Dictee – dictees [2068]
Oefendictee 764 OUD, geheel herzien naar situatie 2021
Dictee van de dag (93)
1. De Nijmeegse Vierdaagse is een vierdaagse langeafstandswandelmars. Hoeveel woorden beginnen er met 'de*'? Antwoord: 1984 (situatie 2014 – 3054 in 2019! – 2021: 3130), een remarquabel aantal. Ik presenteer een selectie: DEA (Drug Enforcement Administration, Amerikaanse drugsbestrijdingsorganisatie), de onderhandelingen eindigden in een deadlock, in een impasse, op een dood punt, testimonium de auditu: getuigenis van horen zeggen, verklaring uit de tweede hand, débarcadère (aanlegplaats), de debije (maat voor het elektrisch dipoolmoment van een molecule – molecuul), debitum naturae (de tol die de natuur eist, m.n. de onvermijdelijkheid van de dood), déblai (uit te graven grond), débris (puin), debris (ruimteafval – klemtoon!), deboursement (uitbetaling), debout les morts (sta op, doden!), débouché (afzetgebied) en de bon augure (een goed voorteken zijnd).
2. Verder: de bon coeur (van harte, gewillig), de bonne foi (te goeder trouw, vergelijk: bonnefooi), de bonne grâce (goedschiks), de but en blanc (op de man af, zonder omwegen), deca, decaf, decafé, decafeïne, decafeïné, Decamerone is de titel van een boek van Boccaccio, hoeveel is een decamegajoule?, decatlon (tienkamp), deceptio visus (gezichtsbedrog), decessit (d.s.p., ook: obiit sine prole: overleden zonder nageslacht), de cetero (voor het overige, overigens), déchéance (verval van een recht, tenietgaan), decher (dee-chuhr – 10 stuks huiden of vellen), decies [dee-sie-jèhs] ((onder) lid 10), decimator universalis (de dood), déclaration des droits de l'homme (verklaring van de rechten van de mens), declassé (aan lagerwal geraakt persoon, vrouw: declassee), decolleté (lage uitsnijding aan, laag uitgesneden hals van jurk).
3.
Ook nog: onderzoek de commodo et incommodo: burenverhoor in
geschillen over burgerrecht, de concert (in
overleg, gezamenlijk), de coutume (naar
gewoonte), de credulitate (uit
overtuiging), de dato (daterend van),
dedain (minachting) en dedaigneus,
decumanus
(oost-westas in oude Romeinse
steden), decujus (erflater), de
die in diem (= in diem: van dag tot dag, met de
dag), deductio ad absurdum (bewijs uit
het ongerijmde), deejay, diskjockey, dj, deeltijd-VUT
[vervroegde
uittreding
uit dienstverband] en deeltijd-WW
[Werkloosheidswet],
deen (wilde zwaan), deep- of dieplinken,
deep throat [tipgever, vorm van fellatio],
deësis (iets uit de Byzantijnse kunst, zoek
maar op – Christus, Maria, Johannes de Doper), de-escaleren,
defensor fidei (titel aan de Engelse koningen
sedert Hendrik VIII verleend), defilé en defileren,
defrienden (ontvrienden), de fumo ad
flammam (van de regen in de drup),
dégénéré (v.: dégénérée) en
degoe (struikrat).
4. Vervolgens: degout (walging, afkeer), degoutant en degouteren, dégras (afvalvet uit leerlooierijen), deiktisch (ij aanwijzend), Dei gratia (bij de gratie Gods), deïficatie (het vergoddelijken), dei (uit kinderrijmpje of titel van de beheerser van Algiers, later bei), de haut goût (sterk gekruid), de gustibus non est disputandum (over smaak valt niet te twisten), deimt (dagmaat), deimt-deimtsgelijk, de industria of ex industria (met opzet), deixis [ij] is het verschijnsel dat sommige taaluitdrukkingen voor hun interpretatie afhankelijk zijn van de concrete gebruikssituatie, hij deinsde, stootte een deins bij het biljarten, de integro of ex integro (van voren af aan), deis [ee-jih] inimicis natus [uh] of dis inimicis natus (onder een ongelukkig gesternte, voor het ongeluk geboren), délai (uitstel van een termijn) en delfisch (orakelachtig).
5. Daarna: het delcredere (het borg staan van een commissionair), de d-elementen uit de chemie, deleman (huurrijtuigje op twee wielen), délégué (vrouw: déléguée), de lege ferenda (volgens toekomstig recht), de lege lata (volgens geldend recht), Delftenaar of Delvenaar, oud delfts, Delfts blauw, die deli(tabak) komt van Deli, delicta juventutis meae (de zonden van mijn jeugd), delier (delirium), deliramenta doctrinae (de razernij van de geleerden), delirium tremens [(na stoppen met) alcoholgebruik], het orakel van Delphi, de Deltametropool, het Deltaplan leidde tot de Deltawerken, wat is een deltoïde [punt op kleine cirkel rolt in grote cirkel] en wat is deltiofilie [prentbriefkaarten verzamelen]?, demee (temet), de mal en pis (van kwaad tot erger), dementi (logenstraffing, loochening) en dementie en dementia paralytica (hersenverweking).
