zondag 5 maart 2023

3179 Dictee dinsdag 14-03-2023 (1) – dictee Dictee van de dag (877) √

Dictee – dictees [3179]

Vragen en opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com

Oefendictee november 2016 (3), geheel herzien naar situatie 2023

Dictee van de dag (877)

Oefendictee november 2016 (3)

1. In Nederland bestreed PvdA's defensiewoordvoerder wat de belse Defensiewoordvoerder (lid van de PVDA aldaar) daar gedebiteerd had.

2. Ondanks zijn myorrhexis (spierscheuring) kon hij de scriptie over mycorrhiza (zekere symbiose, ook: zwamwortel) toch voltooien. Met '*rex*' (een selectie): anorexia nervosa [ana, anorexia, boulimia nervosa, boulimie = eetbuienstoornis], bigorexia [lichaam niet genoeg gespierd vinden], brexit [als historische gebeurtenis nu: Brexit] en grexit [Griekenland uit EU], citrex (in wasmiddelen), Doctor Extaticus (Dionysius de Kartuizer, Jan van Ruusbroec), grex venalium (een kudde huurlingen), imbrex (zekere bolle dakpan), lurex (zeker garen), megarexia [postuur te iel vinden], murexide (purperzuur), orthorexie (orthorexia nervosa = obsessieve drang om gezond te eten), par excellence [bij uitstek, uitnemendheid], per excellentiam [bij uitnemendheid], par exemple [bv., ook: wel nu nog mooier!], rex(konijn), rex apostolicus (Apostolische Majesteit), rex catholicus (mv.: reges catholici – titel Spaanse koningen), rex christianissimus (Zijne Allerchristelijkste Majesteit – Franse koningen), rex fidelissimus [Portugese koningen], stressorexia [anorexia door stress],
superex-libris [in boekband ingeperst, supralibros – ex libris, Latijn], allerextreemst, Heideggerexegeet [existentiefilosofie], (Johannes) Vermeerexpositie en de tyrannosaurus rex [grote vleesetende sauriër]. Verder niets met '*rhex*'.

3. Met de groeten uit de balletwereld: choreografie [ontwerpen balletten en dansfiguren], plié [knieën buigen], grand plié [idem tot gehurkte stand], demi-plié (idem: hielen op de grond, streepje: logisch toch?), (grand) battement [been gestrekt omhoog, grand: zo ver mogelijk], cambré [bovenlichaam naar voren, achteren of opzij], developpé [been opgetrokken naar voren, achteren of opzij], entr'acte [pauzenummer], fouetté (verlengde pirouette = draaiing om eigen as), KBvB (Koninklijk Ballet van Vlaanderen), prima ballerina [eerste danseres], relevé [lichaam op de tenen], retiré [voet langs standbeen naar de knie] en rond de jambe [met gestrekte voet cirkelbewegingen over de grond].

4. Met '*myc*' verder (zoek de betekenis maar op): actinomyceten [eencellig, verwant aan schimmels], adriamycine [antibioticum tegen kankercellen], antimycoticum [antischimmelmiddel], ascomyceten [zakjeszwammen = ascomycotina], aureomycine [oraal antibioticum], basidiomyceten [steeltjeszwammen = basidiomycotina], bleomycine [antibioticum tegen kankercellen], dermatomycose [huidschimmel], economyclass [goedkoopste rang in vliegtuig], economyclasssyndroom [vliegtuigtrombose, DVTdiepveneuze trombose, toeristenklassensyndroom], erytromycine [antibioticum tegen veteranenziekte], gasteromyceten [buikzwammen], helmmycena(!) [plaatjeszwam], lammycoat [bontjas, bont aan binnenkant], macromyceten [paddenstoelen], melksteelmycena [plaatjeszwam met wit sap], micromyceten [schimmels], mycelium [zwamvlok, schimmeldraden], mycena [zeker geslacht plaatjeszwammen], myceten [vero: zwammen], mycetisme [schimmelvergiftiging], mycetologie (mycologie: leer, studie van de schimmels en de paddenstoelen), mycofaag (bnw., znw. paddenstoeleneter/end), mycoplasma
[
micro-organismen zonder celwand], mycose [schimmelinfectie], mycotoxine [gele regen, giftig product van schimmels], mycotroof [zich voedend via zwammen – symbiose – mycotrofie], myxomyceten [slijmzwammen], onychomycose [schimmelnagel], pyrenomyceet [kernzwam], rapamycine [sirolimus, tegen afstoting van transplantaten], schijfsteelmycena [kleine, witsporige plaatjeszwam], schizomyceten [splijtzwammen], schorsmycena [plaatjeszwammen op schors van bomen], streptomycine [vroeger: middel tegen tbc], terramycine [antibioticum tegen vele infecties, niet: tbc], vancomycine [tegen resistente bacteriën] en viomycine (tegen tbc).

