffrouw of sigaartje) en vicuña (of vigogne: kleine soort van wilde lama). Dat pas gebouwde appartement is
sleutel-op-de-deur (sleutelklaar): het pasgetrouwde stel kan er zo in. De TVE is de Televisión Española (Spaanse staatstelevisie). De cramignon in Zuid-Limburg is een slingerdans. Slingerolie is sterkedrank (GB ook: sterke drank). Joepie, we eten lekker
slinger-om-de-trap [spekvet met stroop].

6. Waar is die slöjdcursus [karton. klei, hout]? Een sloka is een vierregelige strofe in de Oudindische epische poëzie. Volgens VD is Randstad een verkorting van Randstad Holland (maar niet bij lemma 'slokop'! – 2020 nog steeds – 2021 OK). Hij behandelt mensen met een fobofobie [angst voor fobieën]. Bekijk het nog eens in slomo [slow motion]. Dat stel: het zijn allemaal sloompies. Zullen we gaan slootjespringen? Zijn er ook kampioenschappen slopestyle [+ acrobatische toeren]? De achtste dag van het Loofhuttenfeest is het Slotfeest. Een croesus [superrijke] is zo rijk als Croesus [ooit koning van Libië]. We gaan kangoojumpen [èh dzjoe dzjuhspeciale schoenen met springveer]. Kun je met deze telescoop die asteroïdengordel waarnemen? Ik ben helemaal relaxed, ik heb uitgebreid gerelaxt. Hij was als champetter [veldwachter] in dienst van de prins. De Oostinjevaarder (hoe kom ik in dat verband toch aan basso ostinato – steeds terugkerende figuur in de baspartij, met wisselend contrapunt?), de Oost-Indiëvaarder was Oost-Indisch doof. Het roostin is met de Tudorroos gestempeld tin (voor een verklaring heb je Wikipedia nodig).

7. (De) Slow(s) dansen is slijpen [slowen]. De VOC is de Vereenigde Oost-Indische Compagnie. De Heren Zeventien, (ook wel: de Zeventienen) waren van de OIC [Oost-Indische Compagnie]. Met '*stil*': apostil(le) en apostillair, aqua destillata, astilbe (plant), bastille [fort] en Bastille [Parijs, bestormd 1789], bestilla (ovengerecht, ie, ook: pastilla – iel-jaa), een Castiliaan uit Castilië, dolce stil novo (stroming in de dichtkunst), haarstilist of haarstylist, haverstropastille [hoestmiddel], instillatie [indruppeling], jugendstil [stijlrichting, art nouveau], krampstillend (antispasmodisch), peristilum (peristilium, peristyle: zuilengang), polystilisme (combineren muziekstijlen), postiljon [koerier, postrijder], postille [korte uitleg van wetenschappelijke of morele aard, Bijbel], postillon d'amour [overbrenger liefdesbrieven], standstill (geen vervoer dieren), stilaan, Emser en Drostes pastilles, stilb (eenheid, sb – helderheid lichtbron), (di-ethyl)stilbestrol (des), een stiletto- of hogehakkenrace leidt tot een stilettokater [pijn], stili novi (stilo novo), stili veteris (stilo veteri), still (filmfoto) en stillekens.

8. Verder: een stilletje [kakstoel, privaat], stilletjesaan, een stilleveger [secreetruimer], still going strong (alive-and-kicking?), stillireactie (druppelreactie, vgl. instillatie), stilton (zekere Engelse schimmelkaas), stilus (schrijfstift), stilus curiae (kanselarijtaal, in cancelleresca – kanselarijschrift?), een t/Twitterstilte in acht nemen, een luguber vanitasstilleven [voorwerpen herinneren aan de dood], een wapenstilstand en 'de' Wapenstilstand (België, 11 november). We gaan dansen ('*dans*'): wodanseik, (sint-)vitus- of veitsdans (fieteldans), une tempête dans un verre d'eau [storm in een glas water], tobbedansen, tdansant [t.d.], squaredans [carrés van vier paren], soirée dansante [avondfeest], reidans [rondedans], oxidans [oxidatiemiddel], lijndans(en) – linedance(n) – in rijen naast elkaar, dansmug, danser sur un volcan [zich vermaken bij groot gevaar], danse macabre [dodendans], connu dans l'univers et dans mille autres lieux [bekend in het heelal en op duizend andere plaatsen], cadans [ritme, ook: cadens], apachedans [wild], acrodans [dans + acrobatische oefeningen], een quadrille dansen [carrés van 4 paren],
dans-en-showorkest [GB, VD], dansende derwisjen (de orde van de Mevlevi's – islamitische bedelmonnik), 2 step (muziekstijl, twostep = dans), acid jazz en allemande [Duits, walsachtig tempo].

