Dictee - dictees [1666]
Dictee Column Tussen
1. Er
zijn heel wat bussen, dussen (van het bijwoord dus,
eigenlijk geen meervoud!), gussen (dikwandig
gietijzer om ronde staven goud te gieten en: grindzand; helaas hebben deze
beide betekenissen van 'gus' geen meervoud ...), hussen (de hele hus = troep, boel, zooi en (schertsend) hussen met
zinkhoorns of met prikken, met sukenerie en wat water erover, hussen met je
neus ertussen = antwoord op de nieuwsgierige vraag: wat eten we vandaag?),
jus d'orange (hier is meervoud van jus gewoon ook
jus), kussen, lussen, mussen, pus = etter (geen
meervoud), Russen (inwoners Rusland),
russen (rechercheurs of bepaalde planten),
van zijn sus (geen meervoud) draaien of
vallen = flauwvallen, en zussen. Tussen deze zelfstandige naamwoorden hoort het
voorzetsel tussen op zich niet thuis.
2. Het
woord 'tussen' komt zo vaak voor, dat ik hier en daar uit Van Dale maar een
greep doe: 1) tussen de regels door, 2) tussen hemel en aarde (in de lucht), 3) hij komt tussen elf en twaalf,
4) tussen licht en donker, 5) tussen de buien door, 6) tussen hoop en vrees
zweven en 7) tussen twee kwaden kiezen. Dit alles uit VD's lemma 'tussen'.
3. Veel
woorden beginnen met tussen, een selectie: 1) tussenuur (op school), 2) tussentrein (in de
spits), 3) tussen-s (de eerste s in
dorpsstraat), 4) tussenpaus (figuurlijk:
tijdelijk aangestelde leider die alleen maar aanblijft tot de opvolging van
zijn voorganger definitief is geregeld – hier: niet-kerkelijk!), 5)
tussen-n (zoals in bessensap), 6) tussen-e (zoals in armelui), 7) tussen-de-orenziekte (ingebeelde ziekte) en 8) tussendag (ingelaste dag, schrikkeldag).
4. Er
zijn ook veel woorden die op tussen eindigen: 1) ertussen (= daartussen): iemand ertussen nemen = beetnemen
en ertussen komen = (bij een gesprek)
onderbreken, 2) ervantussen: ervantussen gaan = ervandoor gaan, de plaat
poetsen, 3) hiertussen – raakte hij bekneld, 4) intussen = middelerwijl,
inmiddels: eindelijk vertrok de bezoeker, het eten was intussen koud geworden
en intussen = evenwel: het vriest, maar intussen loopt zij nog zonder jas!, 5)
ondertussen = middelerwijl, inmiddels: hij had ondertussen de kamer verlaten en
ondertussen = niettegenstaande, niettemin: zij komen er ondertussen al heel ongelukkig
af , 6) roedecactussen en statussen horen hier duidelijk niet bij ... en 7)
waartussen = tussen welke.
5. Vervolgens
wijs ik nog op het Latijnse 'inter' dat ook 'tussen' betekent: 1) inter alia =
onder andere, 2) inter amicos = onder vrienden, 3) interbancair = tussen
banken, 4) interbellum = periode tussen 2 oorlogen, 5) intercity (trein tussen steden), 6) internet, 7) intercom,
8) inter jocos et seria = tussen scherts en ernst, 9) interlandwedstrijd =
tussen landen en 10) intervaltraining = met tussenpozen.
6. Ten
slotte moet ook het Latijnse 'intra' met betekenis binnen, tussen, onder,
vermeld worden. Voorbeelden: 1) intracellulair = binnen de cellen, 2)
intramuraal = binnen de muren (van een ziekenhuis,
verpleeghuis), 3) in parietes privatos = onder vier ogen, 4) intraveneus
= binnen de ader (vena = ader) en 5)
intrazonaal = binnen een bepaalde zone; let op: interzonaal is tussen bepaalde
zones.
7. Zo
luitjes, tabee, ik ga ervantussen!