5. Met '*myk*': a horse, a horse, my kingdom for a horse! (Shakespeare, Richard III), CMYKCyan, Magenta, Yellow, Key – zwart, black; vergelijk RGB = rood, geel, blauw en smiksem: boter (NL, Bargoens) – van het Friese 'smyksem' (smeersel).

6. De domstad Utrecht noemen ze (alleen!) aldaar Domstad. Hij peddelde met een dory [open roeiboot] vol doreetjes [doré = bloemige aardappel] voort. "Je bent een ribbemoos van een vent" [sterke man, grote vent]. Daarmee wil je iemands naam niet graag bemosen [bevuilen, bezoedelen]. Ik heb een tijdlang gedacht: wat heeft de Eeoever wel, dat de IJ-oever niet heeft (of omgekeerd)? Ei zo na [bijna, op een haar na] had ik het eerdergenoemde 'laci' [eilaas, helaas] verkeerd geschreven. Welk verband is er tussen elleboog [gewricht], ellepijp [dikste been benedenarm aan de zijde van de pink] en ellenwaar of ellengoed [werd per el = 69 cm verkocht]? Gelovigen, bid tien weesgegroetjes en twintig ave mariaatjes. Die enkhuizer [bij touw] liet zich lastig ontwarren.

7. We eten vandaag een entrecoteje. Je moet dat in equatoriaal Afrika situeren. O ja, in Equatoriaal-Guinee dus? Meetkunde, meten maar: octogoon (achthoek), bis- en trisectrice [deellijn], conchoïde (schulplijn), epi- [baan van kleine cirkel die buitenom een grote cirkel rolt] en hypocycloïde [idem: binnen langs], niet-euclidische meetkunde [niet: door 2 punten gaat één rechte (lijn) maar: geen of meer dan een!], piramide, parallellepipedum [scheef blok], polygoon [veelhoek], cosecans [secans van de complementaire hoek, secans is de reciproque van de cosinus], rico (richtingscoëfficiënt) en stereo(metrie) [= ruimtemeetkunde].

8. Je weet toch dat XXL extra extra large is? Heel simpel '*papier*': oud papier (wat zou GB's 'oudpapier' zijn?), calqueer- [voor overtrekken] en caoutchoucpapier [rubber in dunne vliezen: afsluiten tegen stof en vocht], eetpapier (ouwel), jezuspapier [Franse papiersoort], offsetpapier [voor offsetdruk, beetje ruw], papier collé [collage], papier-maché [papierafvaldeeg], rouwpapier [postpapier met zwarte rand],
presse-papier [papierdrukker], wc-papier en veloutépapier [voor het behangen].

9. Hoe schrijf je [cijfers]: '80-grams papier' [ook: tachtiggramspapier] en '80-grams A4-papier'?

10. Met '*zm*': AZM (Academisch Ziekenhuis Maastricht), azmari (Ethiopische griot), berlitzmethode [vreemde talen leren door spreken], boltzmannverdeling [equipartitie van energie], buzzmarketing
[mond-tot-mondreclame] (ik buz, jij buzde, wij hebben gebuzd), quizmaster, zmp'er [zelfstandige met personeel], EZ-minister (Economische Zaken), jazzmuziek (ook: acidjazzmuziek) en v.z.m. (voor zover mogelijk).

 

 


3178 Dictee maandag 13-03-2023 (1) – dictee Dictee van de dag (876) √

Dictee – dictees [3178]

Vragen en opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com

Oefendictee november 2016 (2), geheel herzien naar situatie 2023

Dictee van de dag (876)

Oefendictee november 2016 (2)

1. O ja, het was vandaag Hervormingsdag, 31 oktober. Op die dag spijkerde de door hervormingszin gedreven Maarten Luther zijn stellingen aan de slotkapel van Wittenberg. Daarmee begon de Hervorming of Reformatie. Die kerkhervormer bracht (veel) later Nederlands-hervormden (onder wie gereformeerdebonders en gekrookterieters – die van het gekrookte riet), maar ook gereformeerden (grefo's) voort. De hervormden waren lid van de Nederlandse Hervormde Kerk – toen de staatskerk –, waren lid van een hervormde gemeente, hadden een hervormde dominee en gingen naar een hervormde kerk.

2. Ken je de taal Murks? Die werd door Marokkanen en Turken gesproken. Schrimpeljeus of schrimpeljeuzig is angst-, maar zeker niet afvallig.

3. Op de mms [middelbare meisjesschool] leerden zij, dat de apartheid ooit in Zuid-Afrika een groot goed was, wanneer de Golfoorlog plaatsvond, dat acid house een muziekstijl is – net als deephouse trouwens – en dat een clash een autobotsing is. Ik mocht van mijn moeder niet kopkluiven [tongzoenen] en al helemaal geen wipje met haar maken.