9. Verder: anglaise [18(d)e-eeuws, Engels], bailefunk [baaj-luh – favelafunk, riofunk], balearic [elektronische dansmuziek, Balearen], bal masqué, bal musette [harmonicamuziek], barre (voor balletdanseres), batucada (muziek Brazilië, carnaval), (be)bop [jazzmuziek], bedorvendans [! verwend kind], biodanza [biodans – therapeutische levensdans], bolero [langzame Spaanse nationale dans], boogaloo [oe uh – Zuid-Am.], boogiewoogie [blues], bossanova [Zuid-Am.], boston [Boston – gezelschapsdans], bourree [oude, snelle rondedans, Auvergne], bubblin' = raggamuffin [hiphopvariant op reggae], butoh [moderne Japanse dans], calypso [Caraï/ibische gebied], cancan [revuedans, veel froufrou], capoeira [wèh – Braz. zelfverdedigingstechniek met zang en dans], carmagnole [lied en dans eerste Franse Revolutie], chacha(cha) [Latijns-Amerikaans], chaconne [Baskisch, steeds herhaald basmotief], charleston [Amerikaans, Charleston, South Carolina], conga [Cuba], cotillon [figuurdans die een bal besluit], courante [oude Franse dans], cramignon [Waalse volksdans, reidans], cumbia [oe Zuid-Am., Columbiaans], csardas (VD ook: tsardas – Hongaarse volksdans), arabesk(e) (danshouding), dirty dancing [sensuele wijze van dansen, m.n. de mambo], doggydance [mens + hond], dos-à-dos [bij dans: rug tegen rug, rug-aan-rug], écossaise [Schotse drie, Schotse dans], electric boogie [fel schokkende bewegingen], espagnole [Spaans], fandango [Spaanse volksdans voor twee personen], farandole [oude Provençaalse volksdans, reidans], flamenco(dans) [vurige, ritmische dans], foxtrot [gezelschapsdans, Am. stapdans], française [de gewone quadrille], gaillarde [Italiaanse dans in driedelige maat], gangnamstijl [ruiter imiteren, bouncen op hiphopmuziek], gavotte [tweedelige maatsoort met sterk gemarkeerde accenten en matig tempo], gigue [zjie – Engels, trippelmaat], gitaanse [gitano/a – zigeuner] zang en dans, groovejazz [= acid jazz], guaguanco [Cubaans, verwant aan rumba], happy clappy [blijmoedige verering godheid met zang en dans], honi soit qui mal y pense [schande over hem die er kwaad van denkt], hiphoppen, horlepiep (jig), jazzdansen met de jazzdance, jitterbug [modedans tussen WO I en II], jive [Amerikaans, jazz(-) of rock-'n-rollmuziek], kabuki [oe – traditioneel Japans toneel met ook dans], kaseko [ee creools-Sur. dansmuziek], kaskawi [kaseko + kawina], kawina [met cilindrische trommel], krakowiak [Pools, nadans polonaise], kwaito [Zuid-Afrikaans], kwela [jazzy, Zuid-Afrikaanse townships], lambada [Zuid-Amerika, lichamen in contact] en lanciers [oud, Frans].

 

 


maandag 1 februari 2021

2086 Dictee woensdag 03-02-2021 (1) dictee Dictee van de dag (108) √

Dictee – dictees [2086]

Oefendictee 749 OUD, geheel herzien naar situatie 2021

Dictee van de dag (108)

