Dictee - dictees [1658]
Dictee Het Dictee (Oefendictee, niveau: Liefhebbers)
1. De of het idee
Plato's
ideeënleer zou je kunnen parafraseren als de tweewereldenleer. Enerzijds is
daar idealiter de 'idea' (de geesteswereld, de idee
in de zin van Plato, een categorie die divien en stereotiep is, met de
anamnese: de platoonse leer dat alle intellectuele kennis memorie is) en
anderszins de empirie, de ervaring als de bron van kennis – volgens Plato dus
ideeëloos. Het verband tussen de twee werelden wordt gelegd doordat de continu
veranderlijke afbeelding uit de waarneming deelheeft aan het oerbeeld, maar ook
dat zo'n oerbeeld aanwezig is in die veranderende dagdagelijkse werkelijkheid.
Het bijbehorende Griekse begrip parousie komt in die betekenis niet in Van Dale
voor, wel de (Bijbelse) betekenis: verwachte
terugkeer van Christus op aarde. Dit alles speelde door onze breinen, toen onze
filosofische studievereniging het idee opvatte om ook eens een dictee te
organiseren. Voor sommigen onzer is dat inmiddels een idee-fixe geworden, maar
inmiddels blijkt het een idée reçue te zijn in ons filosofenkorps. Met deze
idées de derrière la tête, gedachten die uit de achtergrond van het bewustzijn
opkomen – geheel in de geest van Plato – wil ik maar duidelijk maken dat ons
ideetje echt werkelijkheid geworden is.
2. De auteur
Primo,
ten eerste, heb je dan een (liefst niet
zoveelsterangs)auteur nodig. De rector magnificus wilde niet, evenmin de
decaan en de pedel (ja, die van 'hora est').
Dan kom je vanzelf buiten de faculteit terecht. We hebben een rij hotemetoten
afgewerkt: de dichter des vaderlands, de risee van de vaderlandse tv-elite, de
éminence grise van de Hoge Raad, de preses van de Tweede Kamer, de
adjunct-hoofdredacteur van 'de Volkskrant', het meest lucide [helder van geest] dochtertje van Zijne Majesteit
koning Willem-Alexander en Hare Koninklijke Hoogheid, koningin Máxima: allemaal
tevergeefs. Goede raad was duur. We hebben ons toen maar via Jeroens website
tot de dictee-elite gewend. En zo hebben we onze ideale auteur toch gevonden.
En wel niemand minder dan de in binnen- en buitenland als taalpurist
bekendstaande gehuwde penny-a-liner Janneke Schrijf-Correct, die haar
wenkbrauwen wel eerst moest fronsen alvorens ze op ons niet af te slane aanbod
wilde ingaan. Maar eenmaal aan het idee gewend, gaat ze er vol voor. Ze broedt
nu al twee en een halve maand op een tekst en meldt – ze is doctor designatus [die promoveert binnenkort] – dat ze het
schrijfproduct zal afleveren als haar academische proefschrift, haar thesis,
door de promotor is goedgekeurd.
3. De tekst
We
hebben moeten negotiëren [onderhandelen],
maar over het kader zijn we het eens geworden. De tekst mag niet godslasterlijk
zijn, moet back to basics gaan en voor de deelnemers achteraf een peace with
honour [vrede met behoud van eer] mogelijk
maken. Geen instinkers dus en geen vakjargon. Houd het maar bij dt-fouten,
eind-e- en
tussen-n- en -s-problemen. Werkwoorden verdienen de volle aandacht:
van infinitief en participium tot conjunctief, tegenwoordige tijd en reflexieve
pronomina. Diminutieven als 'aloëetjes' zijn gewenst, net als feminiene
'dégénéréetjes'. En vooral niet allerlei vreemdtalige ismen zoals een
wellerisme (zeispreuk), een spoonerisme (zoals een 'blaasje gier' in stede van 'glaasje bier'),
ook vooral geen sol(o)ecisme – taalfout – in
het dictee, geen neologisme als 'goudenbergenbelover' en geen Duitstalige
uitdrukking als 'zum Tode betrübt', geen Engelstalige uitdrukkingen als
'up-to-date' en 'face to face' (vis-à-vis). Nee, houdt u het maar bij een
aangepaste oer-Middelnederlandse tekst, wat ons betreft over 'Van den vos
Reynaerde' of wat dies meer zij. Kortom, we hebben de auteur op- en afgescheept
met een praktisch imprakticabele dicteemissie. Mevrouw Schrijf echter staat
haar vrouwtje wel en we hebben er fiducie in dat alles tekstueel en contextueel
im grossen ganzen goed komt.