4. Een lulleman is een babbelaar, een lullensmid een tandarts en een lullenman een brandweermedewerker. In Vlaanderen heten sjonnies en anita's vaker johnny's en marina's. Als brave hendrik ontmoette ik ene Harry, beslist een handige harry; toen we ruziemaakten (bakkeleiden, steggelden – ook: stechelden), riep die: 'dikke Harry!'. Konden we hem maar klemzetten. De liezebetten [sukkel] wilden malkander geen Liezebet heten [elkaar niet bedriegen].

5. De miss piggy had een misstwiggykapsel. Het peterpancomplex of -syndroom is genoemd naar Peter Pan [verzetten tegen volwassen worden]. Voor alto's [alternatieveling] en asootjes [asocialen] is hier geen plaats. De brabo's komen uit Noord-Brabant en de limbootjes uit Limbabwe [Limburg]. Ik wil geen mayo [samentrekkingsstreepje kan ook] maar dijonnaise. In de limo(usine) dronk hij limo(made). Een dildo is een godemiché [kunstpenis]. Ik heb amigo's en amices [beide: vriend]. De term 'bobo' staat voor bondsbons of -bonze [spottend: officiële vertegenwoordiger van een sportbond]. Een Afro-Aziaat met een afrokapsel zal niet gauw een burgootje [burgo = burgerman] worden. En wat is een bimbo? Juist: (ongunstig) een vrouw die voldoet aan een ordinair geacht schoonheidsideaal, zoals blond haar en grote borsten.

6. Een popi [populair, bnw.] popiejopie [populair iemand] kan best wel een depri [depressief, bnw.] depri [depressief iemand] zijn. We gaan naar de disco, met een Ali B-optreden van die rapper. Ik liep tegen een weirde [zonderling, bnw.] weirdo [zonderling (persoon)] op en mijn fysio(therapeut) behoorde tot de mocro's [straattaal: Marokkaan] en dus niet tot de surietjes [suri = Surinamer] of pinda's genoemde Aziaten. Na je pensioen ga je met het zwitserlevengevoel naar het Drentse Drenthe en ga je daar dan drentenieren.

7. Termen als 'motherfucker' [vulgair scheldwoord: klootzak] en 'see you' (zie je, chattaal: cu, vergelijk: asap = as soon as possible) ken je natuurlijk. Weet je wat een krijslijst is [afspeellijst]? En het afscheidnemen doe je met 'hasta la vista' [Spaans: tot weerziens] of 'ciao' [Italiaans: tot ziens]. Je kent natuurlijk ook je classics en weet wat hardcore [harde porno of hardcoremuziek] en hiphop [stroming in de popmuziek] is. Wat loopt hij voorovergebogen, doet hij dat altijd?

8. Weet je het verschil tussen graffiti [met spuitbus of viltstift] en sgraffito [zwarte muur, witte kalk, lijnen krassen]? En ken je een human beatbox [menselijke stem gebruikt als percussie-instrument, waarbij de ritmes en geluiden louter met de mond, tong en lippen worden voortgebracht] die muziek à gogo [Frans, ononderbroken] ten gehore brengt?

9. In chattaal worden veel afko's gebruikt. Dat geldt ook voor sms-taal [short message service]. Emoticons of emoji's zijn een soort icoontjes – de bekendste daarvan is de smile of smiley. Enkele Nederlandse voorbeelden: ajb = alsjeblieft, d8 = dacht, effe [dimmen] = even en OMG = oh my God.

10. Uit het Surinaams kennen we faka (= hoe gaat het?), afgeleid van fawaka (straattaal voor: hoe gaat het?). Beide: niet in wdb.

11. Uit het Engels noemen we: bff = best friend forever, btw = by the way, idd = indeed (inderdaad), irl = in real life, lol = laughing out loud (hardop lachend), np = no problem (geen probleem) en yolo = you only live once (je leeft maar één keer).

12. En in het Frans: cv [niet in wdb.] = ça va? – hoe gaat het? – alles goed?

 


3177 Dictee zondag 12-03-2023 (2) - dictee Wekelijkse dicteetest 249 RL √

Dictee – dictees [3177]

Wekelijkse dicteetest 249 RL [elke zondag]

Welk van de 3 antwoorden is juist?

Oplossingen: hieronder!