1. Een sluitkrop is een zware krop sla, geen gewone kropsla dus. Wordt hang-en-sluitwerk nu wel of niet als één geheel opgevat? Ja. Slurry is schlamm [kolenslik]. De kleur- en smaakstoffen horen op de verpakking te staan. De smalneus is een aap uit de Oude Wereld. Met de gordel van smaragd (vergelijk: Rijk van Insulinde) wordt het voormalig Nederlands-Indië bedoeld. Wat waren de zeven smarten van Maria (Moeder van Smarten of Moeder der Zeven Smarten)? Op het smartboard werd een smart bomb [slimme bom] uitgetekend. Ik heb nog een dumb- [eenvoudige] en nog geen smartphone [slimme mobiele telefoon. ook pc]. Een smeekpsalm gaat meestal niet over smeekolen [voor de smid]. Smeltijzer wordt ook vloei-ijzer genoemd (een soort van I-ijzer? – met I-profiel). De MI is de smeltindex (melting index – vloeiing kunststoffen). Op mijn lootje was een smeltloodje [veiligheidsplug] gevallen. Een smeltnet [net om smelt te vissen] is niet wat je denkt. Kijk: een stilleven met amaril [zeer hard gesteente om te polijsten] en amaryllis [plant]. De smerissen hielpen de dreumesen.

2. Wat doet men met lycopodium [sporen wolfsklauw – pillen, waterafstotend]? De SMI is de Swiss Market Index (beursindex van Zürich). De SMID is in Nederland de School Militaire Inlichtingendienst (dienstonderdeel van de Koninklijke Landmacht). Het is daar een
gooi-en-smijttent. Ze is een femme fatale met smokey eyes [zwoel, verleidelijk]. Je zult wel de smoor inhebben over die treiterij. Hij is smoorlijk verliefd, smoorverliefd. Zijn smoothies [zeker drankje] goed voor baby's? Smoren is laten gaar stoven [= klaarstoven]. Is die smulpapenrij aan de smulpaperij? Een poelie is een snaarschijf [gegoten ijzeren schijf voor staalkabel]. Je zou snacktaks op snackseks moeten heffen. Die schnaps [jenever] wordt ook wel snaps [VD] genoemd. De bek- of snavel-en-veerrot wordt door het circovirus veroorzaakt bij papegaaien. Sneakersok: footie [sok zonder schacht]. De SNCF is de Société Nationale des Chemins de Fer Français. ADSL [GB ook: adsl] is de asymmetric digital subscriber line [vgl. VDSL
V staat voor very high speed].

3. De SNCB is de Société Nationale des Chemins de Fer Belges (Franstalige naam van de NMBS). Ik ontmoet u juist ter snee (ter snede – op het gunstige, geschikte moment). Een sneeuwbes heeft rozerode bloemen. De sneeuwmaand is nivôse (Franse Republiek – en de sneeuwmeter de nivometer) en de verschrikkelijke sneeuwman is de yeti (onder de Yggdrasil? – noordse mythologie – wonderboom). De sneeuwmus is een noordse vogel. Dat boek zullen ze sneevergulden. Daarna is het goud op snee. Zo'n postbode heeft wel iets van een snelle jelle. Deze snek is een Vikingschip. We onderscheiden de sub-, super- en transsonische snelheden. Bij het snelnet is er sprake van adsl- ADSL- en ATM-technologie [SR]. De eerste afkorting staat (VD) voor 'asymmetric digital subscriber line', de tweede (Wikipedia) voor 'Asynchronous Transfer Mode' [geldautomaat SR]. Wordt er nog vaak een snellius [plaatsbepaling door het meten van twee hoeken tussen drie bekende punten] gedaan? Een sneltrein is een S-trein. Elke smid heeft een snijbeitel. De eenheid atmosfeer (atm) is vervangen door de pascal (Pa): 1 atm = 101.325 Pa.

4. Engelse snijbokking is gerookte kanaalharing [net als 'noordzeegarnaal']. Met een snijijzer maak je schroefdraad. Snijprei is bieslook. Hij zal wel weer een snip aan hebben, een snipper ophebben [dronken zijn]. Hoe wordt snip-snap [gezelschapsspel met zekere kaarten] gespeeld? Snitsels(!) snijdt men van kinabast. Elsje houdt van snoepies en schnitzels. Het drievoudig snoer: God, Nederland en Oranje. Vanmorgen snoozede [in bed sluimeren] ze nog, vanmiddag doet deze snoezepoes de snoezelzorg [verstandelijk gehandicapten snoezelen in de snoezelkamer]. In die winkel van Sinkel hebben ze veel snorrepijperij [snuisterij, prullen]. Hij heeft een snorrenbaard en een geitensik. Die snotapen hebben me potdorie, jandosie, voor Piet Snot gezet. Nooit meer vergeten: de snotolf of strontvreter is de steenkruiper, een snotdolf/dolver (ook snotolf) is een snotneus [scheldwoord]. SNP is het single nucleotide polymorphism, een
DNA-variatie in de nucleotiden van een genoom.