6.
En ook nog: dementia praecox (schizofrenie),
dementia praesenilis (op jonge leeftijd
beginnende dementie), dementia senilis (ouderdomsdementie),
demi-fond (vorm van baanwielrennen),
demi-fortune (rijtuig met één paard),
demi-john (dame-jeanne, dameraan, grote
mandfles), demikini [bh,
beha,
met kleefstof, geen bandjes], demi-lune (ravelijn,
halvemaanvormig of hoekig bolwerk), demi-mondaine (schijnbaar
fatsoenlijke vrouw van losse zeden),
demi-vol (in
de heraldiek – 1 vleugel), demi-vierge (meisje
dat allerlei intimiteiten toelaat, behalve de consummatie),
demi-sec (halfdroog), demos (het
volk), de mortuis nil nisi bene (van de
doden niets dan goeds), in den beginne liep het niet, op den
duur wel, dem Verdienste seine Kronen (ere wie
ere toekomt), dengue (knokkelkoorts),
denique coelum (eindelijk de hemel, nl. wij
zullen die verwerven – roep van de kruisvaarders).
7. Voorts: denning (moutzolder), de nocte ('s nachts), dente superbo (met lange tanden), de novo (opnieuw), de nos jours (huidig, tegenwoordig), de non locando ((beding) van niet te verhuren), met deo(dorant) houd je jezelf fris, Deo annuente, annuente Deo = Deo favente (D.F.), favente Deo, allemaal: met Gods gunst, Deo gratias (D.G.), goddank, godzijdank, Deo juvante, juvante Deo: met Gods hulp, de omnibus aliquid, de toto nihil: (vergelijkbaar met) twaalf ambachten, dertien ongelukken, Deo volente (D.V.), volente Deo (V.D.): als God het wil, depêche (o.a. telegram, postzak), uit dépit: geërgerd, teleurgesteld, een dépositaire is een depositaris [bewaart geld of goederen], depositum fidei: (r.-k.) het onveranderlijke deel van de geopenbaarde waarheden, in depot geven (= en dépôt), ze was depri [depressief], de profundis: psalm 130, een van de boetpsalmen.
8.
Om te vervolgen met: een de/arboeka
een Arabische of Turkse vaastrommel, derby is (ook)
kaas uit Derbyshire, de Belgische
derde-betalersregeling [BE:
bv. het ziekenfonds], der eingefrorene Dünkel: de in iemand
vastgevroren eigenwaan, der Erscheinungen Flucht: de wenteling der
verschijnselen, der ersten Liebe goldne Zeit: de gouden tijd van de
eerste liefde, der feine Griff und der rechte Ton: de fijne handgreep
en de juiste toon, der frische, fröhliche
Krieg: de frisse, vrolijke oorlog, der Himmel auf Erden: de hemel op
aarde, de rigore juris: naar de gestrengheid van het recht, de wet,
de rigueur: verplicht, voorgeschreven door de etiquette, der jüdische
[Duits!] Selbsthass: de haat van de
Joden jegens zichzelf, der Kampf ums Dasein: de strijd om het
bestaan, der kühne Griff: de stoute greep en dernier cri: het
laatste modesnufje.
9. Het gaat maar door: der langen Rede kurzer Sinn: de kort samengevatte zin van deze lange redenering, der Luxus der eigenen Meinung: de weelde van een eigen mening, dermatorragie: huidbloeding, der Mensch ist, was er isst: zeg me wat je eet en ik zal je zeggen wie je bent, de overgave leidde tot een ongeregelde déroute [verwarde vlucht], der reine Tor: naïeve dwaas, derrick: boortoren, derrie: fecaliën, feces, derrière: achterwerk, derris: vlinderbloemige klimplant, der rote Faden: de rode draad, dershane: collegezaal van een medresse [madrassa, moskeeschool], der springende Punkt: kardinaal punt, punctum saliens, dertienavond: driekoningenavond, der Wille zur Macht: het streven van de mens naar macht en invloed, der Wille zur Tat: de wil tot de daad, descensus ad inferos: nederdaling naar de hel, des Guten zuviel: te veel [maar: een teveel] van het goede en de Desolate Boedelkamer [weeskamer, overheidscollege, beheer – Amsterdam].
10. Ten slotte: desipere in loco: op zijn tijd uitgelaten, niet altijd wijs zijn, DNA: desoxyribonucleïnezuur [Engels: a = acid], des Pudels Kern [de kern van de zaak], het dessous des cartes: het geheim van de zaak, dessus-de-porte: deurstuk, schilder- of ander kunstwerk boven het kalf – dwarsregel tussen een deur- of luikopening en het lichtraam erboven –, de stercore Ennii: frase waarmee men te kennen geeft dat uit een massa minderwaardig werk nog enkele waardevolle dichtregels opgediept zijn, d.e.t.: daarentegen, detente: politieke ontspanning, ten detrimente van: ten nadele, tot schade, op kosten van, detoxen: afkicken, de trop: te veel, overbodig, de (oo: ex) tripode dictum: in orakeltaal, deuce [djoes – tennis, 40-40] en deugddoend.