Bron: Oefendictee (oud) 749


1. Een stilleven met ………… en …………....

a. amaryl                         amaryllis

b. amaril                          amarillis

c. amaril                          amaryllis

2. Is het …………… van die ………….. oké?

a. hang-en-sluitwerk                       gooi-en-smijttent

b. hang- en sluitwerk                      gooi-en-smijttent

c. hang- en sluitwerk                      gooi- en smijttent

3. De sneeuwmaand is ………. en een sneeuwmeter is een ………...

a. nivose                             nivometer

b. nivôse                             nivometer

c. nivose                             niveaumeter

4. We kennen de …………… en de …………...

a. Kanaalharing                          noordzeegarnaal

b. kanaalharing                           noordzeegarnaal

c. Kanaalharing                          Noordzeegarnaal

5. Zijn ……….. vriendin heeft ………… trekjes.

a. Heverleese                              farizese

b. Heverleese                              farizeese

c. Heverlese                                farizese

6. In Indië hoor je: …….., ik heb al Japanse …....

a. soeda                                          soba

b. soedah                                        sobah

c. soedah                                        soba

7. De ………… en de …………. zijn solenodons.

a. almikwie                                     agoeta

b. almiqui                                       agouta

c. almiqui                                       agoeta

8. Speel ……….. en verdrijf de ………….!

a. soesafoon                           soesa

b. sousafoon                           soesa

c. sousafoon                           sousa

9. Het ………. werd aan de ……….. te drogen gehangen.

a. spagnolet                            spagnolet

b. spanjolet                             spanjolet

c. spagnolet                            spanjolet

10. De ……….. is een dans, de …………. dansmuziek.

a. twostep                              2 step

b. twostep                             two step

c. two step                            2 step


Oplossingen [249]: zie hieronder.


--------------------------------------------------------------------


Oplossingen [249]

1c 2a 3b 4b 5a 6c 7b 8b 9c 10a


Contact: leentfaarrein@gmail.com

 


3176 Dictee zondag 12-03-2023 (1) – dictee Dictee van de dag (875) √

Dictee – dictees [3176]

Vragen en opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com

Oefendictee november 2016 (1), geheel herzien naar situatie 2023

Dictee van de dag (875)

Oefendictee november 2016 (1)

1. Van zo'n middle-of-the-roaddicteetje – zelfs in de middle of nowhere – kun je best wel enigermate gestresseerd raken: veel stress uit zich dan in stresssymptomen. Ik stres vaak, jij strest toch ook wel enigermate regelmatig? NB De middle of the road is gemakkelijk in het gehoor liggende muziek.

2. De verdere woorden op '*esseren' zijn: adresseren, blesseren (blessuurtje, blessuretje), dresseren en interesseren. Verder gevonden: caresseren (liefkozen, strelen), cesseren (ophouden, vervallen; vergelijk cessie = afstand, overdracht, denk aan een akte van cessie; een cedent doet een cessie [afko] t.b.v. een cessionaris). Ook kennen we de langdurige Eerste en Tweede Kamersessies.

3. Je kunt heel wat af- en omprakkeseren. Dat is een verlengde vorm van 'prakkeseren' (daar ook: prakkiseren). Die bezigheid wordt soms ook wel vigileren genoemd. Je kunt ook anestheseren (narcotiseren).

4. Apaiseren is kalmeren of sussen. Dat werkwoord (verbum) kent maar weinig geestverwanten: braiseren is smoren en door de zoeksystematiek van de Dikke Van Dale hoort hier ook archaïseren (archaïsmen, archaïsche vormen of motieven gebruiken) bij.

5. In een nauwverwante categorie horen baisseren: (letterzetterij) [afko] m.b.t. zetsel op de juiste hoogte brengen en paraisseren: 1) (niet algemeen) verschijnen, zich vertonen, 2) bij een notaris verschijnen en 3) voorkomen, vermeld worden (in een lijst, een staat) – op de meerjarenbegroting paraisseert een klein overschot.

6. Met '*iceren' geeft VD vandaag de dag 94 treffers [2019: 95! – 2023: 99]; een paar interessante voorbeelden: abdiceren = abdiqueren [afstand doen van de kroon], beatificeren = zalig verklaren middels zaligverklaring, calcificeren (verkalken), clarificeren (klaren), demystificeren = demystifiëren [ware toedracht bekendmaken, van zijn mythe-zijn ontdoen], diagnosticeren (!) [diagnose stellen], excommuniceren = tot ex-kerklid bombarderen, expliceren = expliqueren [uitleggen, ophelderen], injiceren (inspuiten, injectie geven), laïceren: (rooms-katholiek) m.b.t. een geestelijke ontslaan van alle bij de wijding op zich genomen verplichtingen, denazificeren, een resultaat nullificeren [tenietdoen], pacificeren (pacifiëren – rust en vrede herstellen), quintupliceren [vervijfvoudigen], reïficeren = tot een zelfstandigheid maken, revindiceren (terugvorderen), sinificeren = verchinezen en sofisticeren = iets met suiker [toevoegen bij bier om gistingsproces te versnellen].

7. Met '*iseren' levert VD 525 treffers [2019: 534 – 2023: 553], een willekeurige greep: angliseren (kortstaarten, ook: verengelsen), anonimiseren, boiseren (met houtgewas beplanten), courtiseren (het hof maken), croiseren (! elkaar kruisen), de-individualiseren, taboeïseren, franciseren [Frans maken/worden], geiseren van een geisha, graeciseren, hybridiseren (bastaarderen), israëliseren, mithridatiseren – (laten) wennen aan vergif, noëtiseren [tot object van noëtiek, denkleer, maken], ostraciseren [aan schervengericht onderwerpen], palataliseren (iets met klanken en gehemelte), palletiseren (iets met pallets), pelletiseren (iets met bolletjes ijzererts), preadviseren, quotiseren [aanslaan in belasting], racemiseren [chemisch proces], vaarwateriseren [in het vaarwater zitten], verlatiniseren (verlatijnsen) en wolmaniseren ((hout) prepareren tegen schimmels en insecten).