5. De snoge is de synagoge van een Portugees-israëlitische gemeente. Snuf en Snuitje komen uit de tv-serie 'Pipo de Clown'. Een snurrevaad is een zeker trawlnet (treilnet). Wie is er thuis in de Papoese (Papoease) gebruiken en gewoonten? Henk kent elk Papoeaas dialect. Een Papoea-Nieuw-Guineeër heeft de Papoea-Nieuw-Guinese nationaliteit en betaalt met kina's (PGK). Die Goereese inwoner heeft een Heverleese vriendin, die farizese trekjes vertoont. Eén Guinees biggetje, twee Guine(e)se biggetjes. De kuru [oe] [bij kannibalen] is verwant aan de gekkekoeienziekte. Australisch Insulinde is de Papoease eilandengroep. De Hottentotten (nu: Khoikhoi) en de Papoea's zijn bundelharigen. De bisjpaal [boomstam] is onderdeel van het Papoease dodenritueel. Op internet: pg, landencode: PG. In een solunaire periode staan zon en maan tegelijk aan de hemel.

6. Soba is Japanse spaghetti van boekweitemeel. Morgen krijgen we vast een so'tje [schriftelijke overhoring]. Wat doet de vereniging Sobriëtas [r.-k., tegen alcohol en drugs]? Een sociaal geograaf doet sociaalgeografische onderzoeken. We hebben verloren, so be it [het zij zo]. Zij is een socialgamingverslaafde. Op dat congres werd flink gesocialized. Een societas leonina [de een alles, de ander niets], dat is toch niet echt delen? Kijk, daar heb je weer zo'n socialtalkgroepje. De Societas Rosicruciana [vrijmetselaars] gaat uit van de christelijke
Drie-eenheid. De Sociëteit van Jezus, de Societas Jesu, wordt afgekort met S.J. [achter de naam s.j.]. Ze zijn onafscheidelijk, die socii individui [onafscheidelijke genoten]. Wat doet een socialengineeringexpert [social engineering = kraken van computers]? Heb jij al een socialemediatestament? Parijs is een sodom en gomorra, het Sodom van deze tijd. Soedah [Indië: laat maar], ik heb het al. Arabieren lopen graag door de soek [overwelfde straat met bazaars]. Het soepterrientje [-terrinetje] kan komen. Soepvlees is poelet, een soerat een brief.

7. Met soggen vertoon je studieontwijkend gedrag. Soit [het zij zo], ik geef je gelijk. Hij was soi-disant [zogenaamd] quasibuitenaards. De hardlopers liepen nek aan nek: het was een nek-aan-nekrace. 'Sola fide' was het sjibbolet [kenmerk van een hoedanigheid] van de lutheranen. Frederik Willem I was de Soldatenkoning [gaat intensief met militairen om]. Je kunt in de lorum zijn (van: delirium), maar lorum is ook soldeerwater. Voor ons graag twee soles à la meunière [zeetong door de bloem gehaald]. Tot de solenodons [soort spitsmuis] behoren de agouta [beweeglijke snuit en een lange, kale staart] en almiqui [donkergrijs, dichtbehaard]. Een solideo [kalotje bisschoppen] neem je alleen voor God af. De sol justitiae is de zon(ne) der gerechtigheid. Solo e pensoso: alleen en in gedachten verzonken. Arrivederci, auf Wiedersehen, au revoir, bye, ciao, goodbye, houdoe, tot kijk, de mazzel (en broge (brooche) = geluk), so long: tot ziens! Hoeveel solotniks [4 g] gaan er in een poed [16 kg]? Vierduizend! Hij is solutis curis: ontslagen van alle zorgen.

