Wekelijkse dicteetest 021 RL [elke zondag]
Welk van de 3 antwoorden is juist?
Oplossingen: hieronder!
Bron: Oefendictee (oud) 521
1. Wil je iemand .........., dan moet je hem de voet............
a. dwars zitten dwarszetten
Dictee - dictees [1405]
Dictee
The Netherlands Club – New York – 2018
Geen
jip-en-janneketaal maar appeltje-eitje voor slimmeriken (auteur: Merijn de
Boer)
1.
Het chronischevermoeidheidssyndroom waar veel
expat-Nederlanders in Manhattan mee
kampen, wordt vaak te lijf gegaan met een cappuccino in een achenebbisj
etablissement waar een derdegeneratieallochtoon wellicht een déjà-vugevoel krijgt en waar je de
joie de vivre te allen tijde kunt laten accelereren door het innemen van een goudgeel
gerstenat of een oud-Hollands advocaatje.
2.
Na het koffie opschenken, koffiedrinken en het uitbrengen van een toost in het
à-la-carterestaurant zijn alle breinen weer geback-upt om te zijner tijd achter
in een Amerikaanse koek-en-zopie een in bearnaisesaus gedrenkt sukadelapje al savourerend
richting het
maag-darmstelsel te transporteren.
3.
Nochtans kunnen vanwege het trumpisme onoorbare anglicismen als geüpdatet of
packagedeal beter vermeden worden. Bij een
tête-à-tête op westers territorium
van drie neerlandici werd er verbaal getirailleerd
op ouwehoerende nouveaux riches die Engelse woorden gebruiken in ge-sms'te
kattebelletjes.
4.
In plaats van deze Philip Freriksachtige [hijzelf]
toestanden had u mogelijkerwijs, na het horen van dit linguïstische
samoeraizwaard, een seance in een teppanyakirestaurant met een
koningin-Beatrixlookalike, een tochtje op een mississippiboot met een petomane
[ziekelijk geïnteresseerd in winden] chinchilla
of een salmonella-infectie op de tektonische San Andreasbreuk geprefereerd.
Evenwel, als u vermoedt tekortgeschoten te zijn en het liefst linea recta en
haastje-repje met paard-en-wagen huiswaarts galoppeert, denk dan maar aan de
spiritualiën na afloop.
Dictee - dictees [1404]
Derde
Groot Wijdemeers Dictee 2018
(geen
titel, auteur: Herman Stuijver)
1. In de
vijf dorpen, die gezamenlijk de gemeente Wijdemeren vormen, staat voor velen
dezer dagen de vraag centraal of een annexatie door Hilversum deugddoend is,
aangezien het fuseren van deze vermaledijde provinciestad met de petieterige
dorpen een attaque zou vormen op de eeuwenoude identiteit.
2. Vol lof
spreken experts over de natuurlijke schoonheid van de
blauw-groene parel van Midden-Nederland
waar de plassen zich aaneenrijgen en waar het aangeharkte parklandschap van de
gerenommeerde buitenplaatsen de suggestie wekt dat we midden in de ongerepte
natuur zouden existeren, met diepgroene rododendronvalleien en mysterieuze
eiken uit de middeleeuwen.
3. De grutto
is vrijwel uitgestorven door het plasdrasbeleid van een landelijke
natuurorganisatie, waardoor het bloemrijke weidelandschap in het gedrang komt,
hetgeen nefast zou kunnen werken op de habitat van flierefluiters en kievi(e)ten, tureluurs, kemphanen en scholeksters,
waarbij anderzijds het provinciale orgaan bepaalde weilanden heeft
gekwalificeerd als beschermd faunagebied wat weer een increment van diverse
species zou kunnen betekenen.
4. Bij de
extensieve debatten over een coöperatie van diverse gemeenten in deze contreien
wordt de ontstentenis van bestuurskracht telkenmale te berde gebracht, de
ambtelijke staf zou niet voldoende geëquipeerd zijn om gecompliceerde taken te
effectueren, waarbij primair het gebruik van de digitale programmatuur niet up-to-date zou zijn wat onder meer behelst dat de computers op het gemeentehuis
uit het stenen tijdperk zouden stammen.