8. Hij wilde me überverwensen met bastaardvloeken als: potztausend, bijlo (bilo), corpo di bacco [goeie hemel, lett.: lichaam van Bacchus], gommenikke, gossie, gompie, gossiemijne, herejee, jeminee,
potje-met-blommen, sacre-nom-de-Dieu (sacredieu), sansodemelatafel, snotver en verdju.

9. De heitjespiejijzer [kwartjesvinder] vond in de tiejijs [brandkast] slechts kakies [Bargoens: geld]. Met alere flammam wordt studie-ijver bedoeld (soms als motto in boeken) en met parfait au café koffie-ijs. Kennen jullie de ijsmachine van Carré [voor kunstijs]?

10. Het zeikwijf bediende de zeilwrijver. Waren er in de kleine ijstijd al zeiklijsters? Een weiderij is geen stalmesterij. Een treillijn is een trek- of jaaglijn. Hoe schrijf je sprei-ijzer en hoe sleisijzer? Geef de pleisterstrijker eens aan ... [van pleister op linnen of taf]. Het monster was leigrijs. De party was keinijg. Zij had een heibedrijf. Op de geinlijn ging het over een fonteinpomp en freinetonderwijs. De feitenstrijd – had hij nu fijt of niet? – bleef onbeslist. De eikentwijg diende als strafwerktuig. De dijklasten werden deimt-deimtsgelijk verdeeld [deimt = dagmaat; dijklasten voor elke deimt gelijk].

 


3175 Dictee zaterdag 11-03-2023 (1) – dictee Dictee van de dag (874) √

Dictee – dictees [3175]

Vragen en opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com

Oefendictee augustus 2016 (2) Biljarten, geheel herzien naar situatie 2023

Dictee van de dag (874)

Oefendictee augustus 2016 (2) Biljarten

1. Ik biljart, jij biljartte, hij heeft gebiljart. Als broekenmannetje [broekenman, broekenmans, dreumes, jochie] heb ik wel biljardmaal gedacht: dat wil ik ook.

2. Ik ben begonnen met libre [zonder beperkingen kaderspel], maar nu is het ankerkaderspel (vergelijk: cadre = kader, speelveld in aantal vakken verdelen, een spel voor kadristen) mijn deel (een anker is een klein vierkant van krijtlijnen). De witte bal van aramith [kunststof] is de speelbal.

3. Ik speel meestal in een biljartcafé, een café billard. Daar worden veel biljartjes gemaakt [= biljarten]. Soms sta ik op acquit (de af- of acquitstoot).

4. Bij een zwiepstoot [aan zijkant raken] heb ik af en toe een zwijn (beest, bofstoot, zwijntje, bofstoot, geluksstoot, arabier, koffiekan, raccroc, schimmel of varken). Ik produceer weleens een aaistoot [lichte stoot, ballen weinig verplaatsen], maar dat leidt vaak tot een touché (aanraken bal voordat je speelt – werkwoord: toucheren).

5. Bij het kunststoten kennen ze overigens de zweepslagdoorschietstoot. Op het biljart zie je dan een gaberiet [model of vorm voor het kunststoten].

6. Als de overwinning in je achterzak zit, heb je die in the pocket. Een amorti is een geamortiseerde stoot: de speelbal stilleggen door een andere vol te raken.

7. Ik heb op de biljartacademie gezeten. Daar leer je wat de beneden- (nee, niet de bovenband!) is: die bij de afstootlijn dus.

8. Soms staan de kandidaat-spelers te queueën om met de biljartkeuen (alle met kolven, aan het uiteinde zit de pomerans) aan de gang te kunnen. Soms steun je de keu met een bok en af en toe maak je een bloque [een rechtuit, met forse stoot te maken of gemaakte bal].

9. Bij het bricoleren [over de band spelen, par bricole] kan de bal buitenom gaan en zelfs een butage [springen] maken. Via caramboleren en carambolage maak je caramboles.

10. Bij carotte(spel) maak je het de tegenstander zo moeilijk mogelijk. Een collébal [bal onder, 'tegen', de band], daar zit niemand op te wachten: dan moet er gedecolleerd worden [collébal wegspelen]! Kan het gevolg zijn van ketsen [afstuiten: bal niet goed raken met de keu].

11. Deinzen (een deins stoten – speelbal terug van aangespeelde bal zonder de band te raken) doe je meestal niet expres. Demarqueren [punten tellen bij aftrekking] leidt meestal tot protesten. De driehoekspositie is mijn ideaal [speelbal + twee andere vormen driehoek]. Doubleren [eerst de band raken] ben ik een kei in en het driebanden(spel) adoreer ik.