8. Is dat zo: solvitur ambulando [ondervinding leert de oplossing]? Something is rotten [er deugt iets niet] in Staphorst. Somma sommarum (summa summarum) ben je mij zestienduizend euro schuldig. Een sond is een zeestraat (voorbeeld: de Sont tussen Kattegat en Oostzee). Het Canticum Canticorum is het Hooglied. Een songbook is toch gewoon een liedboek? Ja, van een artiest. Heb je die sonic booms [dubbele harde knal na doorbreken geluidsbarrière vliegtuig] gehoord? Kafferkoren is sorghum. De sortes (mv.) Homericae zijn voorspellingen ontleend aan Homerus; vergelijk ook de sortes biblicae. Een biblist is een Bijbelkenner. We zullen een SOS (Save Our Souls) uitzenden (in morse: kort kort kort, lang lang lang, kort kort kort . . . – – – . . .). De Soter is de Redder, Verlosser. In Lesotho spreken ze Sotho. Wat houdt het (zeker) perspectief (bij schilderingen) 'sotto in su' [perspectief plafonds en gewelven] nu daadwerkelijk in? Hij is het zwarte schaap, de souffre-douleur. Hij is een gedwee, soumis volgeling (gedweeë partner). Speel sousafoon [muziekinstrument]!

9. Een soussie komt uit het Soussgebied (de enige rechtvaardiging voor wel een koppelteken zou een verkorting kunnen zijn; nu weg, lemma ‘soussie’). De souterliedekens liggen in het souterrain. Een Goereese boer werkt in de Goeree-Overflakkeese klei. Daar heb ik een broertje dood (het land) aan. Bij de sla horen volgens het volk sousies (sausjes). Zij kreeg het Spaans benauwd. Haarlem is de Spaarnestad, Leiden de sleutelstad. In die muizennis zitten veel van die beestjes. De wethouder mocht de eerste spadesteek verrichten. Het spagnolet [soort flanel] werd aan de spanjolet (espagnolet – draairoede) te drogen gehangen. Spandex is een zekere elastische stof. Wat is een spanjaard [spanjool, vlekje] in de grafische industrie? Een spanjool [scheldnaam] kan best een spanjool [jenevermix] drinken. Het span dronk een spannetje [glas bier + borrel]. Een thrillseeker [doet spannende dingen] is geen spanningsverklikker of spanningzoeker. Sparta et Martha: een bestaan en een vrouw, een nestje en een vogeltje …

10. Te noemen vallen: de fijnspar, de grove spar, de hemlockspar en de douglasspar. Zijn ogen schoten vonken, fonkelden. Sparadrap [ah, geen p uitspreken] is hechtpleister. Hij kon dat spartaanse bestaan aan, omdat hij spartaans was opgevoed. Die gedateerde Spartaan volgde natuurlijk de Spartaanse zeden en gewoonten. Zij is spast(e) (spastica). De Romeinse cavalerie gebruikte spatha's [lang zwaard]. Er is nog tijd voor een spatium deliberandi (mv. = spatium deliberationis – beraad bij erfenis). Zou ze weer zoveel (net zoveel) spats(ies) [kapsones – kouwe drukte] maken ? Op het menu staan spätzle [pasta] en spätlese [wijn]. Boven een Latijnse brief stond S.P.D.: salutem plurimam dicit (de schrijver groet u zeer).

11. Nog wat dansen: ländler [oude Duitse boerendans], limbo [onder lat], macarena [Spaanse solodans], malambo [Argentijnse gaucho's], mambo [Cuba, verwant met rumba], (polka) mazurka [Polen], merengue [o.a. Haïti], milonga [Argentinië], nospel [Japans toneel met dans], onestep [ballroomdans], pantomime [gebarenspel], pas de deux [ballet], paso doble [Spaans], passacaglia (passacaille – oude dans Italië), pavane [Italië, oud, statig], pirouette [snelle draai], pogoën [wild en vrij de pogo dansen], polonaise, reggaeton [Caraïbisch], rigaudon [Provence], rock-'n-roll(en), rondo [danslied], rumba, sardane [Catalonië], sarabande [oud, Spaans, langzaam, deftig], de Schotse drie [écossaise], seguidilla [Spaans volksdans], sema [werveldans], shimmy [societydans], sicilienne [herdersdans], sirtaki [Grieks], soca (soul en calypso), de swing dansen (swingen), tandak [Javaans], tangoën (door een tanguero), tarantella [Zuid-Italië], techno(house), tdansant (t.d.), soirée dansante.