5. Bij een
eerdere fusie was er ook weerstand, doch die tijd met gênante scènes van
onbarmhartige wederzijdse haatcampagnes ligt gelukkig decennia achter ons, maar
de sentimenten over de authenticiteit van het dorp zijn geenszins gepareerd,
hoewel de chardonnay drinkende pensionado's pico bello co-existeren met de
nijvere tweeverdieners die geen van-negen-tot-vijfmentaliteit kennen.
6. Het
ideaalbeeld van één coherente Gooise gemeente lijkt een incarnatie van
bestuurders die talen naar een samenwerking van dit wormvormig aanhangsel van
Noord-Holland tegen een oprukkende grootmacht als Amsterdam dat met zijn
grijpgrage tentakels de infrastructuur en economie van deze regio ziet als een
voortuin van de metropool.
7. "Aan
mijn lijf geen polonaise", riep de
maestro toen hij ten slotte op kalligrafisch verantwoorde wijze zijn laatste
woord van dit dictee had neergekalkt [lemma 'neer',
VD], zo uitgeput dat hij toe was aan een pot ecstasy of een goed glas
saint-émilion.
Dictee - dictees [1403]
BeNeDictee
2018-10
(auteur:
Bert Jansen – 20-10-2018 – Heist-op-den-Berg)
De
67 vet en onderstreepte woorden of woordgroepen moesten worden ingevuld.
Men
kan wel dansen, al is het niet met de bruid ...
[rode rest spreekwoord moest
geraden worden, indien goed: 1 bonuspunt]
1.
In dit dicteetje wil ik u – teneinde u de beslommeringen van dit efemere
[kortstondig, eigenlijk één dag durend] ondermaanse bestaan even te doen vergeten – meenemen in de wereld van het divertissement [vermaak, ontspanning],
meer precies naar de wereld van de dans en de muziek. U voelt nu de bui al
hangen en vreest allerlei bizarre dansen, zoals bailefunk [ritmische popmuziek], capoeira [Braziliaanse zelfverdedigingstechniek die elementen van
gevecht, dans en acrobatiek in zich verenigt],
de dos-à-dos [bijw., dans, rug tegen rug, vgl. rug-aan-rug] en de écossaise [Schotse dans] te moeten neerpennen, maar dat valt
reuze mee.
2.
De choreografie is de kunst van het noteren van de dansbewegingen (niet te
verwarren met de chorografie, de beschrijving van de landstreken en hun
uiterlijke gesteldheid); de term is gemunt door een zekere Feuillet, een
dansmeester uit Parijs. Het behoeft geen betoog dat de dans an sich veel ouder
is. De troglodiet [primitief mens, holbewoner] had, getuige tal van inscripties, die we heden ten
dage als graffiti [spuiten op muren - sgraffito] zouden betitelen, al een sterke drive om zich in de
dans te uiten. Op de wanden in menige grot zijn dansposities afgebeeld die een
elasticiteit vereisen waarvoor menig dicteetor, hier verenigd, pootaan
moet spelen [flink aanpakken] om die te imiteren.
3.
De dansen uit de Gallo-Romaanse tijd laten we hier voor wat ze zijn, en
we maken een sprongetje naar de twaalfde eeuw, toen de gigue [Engelse dans in trippelmaat, ook: muziek] en de gaillarde
[dans, suite] hun intrede deden. De eerste, een zeer snelle dans, dankt zijn naam aan het
Italiaanse woord voor viool, scilicet [= te weten] 'giga'; de tweede – eveneens van
Italiaanse origine – is een levendige renaissancedans die zich na 1400 in
Frankrijk verbreidde en populair was in tal van Europese hoven. In de met trompe-l'oeils
[natuurgetrouwe afbeelding, lijkt echt] versierde zalen, gestoffeerd met meubels, zoals gueridons [bijzettafel] en chiffonnières
[ladekast] en een keur aan marqueterie [mozaïek van gekleurd hout of marmer] kwam deze uitbundige dans uitstekend tot
zijn recht. Het contrast met de sjofele kruip-ins [eigenlijk: kruip-innen - klein, eng huisje] van het Krethi en
Plethi [mv., Jan en alleman] buiten de paleismuren, dat niets te makken had [geen invloed/geld hebben], kon niet
groter zijn.
4.