12. Een fausse queue (misstoot) is zeker iets anders dan de bal dun raken. Hoe moet je met een gemaskeerde bal (die masqué ligt – door ervoor liggende bal niet bereikbaar) omgaan? Heeft biliverdine [groene galkleurstof] trouwens een biljartgroene kleur? Vast wel [kleur laken].

13. De KBBB is de Koninklijke Belgische Biljartbond, de KNBB de Koninklijke Nederlandse Biljartbond. Hoe de dito Vlaamse heet, staat niet in Van Dale.

14. Ik was de klos, toen de ballen klotsten [uit verschillende richtingen tegen elkaar]. De keu moet je regelmatig krijten en een kopstoot (massé – dat is masseren – speelbal van bovenaf raken) is heel riskant voor het (groene) laken (nee, niet dat amme- of amelaken = tafellaken, waarop een lichte lunch ligt!).

15. Bij een lossebandstoot is de loopkracht [van de biljartbal] belangrijk. Een bal moet wel maakbaar zijn. Met de nabeurt (nastoot) kun je alleen nog gelijkkomen. Het moyenne is het gemiddelde aantal behaalde punten per beurt; die beurt raak je kwijt als je 'gemist' hebt.

16. Omspelen of omstoten leidt tot applaus [flink aantal banden raken voor laatste carambole]. Na een ontmoetings- of verzamelstoot ligt een grote serie in het verschiet, waarbij je opponent genageld zit [ontzet, verbaasd]. Het komt dan aan op rappelstoten [speelbal terug bij andere ballen] en op serreren [ballen zeer dicht bijeenhouden]. Par bricole is over de band en par pistolet is uit de losse hand (niet: band, maar zonder de keu met de hand te ondersteunen).

17. Bij piqueren maak je een piqué: leg eens haarfijn uit, hoe dat gaat! De keu verticaal. Bij pomeransen speel je zwaar op effect: bal stoten onder zwaartepunt, waardoor deze terugrolt. Poolbiljart lijkt op snooker: daarbij kun je potten!

18. Een andere naam voor biljarderen is een rotterdammertje (bal tweemaal of twee ballen tegelijk raken). Een schuiver (ruiker, stinker, stinkerd, misstoot, misslag of ui) is een slechte stoot.

19. De markeur houdt op een telbord of -lijst de stand bij. Wat is tripleren? Carambole maken via twee keer de band! Bij biljarten omvat de triatlon de onderdelen bandstoten, driebanden en ankerkader 71/2 [uitspraak: eenenzeventig twee]. Ze kennen bij het biljarten overigens ook de vijfkamp.

20. Bij biljarten kun je ten slotte aan je trekken komen met een trekbal- of stoot!

 


3174 Dictee vrijdag 10-03-2023 (1) – dictee Dictee van de dag (873) √

Dictee – dictees [3174]

Vragen en opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com

Oefendictee augustus 2016 (1) Het woord, geheel herzien naar situatie 2023

Dictee van de dag (873)

Oefendictee augustus 2016 (1) Het woord

1. Hij nam vaak het woord om zijn verboze [woordenrijk] verbositeit [woordenrijkdom] te tonen. Hij verwoordde daarmee zijn flux de bouche [radheid van tong, welbespraaktheid], anders gezegd: flux de paroles [idem].

2. Bij opzoeken zie je vaak: a.v. of ad vocem (bij het woord), ook wel: a.h.v. of ad hanc vocem (bij dit woord). Indien alfabetisch, ook nog: in voce (i.v. – op dat woord, bij dat woord). En we hebben ook nog: sub hac voce (s.h.v.): onder of bij dit woord.

3. Het woord 'ad verbum' is een adverbium (bijwoord); het betekent: woord voor woord (vertaald of te vertalen) = woordelijk, de verbo ad verbum.

4. Het woord 'dithyrambe' is een voor-Grieks woord. Het was oorspronkelijk een loflied op Bacchus, en kwam voor bij de bacchantische [losbandig, bandeloos] bacchanten [geeft zich schaamteloos over aan drank en wellust] op een bacchanalisch [losbandig, bandeloos] bacchanaal [woest drinkgelag, losbandig feest]. Een Bachcantatefestival was dat zeker niet.

5. Ziedaar mijn rechterhand en mijn woord, ik geef er mijn hand op: en dextra fidesque [rechts en loyaliteit]. Gebruik geen graecismen [uit het Grieks], latinismen [Latijn] en biblismen [de Bijbel]. Die zijn eigenlijk niet goed in het Nederlands.

6. Een gratis dictum [gezegde] valt moeilijk te staven. In malam partem (pejoratief = ongunstig) of in bonam partem (melioratief = gunstig): als Napoleon Bonaparte sprak, gold: intelligenti pauca: een goed verstaander heeft maar een half woord nodig.