4. Het voorlezen
We
hebben geprobeerd om een opera-ariazangeres à la Maria Callas te strikken, maar
dat werd een fiasco. Iemand met donaldduckstem wilde wel, maar dat wilden wij
weer niet. Ook een castraat, eventueel op de achtergrond een Cetti's zanger (en anders Blyths rietzanger wel), een wereldberoemde
singer-songwriter, een dj-aficionado (deejayaficionado), een haute
contre, meerdere mezzosopranen, een van het Eurovisiesongfestival bekende
folksinger, een crooner, diverse tv-idols, een jordaanvibrato- en een
leadzanger, een troubadour, een bard, een minnezanger, een reggaezangeres, een
jazzzangeres, een blueszanger en een flamencozanger – eminent vertolker van
duende, fado en flamingogerelateerde liederen, ze lieten het allemaal afweten.
Dan kom je algauw terecht bij RTL-nieuwslezers, staatssecretarissen van
Justitie of Defensie, (ex-)ministers-presidenten,
iemand met argusogen en een stentorstem, een logo- of akoepediste, een
t-dievegge of iemand die graag hiaatdelgers ('toen
wilde-n-ie') hanteert. Maar we hebben 'het' gevonden: een transgender,
tevens travestiet, die in letterlijk allerlei toonaarden en -soorten thuis is.
Beetje macabere zoektocht, want we vonden de heer Piet Correct, achteraf gewoon
broer van, toch?
5. Het nakijken
Als
we veine [geluk] hebben, is het onze
pietjes-precies en
jantjes-secuur gelukt om een foutloos dictee te produceren
en hebben de criticasters en jantjes-contrarie geen schijn van kans met hún
pietluttigheden over vermeende lapsus linguae [versprekingen]
van Correct. Alles was keurig in lingua franca. Of het nu juryrechtspraak wordt
of een rodepotloodsessie met zelfcorrectie, het correctiesjabloon is uitgedeeld
en de rode turfjes kunnen geplaatst worden. Alle puntkomma's en dubbelepunten
zijn keurig voorgelezen, ze moeten er dus ook staan, want anders is het fout.
Wat, of 'sectie callgirls' ook goed is naast 'sexy callgirls'? Nee, natuurlijk
niet, want de context leert dat het hier niet om een bedrijfsafdeling gaat. Ook
is het een tweeënhalf (of twee-en-een-half)
voor je proefwerk, en vier je een twaalf-en-een-halfjarig jubileum (25-jarig in cijfers schrijft prettiger!) en kun je
al vier en een halve maand werkloos zijn. Enfin, na nog wat gejeremieer van de
scribenten en wat onderling geheibei kan de stapel proefwerken in het
juryonderkomen worden afgeleverd. Daar gaan ze fijntjes nog een keer
eroverheen. Die ene dictee-eigenwijze die zelfs de juryruimte nog binnenloopt
om zijn (eigen)wijsheden nog even te spuien –
wie zou dat zijn? – , wordt er fluks weer uit gebonjourd.
6. De prijsuitreiking
Wie
zouden de laureaten zijn? Hoe is het afgelopen? Eerst wordt de derdeprijswinnaar
naar voren gehaald. Hij heeft tig fouten, een tigtal, maar ja, hoeveel is tig?
Dat blijkt zeventien te zijn. Op zijn elfendertigst komt hij uit dépit [ergernis] langzaamaan naar het podium met de
katheder. Sneu voor hem, maar het is niet anders. Dan had hij 'katafalk',
'janboerenfluitjes', 'labyrint', 'Jan met de korte achternaam' en
'oer-Hollands' maar goed moeten schrijven. Ja, hij staat nu een beetje voor Jan
Lul, maar is daarmee natuurlijk nog geen janlul. De tweede prijs, het
overduidelijke accessit (met maar veertien fouten!)
ging naar de kandidaat-makelaar. Had die nu maar minstens twee van de woorden 'maître-chanteur',
'bolleboos' en 'amphigouri' goed geschreven, dan was hij eerste geweest. De
uiteindelijke winnaar maakte maar 13 fouten tenslotte. Die wist dan weer niet
hoe je 'een babylonische spraakverwarring', 'Trojaans paard', 'Trojan horse',
'dribbel' en 'gerecycled' moest schrijven. Uiteindelijk mocht de vicevoorzitter
van de organiserende plaatselijke Rotaryclub, tevens algemeen adjunct van de
dicteeorganisatie en overigens gerespecteerd adjunct-accountant de avond
afsluiten. Hij hoopte dat de deelnemers veel bijgeleerd hadden en hij zag ze D.V. [Deo volente] volgend
jaar allemaal graag weer terug.