In de zeventiende eeuw was bij de Franse adel ook de gavotte [muziek en dans, 2/2 maat] populair,
niet te verwarren met de garrot [ijzeren band - wurgen, ww. garrotteren] , want dit in de tijd van Franco populaire
moordwerktuig behoort geenszins tot de wereld van het vermaak. Gelukkig heeft
de folterpaal nu nog slechts museale waarde.
5.
Van een heel ander niveau is de bourree [dans, muziek], wat vrij vertaald uit het Frans
'boertig' betekent. Deze dansen hebben dan ook een nogal robuust en ritmisch
eenvoudig thema. Ze worden in rijen van paren gedanst en de muziek is in tweekwartsmaat;
in driekwartsmaat gedanst, worden het montagnards [ook: bergbewoners] genoemd. Ook de csardas
[VD ook: tsardas - Hongaarse volksdans, ook: muziek] is een parendans die zijn
oorsprong vindt in de lage cultuur; de letterlijke betekenis is dan ook 'de
dans die men in de herberg danst'. De etymologie van de flamenco is even
problematisch als interessant. Eén lezing houdt het op 'van Vlaamse afkomst';
de betekenisontwikkeling van Vlaming naar zigeuner ontstond doordat men dacht
dat de zigeuners uit het noorden kwamen. Volgens een andere lezing stamt het
woord uit het Arabisch en betekent het 'rondreizende landbouwer'.
6.
De dans wordt begeleid door de cajon, een handtrommel zonder vel maar
met houten membraan. Dit percussie-instrument is uit armoede ontstaan.
Tijdens de lange overtocht naar Zuid-Amerika, niet met een transatlantieker
[oceaanstomer] of een snebschuit [puntige voorsteven, snebschip], maar met een galjoot [kleine galei], waren
meestal geen muziekinstrumenten aan boord, maar wel al dan niet lege kisten.
Tegenwoordig wordt zo'n kist vaak gecombineerd met een hihat [2 bekkens op drumstel]. De
bespeler zit op zijn instrument en bespeelt dat met beide handen, en soms ook
zelfs met de hakken. Aan de flamenco is de malagueña [Spaanse dans] verwant, een dans
die verwijst naar de mooie vrouw uit Málaga.
7.
Denkend aan Spanje, kan ik de merengue [populaire dans in de Dominicaanse Republiek en Haïti met Spaanse en Afrikaanse elementen] niet ongenoemd laten. De dans
heeft een valse vriend [false friend], zoals dat
in de taalkunde heet, en wel de meringue, het gebakje van stijfgeklopt
eiwit en suiker als belangrijkste ingrediënten. Op menige menukaart staat dit niet
bepaald [klemtoon op bepaald - anders: niet-bepaald] caloriearme
toetje verkeerd gespeld. Ik mag dan graag, ietwat malicieus, de serveerster
vragen om een dansje.
8.
Hier moet ik ook – zij het (à) contrecoeur [met tegenzin] – de danse macabre noemen, al
was het alleen maar omdat deze al eeuwenlang een centrale rol speelt in de
westerse cultuur. De mens moet zich steeds bewust zijn van de onvermijdelijke
dood. In de schilderkunst wordt dat verbeeld door de dood,
ofwel Magere Hein. Deze leidt op menig schilderij de stoet met zijn
zeis. Ook in de getijdenboeken ontbreekt de finale dans niet.
9.
Tot nu toe bespraken we de dans als emotionele expressie, maar de dans kent ook
een spirituele vorm. Daarvoor maken we een reis naar het Verre Oosten, naar
Japan, het land van de rijzende zon, om precies te zijn. Wie denkt dan
niet ogenblikkelijk aan de Japanse gastvrouw die haar clientèle [cliënteel] vermaakt
met haar
flux de paroles [woordenvloed, radheid van tong, welbespraaktheid, flux de bouche], maar ook met zang en dans. Bijvoorbeeld met de
butoh, de zeer gestileerde Japanse dans waarbij de geisha's [gastvrouw in Japanse theehuizen, etc.] met witgeschilderde
gezichten door middel van bewegingen de cirkelgang van leven en dood
uitbeelden. Opvallend zijn haar kunstige pruik en opvallend versierde ripsen
[van rips = ribbetjesgoed] kimono of zijden kleed, waaromheen een netsuke [gordelknoop] geknoopt wordt. De shamisen,
een met groot plectrum bespeelde driesnarige luit, is het begeleidingsinstrument
van de gastvrouw. Zij is ook degene die de chado, de theeceremonie
verzorgt. Ook het kabuki- en notheater [net
als nospel - kabuki: Japans toneel, mannen - notheater, nospel:
klassiek heroïsch Japans toneelspel en -werk] kent voor haar geen geheimen. Geisha's [eerder al invulwoord!] werden en worden vaak geassocieerd
met prostitutie – in de regel ten onrechte, hoewel het recht van defloratie [ontmaagding] kan worden gekocht.