7. Leerlingen zweren vaak bij het woord van de meester: in verba magistri jurare, of ook: jurare in verba magistri. Waar vind ik deze locus classicus: klassieke (bewijs)plaats (van een woord of gezegde)?

8. De woorden 'tiktak' en 'koekoek' zijn onomatopeeën [klanknabootsend]. De verbi divini minister (V.D.M. – predikant) predikte Gods Woord. De retorica is de redekunst. Dit 'hooftstuk' (sic!) was verkeerd geschreven: bedoeld was 'Hooftstuk' (of misschien ook wel: 'hoofdstuk' ...).

9. Zoek maar eens op wat de spiritus asper [Grieks grammatisch teken = grammaticaal] en spiritus lenis [idem] zijn. Wat hij zegt, moet je verbatim en literam – woordelijk en letterlijk – nemen. Sommige woorden moet je echt uitleggen, zoals verbi causa (= verbi gratia = bijvoorbeeld) een verbotenus amicus = een vriend in naam.

10. De viva vox [het gesproken woord] wordt viva voce [mondeling] overgedragen. Dat gaat erin als Gods Woord in een ouderling. Woorden zijn lucht die betekenis krijgt (Leonard Nolens). Words, words, words! (Shakespeare). In goed Nederlands: woorden, woorden, woorden! Woorden kun je ook verdraaien.

11. Bij 'verliefd, verloofd' is er sprake van acconsonantie [medeklinkerrijm]. Hij sprak met veel ambages = omhaal van woorden (= circuitis verborum). Als je angejiddeld bent, gebruik je (dus) Jiddische woorden (goed). Het kwam a verbis ad verbera: van woorden tot klappen, tot handtastelijkheden.

12. Basisengels (Basic English) is een Engelse wereldkunsttaal, die uit 850 woorden bestaat. Is dat niet je reinste belgitude [de Belgische eigenheid]? Bravouretaal [geen uh uitspreken] is grootspraak. Captatio verborum is het jacht maken op fraaie woorden. Daar schiet je vast niks mee op: dicta docta pro datis = wijze woorden in plaats van gaven.

13. Epea pteroënta zijn gevleugelde woorden. Facta, non verba: geen woorden, maar daden. Expressis verbis is met zoveel woorden, uitdrukkelijk. Famous last words zouden vlak voor de dood zijn uitgesproken. Angst voor lange woorden is hippopotomonstrosesquippedaliofobie (uit het Engels).

14. Inanis verborum torrens: een stroom van nietszeggende woorden. In terminis (ook: in totidem verbis) = met zoveel woorden. Ipsissima verba = precies dezelfde woorden, ipsissimis verbis = met precies dezelfde woorden (woordelijk). Multa paucis: [s] veel in weinig woorden.

15. Novissima verba: de laatste woorden van een stervende. Nudis verbis = in duidelijke woorden, onomwonden. Nugae canorae: mooie woorden zonder inhoud. Obscuris vera involvens: de waarheid hullend in duistere woorden.

16. Palilalie is het steeds herhalen van de eigen woorden. Bij echolalie is dat een zenuwstoornis. Een porte-manteauwoord [een
porte-manteau is een staande kapstok
] of samentrekking is een uit twee andere woorden samengetrokken woord (bv. 'brunch' uit 'breakfast' en 'lunch').

17. Propriis verbis = precies in die woorden. Zijn er echt mensen die Standaardnederlands spreken? Wat is trouwens Opperlands? Nederlandse woorden met een bepaalde eigenschap (Battus, pseudoniem van Hugo Brandt Corstius).

18. Ook 'tantis verbis' is: met zoveel woorden. Totidem verbis is met evenzoveel (aaneen, VD! – 2019 correct!) woorden. Vel prece, vel pretio: voor geld of goede woorden.

19. Een vox clamantis in deserto = iemand van wie de woorden in de wind worden geslagen (letterlijk: een roepende in de woestijn).

20. En nog veel meer!

 


3173 Dictee donderdag 09-03-2023 (1) – dictee Dictee van de dag (872) √

Dictee – dictees [3173]

Vragen en opmerkingen: leentfaarrein@gmail.com

Oefendictee juli 2016 (1), geheel herzien naar situatie 2023

Dictee van de dag (872)

Oefendictee juli 2016 (1)

1. Met veel egards [bewijzen van achting, beleefdheid] tegenover (afko's: tgov. en t.o.) de éminence grise, de graue Eminenz, de grijze eminentie, staande voor het familiewapen: écartelé en sautoir (heraldiek: van een schild, schuin gevierendeeld), werd hem medegedeeld dat het ecarteren, ecarté spelen [kaartspel, 32 kaarten, 2 personen], van vanavond niet doorging, omdat zijn kleindochter letterlijk in een spagaat, een grand écart [bij ballet], was geraakt toen ze vernam dat het ecart, een zeker koersverschil, heel slecht uitpakte; waarna ze met een sophisticated (gesofisticeerde of -keerde) ecarteur (dat is een sper- of wondhaak) behandeld is, maar dat hij dit alles maar cum grano salis (met een korreltje zout) moest nemen.