10.
De dans leidde ons de halve mappemonde [wereldkaart] over, maar omdat wij nu in Heist-op-den-Berg zijn – velen van ons voor het eerst van hun leven – ben ik
even in de petite histoire [mv. s s - geschiedenis van de bijfiguren] van dit ruim duizend jaar oude dorp gedoken.
En in de oude leggers van een lokaal krantje vond ik een pikant verhaal van een lijsje-albed(r)il
[wil alles regelen en besturen - vgl. lijsje-albedrijf] die haar overbuurvrouw, een van de bijstand levende demi-vierge [alles toelaten, behalve consummatie], wier
talenten niet zozeer op het terrein van de boolealgebra [booleaanse algebra] lagen, ervan
verdacht zich liggende staande te houden – en haar bij de autoriteiten
verlinkte. De arme vrouw werd zo de kop van Jut [zondebok] van Heist. Ze werd als
lid geroyeerd van de bocciaclub [soort jeu
de boules], een zware straf voor iemand die graag
jeu-de-boult [ww. jeu-de-boulen = jeu de boules spelen]. Vanachter
de persiennes [zonwering – enkelvoud kan hier ook!] van haar
Vinex-woning
[NL - verkorting van Vierde Nota Ruimtelijke Ordening Extra] hield zij haar buuf in de gaten. Het verhaal deed mij denken aan juffrouw
Janssen in Vreeswijks lied De nozem en de
non. Wat zich precies in de voutenkamer [opkamer] afspeelde, zal wel nooit
bekend worden: haar bezoekers zwegen – weinig verrassend – als het
spreekwoordelijke graf. Wel werd bewezen dat zij een [in
cijfers] 24 uursservice [GB, VD] bood. Bij een inval in haar huisje werden
vreemde valuta gevonden, zoals nakfa's [Eritrea, ERN] en birrs [Ethiopië, ETB], waarvan de
herkomst niet verklaard kon worden. Sterkedrank werd er in haar huisje niet
gevonden; kennelijk schonk zij haar gasten slechts wijn van Jan Langarm , water [uit de pomp] dus. Twee weken op water en
brood in het 'rasphuis' [tuchthuis], luidde de
strafeis destijds.
11.
Enfin, er is nu heel wat afgeluld [VD, lemma af 2 - aflullen]. Tijd voor de borrel!
Dictee - dictees [1401]
BeNeDictee
2018-09
Wereldreisverhaal
(auteur: Rein Leentfaar – 20-10-2018 –
Heist-op-den-Berg)
De
60 vet en onderstreepte woorden of woordgroepen moesten worden ingevuld.
1.
Op Vader- en Moederdag hebben [respectievelijk] onze dochter en schoonzoon ons na het mikadoën
[met 41 houtjes] vreselijk verwend. We kregen toen respectievelijk een baedeker [reisgids] en een
reis-
en kredietbrief (naast een vette cheque) cadeau. Daarmee konden we royaal
een wereldreis ondernemen om de terra mater – ook wel: Moeder Aarde
– te verkennen. Deze uitdaging van the great Unknown [de/het grote onbekende] hebben we im
Brustton der Überzeugung [met zelfverzekerdheid] en met joie de vivre [levensvreugde] aanvaard. Op [de] Opa-en-omadag
[4 juni] vertrokken we.
2.
Onze eerste bestemming waren de drie BES-eilanden [Openbaar Lichaam BES - met Bestuurscollege, algemeen: o l], te weten: Bonaire,
*Sint-Eustatius en Saba [ook *Statia!]. Dat eerste behoort tot de Benedenwindse Eilanden.
Ze hebben daar een eigen
muziek- en dansstijl, die simadan
genoemd wordt. Bij de [= ook] seú (oogstfeest) kun je daar intensief mee
kennismaken. De criminaliteit wordt er bestreden met de korteklapmethode [n/s - criminele organisatie snel uitschakelen].
Als [een] openbaar lichaam [eigennaam, dan: Openbaar Lichaam Rijnmond - met Rijnmondraad, etc.] behoort het als gemeente met een status aparte
[Aruba, 1986-2010, binnen het:] tot het Koninkrijk der Nederlanden.
3.
Via een land waar de Arabische Lente [Tunesië, Egypte] mislukt is, arriveerden we in Arabia
petraea, [=] het gebied van de Sinaï. We dronken eerst een arabicaproduct
[koffie dus] en per arabier [te voet] reisden we verder. Een dhimmi [niet-moslim] die een shisha
[waterpijp, hookah, nargileh] rookte [shishapen: elektrisch roken], begroette ons met 'salam aleikum', waarna wij comme il faut
[zoals het (be)hoort] netjes teruggroetten met 'wa-aleikum as-salam'.
4.
Vervolgens kwamen we via de laars, (van) Italië [Apennijns Schiereiland], een van de PIGS-landen [Portugal, Italië, Griekenland en Spanje, groot begrotingstekort],
binnen. Alleen de gedachte al aan de urbs aeterna, [=] ook wel de Eeuwige
Stad genoemd, bezorgde ons het stendhalsyndroom [toeristenziekte, vgl. davidsyndroom]. Dwars door de Mezzogiorno
[Italië bezuiden Rome] bereikten we die stad, soms eindpunt van de Giro d'Italia [Ronde van Italië]. Waar Silvio
Berlusconi precies zijn bungabungafeestjes [seksfeest] gehouden heeft, hebben we overigens
niet kunnen achterhalen. We bezochten er een medievalfestival [popfestival, middeleeuwse muziek] , waarvoor
de oproepen in Italiaanse mediëval [lettertype] gedrukt waren.
5.
Om dit verhaal behapbaar [ww. behappen, aankunnen] te houden, bespreek ik niet alle landen tot
in den treure [= uitentreuren]. Ik kies nog wel één land uit: het land van de rijzende
zon . Daar noemen ze harakiri zelf seppuku (zelfdoding).
Ze eten er shoyu, [=] dunne sojasaus, en sommige jongemannen sluiten zich op
om niet aan de maatschappij te hoeven deelhebben (= hikikomori), andere(n)
overlijden als gevolg van te hard werken (karoshi), bepaalde tycoonbonzengroepen
[taikoen = shogun - past hier niet! - tycoon = (Amerikaanse) industriële topfiguur = magnaat - bons = bonze mv. n = invloedrijk persoon] hebben er
veel te vertellen en anderen zweren bij de kawaii [=], die uit Japan
afkomstige levensstijl, waarin onschuld en kinderlijkheid centraal staan. Kongsi's
[kliek, gemeenschappelijk voordeel] vindt men daar kennelijk niet vreemd: een keiretsu is [=] immers een aanvaard
conglomeraat van exclusief met elkaar samenwerkende producenten en
toeleveranciers.
6.
Eenmaal op thuisstoom [gaan = de terugreis aanvaarden] in een Boeing 747, een jumbojet, bedacht ik
dat ik binnenkort een specialistendicteetje moest afleveren. In het vliegtuig
heb ik me toen met verve op de dictee-ineenflansmethode (dim) geworpen
met als resultaat: taotjo (pasta van gefermenteerde sojabonen), chakchouka
(VD: groenteomelet uit Noord-Afrika, etc. - shakshuka met zelfde uitspraak - ook goed!), de bellerophonsbrief (stort de brenger ervan in het
ongeluk - ook: uriasbrief), de chupacabra (geitenzuiger, een legendarisch monster), debris
(ruimteafval) [klemtoon op de – anders wordt het débris! = puin], het déléguéetje
Sophie van de Franse vakbond [afgevaardigde] en als toetje een heus île-flottantedessert [e wordt niet
uitgesproken – daardoor de t ook niet ... î f = dessert]. NB De trùk'i pan [GB, mobiele snèkbar] en het ka'i
òrgel [draaiorgel] krijgt u vandaag koefnoen [gratis].