2. Hodierno die – heden ten dage – weet menigeen niet meer wat 'hodie mihi, cras tibi' [heden ik, morgen gij ...] betekent. Het misstaat niet op 's Heren akker, een campo santo [begraafplaats in Italië]. Ik miste dat opschrift echter omdat het mistte. Er stonden zerken van
ex-knillers [vgl. KNIL = historisch: Koninklijk Nederlands-Indisch Leger]. In mijn goatee [kinbaardje] zat overigens een heiligedag [kale plek]. Nee, niet de heiligendagen op de cisiojaan [hulpmiddel, ezelsbruggetje bij die heiligendagen], die daar ook beschikbaar was. Ik piekerde: wat zou '*chert*' opleveren? Nou, chert zelf (hoornkiezel), maar ook chertepartij (ook: charte-partie = scheepvaart: overeenkomst m.b.t. scheepsbevrachting), fischer-tropschsynthese (zoek maar op: een verhaal met koolstofmonoxide en metaalkatalysatoren), een lachertje (heb je 'm [uitspraak: nuhm, waarbij die n de hiaatdelger is?]) en allerlei samenstellingen met 'scherts'. In dat kader vallen nog te noemen: badinage (kortswijl), een burleske (muzikale scherts), inter jocos et seria (onder scherts en ernst), een sick joke [wrange, bijtende grap], de raillerie [scherts, spotternij], de truterij [flauwe grap, scherts] en de zwans [staart, penis, knoeier, prutser, maar ook: (BE) grap, scherts, kletspraat].

3. Je moet wel een tic hebben om naar '*tic* te gaan zoeken, of het nu een raar aanwensel is of een nerveuze tic (een tic nerveux), een zenuwtrek. We drinken thee met een tic, een cola-tic of een rum-tic. VD heeft in de aanbieding: een astic (een likbeen, strijkbeen van schoenmakers), een automatic (auto: automaat), bio- of bubbeltjesplastic, de eclectic (stijl, bv. op culinair of muzikaal gebied, waarin de beste elementen uit andere stijlen bijeengebracht zijn), macro-, micro-, piep- en plakplastic en schuim- en afvalplastic. Verder: TIC (Traffic Information Centre Nederland, organisatie voor verkeersinformatie waarin Rijkswaterstaat – RWS, vero: RWen het KLPD – NL: Korps landelijke politiediensten – samenwerken), de tic convulsif [mv. s s] (medisch: korte, elkaar snel opvolgende samentrekkingen van de spieren die door de gelaatszenuw geprikkeld worden zoals bij het syndroom van Gilles de la Tourette, het gillesdelatourettesyndroom, tourettesyndroom, gillesdelatourette of tourette), de tic douloureux (medisch: zenuwpijn in het aangezicht) [mv. s s], tichelbakkerijen en een tickertapeparade, naast de tickettaks (de vliegtaks). Er is veel meer, want deze selectie betrof alleen '*tic' en 'tic*'.

4. Voor '*tic*' ook nog een kleine selectie uit GB: USB-stick [naast USB geeft GB ook wel usb [in toelichting!]universal serial bus], Vaticaan, WK-ticket [wereldkampioenschap], WAM-sticker [NL: Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen], aerostatica [leer van het evenwicht van de gassen], EG-politicus [Europese Gemeenschap], Thalysticket [trein], CDA-politicus [Christendemocratisch Appel], acoustic shock [GB, door blootstelling aan geluiden, bv. via koptelefoon], Vaticaanwatcher en aero-elasticiteit [luchtvaart: studie van de bewegingen in elastische structuren als gevolg van een luchtstroom].

5. Hier zijn wat oliën (olies): absintolie, angelicaolie, auto-olie, behenolie, bergamotolie, bittereamandelolie, acajouolie, avocado-olie, karwijolie, castorolie (kasterolie), catechumenenolie, CBD-olie (cannabidiol bevattende medicinale olie), creosootolie, djarakpittenolie, fijnolie (olijfolie), poleiolie, sojaolie, grillolie, haarlemmerolie, hasjolie, jojobaolie, kajapoet(ih)olie, ketjoeboengolie, komijnolie. lindebloesemolie, maagdenolie, macisolie, makassarolie, marjoleinolie, mirtenolie, neroliolie, oranjeolie, patchoeliolie, pecannoot- en petrolie. En ook nog: poololie, provenceolie (een Provençaals product uit de Provence), ricinusolie (wonderolie), roodolie, salieolie, salviaolie, sassafrasolie, schalieolie, slaolie, smoutolie, snijolie, solaarolie, spermacetiolie (spermolie), steranijsolie, teakolie, terpentijnolie, theeolie, tijmolie, tungolie, uviololie, valeriaanolie en wijolie.